Humboldt 1e ed - Hoofdstuk 6 - Het Westen van de VS oefentoetsen & antwoorden

Twee platen die langs elkaar af bewegen (Transforme of transversale plaatbeweging) Onder de Noord-Amerikaanse plaat. Een Afro-Amerikaan is een Amerikaan die afstamt van Afrikaanse slaven. Hispanics zijn mensen afkomstig uit de spaanstalige landen van Midden- en Zuid-Amerika. a) Central Business district b) De centrale zakenwijk met kantoren, winkels, hotels en uitgaansgebied, de kern van de stad.  Steppeklimaat (BS), Woestijnklimaat (BW), Mediterraan klimaat (Cs, ook wel Middellandse Zee-klimaat genoemd) en het Continentaal klimaat (D, ook wel landklimaat genoemd). Economische push- en pullfactoren. Ze zijn op zoek naar een betere baan/beter betaald werk in de VS. De edge city. Dit betekent letterlijk ‘stad aan de rand’. Het CBD is het centrum en de suburbs liggen rondom het CBD (tussen het CBD en de edge city). Water in vulkanische gangen wordt sterk verhit door het magma in de grond. Door de druk van het water dat er boven zit kan het water niet weg. Het water wordt steeds heter, bouwt steeds meer druk op, totdat uiteindelijk de druk zo groot is dat het al het water omhoog duwt: de geiser spuit. Door platentektoniek is het colorado-plateau steeds verder omhoog opgetild. De rivier de colorado (en voorlopers van de colorado) stromen door het colorado-plateau. Door de uitschurende kracht (erosie) van de rivier, is het landschap steeds verder uitgeschuurd. Er is door de rivier een diepe kloof ontstaan: de canyon. Druppelirrigatie, waarbij er leidingen/slangetjes lopen langs je gewassen en een computer precies berekend hoeveel water er uit de slangetjes mag druppelen zodat je plantjes precies genoeg water hebben (en niet te veel). Irrigatiewater bevat altijd een beetje zout. Als het water verdampt, blijft het zout achter op of in de bodem. Hierdoor wordt de bodem langzaam steeds zouter. Deze zouter wordende bodem noemen we verzilting. De grond wordt hierdoor slechter/minder vruchtbaar. Omdat Amerika ontdekt is vanuit de oostkust. Europeanen kwamen aan in het ‘beschaafde’ oosten, maar het Westen van de VS was onbekend terrein. Daar woonden de indianen, die in hun ogen ‘wild’ waren. Omdat door de welvaart de mobiliteit toen toenam. Mensen konden een auto betalen. Ze hoefden niet meer persé in het centrum te wonen, maar konden nu ook aan de rand van de stad gaan wonen, in de suburbs, en met hun auto naar hun werk in het centrum rijden. Het percentage neemt af. Voornamelijk omdat je steeds verder weg bent van Midden- en Zuid-Amerika (Mexico) waar de hispanics vandaan komen. Hoe groter de afstand, hoe kleiner de kans dat je nog hispanics-migranten vind. Amerikaanse steden zijn veel jonger. Europese steden zijn in de middeleeuwen rondom een dorpskern ontstaan en alle kanten op gegroeid. Amerikaanse steden zijn pas vrij recent (tussen 1900-1950) ontworpen op de tekentafel, waarbij men dus rechte straten intekenden in het ontwerp. De pilaar is gevormd door erosie van de wind (de uitschurende werking van de wind). De wind laat zanddeeltjes langs het gesteente afblazen, waardoor het stuk rots steeds verder afslijt. De onderkant is smaller, omdat hier meer zanddeeltjes langsaf schuren. De wind krijgt zanddeeltjes namelijk vooral rollend/vlak boven de grond mee geblazen, en minder makkelijk hoger door de lucht. De onderkant van rotsen zal daardoor in de woestijn sneller afslijten. a) Bij nummer 1 hoort stuwingsregen of de loefzijde van de berg.Bij nummer 2 hoort regenschaduw of de lijzijde van de berg.Toelichting: een fijn ezelsbruggetje: ‘loef = droef (want regen)’ en ‘lij = blij (want droog/zonnig). (Belangrijk: niet elke docent zal dit uitleggen, dus misschien hoef je dit niet te kennen, maar veel docenten zullen loef- en lijzijde wel uitleggen).b) Coast Ranges (kustgebergte) en Sierra Nevadac) Bij nummer 2, aan de lijzijde/ droge kant. - De groep hispanics/latino’s (vooral mexicanen), zijn met name arbeidsmigranten in het zuiden van de VS - De groep aziaten, ze zijn meestal hoger opgeleid en dus kennismigranten met hoogopgeleide banen, ze staan bekend als de ‘model minority’ (voorbeeldgroep)- De groep afro-amerikanen, afstammelingen van voormalig slaven uit de 18e en 19e die werkten in het zuidoosten op plantages. Na de afschaffing van de slavernij bleven ze vaak in het zuidoosten wonen (of ze trokken naar industriesteden in het noordoosten). Geel = blanke Amerikanen, Rood = Afro-Amerikanen, Blauw = hispanics en Groen = aziaten. a) een stuwmeer (op de voorgrond zie je de stuwdam).b)het stuwmeer kost ruimte, wat ten koste gaat van de natuur. door het stuwmeer moeten mensen die daar eerst woonde gedwongen verhuizen omdat hun land/huizen onder water zullen komen te staan. de stroming van de rivier wordt geblokkeerd, waardoor vissen bijvoorbeeld niet meer stroomopwaarts kunnen zwemmen. bij de bouw van een grote stuwdam komt veel CO2 vrij. Je kan kiezen voor suburb of edge city. In een getto woon je liever niet. Argumentatie: - In een suburb woon je aan de rand van de stad, met veel ruimte, meer groen, en minder criminaliteit. Vaak staan er grotere huizen met bijvoorbeeld een zwembad.- in een edge city woon je bij verkeersknooppunten aan de rand van de stad, waar grote malls (shoppingcenters) te vinden zijn. Je kan hier alles kopen wat je nodig hebt, en hoeft dus niet meer naar het centrum van de stad, lekker makkelijk!- in een getto woon je liever niet. Dit is een vervallen stadsdeel met vaak hoge criminaliteitscijfers en het geeft een onveilig gevoel om hier rond te lopen, zeker in het donker.  a) Twee van de volgende:De ‘Gold Rush’, er was goud te vinden en dus winst.Het prettige Mediteraanse (Middelandse zee) klimaat.Veel ruimte, prachtige natuur met stranden, bergen, woestijnenb) Twee van de volgende:Het is tegenwoordig een erg dure staat geworden (hoge grondprijs, dure huizen, hoge belastingen, levensonderhoud duur)Stedelijke gebieden zijn vol en druk (luchtvervuiling, files)Gevolgen van klimaatverandering duidelijk: lange droogteperiodes, watertekorten, bosbranden.