Humboldt 1e ed - Hoofdstuk 5 - Vormingen van landschappen oefentoetsen & antwoorden

a) Materiaal dat door de zee is afgezet, bijvoorbeeld zeeklei. b) Zand dat door de wind over een groot deel van Nederland is afgezet. c) De manier waarop het land in stukken (kavels) verdeeld is. d) Een gebied omringd door dijken, waarbinnen mensen de waterstand regelen.   Vier van de volgende: rotsblokken/grote stenen, keien/kleine stenen, grind, zand, löss, klei   b) Karst   a) Haarlem - Utrecht - Nijmegen b) Saalien c) 80.000 tot 100.000 jaar   A1; B4; C6; D3; E2; F5   a) Niet waar b) Waar c) Niet waar d) Waar   Bij verwering valt gesteente/de bodem uit elkaar in kleinere stukken, bij erosie wordt gesteente/de bodem verplaatst.   In Noord-Holland zie je dat de laagst gelegen gebieden, de droogmakerijen, tot de meeste vruchtbare gebieden behoren. Op de Veluwe zie je dat de hoogst liggende gebieden het droogst en daardoor het minst vruchtbaar zijn. De bewering lijkt dus te kloppen. Vier van de volgende stappen: 1) Materiaal valt bovenop een gletsjer 2) Materiaal komt in het ijs; aan de zijkanten terecht 3) Gletsjer beweegt zich door het dal naar beneden 4) Materiaal in de gletsjer schuurt een dal uit het landschap 5) Gletsjer trekt zich terug en laat U-dal achter   a) De Grebbeberg is ontstaan in de voorlaatste ijstijd (het Saalien), toen landijs half Nederland bedekte en grote hopen met sedimenten opstuwden. b) Stuwwal c) Tijdens de laatste ijstijd was Nederland een poolwoestijn; een zandvlakte zonder enige begroeiing. Nu groeien er veel planten.   a) Regelmatige strokenverkaveling links op de kaart, onregelmatige strokenverkaveling rechts op de kaart b) De bodem zal bestaan uit veen. Een aanwijzing is de plas die is afgegraven voor turf, maar ook de plaatsnaam ‘Vinkeveen’ zegt iets over de bodem.   a) Glaciale sedimentatie b) Mechanische verwering/vorstverwering c) Mechanische verwering door platenwortels, want er groeien in dit landschap bijna geen planten. Ook goed is: chemische verwering, want het klimaat is hier te koud.   a) Het is natuurlijk, want het is niet door mensen aangelegd. Het is niet natuurlijk, want zonder ingrijpen van de mens zou dit landschap niet bestaan hebben. Toelichting: heide ontstaat alleen maar als het land door schapen of ander vee wordt begraasd. b) Vroeger was de heide een manier om aan mest te komen, waarmee er op de onvruchtbare grond toch gewassen konden worden verbouwd. c) Nu is de heide hoogstens belangrijk voor de toerisme- en recreatiesector; mensen komen uit de wijde omgeving naar dit gebied toe om van de schoonheid van het landschap te genieten.