Integraal in Balans 2e ed - Economie thuis
- Hoofdstuk 1 - Consument en welvaart
oefentoetsen & antwoorden
2e editie
Klas 2-3|Havo/vwo
Deze toets behandelt o.m. de volgende onderwerpen: de jonge consument, consumptie in Nederland, schaarste en welvaart, kopen en betalen en economie thuis en recht.
Toets Economie
Integraal in Balans 2e ed - Economie thuis
Online maken
Toets afdrukken
a) Weinig verschil bij:dagje uitmobiele telefoon eten, snoep en drinken sport, hobby en muziekles abonnementboeken, bordspellen en speelgoedvakantieschoolspullen en schoolboekenb) Het gaat vooral om secundaire goederen. Het zijn luxe producten die niet noodzakelijk zijn om te overleven. a) Om over een schaars goed te kunnen beschikken, zijn productiemiddelen nodig. Er kunnen met de beschikbare productiemiddelen niet voldoende goederen worden geproduceerd om aan al onze behoeften te kunnen voorzien. Voor een vrij goed hoef je geen productiemiddelen op te offeren om over een dat goed te kunnen beschikken.b) Nee, drinkwater wordt geen schaars goed, maar moet geproduceerd worden, en is dus altijd een schaars goed, ook als het drinkwater in ruime mate aanwezig zou zijn. a) Een pinpas is geen van beide. Een pinpas is een middel om jouw girale geld op je bankrekening over te boeken naar de bankrekening van de winkelier.b) Ander manieren om te betalen in een winkel zijn:Betalen met chartaal geld (munten en bankbiljetten).Betalen met een creditcard. Met een creditcard kun je overal in de wereld betalen. Je kunt er ook geld mee opnemen. Alle bedragen die je betaalt met je creditcard, worden een keer per maand van je bankrekening afgeschreven. Om een creditcard te krijgen moet je minstens 18 jaar zijn en een regelmatig, bepaald inkomen hebben. Niet alle bedrijven accepteren een creditcard.Contactloos betalen. Je rekent (kleine) bedragen af met je betaalpas, digitaal horloge of mobiele telefoon zonder een pincode te gebruiken.c) Thuisbankieren kan door:Internetbankieren. Je betaalt rekeningen via internet. Je logt in op de website of app van je bank en vervolgens geef je betaalopdrachten. Periodieke overboeking. Je geeft de bank de opdracht om bijvoorbeeld iedere maand een bedrag van jouw rekening naar de rekening van een ander over te boeken. Automatische incasso. Je geeft een ander toestemming om geld van jouw rekening af te halen.IDEAL. Met IDEAL kun je online gekochte artikelen direct betalen via je eigen bankrekening.Telefonisch. Je belt met de bank en geeft telefonisch opdracht een bedrag over te maken. De kosten daarvan zijn hoger. Vier samenlevingsvormen:Huwelijk. Bij trouwen zeg je ‘ja’ tegen elkaar bij de burgerlijke stand van je gemeente. Wettelijk geldt een beperkte gemeenschap van goederen. De beperkte gemeenschap van goederen houdt in dat een onderscheid wordt gemaakt tussen bezittingen en schulden (privévermogen) van vóór en tijdens het huwelijk. Alle bezittingen en schulden (bijvoorbeeld een auto op afbetaling) die voor het huwelijk gezamenlijk waren en wat echtgenoten tijdens het huwelijk opbouwen, valt in de huwelijksgemeenschap. Alle bezittingen en schulden van elk van de partners van vóór het huwelijk blijven privévermogen van iedere echtgenoot. Ook ontvangen schenkingen en erfenissen zijn privévermogen. De schenkingen en erfenissen vallen dus niet in de huwelijksgemeenschap.Geregistreerd partnerschap. Als je trouwt, moet je elkaar het ‘ja-woord’ geven. Bij een geregistreerd partnerschap is dit niet verplicht. Beide personen tekenen een partnerschapsovereenkomst bij de burgerlijke stand van de gemeente. Verder werkt het geregistreerd partnerschap net zoals een huwelijk.Samenlevingsovereenkomst. Een andere mogelijkheid om een aantal zaken juridisch tussen jou en je partner te regelen is door het opstellen van een samenlevingsovereenkomst. Bij een samenlevingscontract vloeit niets uit de wet voort, je zult alles zelf moeten regelen en (laten) vastleggen. Ondanks een contract moeten de partners na de geboorte van een kind extra stappen ondernemen om de vader ook de wettelijke vader te laten worden en gezamenlijk gezag mogelijk te maken.Gewoon samenwonen. Bij ongehuwd samenwonen of samenwonen zonder contract of geregistreerd partnerschap blijven alle bezittingen en schulden van de samenwonenden automatisch gescheiden. De samenwonenden hebben geen rechten