Toets Economie

Pincode 7e ed/FLEX Katern 5 Samenwerken en risico - Hoofdstuk 2 - Risico & Informatie oefentoetsen & antwoorden

7e editie

Deze oefentoets behandelt o.m. de volgende onderwerpen: vrijwillige risico’s, onvrijwillige risico’s, verzekeren, premie, polis, risico-avers gedrag, verplichte solidariteit, asymmetrische informatie, averechtse selectie, moreel wangedrag, eigen risico, premiedifferentiatie, bonus-malus regeling en risicoselectie.

Pincode 7e ed/FLEX Katern 5 Samenwerken en risico
Toets Economie
Pincode 7e ed/FLEX Katern 5 Samenwerken en risico
Online maken
Toets afdrukken
Risico bestaat uit: de kans op een voorval en het gemiddelde schadebedrag van het voorval.Om een risico beter in te kunnen schatten is informatie nodig. Hoe meer informatie, hoe beter het risico kan worden ingeschat. Bijvoorbeeld het inschatten van het risico op vernielingen van auto’s in een bepaalde wijk is de volgende informatie nodig: de aard van de vernielingen aan de auto (op basis van ervaring uit het verleden), de parkeergelegenheid van de auto’s in de wijk (voor de deur of op een afgelegen plek zonder lantaarnpalen), wel of geen WhatsApp buurtpreventie.Let op: laat in jouw voorbeelden de twee onderdelen van risico aan de orde komen: de kans op een gebeurtenis (soort parkeergelegenheid en buurtpreventie) en de schade als gevolg van die gebeurtenis (aard van de vernielingen). Beide. Bij een verplicht eigen risico wordt moral hazard tegengegaan. Bij een verplicht eigen risico wordt er geen onderscheid gemaakt tussen verzekeringnemers; iedereen heeft hetzelfde verplichte eigen risico. Daardoor zal de schade minder snel bij de verzekeraar in rekening worden gebracht.Ook kan het eigen risico de averechtse selectie beperken door mensen te laten kiezen tussen een hoog eigen risico met een lagere premie of omgekeerd. Mensen met een laag risico zullen zich niet snel verzekeren, maar als ze door een hoog risico te nemen een lagere premie moeten betalen zullen ze zich mogelijk toch verzekeren. Mensen met een hoog risico zullen niet snel een hoog eigen risico nemen en betalen daarom een hogere premie.Twee andere manieren om averechtse selectie en/of moral hazard tegen te gaan zijn:Het verminderen van de informatieachterstand. De verzekeraar moet informatie over zijn verzekeringnemers verzamelen om averechtse selectie en moral hazard tegen te gaan.Het invoeren van een bonus-malussysteem. Door verschillende premies te vragen aan dezelfde verzekeringnemer wordt het probleem van moral hazard verminderd. Een verzekeringnemer die jarenlang geen beroep doet op zijn verzekering wordt door de verzekeraar beloond voor dit goede gedrag: ieder volgend jaar daalt de premie die hij moet betalen. Andersom geldt hetzelfde. Als een verzekeringnemer een schade meldt, zal zijn premie stijgen. In het eerste geval wordt een verzekeringnemer beloond die geen moral hazard vertoont, in het tweede geval wordt moral hazard gestraft. Volgens het theorieboek is het risico gelijk aan de kans op een voorval en het gemiddelde schadebedrag van het voorval.In het artikel wordt afgeweken van deze definitie. Met risico wordt in het artikel alleen de kans op schade bedoeld, de schade zelf speelt geen rol. Arbeidsongeschiktheid is een onvrijwillig risico dat iedereen loopt. Sommige beroepen zijn lichamelijk zwaarder dan andere beroepen, terwijl weer andere beroepen vooral geestelijk zwaar zijn. Door deze verzekering verplicht te stellen voor alle Nederlanders, dwingt