Toets Wiskunde

Moderne Wiskunde A 12e ed/FLEX deel 2 - Hoofdstuk 7 - Statistische verwerking oefentoetsen & antwoorden

12e editie

Onderwerpen: Statistiek, klassenindeling, frequentieverdeling, centrummaten, spreidingsmaten, cumulatieve verdelingen. (E1,2,3,4)

Moderne Wiskunde A 12e ed/FLEX deel 2
Toets Wiskunde
Moderne Wiskunde A 12e ed/FLEX deel 2
Online maken
Toets afdrukken
a) De totale frequentie van het aantal toetsen is $3+4+5+8+7=27$. $2$ leerlingen die de toets niet gemaakt hebben erbij, dus er zitten $27+2=29$ leerlingen in de klas.b) Klasse II heeft als linkergrens $2$ en als rechtergrens $4$. Het klassemidden is dus $\frac{2+4}{2}=3$c) De cumulatieve frequentie van een klasse is het totaal van alle frequenties vanaf de laagste klasse. In dit geval dus $3+4+5+8=20$d) De modale klasse is de klasse met de meeste waarnemingen. Dus klasse IV.e) De spreidingsbreedte is altijd de grootste spreidingsmaat (grootste waarneming minus de kleinste waarneming). Hoe groot de spreidingsmaat  hier is weet je niet omdat je niet weet wat het hoogste cijfer en wat het laagste cijfer is. a) De modus is hier de schoenmaat die het meeste voorkomt, ofwel de hoogste frequentie heeft. Dus maat 40.b) Dit kun je gewoon met je GR doen. Je voert een lijst met de schoenmaten in en een tweede lijst met de bijbehorende frequenties. Welk menu gebruik je, dat noteer je: bijvoorbeeld Var-StatJe leest af dat de mediaan 39 is, het gemiddelde 39 is en de standaardafwijking $1.7$ is. a) Alle voorkomende cijfers komen even vaak voor, dus uniform.b) Hogere cijfers komen veel voor en hoe lager de cijfers worden steeds minder, dus linksscheef.c) Er is een grote groep mensen die tussen de 20.000 en 45.000 per jaar verdient. Hogere inkomens zijn er ook maar naarmate de inkomens hoger worden komen ze steeds minder voor, dus rechtsscheef.d) Mannenlopen schaatsen sneller en hebben een lagere/betere tijd. Vrouwen schaatsen iets langzamer en hebben een hogere minder goede tijd, dus meertoppig of tweetoppig. a) Er zijn een even aantal waarnemingen. De mediaan is dus het gemiddelde van de middelste 2.$\frac{178+180}{2}=179$ cm.b) Er zijn 2 waarnemingen die het meest, -namelijk 3 keer - voorkomen, $188$ cm en $193$ cm.Er is dus geen modus.c) De spreidingsbreedte is de maximale minus de minimale waarneming.$199-160=39$ cm is dus spreidingsbreedte.d) Kwartielafstand is $Q_3 - Q_1$$Q_1$ is de mediaan van de eerste helft dus $\frac{168+169}{2}=168.5$ cm$Q_3$ is de mediaan van de eerste helft dus $\frac{188+188}{2}=188$ cm$Q_3 - Q_1 = 188 - 168.5 = 19.5$ cme) Klassebreedte $5$ dus eerste klasse is $[160,165>$, waarbij $160$ wel tot de klasse behoort maar $165$ nietIn de eerste klasse zitten dus $4$ waarnemingenZo maak je de eerste 2 kolommen van onderstaande figuur af.KlasseAbsolute frequentie(opgave e)Relatieve frequentie(opgave f)Cumulatieverelatieve frequentie(opgave g)$[160,165>$$4$$12.5 \%$$12.5 \%$$[165,170>$$5$$15.625 \%$$28.125 \%$$[170,175>$$5$$15.625 \%$$43.75 \%$[175,180>$$2$$6.25 \%$$50 \%$$[180,185>$$5$$15.625 \%$$65.625 \%$$[185,190>$$5$$15.625 \%$$81.25 \%$$[190,195>$$5$$15.625 \%$$96.875 \%$$[195,200>$$1$$3.125 \%$$100 \%$f) De totale frequentie is $32$. In de eerste klasse zitten er $4$.Dus relatieve frequentie is $\frac{4}{32} \cdot 100 \% = 12.5 \%$In de tweede klasse geldt dus $\frac{5}{32} \cdot 100 \%= 15.6%$Zo maak je 3e kolom van bovenstaande tabel af.g) Je berekent eerst alle relatieve cumulatieve frequenties.Voor de eerste klasse is dat ook $12.5 \%$Voor de tweede klasse is dat $12.5 \% + 15.625 \% = 18.125 \%$Voor de derde klasse $18.125 \% + 15.625 \% = 23.7 \%$Maak de 4e kolom van bovenstaande tabel af.Grafiek met op de horizontale as: $160, 165, …, 200$ cmOp de verticale as: $10 \% , 20 \% ,… ,100 \%$ De punten $(160,0)$, $(165;13)$, $(170, 28)$, $(175,43)$, $(180,50)$, $(185,65)$, $(190,81)$, $(195,97)$ en $(200,100)$. Bij een cumulatieve polygoon staan de punten weergegeven op de rechtergrens van de klasse. De punten zijn verbonden door rechte lijnstukken.h) $120$ is een enorme uitschieter. Uitschieters hebben veel meer invloed op het gemiddelde dan op de mediaan. De modus verandert niet. Dus het gemiddelde veranderd het meest.i) Er waren $2$ lengtes die $3$ keer voorkwamen. Daardoor was er geen modus. Dus een jongen met lengte $188$ cm of $193$ cm is weggegaan waardoor er nog maar 1 lengte is die 3 keer voorkomt. a) $40 \%$ van de meisjes besteedt minder dan $8$ uur per week aan hun huiswerk.Dus $100-40=60 \%$ besteedt meer dan $8$ uur er week aan haar huiswerk.b) De klassenmiddens zijn $2$, $5$, $7$, $9$, $11$ en $14$. De bijbehorende percentages zijn $11$, $19$, $27$, $24$, $13$ en $6$ (de afgelezen waarden mogen maximaal $2$ afwijken).Dus gemiddelde is $\frac{11 \cdot 2 + 19 \cdot 5+27 \cdot 7+24 \cdot 9+13 \cdot 11+6 \cdot 14}{100}=7.49$c) Mannen hebben een lager gemiddelde dus die “klok” of curve moet links liggen van de ‘klok’ of curve van de vrouwen. Bij mannen is de ‘klok’ of curve smaller omdat de spreiding kleiner is. Dus figuur I. a) In restaurant A waren bijvoorbeeld $60 \%$ van de fooien lager dan $4$ dollar. In restaurant B was dit maar $10 \%$ van de fooien. De polygoon van A ligt altijd boven die van B. Dus in restaurant B wordt meer fooi gegeven.b) In restaurant A was $95 \% - 90 \% = 5 \%$ van de fooien tussen de $8$ en $10$ dollar.In restaurant B is dat $60 \% - 35 \% =25 \%$Beide restaurants hadden de gegevens van $500$ rekeningen verwerkt.$5 \%$ van $500$ is $0.05 \cdot 500=25$ rekeningen, $25 \%$ van $500$ is $0.25 \cdot 500=125$.Conclusie: In restaurant B waren er $125-25=100$ fooien meer tussen de $8$ en $10$ dollar.c)  In de grafiek kun je zien dat $80 \%$ (meer dan $75 \%$) van de fooien van restaurant A lager is dan $6$ dollar.Je ziet ook dat $20 \%$ van de fooien van restaurant B lager is dan $6$ dollar, dus is $100 \% - 20 \% = 80 \%$ hoger. En $80 \%$ is ruim driekwart. Conclusie: Ruim driekwart van de fooien in restaurant B is hoger dan de $75 \%$ laagste fooien van restaurant A.

Deze toets bestellen?

Voordeligst
Lidmaatschap ToetsMij
€ 12,99/mnd
  • Snel nog even wat toetsen oefenen? Kies dan onze meest flexibele optie.
  • Je kunt maandelijks opzeggen.
  • Toegang tot alle vakken bij ToetsMij.
Kies dit abonnement

Wat krijg je bij een abonnement?

