1) open and closed questions
2) writing an interview
Toets Engels
Stepping Stones 6e ed/ FLEX
Online maken
Toets afdrukken
A. Revolve aroundB. furiouslyC. DistractD. ValuableE. DirectionF. PastimeG. MandateH. Nutritient Toeschrijven aanErgens niet voor in aanmerking komenhulp, assisterenovertuigenkansenBeoordelenVolgenseerste reactie encompass contribute visionexpectationsdeterminedmeasure out energizedreleaseimpaireddupestanceimprove B. Buy
‘did’ is het hulpwerkwoord om het vragend te maken, ‘buy’ is het werkwoord wat aangeeft wat de belangrijkste actie is. A. Doesn’t
Doesn’t is hier het hulpwerkwoord, omdat het aangeeft dat iets niet zo is. Eat is hier het hoofdwerkwoord dat de belangrijkste actie aan geeft. present perfect continuouspresent perfectpast simplepresent perfect continuouspast simplepresent perfect A. Why are you so afraid?
Een gesloten vraag begint met een werkwoord (‘are’) en je kunt er eigenlijk maar twee antwoorden op geven: ja of nee. Een open vraag begint met waarom, wanneer, hoe of wat. Dit is handig voor interviews, anders krijg je alleen maar dat iemand ‘ja’ of ‘nee’ zegt. A. What are the differences between?B. Can you tell me what happened?C. Are you feeling OK?D. Could you describe it in more detail? Een afkorting, zoals ‘a.s.a.p.’. An
A
The Als het woord met een klinker (a, o, u, i) begint en je spreekt het woord ook zoals bij een klinker uit. Het gaat vooral om de uitspraak. Dus: an apple, an elephant. Maar ‘uniform’ spreek je in het Engels uit met een ‘j’ (juniform), waardoor je dan juist geen ‘an’ gebruikt. Kortom: alleen bij woorden waar je de eerste letter als een klinker uitspreekt. Bij ‘X-Ray’ spreek je de eerste klank ook uit alsof het een klinker is, waardoor het ook ‘an X-ray’ is. Bij alle woorden die met een medeklinker beginnen en waarbij je de eerste letter ook uitspreekt als een medeklinker. A banana, a cookie, a spoon. Let op bij woorden die wel met een klinker beginnen, maar waarbij je de eerste letter als een medeklinker uitspreekt (zoals uniform). Dan wordt het ‘a uniform’. Als er maar eentje van in (the president of Congo, the queen of England) of als je iets aanwijst (could you pass me the tea please?). Ook bij een groep mensen (the poor, the rich, the students) of bij specifieke gebouwen (The Victoria Museum). A. Bij deze woorden wordt de ‘f’ een ‘v’, zoals bij wolves, wives and leaves.
B. Als iets in de verleden tijd is gebeurd en het verder geen effect meer heeft nu. ‘Vorige week liep ik naar de bus’. Daar doen we niets meer mee, dat is gebeurd. Of ‘we gingen naar de film vorige week’. Wil je iets uitleggen over het verleden, maar heeft het wel nog effect op het nu? Dan gebruik je een andere vorm (‘hij heeft zijn been gebroken, daarom kan hij nu niet komen’).
C. Als iets in het verleden is gebeurd en het nu nog effect heeft. Je kunt dat vaak in de zin ook herkennen aan een bijzinnetje wat het effect aangeeft. Zoals bij de volgende zin: ‘he has eaten too much, he can barely walk now!’. Hij heeft te veel gegeten, daardoor kan hij nu niet lopen. Vraag jezelf dus steeds af: heeft het nu nog effect? Dan de present perfect.
D. Als je wil aangeven dat iets lang heeft geduurd (‘I have been waiting here for hours’)
E. Direct: she ran two miles this morning. Indirect: she says she has run two miles this morning.
Een indirecte zin wordt veel gebruikt in interviews, omdat je iets hebt gehoord en dat dan door vertelt. Zoals bijvoorbeeld: ‘zij vertelde mij dat zij zes uur heeft gelopen’. Bij een directe zin laat je dat eerste stukje weg: ‘zij heeft zes uur gelopen’.
F. So, you’re saying that… A. He says he has been waiting for this moment for a very long time.
B. She says her dog is barking at the cat right now.
C. They say that the painters have been working all day long.
Andere varianten zijn ook mogelijk met ‘he says, she says, they say, we say’.
