Forum - Hoofdstuk B1 - Jagers & boeren oefentoetsen & antwoorden

Mensen die met handwerk een product maken in een klein eigen bedrijf (§1A). Korte tijd in de prehistorie waarin mensen voorwerpen maakten van koper en nog niet van brons. Brons is sterker dan koper, omdat het bestaat uit een mengsel van koper en tin. (§1A).In een steen gebeiteld opschrift (§1A).Gedenkteken, vaak een zuil, steen of standbeeld, dat is opgericht om ergens aan te herinneren of aan iemand te herinneren. Een monument kan ook een gebouw uit het verleden zijn dat mensen willen bewaren (§1B).Gedwongen verblijf buiten je eigen land, waarnaar je niet kunt terugkeren (§1B).Handeldrijven door goederen tegen elkaar te ruilen zonder daarbij geld te gebruiken (§1C).Mensen die met opgravingen het verleden onderzoeken (§1C).Iets dat wereldwijd bekendstaat als iets heel bijzonders (§1C). Werkwijze:Bij een chronologie-vraag is het handig om eerst alle jaartallen te noteren die je al weet. Dit zorgt voor orde in je hoofd en misschien kun je een moeilijke gebeurtenis vervolgens tussen twee al bekende jaartallen plaatsen.Merk je dat je moeite hebt met het beantwoorden van chronologie-vragen op je toetsen? Maak nadat je de stof hebt geleerd een tijdbalk en noteer daarop de belangrijkste gebeurtenissen die je hebt geleerd.Antwoord: De juiste chronologische volgorde is: E-A-C-D-B. Toelichting: E. De opkomst van de landbouw (ca. 10.000 v.Chr.) (Keerpunten).A. De eerste stedelijke gemeenschappen ontstaan in Mesopotamië (ca. 4000 v.Chr.) (§1A).C. Het spijkerschrift wordt uitgevonden in Mesopotamië (ca. 3500 v.Chr.) (§1A).D. De wetten van Hammurabi worden gegraveerd in een groot monument waarop de koning te zien is  (ca. 1780 v.Chr.) (Keerpunten).B. De Induscultuur raakt in verval  (ca. 1900 v.Chr.) (§1C). Werkwijze:Het boek richt zich erg op de verschillende rijken die gepaard gaan met de opkomst van de eerste stedelijke samenlevingen. Bij deze vraag wordt van je verwacht één van deze in detail te reproduceren.Antwoord: Bijvoorbeeld:Het Babylonische Rijk, een van de machtigste en invloedrijkste beschavingen van de Bronstijd, bloeide tussen ca. 1894 en 539 v.Chr. Dit rijk was gevestigd in het vruchtbare gebied van Mesopotamië, gelegen tussen de rivieren de Tigris en de Eufraat. De stad Babylon groeide uit tot een belangrijk centrum van handel, cultuur en wetenschap. Een van de bekendste en invloedrijkste leiders van het Babylonische Rijk was koning Hammurabi, die regeerde van circa 1792 tot 1750 v.Chr.Hammurabi is vooral beroemd om de codificatie van wetten in de Codex Hammurabi, één van de oudste en meest uitgebreide wetboeken uit de oudheid. Werkwijze:Vraag 4 doet beroep op je vermogen om historisch te redeneren door kenmerken van de hedendaagse samenleving te koppelen aan de eerste landbouw stedelijke gemeenschappen. Antwoord: Mesopotamië wordt ook weleens 'de wieg van de moderne beschaving' genoemd, omdat deze regio één van de eerste plaatsen ter wereld was waar complexe, georganiseerde samenlevingen ontstonden. Voorbeelden van ontwikkelingen die hier zijn ontstaan:Het schriftGeorganiseerde wetgevingTip! Probeer je aan te wennen om een deel van de vragen te herhalen in je antwoord. In plaats van het antwoord te formuleren als “hier ontstonden de eerste complexe samenlevingen”, formuleer je het als: "Mesopotamië wordt ook weleens 'de wieg van de moderne beschaving' genoemd, omdat….” Werkwijze:Probeer tussen 3 begrippen een setje te maken en na te gaan wat deze begrippen met elkaar te maken hebben. Zo valt er eentje buiten de boot. In je uitleg benoem je waarom de 3 goed bij elkaar passen en waarom het overige begrip hier minder goed bij past. Bij een vraag als deze is een goede argumentatie minimaal even belangrijk als het juiste woord kiezen. Soms kun je een ander antwoord hebben dan de docent van tevoren had bedacht, maar met een goede uitleg een punt verdienen!Antwoord: Pakistan, Ruilhandel en Induscultuur passen goed bij elkaar omdat ze allemaal direct gerelateerd zijn aan de beschaving van de Induscultuur. Veel geschreven bronnen horen er echter niet bij omdat deze beschaving juist bekendstaat om het gebrek aan uitgebreide geschreven documenten.Hammurabi, Nebukadnezar en Sargon passen goed bij elkaar omdat ze allemaal koningen of leiders waren van Mesopotamische rijken. Hatsjepoet was echter een farao van het Oude Egypte en hoort niet thuis in dit rijtje.Spijkerschrift, Mesopotamië en Kleitablet passen goed bij elkaar omdat ze allemaal direct verbonden zijn met de eerste stedelijke samenlevingen in Mesopotamië. Hiërogliefen zijn echter het schrift van het oude Egypte en horen niet thuis in dit rijtje. Werkwijze:Vraag 6 is een vraag die  moeilijk