Biologie voor Jou MAX (release 8.0) Deel B - Thema 8 - Gedrag oefentoetsen & antwoorden

Gedrag is alles wat mensen of dieren doen. Denk hierbij aan de reactie op prikkels die ze laten zien. Ook slapen, eten, drinken en sporten is bijvoorbeeld gedrag.  Dit noem je een ethogram. Het bestuderen van gedrag heet namelijk ethologie en wordt gedaan door een etholoog.  B: Motivatie. Alleen een prikkel is niet voldoende.  Een sleutelprikkel is een prikkel die altijd dezelfde reactie oplevert. Een supranormale prikkel is een prikkel die een sterkere reactie oplevert dan een normale prikkel.  D. Het kan zijn dat je voor antwoord C bent gegaan. Inprenting gaat over de geur en de roep van de moeder herkennen. Imiteren gaat écht over het gedrag nadoen. Kijk ook of je de andere antwoorden kan omschrijven, of dat je die nog even moet doorlezen.  A – 3 B – 1 C – 2 ErfelijkAangeleerdAangeleerdErfelijk (emotie)  Gedrag waarnemen – ethogram maken – protocol maken – resultaten overzichtelijk weergeven. Met behulp van een ethogram volg je het gedrag van het dier. De lijst waar alle waargenomen handelingen met aantallen zijn weergegeven noem je een protocol, uiteindelijk verwerk je dit bijvoorbeeld in een staafdiagram.  SleutelprikkelSleutelprikkelSleutelprikkelSupranormale prikkel (overdreven, dus onze reactie kan ook overdreven zijn)  A – 4 B – 2 C – 1 D – 3  A. Conditioneren. De hond leert dat wanneer hij een truc uitvoert hij een koekje krijgt. Het zal dus in het vervolg luisteren naar jouw teken, de truc doen en hopen op een koekje.  D.  De urine van de hond heeft een sterke geur. Door vaker te plassen ruiken andere honden dat dit ‘zijn’ gebied is. Tijgers en leeuwen, maar ook andere dieren, doen dit ook!  De koninginDe werkbij De dar  Dit is een verschil in normen. Het gaat hier om een gedrag. Waarden zijn de ideeën van mensen over wat zij belangrijk vinden. De manier waarop je elkaar met respect behandelt, valt hier ook onder. Normen zijn gedragsregels, deze zijn wel gebaseerd op waarden.  a. Kip a, want die deelt vooral de pikken uit  b. Kip c, die krijgt helaas de meeste pikken.c. Kip a heeft duidelijk de leiding. Hij deelt de pikken uit en mag als eerste bij het voedsel!  Dit gedrag heet conditioneren of trial and error (proefondervindelijk leren). De apen hebben geleerd dat wanneer ze voedsel stelen van mensen, ze voedsel hebben! Hierdoor worden ze beloond voor hun actie.  a. De uitwendige prikkel is de geur van versgebakken brood. b. De inwendige prikkel is bijvoorbeeld honger, of zin in een broodje.  Dit is een voorbeeld van sociaal gedrag, omdat het tussen twee soortgenoten gaat. Ze willen zeker weten dat ze genoeg eten hebben en genoeg ruimte voor het grootbrengen van jongen.  a. Erfelijke eigenschap. Het laten zien van emotie in een gezicht is iets wat je vanaf je geboorte al kan. b. Het maken van gebaren is aangeleerd, dit kan namelijk ook per cultuur verschillen.