  • Toegang tot alle vakken
  • 20 kwalitatieve oefentoetsen per maand
  • Antwoorden, uitwerkingen en toelichtingen
  • Geen stress voor het maken van toetsen
Eenvoudig en veilig betalen met iDEAL of creditcard
3 maanden ToetsMij
€ 12,99
€ 10,99/mnd
  • Voordelig en flexibel. Ideaal als je maar een paar maanden toetsen hoeft te gebruiken.
  • Betaal per kwartaal en bespaar hiermee 2 euro per maand.
  • Toegang tot alle vakken bij ToetsMij.
Kies dit abonnement

Wat krijg je bij een abonnement?

  • Toegang tot alle vakken
  • 20 kwalitatieve oefentoetsen per maand
  • Antwoorden, uitwerkingen en toelichtingen
  • Geen stress voor het maken van toetsen
Eenvoudig en veilig betalen met iDEAL of creditcard
1 jaar ToetsMij
€ 12,99
€ 7,50/mnd
  • Favoriete keuze van meer dan 70% van de gebruikers.
  • Betaal slechts 90 euro per jaar en bespaar hiermee 65 euro.
  • Geniet van een volledig jaar toegang tot alle vakken bij ToetsMij.
Kies dit abonnement

Wat krijg je bij een abonnement?

  • Toegang tot alle vakken
  • 20 kwalitatieve oefentoetsen per maand
  • Antwoorden, uitwerkingen en toelichtingen
  • Geen stress voor het maken van toetsen
Eenvoudig en veilig betalen met iDEAL of creditcard

Dit zeggen leerlingen en ouders

10

Cijfers omhoog

Onze zoon had in februari zeker 12 minpunten. Hij is gestart met oefenen via Toets mij en heeft een geweldige eindsprint getrokken en afgelopen week bijna het onmogelijke waargemaakt. Er zijn nog maar 2 minpunten over en nog niet alle toetsen zijn terug. Het heeft onze zoon enorm geholpen, omdat er breed getoetst wordt en de vraagstelling, zoals van hem begrepen, overeenkomt met de toets. Als je de oefentoetsen goed kunt maken, beheers je de stof echt goed!

AP
9.0

Fijn dat leerlingen alvast een keer een toets kunnen oefenen die eruit ziet zoals op school.

Wij hebben sinds kort Toetsmij, omdat onze dochter het erg lastig heeft met Wiskunde. Op deze manier kan ze het hoofdstuk oefenen met een toets die qua vraagstelling overeenkomt met de toetsen op school. Nu kan ze dit dus eerst oefenen voordat ze de echte toets moet doen. Als docent Engels die werkt met Of Course en All Right kan ik bevestigen dat de toetsen grotendeels overeenkomen met de vraagwijze van de methode zelf. Dat is dus heel fijn voor leerlingen om te oefenen. We hadden heel even een dingetje met het nakijken, want de uitwerkingen werden niet goed weergegeven. Even een mailtje en binnen een dag reactie en ICT ging meteen aan de slag met het herstellen van de uitwerkingen. Super contact, goede dienstverlening! Aanrader!

Lelani van den Berg
10

Zéér tevreden!!

Lid geworden voor mijn zoon in leerjaar 1 van (toen 13) inmiddels 15. Hij zit nu in leerjaar 3 HAVO. Elk boek is makkelijk te vinden en alsmede mailt met een probleem omdat hij Duits krijgt uit een boek van leerjaar 2 word dit zelfs op zondag binnen een half uur opgelost en toegevoegd aan ons account! Zo’n toffe service zie je niet vaak meer! Dus wij zijn zéér tevreden. Sinds we het nu weer gebruiken (tijdje niet gebruikt) scoort hij weer voldoendes en zelf voor wiskunde een 8.8!

Linda Ockers

Zoek in meer dan 10.000 toetsen

Echte toetsvragen, precies aansluitend op jouw lesmethode en leerjaar. Voor klas 1 t/m 6 van vmbo-t t/m gymnasium.

Ik zit in het
en doe
ik wil beter worden in