lijkt omdat je hier echt historisch moet redeneren. De vraag is echter goed te beantwoorden wanneer je logisch en rustig nadenkt.Allereerst is het belangrijk om de kennis uit je boek paraat te hebben over de onderwerpen van de eerste geschreven bronnen. Dit zijn namelijk vooral verhalen over de goede daden van vorsten en administratieve dingen als belastingzaken en landverdeling in een stad(staat). Bij het tweede beredeneer je waarom deze zaken, en dus het gebruik van schrift, dus nog niet nodig waren vóór het ontstaan van de eerste steden en samenlevingen. Antwoord: De onderwerpen van de eerste geschreven bronnen zijn vooral verhalen over de goede daden van vorsten en administratieve dingen als belastingzaken en landverdeling in een stad(staat).Het schrift was voor de stedelijke samenleving nog niet uitgevonden omdat het niet nodig was. Pas toen stedelijke samenlevingen ontstonden, kwam de noodzaak om zaken op te schrijven. Dit is goed te zien aan de onderwerpen van de oudste geschriften die zijn gevonden. Vorsten en grootschalige bestuurszaken ontstonden tegelijkertijd met de eerste steden. Werkwijze:Lees de vraag zorgvuldig, zorg ervoor dat je precies begrijpt wat er gevraagd wordt: een vergelijking van de politieke structuren van Mesopotamië en het Oude Egypte, en specifiek een overeenkomst en een verschil in de rol van de vorst.De informatie is afkomstig uit §1A. Hierin wordt kort vermeld hoe het bestuur van Mesopotamië eruitzag. Egypte is vorig schooljaar uitgebreid behandeld.Antwoord: Overeenkomst: In beide beschavingen werd de vorst gezien als iemand die zijn macht van god had verkregen.Verschil: In Mesopotamië werden de koningen zelf niet vereerd als god en in Egypte wel. OF De mesopotamische vorsten hadden te maken met verschillende stadstaten en onderkoningen bij het besturen van hun rijk. De Egyptische farao had een sterker georganiseerd en gecentraliseerd rijk. Werkwijze:Vraag a is pure reproductie. De oorsprong van deze benaming staat in je boek.Vraag b doet beroep op het vermogen om historisch te redeneren door de rol van de twee rivieren in het ontstaan van stedelijke samenlevingen te benoemen. Welke stappen vinden er plaats tussen het vestigen in dit gebied en het ontstaan van een stad?Antwoord: Mesopotamië betekent "land tussen de rivieren" en verwijst naar het gebied dat ligt tussen de rivieren de Eufraat en de Tigris. Deze naam komt van het Griekse woord "meso" (tussen) en "potamos" (rivier).De eerste steden ontstonden in Mesopotamië vanwege de gunstige geografische en klimatologische omstandigheden die de rivieren met zich meebrachten. De vruchtbaarheid van de grond maakte intensieve landbouw mogelijk. Dit leidde tot een overschot aan voedsel dat verkocht werd op markten en dit maakte arbeidsdeling van beroepen mogelijk.OF: Over de rivieren kon goed handel worden gedreven, handel was ook een van de drijfveren achter de opkomst van de steden. Werkwijze:Bekijk eerst welke onderdelen uit de bron je herkent. Zonder te denken aan antwoorden, welke beeldelementen springen er uit?Bedenk vervolgens welke begrippen je kan koppelen aan de beeldelementen die je hebt genoteerd.Antwoord: Er zijn hier meerdere antwoorden mogelijkDe begrippen die het beste bij de bron passen kunnen zijn:Tempeltoren, want de afbeelding toont een grote, trapsgewijze structuur die doet denken aan een tempeltoren zoals hij ook in het boek staat. Deze tempeltorens waren typisch voor Mesopotamische steden.Eufraat of Tigris want de afbeelding toont een grote rivier waarlangs de stad is gebouwd.Handel, want de rivier is vol met schepen die goederen lijken te vervoeren, wat wijst op een bloeiende handel.Toelichting: Mesopotamië is hier niet voldoende omdat het in het onderschrift al is weergegeven. Met een goede uitleg kunnen ook andere begrippen goedgekeurd worden. Werkwijze:Bij vraag 10 wordt er van je gevraagd om de kenmerken van stedelijke samenlevingen die je boek vermeld te beheersen. Vervolgens is het belangrijk om met deze kenmerken in je achterhoofd zoekend door de tekst te gaan om te kijken of je twee van deze kenmerken terug ziet komen.Antwoord: Twee uit de volgende drie mogelijke antwoorden: Uit wet 229 blijkt dat er arbeidsverdeling is (wat past bij een stedelijke samenleving).Wet 53 toont aan dat er kunstmatige bevloeiing bestaat. Dit past bij een stedelijke samenleving, omdat het laat zien dat er geavanceerde technieken en organisatie nodig waren om het land te beheren en de landbouw te ondersteunen.Wet 8 laat zien dat er sprake is van een gelaagde samenleving met een tempel, koning en vrije mannen. Dit is kenmerkend voor een stedelijke samenleving, waar verschillende sociale klassen en structuren aanwezig zijn.