KERN Nederlands 1e ed
- Onderdeel Grammatica C1 t/m C5 -
oefentoetsen & antwoorden
1e editie
Klas 1-3|Gymnasium/vwo+
Deze toets behandelt o.m. de volgende onderwerpen: Taalstructuren, zinsdeelstukken, bijvoeglijke bepaling, bijstelling, ondergeschikte bijwoordelijke bepaling, samengestelde zinnen, hoofdzin, bijzin, voorlopig zinsdeel, herhalend zinsdeel, aangesproken persoon, tussenwerpsel, beknopte bijzin, samentrekking.
Toets Nederlands
KERN Nederlands 1e ed
Online maken
Toets afdrukken
Waar het Nederlands en Duits grotendeels een vaste woordvolgorde hanteren, is de woordvolgorde in het Grieks en Latijn juist helemaal vrij. In deze talen kun je zinsdelen op allerlei plekken in de zin zetten en ermee schuiven. Zinsdeelstukken zijn een soort zinsdeel in een zinsdeel. In sommige zinsdelen kun je opnieuw woorden of woordgroepen onderscheiden die een eigen functie hebben. Een enkelvoudige zin is een zin met één persoonsvorm en één onderwerp. Heeft een zin meer dan één persoonsvorm, dan is het een samenstelling van enkelvoudige zinnen en noem je dan een samengestelde zin. Een onomatopee is een klanknabootsing, een woord dat fonetisch het geluid nabootst dat het nabootst of suggereert. Voorbeelden zijn de werkwoorden piepen en sissen of het zelfstandig naamwoord koekoek. Beknopt betekent ‘met minder woorden’. Een beknopte bijzin is net als een bijzin een zinsdeel, maar dan zonder persoonsvorm en onderwerp. Het ‘denkbeeldige onderwerp’ van de beknopte bijzin is hetzelfde als van de hoofdzin. De vaste woordvolgorde in het Nederlands is anders dan in veel andere talen. Qua betekenis is de zin correct, maar de woordvolgorde is verkeerd. In het Nederlands zeggen we “Ik weet dat hij een auto koopt.” Het is dus aannemelijk dat deze persoon de zin weliswaar goed vertaald heeft, maar daarbij de woordvolgorde van de moedertaal heeft aangehouden. a. actieve = bvb bij beleid, van de brandweer = bvb bij beleid.b. prachtige = bvb bij fiets, nieuwe = bvb bij fiets.c. Zoutelande = bvb bij plaats, Zeeuwse = bvb bij kust.d. ter ere van de opening van de nieuwe vleugel bij onze school = bvb bij feest, van de nieuwe vleugel bij onze school = bvb bij opening, nieuwe = bvb bij vleugel, bij onze school = bvb bij vleugel, onze = bvb bij school.Tip: hoe pak je dit aan?1. Een bijvoeglijke bepaling vind je door te vragen welk(e)/wat voor + het zelfstandige naamwoord?2. Een bvb kan heel lang zijn en weer andere bvb bevatten.3. Je moet dan altijd het belangrijkste zelfstandig naamwoord opzoeken. a. PV = werd, PV = begeleidde. Twee persoonsvormen, dus een samengestelde zin. De structuur is HZ-HZ. Het is dus een nevenschikking.b. PV = luister, PV = vind. Twee persoonsvormen, dus een samengestelde zin. De structuur is HZ-BZ. Het is dus een onderschikking.c. PV = binnenkomt, PV = moet. Twee persoonsvormen, dus een samengestelde zin. De structuur is BZ-HZ. Het is dus een onderschikking.d. PV = kan. Een persoonsvorm, dus een enkelvoudige zin. Redekundig ontleden is het verdelen van een zin in zinsdelen die elk een eigen grammaticale functie hebben. Hoewel we de ‘aangesproken persoon’ en het ‘tussenwerpsel’ wel redekundig benoemen, worden zij niet tot de zinsdelen gerekend. Daarmee zijn zij dus een uitzondering. a. De invoer en uitvoer van grondstoffen is belangrijk voor de economie.b. Op school hebben wij kleine projecten en grote projectenc. Hij houdt van appeltaart, maar hij houdt niet van chocoladetaart.d. Hij kwam binnen, hij hing zijn jas op en hij ging zitten.e. Oma leest graag boeken, opa leest graag tijdschriften. In het Nederlands kun je door de woordvolgorde te veranderen ook de betekenis veranderen. Hierdoor betekent “Petra ziet Isa” iets anders dan “Isa ziet Petra”, omdat door het veranderen van de woordvolgorde onderwerp en lijdend voorwerp anders worden. In het Latijn werkt dit echter niet zo. Het veranderen van de woordvolgorde, betekent niet dat de betekenis verandert. In het Latijn wordt gebruik gemaakt van naamvallen om de betekenis te veranderen. In dit geval was “Isa videt Petram” of “Petram videt Isa” dus goed geweest. a. die de gemene overtreding maakte = bvb bij speler, gemene = bvb bij overtreding, de aanvoerder = bijstelling, rode = bvb bij kaart.b. van de wedstrijd = bvb bij afloop, erg = o.bwb bij verrassend.c. de bekende trainer van het team = bijstelling, bekende = bvb bij trainer, van het team = bvb bij trainer, ontzettend = o.bwb bij boos, zijn = bvb bij aanvoerder.Tip: Hoe pak je dit aan?1. Een bijvoeglijke bepaling vind je door te vragen welk(e)/wat voor + het zelfstandige naamwoord? Let op: een bvb kan heel lang zijn en weer andere bvb bevatten. Je moet dan altijd het belangrijkste zelfstandig naamwoord opzoeken.2. Een bijstelling staat altijd tussen twee komma’s of een komma en een punt. Bovendien kun je de bijstelling verwisselen met de woordgroep waar het een bijstelling bij is.
