Toets Economie

LWEO Jong en Oud 5e ed - Hoofdstuk 1 t/m 8 - oefentoetsen & antwoorden

5e editie

Deze oefentoets behandelt o.m. de volgende onderwerpen: gevangendilemma, stroomgrootheid, belastbaar inkomen, denivellering, averechtse selectie, Lorenzcurve, externe effecten, gemiddeld heffingstarief, vergrijzing, Intertemporele ruil, inflatie, Moral hazard, asymmetrische informatie, averechtse selectie, consumentenprijsindex

Examendomein: A. D, E, F, G

LWEO Jong en Oud 5e ed
Toets Economie
LWEO Jong en Oud 5e ed
Online maken
Toets afdrukken
WerkwijzeOm te weten wanneer je van een gevangendilemma spreekt moeten we eerst helder aan welke voorwaarde voldoen moet zijn.Een gevangendilemma kent altijd twee partijenBeide partijen moeten een keuze maken zonder dat er overleg plaats kan vinden.Beide partijen zullen altijd de keuze maken voor de optie waar ze zelf het beste uitkomen.Als een partij steeds dezelfde keuze maakt dan spreek je van een dominante strategie.Als de uitkomst die dan tot stand komt niet de beste uitkomst is dan spreek je van een suboptimale uitkomst.EindantwoordEr is sprake van een gevangendilemma als beide partijen een dominante strategie hebben en de uitkomst niet-optimaal is. WerkwijzeOm te weten wat met Stroomgrootheid bedoelen moeten we de context waarin dit gebruikt wordt even bespreken.Als we spraken over begrippen als inkomen, spaargeld, schuld en vermogen dan is het moment waarbij het hoort wel belangrijk. Zonder de informatie over de periode is de informatie onvolledig.Met stroom bedoelen we wat je over een periode behaalt hebt.EindantwoordMet stroomgrootheid bedoelen we wat de stand is na een periode. Dus bijvoorbeeld: In de maand januari is mijn inkomen 3.500 euro. WerkwijzeOm te weten wat het verschil is tussen bruto inkomen en belastbaar inkomen moeten we eerst deze begrippen even uitleggen.Het bruto inkomen is het totale jaarinkomen van iemand.Het belastbaar inkomen is het inkomen waarover iemand belasting moet betalen.Daartussen zitten aftrekposten. Door aftrekposten is je belastbaar inkomen lager dan je bruto inkomen.EindantwoordVan je bruto inkomen mag je aftrekposten afhalen waardoor je een (lager) belastbaar inkomen hebt waarover je belasting moet betalen. WerkwijzeOm te weten wat je we met denivellering bedoelen moeten we eerst weten in welke context dit begrip terug komt.Denivellering komt samen met het begrip inkomensverschillen.Door belastingen en herverdeling verandert het verschil tussen de rijke en de arme bevolking.Wanneer dit verschil groter wordt spreek je van denivelleringEindantwoordMet denivellering bedoelen we dat de inkomensverschillen door herverdeling in verhouding groter worden. De verdeling is dan schever of minder gelijk.  WerkwijzeOm te weten wat we bedoelen met averechtse selectie vraagt aan ons om beide woorden eerst even te verklaren.Selectie is een groep / hoeveelheid die je hebt of wilt hebben.Als je spreekt van averechtst dan is dit juist het tegenovergestelde van wat je graag wilt hebben.Als we dit combineren hebben we het antwoord eigenlijk al.Dit komt vaak voor bij verzekeringen. Het begrip gaat alleen iets verder.Als je bij een verzekering veel klanten hebt die vaak schade hebben dan moet je de premie verhogen.Als gevolg hiervan zullen