Talent MAX deel A
- Onderdeel Spelling -
oefentoetsen & antwoorden
MAX (2021)
Klas 1|Vmbo-kgt
Deze oefentoets behandelt o.m. de volgende onderwerpen: persoonsvorm tegenwoordige tijd enkelvoud en meervoud, verleden tijd van sterke werkwoorden, leestekens (punt, vraagteken, uitroepteken, komma), meervoud zelfstandig naamwoorden.
Toets Nederlands
Talent MAX deel A
Online maken
Toets afdrukken
PV TT enkelvoud PV TT meervoudiszegtstaatwordtkomenLet op! Er wordt gevraagd naar tegenwoordige tijd, iets wat ‘nu’ gebeurt.
De persoonsvorm vind je door de tijd te veranderen in de zin. De werkwoorden die veranderen zijn dan de persoonsvorm. Zie de volgende 4 zinnen uit de tekst:
“De "De recordopbrengst van vandaag was een ode aan de GOAT", zei Brahm Wachter van Sotheby's. Je ziet dat er twee werkwoorden veranderen: is en zegt. Dat zijn de twee persoonsvormen tegenwoordige tijd. Het is enkelvoud om de recordopbrengst één ding is en Brahm Wachter is ook één persoon en daarom is het enkelvoud.GOAT stond voor greatest of all time (de grootste allertijden).Het werkwoord dat verandert, is de persoonsvorm: staat.GOAT is één organisatie, dus enkelvoud."Een werkelijk onvergelijkbaar moment en mijlpaal in de veilinggeschiedenis; de verkoop van deze zes kampioensschoenen werd waarschijnlijk nooit meer herhaald".Het werkwoord dat verandert, is de persoonsvorm: wordt.de verkoop is één ding, dus enkelvoud.Veel mensen kwamen op deze veilingen af.Het werkwoord dat verandert, is de persoonsvorm: komen. Je hebt hier te maken met meervoud omdat veel mensen meer dan één aangeeft. Daarom is komen een voorbeeld van pv-tt-mv.
Toelichting:Je moet goed kijken naar de inhoud van deze tekst, want het beschrijft een gebeurtenis in het verleden. Vaak wordt dan de verleden tijd gebruikt (iets wat al gebeurd is), maar er wordt nu over geschreven en gepraat. Als je bijvoorbeeld uit bovenstaande tekst droeg, speelde of werd hebt gemarkeerd met blauw, dan heb je goed door dat dat een persoonsvorm is. Alleen dit is verleden tijd en daarom niet wat er gevraagd wordt. Sterk werkwoordZwak werkwoordvallen (vielen)zingen (zongen)drinken (dronken)rennen (renden)blussen (blusten)wonen (woonden)werken (werkten)fietsen (fietsten)Toelichting:Het verschil tussen een sterk en een zwak werkwoord is dat een sterk werkwoord verandert van klank in de verleden tijd (lees - las). Een zwak werkwoord heeft dat niet (maak - maakte). Hierboven zie je de juiste verdeling met daarachter de klankverandering bij het sterke werkwoord en de ontbrekende klankverandering bij de zwakke werkwoorden. Er moet een vraagteken (?) staan in plaats van een uitroepteken (!). Dit is een vraagzin en dat kun je herkennen aan het woord waarmee de zin begint: waarom. De goede zin is: Waarom hebben we in Nederland een zomer- en wintertijd?Er moet na mam een komma (,) geplaatst worden. Je plaatst een komma als je iemand aanspreekt. De goede zin is: Mam, weet jij waar mijn sportbroek is?De punt (.) moet vervangen worden door een komma (,) en want moet dan met een kleine letter. Je plaatst namelijk voor woorden zoals want (voegwoorden) een komma. De goede zin is: De kat miauwde luid, want hij had honger. Mogelijke voorbeeldzinnen:Word je morgen 15 jaar?Ik word morgen 15 jaar.In bovenstaande zinnen zie je dezelfde werkwoordsvorm van worden, namelijk word, maar in allebei de zinnen geven ze een andere persoonsvorm aan. In de eerste zin zie je enkelvoudsvorm bij jij/je in een vraagzin. Er hoeft bij deze variant geen +t. Dit kun je controleren door het werkwoord word te vervangen door maak → Maak jij morgen….In de tweede zin heb je te maken met de ik-vorm. Dan schrijf je gewoon de stam op. Auto’s eindigt op een ‘s, omdat het zelfstandig naamwoord auto eindigt op de lange klinker -o. Dit spreek je uit als een lange -oo en dan geldt de regel dat je dit met een ‘s schrijft.Clichés eindigt op een -s, omdat het zelfstandig naamwoord cliché eindigt op een letter met een accent: é. Dan geldt de regel dat je bij de meervoudsvorm er een -s achter plakt. Vergav moet vergaf worden. De klasgenoot is vergeten dat bij zowel tegenwoordige tijd als verleden tijd de -v aan het einde van de stam verandert in een -f. (Deze regel geldt ook voor de -z die in een -s verandert.) De correcte zin is: Mijn zus vergaf haar vriendin voor de fout die zij had gemaakt. Stroomt.Je hebt hier te maken met de ik-vorm+t. Ik-vorm = stroom en je plakt er een -t achter omdat het over een ding gaat: de rivier. Word.Je hebt hier te maken met ik-vorm. Als je een ander werkwoord invult, zoals maken dan hoor je geen -t, dus schrijf je hem ook niet: Maak je snel boos als… De je staat achter de persoonsvorm. Studeren.Je hebt hier te maken met persoonsvorm tegenwoordige tijd meervoud. Dat weet je doordat de leerlingen meerdere mensen zijn, dus meervoud. Je kunt daarom gewoon het hele werkwoord (infinitief) opschrijven.Meldt.Je hebt hier te maken met ik-vorm+t en let op: dit is een d-werkwoord. Verander het woord door maken en dan hoor je De crimineel maakt… Zo weet je dat je te maken hebt met ik-vorm+t. Ik-vorm = meld en je plakt er een -t achter omdat de crimineel een hij is. BrakBreken is een sterk werkwoord, omdat de verleden tijd een klankverandering heeft: braken.Zij en haar arm geven aan dat het om één persoon gaat, dus enkelvoud. KlomKlimmen is een sterk werkwoord, omdat de verleden tijd een klankverandering heeft: klommen.De kat is één dier, dus enkelvoud. ZwommenZwemmen is een sterk werkwoord, omdat de verleden tijd een klankverandering heeft: zwommen.De kinderen zijn meerdere personen, dus meervoud.
Toelichting: Let bij het invullen van de persoonsvormen op of er een tijdsaanduiding in staat, bijvoorbeeld: toen, vorige week, gisteren, in 1995. Deze geven aan dat iets in het verleden is gebeurd. Staat er geen tijdsaanduiding, gebeurt de zin inhoudelijk ‘nu’ of is de tekst eromheen in de tegenwoordige tijd, dan gebruik je de tegenwoordige tijd. Kauwgom is een kleverige en elastische lekkernij waar veel mensen van genieten. Dit is een gewone zin dus je eindigt met een punt.Je kunt het in verschillende smaken vinden: aardbei, munt en kers.Dit is een gewone zin dus je eindigt met een punt.Daarnaast heb je bij de smaken te maken met een opsomming. Je plaatst tussen aarbei en munt een komma, maar niet tussen munt en kers omdat daar het woordje ‘en’ al staat. Waarom kauwen mensen vaak kauwgom?Dit is een vraagzin dus je eindigt met een vraagteken. (§1.8)Dat doen ze om hun adem op te frissen of gewoon voor de smaak.Dit is een gewone zin dus je eindigt met een punt.Het is belangrijk om te onthouden om kauwgom niet op straat te gooien, omdat het moeilijk te verwijderen is en het milieu kan schaden. Dit is een gewone zin dus je eindigt met een punt.In deze zin staat het voegwoord omdat, dus plaats je daar een komma voor.Dus als je kauwgom kauwt, gooi het dan in de prullenbak!Je hebt hier te maken met een uitroep/advies en daarom gebruik je een uitroepteken.Als je de zin in tijd verandert, veranderen de werkwoorden kauwt en gooi. Je hebt dus twee persoonsvormen. Daar moet altijd een komma tussen.
Toelichting:Bij woorden als want, maar, omdat heb je te maken met een voegwoord: een woord dat twee zinnen aan elkaar plakt. Het is de regel dat je bij voegwoorden een komma plaatst. Sofa’sHet zelfstandig naamwoord eindigt op een lange klinker (-aa) en daarom schrijf je de meervoudsvorm met ‘s.KangoeroesHet zelfstandig naamwoord eindigt op een lange klinker met meerdere klinkers dus in meervoudsvorm plak je er gewoon een -s aan vast.KrattenHet zelfstandig naamwoord heeft een korte klank (-a) dus in de meervoudsvorm wordt er een letter toegevoegd: kratten. Anders krijg je kraten en dan is de uitspraak een lange klinker (-aa) en dat is fout.CadeausHet zelfstandig naamwoord eindigt op een lange klinker met meerdere klinkers dus in meervoudsvorm plak je er gewoon een -s aan vast.
Deze toets bestellen?
Voordeligst
Lidmaatschap ToetsMij
€ 12,99/mnd
Snel nog even wat toetsen oefenen? Kies dan onze meest flexibele optie.