A. you said earlier this morning
B. are you saying that an (hour spreek je uit met een stille h, dus alsof het met een klinker begint).an (zie uitleg bij articles)the (de enige)X (niets nodig hier)an (begint met klinker)a (begint met medeklinker) womenteethwolvesfisheschildrenbusesdogswishestomatoeshalvesheroesspiescitiessheep hasn’t started → gaat nog beginnen, heeft nog effect in het nu. has fixed → heeft nog effect, want Paul kan vandaag komen omdat hij zijn auto heeft gemaakt. Have you ever eaten → in het Nederlands zeg je ook ‘heb je ooit slakken gegeten?’ en niet ‘at je ooit slakken?’. didn’t rain → er staat geen effect bij in het nu. Gisteren regende het, punt. have visited. Het heeft nog effect, want ze kennen de plek nu goed. have been sitting → je benadrukt dat je al uren hebt zitten wachten met een present perfect continuous. have lost → het heeft nog effect, want je kunt nu niet bellen. have lived. Je woont er nog steeds, dus het heeft nog effect. has been waiting → je benadrukt dat ze lang heeft zitten wachten. have lived → we wonen er nog steeds, dus het heeft nog effect, want er staat ‘since’. bought → zij kocht kaartjes, heeft geen effect meer. have made → er staat een effect achter in de bijzin.has been walking → nadruk op dat ze al heel lang aan het lopen is.Have you been waiting → weer een nadruk op of iemand al lang aan het wachten is. bought → geen effect meer. has broken → het heeft nog effect, want ze kan niet komen skien. Saw → geen effect meer.knew, got → geen effect meer. have arrived → het heeft nog effect, want je belt er nu over. have you known → je kent Jack nog steeds (we gaan er van uit dat hij nog leeft) dus het heeft nog effect. Hi there! Today, we are interviewing Matthew Hulk before his swimming competition. Let’s start, firstly, Matthew, how are you feeling today?Are you nervous?Do you feel like you are well prepared for this competition?Do you follow a special diet before a competition?Why do you like competitions?Have you been training for a long time?How long have you been training for?Tip 1. Gebruik hierbij voorbeelden uit het boek bij ‘language helps’.Tip 2. Wissel af tussen gesloten en open vragen, dit zorgt voor een sterker interview. Tip 3. Probeer een signaalwoord uit het vorige hoofdstuk hierin te verwerken (je kunt bijvoorbeeld beginnen met, ‘to begin with, how are you feeling today?’). Alinea 2 = D. Dit zijn de resultaten van het onderzoek. “Our make-up explains up to 37 per cent of the difference in how calming, energising or fun people find exercise.” Het woordje ‘explains’ duidt op de resultaten van het onderzoek hier. Alinea 3 = A. “The importance of genetics was calculated by asking 226 pairs of twins with different levels of unspecified shared genes to run or cycle”. Dit is de manier waarop het werd berekend (te zien aan het woordje ‘calculated’). Alinea 4 = B. 'If genes affect the psychology of exercise, making us extroverts who get a boost from the gym or neurotics who worry about our muscles and joints, the one-size-fits-all approach to getting people exercising won't work.' Dit betekent dat er een nieuw inzicht is verkregen, namelijk dat iedereen anders reageert op sport en dat er daarom een verschillende aanpak moet komen hiervoor. 2 = [c] They took a computer-generated image of a typical male face and digitally altered it to have either a raised or a lowered brow. With just this one difference, neither face appeared ‘angry’. But when these two faces were shown to subjects, they reported the lowered brow face as looking like it belonged to a physically stronger man.
They is hier een belangrijk woord, want het verwijst naar een woord in de vorige zin (‘psychologists’). Bij de andere alinea’s past dit niet. Het gaat verder over dit onderzoek. 3 = a] Similar experiments were carried out with other parts of the face, raising the cheekbones to simulate a snarl, thinning the lips, flaring the nostrils or pushing out the chin. The presence of any one of these ‘angry’ facial features led the participants to judge that the person was physically stronger.
Similar is hier een belangrijk woord, want het verwijst naar de vorige alinea, waar er ook over experimenten wordt gesproken. Je kijkt dus steeds of het terug verwijst naar de vorige alinea. 4 = [b] So, like a frog puffing itself up or a dog baring its teeth, our angry faces have evolved as a way of intimidating others and displaying strength. Since people who are judged to be stronger tend to get their way more often, other things being equal, the explanation for evolution of the form of the human anger face is surprisingly simple: it is a threat display.
So is hier een belangrijk woord, want het is een concluderend woord: het vat alles wat er net is verteld nog even samen. Daardoor is dit de afsluitende alinea.
Deze toets bestellen?
Voordeligst
Lidmaatschap ToetsMij
€ 12,99/mnd
Snel nog even wat toetsen oefenen? Kies dan onze meest flexibele optie.