er mensen weggaan. Dit zullen vooral de mensen zijn die niet of nauwelijks schade hebben. Zij zullen de premie te hoog vinden.De mensen die vaak schade hebben zullen dit nog steeds goed vinden.EindantwoordMet Averechtse selectie bedoelen we dat een (verzekerings)maatschappij een groep  mensen heeft als klanten die het liever niet wilt hebben. Dit zijn vaak de mensen die veel schade hebben en dus de verzekeringsmaatschappij geld kosten. Als gevolg hiervan zal de premie omhoog gaan. Hierdoor zullen nog meer mensen weggaan. Dit proces noem je averechtse selectie. WerkwijzeOm te weten waarom de vergrijzing ervoor zorgt dat de financiering van de AOW onder druk komt te staan leggen we eerst beide begrippen uit.Met vergrijzing bedoelen we dat een steeds grotere groep de pensioenleeftijd bereikt heeft en een AOW uitkering krijgt.De AOW uitkeringen worden betaald volgens het omslagstelsel; de werkende van nu betalen voor de AOW utikeringen die nu uitgekeerd worden.Als door vergrijzing de groep ontvangers (AOW’ers) groter wordt dan de groep betalers (Werkende) dan wordt het moeilijk om het nog te betalen.De werkende zullen een hogere premie moeten gaan betalen.Door die hogere premie daalt het netto  / besteedsbaar inkomen.Dat zullen de werkende niet fijn vinden. EindantwoordOmdat de AOW betaald wordt volgens het omslagstelsel waarbij de werkende voor de AOW’ ers betalen kan het in het geval van vergrijzing zo zijn dat er meer ontvangers (AOW’ers) zijn dan betalers (Werkende). Hierdoor moeten de werkende meer afdragen en daardoor houden ze zelf minder geld over. WerkwijzeOm niet positieve / negatieve gevolgen te bedenken die Intertemporele ruil voor toekomstige generaties kunnen hebben kun je van allerlei zaken bedenken.Je moet dus iets bedenken waardoor de toekomstige generatie nadeel ondervinden zodat het de welvaart (de mate waarin mensen in hun behoefte kunnen voorzien) afneemt. En deze afname moet blijvend zijn.Je moet dus iets bedenken wat niet (op korte termijn) weer terug kan komen. Je kan hierbij bijvoorbeeld denken aan milieuzaken o.i.d. die niet snel omkeerbaar zijn. Denk aan klimaatveranderingen. De toekomstige generaties gaan hier “last” van krijgen. EindantwoordEen mogelijk minder positief effect van Intertemporele ruil voor toekomstige generaties is bijvoorbeeld de milieuproblemen zoals ontbossing, uitsterven van planten- en diersoorten en klimaatveranderingen.  WerkwijzeOm te weten waarom een degressief belastingstelsel kan leiden tot denivelleringen vraagt om eerst beide begrippen kort toe te lichten.Met een degressief belastingstelsel bedoelen we dat de procentuele belastingheffing naarmate je inkomen stijgt juist afneemt. Dus bijvoorbeeld voor een inkomen tot 50.000 betaal je 40% belasting. Van een inkomen tussen de 50.000 en 100.000 betaal je 30% belasting. En zo verder.Nivellering betekent dat de relatieve verschillen tussen arm en rijk kleiner worden. Daar is nu geen sprake van.nu moeten we dit nog combineren.EindantwoordDoor degressieve belastingen betalen mensen met een hoger inkomen procentueel gezien minder belasting dan mensen met een lager inkomen. Hierdoor worden de verschillen in besteedbaar inkomen groter. Daarom is er dan geen sprake van nivellering (maar juist denivellering).  