3. Een ondergeschikte bijwoordelijke bepaling is een bijwoordelijke bepaling binnen een zinsdeel en zegt iets van een andere woord behalve een zelfstandig naamwoord. a. HZ = wordt wereldkampioen, BZ = Wie deze wedstrijd wint (= onderwerpszin)b. HZ = De verdachte zegt, BZ = dat hij het niet gedaan heeft (= lijdend voorwerpszin)c. HZ = werd het concert afgelast, BZ = omdat het bleef sneeuwen (= bijwoordelijke bijzin)d. HZ= De man is mijn vader, BZ = die daar loopt (= bijvoeglijke bijzin)Tip: Hoe pak je dit aan?1. Zoek de persoonsvormen. Staan OW en PV naast elkaar en kun je er niets tussen zetten, dan is het een HZ. Staan ze uit elkaar of kun je er wel iets tussen zetten (bijvoorbeeld niet) dan is het een BZ.
2. Vervang de bijzin door één woord. Probeer dan de zin te ontleden. De bijzin heeft de functie die je dan vindt. a. Het is voorlopig zinsdeel van dat jullie dit al weten. (= onderwerpszin)b. die is herhalend zinsdeel voor onze nieuwe buurvrouw (= onderwerp)c. het is voorlopig zinsdeel van dat we hier konden wandelen. (= lijdend voorwerpszin)d. dat is herhalend zinsdeel voor Dat de verdachte een grote fout gemaakt heeft (= onderwerpszin).Tip: Hoe pak je dit aan?1. Staat op de plaats van een zinsdeel één woord en vraag je je af wat is het dan precies? Dan is het waarschijnlijk een voorlopig zinsdeel. Het eigenlijke zinsdeel is elders in de zin terug te vinden en kan niet weggelaten worden.
2. Is er een lang zinsdeel dat met één woord herhaald wordt, dan is het waarschijnlijk een herhalend zinsdeel. Een herhalend zinsdeel kun je zonder problemen weglaten. a. Een paard, dat gisteren ontsnapte uit een weiland, heeft onderweg een man geraakt.Samenstelling: HZ-BZHoofdzin:PV = heeftOW = Een paardWG = heeft geraaktLV = een manBWB = onderwegBijstelling = dat gisteren ontsnapte uit een weilandBijzin:PV = ontsnapteVoorlopig OW = datGEZ = ontsnapteBWB = gisterenBWB = uit een weilandb. De getroffen man kwam er met kleine schaafwonden vanaf, maar moest wel voor controle langs de huisarts.Samenstelling: HZ-HZHoofdzin 1:PV = kwamOW = De getroffen manBVB = getroffen (bij man)GEZ = kwamVoorlopig zinsdeel = erBep. v. gesteldheid = met kleine schaafwondenBVB = kleine (bij schaafwonden)VZVW = vanafHoofdzin 2:Deze zin is een samentrekking, waarbij het OW hetzelfde is als in hoofdzin 1.Nevenschikkend VW = maarPV = moestGEZ = moestBWB = wel BWB = voor controleBWB = langs de huisartsc. De politie moest gebeld worden om het paard te vangen.Samenstelling: HZ-BZ.Hoofdzin:PV = moestOW = De politieGEZ = moest gebeld wordenBeknopte bijzin = om het paard te vangenBijzin:Er is sprake van een beknopte bijzin omdat OW en PV ontbreken. Denkbeeldige OW is ‘de politie’ (hetzelfde als in de hoofdzin) en PV is vervangen door voorzetsel+te+infinitief (om te vangen).LV = het paardTip: Hoe pak je dit aan?1. Bepaal eerst of je te maken hebt met een enkelvoudige of een samengestelde zin. 2. Is het een samengestelde zin, geef dan de structuur aan zodat je weet wat de hoofdzin is en wat de bijzin(nen).3. Verdeel de zin in zinsdelen.4. Benoem van de hoofdzin(nen) de verschillende zinsdelen.5. Verdeel de bijzin(nen) in zinsdelen.
6. Benoem van de bijzin(nen) de verschillende zinsdelen.
Deze toets bestellen?
Voordeligst
Lidmaatschap ToetsMij
€ 12,99/mnd
Snel nog even wat toetsen oefenen? Kies dan onze meest flexibele optie.