de overheid solidariteit af van mensen die een laag risico dragen met mensen die een hoog risico hebben. Een verplichte verzekering spreidt alle risico’s over de groep van verzekeringnemers.De premies bij collectieve verzekeringen zijn lager dan bij particuliere verzekeringen, omdat iedereen verzekerd is, de goede en de slechte risico’s, zodat de premie relatief laag kan blijven. Een verhoging van de premie versterkt de averechtse selectie, omdat bij een hogere premie een deel van de verzekerden, vooral de verzekerden met een laag risico, de verzekering zal opzeggen, waardoor het klantenbestand nog eenzijdiger wordt en daardoor bestaat uit klanten met hoge risico's.De totale opbrengst is het aantal verzekerden x de premie per verzekerde: 2.500 x € 40 = € 100.000. De totale opbrengst moet minstens gelijk zijn aan de totale kosten: 0,05 × 2.500 × uitbetaling bij schade. De uitbetaling bij schade is € 100.000 : 125 = € 800.Of:De verwachte schade per verzekerde mag maximaal € 40 zijn. De uitbetaling bij schade is € 24 / 0,05 = € 800.Als de verzekeringsmaatschappij de premie verhoogt, beëindigen verzekerden met een laag risico hun verzekering. Hierdoor stijgen voor de verzekeraar de verwachte kosten per verzekerde. Adaco moet de premie hierdoor verder verhogen. Waardoor nog meer verzekerden hun verzekering beëindigen enzovoort Veel ZZP’ers zijn min of meer uit vrije keuze ZZP'ers geworden. Het gaat dan om vrijwillige risico’s, omdat vrijwillige risico’s bewust worden aangegaan.Er zijn ZZP’ers die uit noodzaak ZZP'ers geworden zijn, omdat zij werkloos waren geworden en geen baan konden vinden. Het gaat dan dus om min of meer onvrijwillige risico’s, omdat onvrijwillige risico’s onvermijdbaar zijn. De premie die de verzekeraar minimaal moet vragen voor het verzekeren van beide risico’s is 0,012 x € 2.000 + 0,03 x € 6.000 = € 204. Het is verstandig het slot aan te schaffen.De verwachte schade zonder slot (=risico) is kans op schade x de schade is 0,5 x € 450 = € 225.De verwachte schade met slot (=risico) is kans op schade x de schade (de schade is de waarde van de fiets + de prijs van het slot) is 0,2 x (€ 450 + € 50) = € 100.De jaarlijkse premie van de verzekeraar moet minimaal gelijk zijn aan de verwachte schade per verzekerde of het risico per verzekerde.De verwachte schade (=risico) per verzekerde is kans op schade x de schade: 0,4 x € 450 = € 180.De jaarlijkse premie moet minimaal gelijk zijn aan € 180.De totale opbrengsten van de verzekeraar is premie x het aantal verzekerden: € 180 x 1.000 = € 180.000.De totale kosten van de verzekeraar is de verwachte schade (=risico) per verzekerde x het aantal verzekerden: (0,5 x € 450) x 1.000 = € 225.000.Totale opbrengsten – totale kosten is € 180.000 - € 225.000 = € 45.000 verlies. De zin: “Hoewel de verkoper zegt dat in haar situatie de mogelijke schade waarschijnlijk niet opweegt tegen de extra kosten, overweegt ze toch een verzekering af te sluiten”.VELO past meer risicoselectie toe bij de stadsfiets.VELO maakt bij de stadsfiets de premie deels afhankelijk van postcode en nieuwwaarde (met uitzondering van stadsfietsen tot € 1.000 in de vier grote steden) terwijl deze premie bij e-bikes tot € 2.100 een vast bedrag is.Kans op diefstal van € 999 in Amsterdam:160 / 999 × 100% = 16% (afgerond).Kans op diefstal bij e-bikes van € 2.099 in Noord-Brabant:125 / 2.099 × 100% = 6% (afgerond).Voorbeelden van een juist antwoord zijn:E-bikes die voornamelijk recreatief gebruikt