WerkwijzeOm te weten wat het effect is van je reële hypotheekschuld door inflatie gaan we beide begrippen eerst even uitleggen.Door inflatie stijgen de prijzen. Je moet voor een product / dienst meer betalen dan in de periode daarvoor. De reële hypotheekschuld is de schuld die bent aangegaan door een lening af te sluiten voor je huis gecorrigeerd met de inflatie.Stel je koopt in 2010 een huis voor 200.000 euro. Door de prijsstijgingen is dit huis in 2020 in waarde gestegen naar 250.000. Terwijl jij nog een schuld hebt van “slechts” 200.000 (als we even ervan uitgaan dat mensen nog niet afgelost hebben op de schuld)Dus je schuld is nu niet meer 100%. De waarde (250.000) is groter dan de schuld (200.000). Hierdoor is je reële hypotheekschuld lager geworden. EindantwoordDoor een waardestijging van je huis kan het zijn dat de waarde van het huis hoger is dan de hypotheekschuld die je nog hebt. Hierdoor is je schuld dus reel gezien lager geworden.  WerkwijzeOm te weten waarom een eigen risico een oplossing kan zijn voor verzekeringsmaatschappijen tegen Moral hazard leggen we eerst beide begrippen kort uit.Wanneer je bij een verzekering een eigen risico heb moet je een deel van de schade zelf betalen. Dat wil je natuurlijk liever niet.Moral hazard is dat mensen zich onvoorzichtig gaan gedragen als ze verzekerd zijn. Omdat ze denken dat de schade toch wel door de verzekeringsmaatschappij vergoed worden. Als we deze twee combineren hebben we de uitkomst.EindantwoordDoor een eigen risico moet de verzekerde zelf een deel van de kosten betalen. De kans dat hij dan onvoorzichtig zal zijn is niet aannemelijk. Hierdoor voorkomt de verzekeringsmaatschappij dat mensen onvoorzichtig gaan zijn.  WerkwijzeAls je te maken hebt met een gevangendilemma dan moeten beide spelers een dominante strategie hebben en moet de uitkomst niet-optimaal zijn. We gaan alle mogelijke stappen langs om dit te beoordelen.EindantwoordAls A korting geeft, zal B ook korting geven: 5 is beter dan -2Als A geen korting geeft, zal B wel korting geven: +10 is beter dan 0Als B korting geeft, zal A ook korting geven:  is beter dan -2Als B geen korting geeft, zal A wel korting geven: +10 is beter dan 0Beide spelers hebben dus een dominante strategie. Dan is aan de eerste voorwaarde voldaan.De uitkomst die we dan krijgen is 5 / 5. Dit is voor beide de beste uitkomst. Daarom is er GEEN sprake van een gevangendilemma. Want daarvoor moet je uitkomen bij een niet-optimale uitkomst.  Tip 1: Bij zo’n vraag wanneer een van beide spelers geen dominante strategie heeft dan is er automatisch geen sprake van een gevangendilemma. Dus begin daar altijd als eerst mee. Dit kan je een hoop tijd besparen.Tip 2: Als je het op deze manier opschrijft is het kort, bondig maar wel compleet. Dit scheelt je veel schrijfwerk. Vergeet alleen niet op altijd de bedragen erbij te vermelden. Dat onderbouwt wat je ervoor opschrijft. WerkwijzeOm te weten wat je aan inkomstenbelasting moet betalen moeten we de belastingschijven gaan toepassen op het belastbare inkomen.Het belastbare inkomen is het bruto inkomen – de aftrekposten/De aftrekpost is 2,9% van 300.000 🡪 300.000 x 0,029 = 8.700.Het belastbaar inkomen is dan 65.000 – 8.700 = 56.300Dan gaan we de schijven toepassen.Alles