en plichten naar elkaar. Als een van de twee komt te overlijden gaan (als er niets anders is geregeld) de bezittingen van de overledene naar de familie van de gestorvene. a) € 7,50 per week x 52 weken / 12 maanden = € 32,50 per maand.b) Zij hebben geen van tweeën gelijk. € 6 per week x 52 weken / 12 maanden = € 26 per maand. Dus evenveel. Of: € 26 per maand x 12 maanden / 52 weken = € 6 per week. Dus evenveel. a) € 450 / 100 x 37 = € 166,50 (of € 450 x 0,36).b) € 280.000 / 1.000 x 12 = € 3360 (of € 280.000 x 0,012).c) € 450 / € 1.500 x 100 = 30% (of € 450 / € 15 = 30%).d) Verschil in zakgeld / zakgeld Stefano x 100% = (€ 25 - € 20) / € 20 x 100% = 25%.e) Verschil in zakgeld / zakgeld Johan x 100% = (€ 25 - € 20) / € 25 x 100 = 20%. a) Het gemiddelde inkomen is met € 16.443 - € 16.200 / € 16.200 x 100 = 1,5% toegenomen.b) De koopkracht van het gemiddelde inkomen is afgenomen omdat de prijzen meer stijgen dan het inkomen.c) Door de daling van de koopkracht is voor dit land de welvaart in enge zin afgenomen.d) Het verband tussen koopkracht en schaarste is dat als de welvaart toeneemt als de schaarste afneemt. Omgekeerd neemt de welvaart af als de schaarste toeneemt.e) Nee, op grond van bovenstaande gegevens kan er geen oordeel worden gegeven over het welzijn van de bewoners van dit land. De gegevens zeggen niet over het geluk, over het welbevinden van de bewoners van dit land. a) Suzanne heeft € 950 - € 5 (transactiekosten) = € 945 beschikbaar voor de aankoop van vreemde valuta. 945 x 1.354,8 = KRW 1.287.060.b) Suzanne heeft over: KRW 1.287.060 – KRW 1.089.440 = KRW 197.620. Zij ontvangt daarvoor in euro’s: 197.620 / 1.388,3 = € 142,35. Na transactiekosten ontvangt ze € 142,35 – € 5 = € 137,35. a) De Noaber heeft alle functies die geld ook heeft.De Noaber wordt gebruikt als ruilmiddel. Je ruilt diensten die je voor een ander verricht tegen Noaber en je kunt met je verdiende Naober diensten kopen die een ander voor jou doet. De Noaber wordt gebruikt als betaalmiddel, zoals de contributie van 3 Noaber per maand. Je kunt ook de Noaber gebruiken als spaarmiddel (oppotmiddel) om er later goederen of diensten mee te kopen. Tenslotte wordt de Noaber gebruikt als rekenmiddel: ieder uur dienstverlening wordt in Noaber uitgedrukt.Let op: Noem in je antwoord alle functies van geld die op de Noaber van toepassing zijn en maak duidelijk, eventueel met voorbeelden uit de tekst, waarom de Noaber die functies heeft.
b) Er is hier sprake van indirecte ruil. De goederen en diensten worden niet rechtstreeks met elkaar geruild. De Noaber wordt gebruikt als geld. De producten en diensten worden geruild tegen Noaber en dat kun je weer gebruiken om andere producten en diensten te kopen. a) Als er geen testament is opgemaakt geldt het versterfrecht. Hiermee wordt bedoeld het geheel van wettelijke regels dat geldt bij huwelijk en geregistreerd partnerschap als er geen testament is opgemaakt.b) Het gezamenlijk vermogen van Lars en Esther is € 500.000 + € 40.000 - € 300.000 + 19.250 + € 23.000 = € 282.000.c) De nalatenschap van Esther is € 141.000 (de helft van € 282.000) + € 50.000 = € 191.000.d) Lars en de drie kinderen krijgen elk één vierde deel van de nalatenschap: 0,25 x € 191.000 = € 47.750.e) Lars hoeft geen erfbelasting te betalen, omdat de vrijstelling (€ 638.080) hoger is dan zijn wettelijk erfdeel (€ 47.750).f) Elk kind heeft een vrijstelling van € 20.209. Dus voor ieder kind moet over € 27.541 (€ 47.750 - € 20.209) belasting worden berekend.g) Lars betaalt aan erfbelasting voor de kinderen: 10% van 3 x € 27.541 = € 8.262,30.h) Als een kind onterft zou zijn heeft dat kind wel recht op de legitieme portie: de helft van de waarde van het erfdeel dat een kind zou hebben gekregen, als er geen testament gemaakt zou zijn. a) Belastbare deel ouders = (€ 5.000 + € 1.000) – € 5.320 = € 680. Te betalen schenkbelasting over schenking ouders = schijf 1 (€ 680 - € 0) x 10% = € 68.b) Belastbare deel opa = € 130.000 – € 2.129 (eenmalige vrijstelling is al gebruikt!) = € 127.871.Te betalen schenkbelasting over schenking opa:schijf 1 (€ 122.269 - € 0) x 18% = € 22.008,42schijf 2 (€127.871 - €122.269) x 36% = € 2.016,72 + € 24.025,14
Deze toets bestellen?
Voordeligst
Lidmaatschap ToetsMij
€ 12,99/mnd
Snel nog even wat toetsen oefenen? Kies dan onze meest flexibele optie.