worden hebben een “laag risicoprofiel”, omdat sport/recreatie slechts 4% uitmaakt van alle fietsdiefstallen en daarom ook een relatief lage verzekeringspremie hebben ten opzichte van de nieuwwaarde.Stadsfietsen hebben een “hoog risicoprofiel” wanneer ze gebruikt worden in stadscentra (21% van alle fietsdiefstallen) en hebben daarom ook een relatief hoge verzekeringspremie ten opzichte van de nieuwwaarde / hebben een variabele premie die afhankelijk is van postcode en nieuwwaarde. De verkopen van de e-bike als percentage van het totaal aantal te verkopen fietsen op de Nederlandse markt in 2014 zullen stijgen, omdat de totale afzet van nieuwe fietsen in 2014 naar verwachting afneemt, terwijl voor de afzet van e-bikes in 2014 een toename wordt voorspeld.De hoogte van de verzekeringspremie voor een e-bike in 2014  is:0,14 × 1300 =      € 182(182 + 20) × 1,21 = € 244,42Premieverhoging kan ertoe leiden dat “goede risico’s” de e-bike niet meer verzekeren bij deze verzekeraar. De verzekeraar zal daardoor verhoudingsgewijs meer “slechte risico’s” overhouden, waardoor er in verhouding tot de premieopbrengst meer schadevergoeding uitgekeerd moet worden (ten koste van het winstniveau).Premiedifferentiatie kan ertoe leiden dat meer “goede risico’s” worden aangetrokken door een lagere premie. De premie na de korting is € 1.500. Dit bedrag is gelijk aan 100% - 40% = 60%.De premie voor de korting is € 1.500 / 60 x 100 = € 2.500.De premie na de korting in 2022 (trede 5) is € 2.500 x 0,5 = € 1.250.De premie inclusief poliskosten en assurantiebelasting in 2022 is (€ 1.250 + 5 x 1,21 = € 1.518,55.De premie inclusief poliskosten en assurantiebelasting bij het claimen van de schade is (€ 2.500 x 0,8 + € 5) x 1,21 = € 2.426,05.Bij het claimen van de schade door eigen schuld gaat de verzekerde drie treden omlaag. De verzekerde heeft in het eerste jaar na de schade 20% korting (trede 2).De premie inclusief poliskosten en assurantiebelasting bij het niet claimen van de schade is (€ 2.500 x 0,4 + € 5) x 1,21 = € 1.216,05.Bij het niet-claimen van de schade door eigen schuld gaat de verzekerde ieder jaar na 2022 een trede omhoog. De verzekerde heeft in het eerste jaar na de schade 60% korting (trede 6).Het verschil tussen claimen en niet claimen is € 2.426,05 - € 1.216,05 = € 1.210.Het is met zekerheid te zeggen dat Fleur niet moet claimen. Ook al moet zij bij claimen € 500 eigen risico betalen en bij niet claimen € 2.000 schade, het duurt na de schade nog zes jaar voordat Fleur, na claimen, weer dezelfde korting heeft als de korting die ze krijgt bij niet claimen. Niet claimen is financieel voordeliger dan niet claimen.Let op: in het antwoord moet duidelijk vermeld worden dat Fleur niet moet claimen. Bij het motiveren van de keuze moet het eigen risico (bij claimen) en het betalen van de schade (bij niet claimen) aan de orde komen. Tevens moet de hogere korting in de jaren na de schade worden genoemd als zij niet claimt. In het jaar 2024 valt het verschil tussen claimen en niet claimen, in het voordeel van niet claimen uit (in 2023 is dat nog niet zo). Tiptoptand-poliskosten 2014 + 2015: € 50 × 24 + € 10 = € 1.210Bonus-malus poliskosten 2014: 0,55 × € 50 × 12 + € 25 = € 355kosten 2015: € 50 × 1,4 × 12 = € 840kosten 2014 + 2015 = € 1.195Ja, in het geval van Esmée is er sprake van moral hazard. Bij het gedrag van Esmée worden de kosten van tandheelkundige hulp afgewenteld op derden (de verzekeringsmaatschappij / de overige premiebetalers).