valt in schijf 1: 56.300 x 0,3693 = 20.791Hier mag je dan de heffingskorting nog vanaf halen: 20.791-1.537 = 19.254 is de totale inkomstenbelasting.Dan houdt Jan netto over: 65.000 – 19.254 = 45.746 euroHet gemiddelde heffingstarief is de inkomensheffing / het brutoloon.EindantwoordBelastbaar inkomen = 65.000 – (300.000 x 0,029) = 56.300Schijf 1 = 56.300 x 0,3693 = 20.79120.791 – 1.537 = 19.254 is de totale inkomstenbelasting.19.254 / 65.000 x 100% = 29.6% WerkwijzeOm te weten wat het effect van progressieve belasting is op de rode Lorenz curve uit de afbeelding gaan we eerst uitleggen wat progressieve belasting is.Bij progressieve belasting betaalt iemand met een hoger inkomen relatief gezien een groter deel van zijn inkomen aan belasting.Hierdoor houden de hogere inkomens een lager netto inkomen / besteedbaar inkomen over.Hierdoor worden de verschillen tussen arm en rijk kleiner.Daardoor zal de rode lijn wat dichter bij de zwarte lijn komen te liggen. EindantwoordDoor progressieve belastingen betalen de hogere inkomens relatief gezien meer belasting dan de lagere inkomens. Daardoor worden de verschillen in netto inkomen kleiner en zal de lijn dichter tegen de diagonaal aanliggen.  WerkwijzeOm de (gemiddelde) inflatie uit te rekenen  moeten we de getallen uit tabel gaan gebruiken.Elke groep heeft een eigen wegingsfactor. Je moet de inflatie hiermee vermenigvuldigen.Dus als een groep voor 10% meetelt en de inflatie is 5% hoger dan doe je dit als volgt: 5 x 0,10. Je schrijft 10% als een groeifactor.Als je dit voor alle groepen doet en bij elkaar optelt dan heb je de consumentenprijsindex / inflatie.EindantwoordOm de inflatie uit te rekenen vermenigvuldigen we inflatiecijfers van de groepen met de wegingsfactor. De wegingsfactor schrijven we als een groeifactor.((2,1 x 0,10) + ( 0,9 x 0,20) + ( -1,4 x 0,05) + ( 5,6 x 0,15) + (3,7 x 0,35) + (0,1 x 0,15)) = 2,47% WerkwijzeOm te weten wat hoe asymmetrische informatie kan leiden tot averechtse selectie leggen we eerst beide begrippen kort uit.Asymmetrische informatie is dat de zekeraar en de verzekerde niet over dezelfde informatie beschikken. Hierdoor kan een verzekeraar een premie vaststellen die te hoog kan zijn.Door de te hoge premie kunnen mensen besluiten om zich niet te verzekeren omdat ze de hoge premie niet in verhouding vinden staan met de kans op eventuele schade. De mensen die dus nooit of bijna nooit ziek zijn zullen deze hoge premie niet willen betalen en gaan weg. Hierdoor blijft de verzekeraar zitten met de mensen die wel vaak ziek zijn. Dit kost meer geld en daardoor gaat de verzekeraar de premie een jaar later verhogen. Hierdoor gaan er weer mensen weg. Dit proces noemen we averechtse selectie.EindantwoordDoor asymmetrische informatie beschikken de verzekeraar en de verzekeringsmaatschappij niet over dezelfde informatie. De kans bestaat dat de premie te hoog vastgesteld worden waardoor mensen die weinig schade hebben weg gaan. Hierdoor heeft de verzekeringsmaatschappij meer slechte risico’s in zijn klantenbestand en moet hij de schade doorberekenen aan een kleinere groep klanten. Hierdoor verhoogt hij de premie. Omdat deze nieuwe premie ook voor een groep goede risico’s te hoog is zullen zij ook weg gaan. Dit is averechtse selectie.

Deze toets bestellen?

Voordeligst
Lidmaatschap ToetsMij
€ 12,99/mnd
  • Snel nog even wat toetsen oefenen? Kies dan onze meest flexibele optie.
  • Je kunt maandelijks opzeggen.
  • Toegang tot alle vakken bij ToetsMij.
Kies dit abonnement

Wat krijg je bij een abonnement?

  • Toegang tot alle vakken
  • 20 kwalitatieve oefentoetsen per maand
  • Antwoorden, uitwerkingen en toelichtingen
  • Geen stress voor het maken van toetsen
Eenvoudig en veilig betalen met iDEAL of creditcard
3 maanden ToetsMij
€ 12,99
€ 10,99/mnd
  • Voordelig en flexibel. Ideaal als je maar een paar maanden toetsen hoeft te gebruiken.
  • Betaal per kwartaal en bespaar hiermee 2 euro per maand.
  • Toegang tot alle vakken bij ToetsMij.
Kies dit abonnement

Wat krijg je bij een abonnement?

  • Toegang tot alle vakken
  • 20 kwalitatieve oefentoetsen per maand
  • Antwoorden, uitwerkingen en toelichtingen
  • Geen stress voor het maken van toetsen
Eenvoudig en veilig betalen met iDEAL of creditcard
1 jaar ToetsMij
€ 12,99
€ 7,50/mnd
  • Favoriete keuze van meer dan 70% van de gebruikers.
  • Betaal slechts 90 euro per jaar en bespaar hiermee 65 euro.
  • Geniet van een volledig jaar toegang tot alle vakken bij ToetsMij.
Kies dit abonnement

Wat krijg je bij een abonnement?

  • Toegang tot alle vakken
  • 20 kwalitatieve oefentoetsen per maand
  • Antwoorden, uitwerkingen en toelichtingen
  • Geen stress voor het maken van toetsen
Eenvoudig en veilig betalen met iDEAL of creditcard

Dit zeggen leerlingen en ouders

10

Cijfers omhoog

Onze zoon had in februari zeker 12 minpunten. Hij is gestart met oefenen via Toets mij en heeft een geweldige eindsprint getrokken en afgelopen week bijna het onmogelijke waargemaakt. Er zijn nog maar 2 minpunten over en nog niet alle toetsen zijn terug. Het heeft onze zoon enorm geholpen, omdat er breed getoetst wordt en de vraagstelling, zoals van hem begrepen, overeenkomt met de toets. Als je de oefentoetsen goed kunt maken, beheers je de stof echt goed!

AP
9.0

Fijn dat leerlingen alvast een keer een toets kunnen oefenen die eruit ziet zoals op school.

Wij hebben sinds kort Toetsmij, omdat onze dochter het erg lastig heeft met Wiskunde. Op deze manier kan ze het hoofdstuk oefenen met een toets die qua vraagstelling overeenkomt met de toetsen op school. Nu kan ze dit dus eerst oefenen voordat ze de echte toets moet doen. Als docent Engels die werkt met Of Course en All Right kan ik bevestigen dat de toetsen grotendeels overeenkomen met de vraagwijze van de methode zelf. Dat is dus heel fijn voor leerlingen om te oefenen. We hadden heel even een dingetje met het nakijken, want de uitwerkingen werden niet goed weergegeven. Even een mailtje en binnen een dag reactie en ICT ging meteen aan de slag met het herstellen van de uitwerkingen. Super contact, goede dienstverlening! Aanrader!

Lelani van den Berg
10

Zéér tevreden!!

Lid geworden voor mijn zoon in leerjaar 1 van (toen 13) inmiddels 15. Hij zit nu in leerjaar 3 HAVO. Elk boek is makkelijk te vinden en alsmede mailt met een probleem omdat hij Duits krijgt uit een boek van leerjaar 2 word dit zelfs op zondag binnen een half uur opgelost en toegevoegd aan ons account! Zo’n toffe service zie je niet vaak meer! Dus wij zijn zéér tevreden. Sinds we het nu weer gebruiken (tijdje niet gebruikt) scoort hij weer voldoendes en zelf voor wiskunde een 8.8!

Linda Ockers

Zoek in meer dan 10.000 toetsen

Echte toetsvragen, precies aansluitend op jouw lesmethode en leerjaar. Voor klas 1 t/m 6 van vmbo-t t/m gymnasium.

Ik zit in het
en doe
ik wil beter worden in