Deze toets bestellen?

Voordeligst
Lidmaatschap ToetsMij
€ 12,99/mnd
  • Snel nog even wat toetsen oefenen? Kies dan onze meest flexibele optie.
  • Je kunt maandelijks opzeggen.
  • Toegang tot alle vakken bij ToetsMij.
Kies dit abonnement

Wat krijg je bij een abonnement?

  • Toegang tot alle vakken
  • 20 kwalitatieve oefentoetsen per maand
  • Antwoorden, uitwerkingen en toelichtingen
  • Geen stress voor het maken van toetsen
Eenvoudig en veilig betalen met iDEAL of creditcard
3 maanden ToetsMij
€ 12,99
€ 10,99/mnd
  • Voordelig en flexibel. Ideaal als je maar een paar maanden toetsen hoeft te gebruiken.
  • Betaal per kwartaal en bespaar hiermee 2 euro per maand.
  • Toegang tot alle vakken bij ToetsMij.
Kies dit abonnement

Wat krijg je bij een abonnement?

  • Toegang tot alle vakken
  • 20 kwalitatieve oefentoetsen per maand
  • Antwoorden, uitwerkingen en toelichtingen
  • Geen stress voor het maken van toetsen
Eenvoudig en veilig betalen met iDEAL of creditcard
1 jaar ToetsMij
€ 12,99
€ 7,50/mnd
  • Favoriete keuze van meer dan 70% van de gebruikers.
  • Betaal slechts 90 euro per jaar en bespaar hiermee 65 euro.
  • Geniet van een volledig jaar toegang tot alle vakken bij ToetsMij.
Kies dit abonnement

Wat krijg je bij een abonnement?

  • Toegang tot alle vakken
  • 20 kwalitatieve oefentoetsen per maand
  • Antwoorden, uitwerkingen en toelichtingen
  • Geen stress voor het maken van toetsen
Eenvoudig en veilig betalen met iDEAL of creditcard

Dit zeggen leerlingen en ouders

10

Cijfers omhoog

Onze zoon had in februari zeker 12 minpunten. Hij is gestart met oefenen via Toets mij en heeft een geweldige eindsprint getrokken en afgelopen week bijna het onmogelijke waargemaakt. Er zijn nog maar 2 minpunten over en nog niet alle toetsen zijn terug. Het heeft onze zoon enorm geholpen, omdat er breed getoetst wordt en de vraagstelling, zoals van hem begrepen, overeenkomt met de toets. Als je de oefentoetsen goed kunt maken, beheers je de stof echt goed!

AP
9.0

Fijn dat leerlingen alvast een keer een toets kunnen oefenen die eruit ziet zoals op school.

Wij hebben sinds kort Toetsmij, omdat onze dochter het erg lastig heeft met Wiskunde. Op deze manier kan ze het hoofdstuk oefenen met een toets die qua vraagstelling overeenkomt met de toetsen op school. Nu kan ze dit dus eerst oefenen voordat ze de echte toets moet doen. Als docent Engels die werkt met Of Course en All Right kan ik bevestigen dat de toetsen grotendeels overeenkomen met de vraagwijze van de methode zelf. Dat is dus heel fijn voor leerlingen om te oefenen. We hadden heel even een dingetje met het nakijken, want de uitwerkingen werden niet goed weergegeven. Even een mailtje en binnen een dag reactie en ICT ging meteen aan de slag met het herstellen van de uitwerkingen. Super contact, goede dienstverlening! Aanrader!

Lelani van den Berg
10

Zéér tevreden!!

Lid geworden voor mijn zoon in leerjaar 1 van (toen 13) inmiddels 15. Hij zit nu in leerjaar 3 HAVO. Elk boek is makkelijk te vinden en alsmede mailt met een probleem omdat hij Duits krijgt uit een boek van leerjaar 2 word dit zelfs op zondag binnen een half uur opgelost en toegevoegd aan ons account! Zo’n toffe service zie je niet vaak meer! Dus wij zijn zéér tevreden. Sinds we het nu weer gebruiken (tijdje niet gebruikt) scoort hij weer voldoendes en zelf voor wiskunde een 8.8!

Linda Ockers

Zoek in meer dan 10.000 toetsen

Echte toetsvragen, precies aansluitend op jouw lesmethode en leerjaar. Voor klas 1 t/m 6 van vmbo-t t/m gymnasium.

Ik zit in het
en doe
ik wil beter worden in