Blink Nederlands - Hoofdstuk Spelling leerjaar 2 - oefentoetsen & antwoorden

Opzoekwoorden zijn woorden waarvoor geen spellingsregels zijn en die je uit het hoofd moet leren óf moet opzoeken.Een woordbeeld is zoals het woord ‘eruitziet’. Oftewel: de vorm van de letters en de lengte van het woord.  Een sterk werkwoord verandert in de verleden tijd van klank.Voorbeelden:Slapen: ik slaap, ik sliepDenken: ik denk, ik dacht Een klinkerbotsing betekent dat er twee klinkers naast elkaar staan die je als één klank kunt lezen, terwijl ze bij verschillende lettergrepen horen.Een samenstelling is een woord dat uit twee of meer woorden bestaat. Toelichting klinkerbotsing:Een klinkerbotsing kan ontstaan als je woorden samenvoegt. Als het eerste woord eindigt op een klinker en het tweede woord begint met een klinker, dan kunnen de twee klinkers samen ook bestaan. Voorbeeld: piano + examenpiano, eindigt op ‘o’examen, begint met ‘e’o + e = oemaar in dit woord is dat niet juist. De o hoort bij het eerste woord en het tweede woord begint met een e.In dit soort gevallen zet je een streepje tussen de woorden, zodat er piano-examen staat in plaats van pianoexamen.Toelichting samenstelling:In het Nederlands schrijf je zoveel mogelijk aan elkaar. Je kunt van meerdere woorden één nieuw woord maken, een samenstelling. Bij het maken van een samenstelling schrijf je soms een extra ‘s’ of ‘n’ tussen de woorden of zelfs meerdere letters. Je schrijft het woord zoals het klinkt.Voorbeeld:Fiets + pomp = fietspompJongen + trui = jongenstruiZon + bril = zonnebrilPeer + boom = perenboomHond + hok = hondenhokGroenten + soep = groentesoep (omdat het meervoud van groente zowel groentes als groenten is, wordt er geen ‘n’ of ‘s’ bij de samenstelling toegevoegd).Maar ook getallen en werkwoorden schrijf je aan elkaar:Op + bellen = opbellenAan + bellen = aanbellenEen + twintig = eenentwintigHalf + jaar = halfjaarTwee + honderd = tweehonderdLet op: De combinatie met miljoen, miljard, biljoen enzovoort schrijf je los: twee + miljoen = twee miljoen. Ijzeren (stoffelijk bijvoeglijk naamwoord)Verlote Aangebrande Verzette Omgespitte UitgezochteGestopteToelichting: Als het voltooid deelwoord gebruikt wordt als bijvoeglijk naamwoord, schrijf je het zo kort mogelijk.Als het voltooid deelwoord eindigt op een d of een t, dan krijgt het bijvoeglijk naamwoord meestal -e als uitgangNa een korte klank verdubbelen we de volgende medeklinker.Een stoffelijk bijvoeglijk naamwoord eindigt bijna altijd op -enLet op: bij sommige materialen komt er geen uitgang achter het woord:een plastic bekertjeeen aluminium bord Hele wwZinjuiste vervoeginghebbenmelkenDe boer ____ eerst zijn gras gemaaid en daarna ____ hij zijn koeien.De boer had eerst zijn gras gemaaid en daarna molk hij zijn koeien.betalenDe klant _______ de rekening niet, hoewel het werk tot volle tevredenheid was uitgevoerd.De klant betaalde de rekening niet, hoewel het werk tot volle tevredenheid was uitgevoerd.wordenhebben_____je zusje nu niet meer wakker, nu ze een nieuw bed gekregen _____?Wordt je zusje nu niet meer wakker, nu ze een nieuw bed gekregen heeft?uitbrekenvluchtenToen er brand ____, _____ de bewoners naar buiten.Toen er brand uitbrak, vluchtten de bewoners naar buiten.golvenDoor de harde wind ____het bootje gevaarlijk.Door de harde wind golft het bootje gevaarlijk.vriezenAfgelopen winter ____het dat het kraakte.Afgelopen winter vroor het dat het kraakte.zijnIk ____ altijd heel voorzichtig, hoor!Ik ben altijd heel voorzichtig, hoor!zijnVroeger ___ ik altijd heel voorzichtig.Vroeger was ik altijd heel voorzichtig.zijnWij zijn altijd heel voorzichtig ____Wij zijn altijd heel voorzichtig geweest.afleggenHij heeft de hele weg te voet ____Hij heeft de hele weg te voet afgelegd.horenverhuizenIk heb ____ dat je volgende week ____.Ik heb gehoord dat je volgende week verhuist.oplaaienDe ruzie tussen de broers is weer _____De ruzie tussen de broers is weer opgelaaid.foppenschaterlachenToen de meisjes in de gaten hadden dat ze ____ waren, ____ze.Toen de meisjes in de gaten hadden dat ze gefopt waren, schaterlachten ze.ijzelenfietsenHet ____ vorige week, maar toch ____de jongens naar school.Het ijzelde vorige week, maar toch fietsten de jongens naar school.keffenDat hondje ____ vroeger altijd de hele dag.Dat hondje kefte vroeger altijd de hele dag.overredenDe politicus ___ vorige week de minister zijn voorstel in te trekken.De politicus overreedde vorige week de minister zijn voorstel in te trekken.schrobbenHeb jij vandaag de vloer ____?Heb jij vandaag de vloer geschrobd?ontstekenDe wond was lelijk _____De wond was lelijk ontstoken. Op Prinsjesdag spreekt prinses Maxima iedereen toe, rijdt met de gouden koets rond en zwaait naar de mensen in Zeist.De VVD-fractie in de Tweede Kamer stemt voor het wetsvoorstel, omdat iedereen het een goed plan vond.Toelichting:De eerste letter van de zin schrijf je met een hoofdletter. Het Groene Boekje met de officiële spelling schrijft Prinsjesdag met hoofdletter. Alle koninklijke voorvoegsels (koning, koningin, prinses, enz. worden met kleine letters geschreven.)Maxima is een naam en Zeist is een stad, dus met een hoofdletter. VVD en Tweede Kamer zijn beide eigennamen en deze schrijf je dus met een hoofdletter. 1. ‘Heeft Pim al gebeld?’, vroeg Freek.2. ‘Is het koud?, vroeg Rianne.3. Kim zei: ‘Bas kom morgen langs.’ Een weblog (of ‘blog’) is een online tekst. De lezer komt deze tegen op een website die om de blog draait. De schrijver verdient geld als lezers zijn site bezoeken, o.a. door reclames en links. Het is dus een commerciële tekst. De ‘blogger’ schrijft over een specifiek onderwerp. Meestal is hij daarin gespecialiseerd of is het onderdeel van zijn leven. Iemand die veel reist, houdt bijvoorbeeld een reisweblog bij. En een interieurstylist schrijft weblogs over de laatste woontrends. Een blog gaat dus over een klein onderwerp. Je maakt van een deelonderwerp je hoofdonderwerp.Soms verschijnt een weblog ook op de site van een bedrijf. Deze teksten zijn bedoeld om bezoekers naar de website te trekken. Door een goede blog komt de website hoog in de zoekresultaten van een zoekmachine, zoals Google (dit heet SEO). Zo bevat een goede weblog herhaaldelijk bepaalde zoekwoorden. Grote online winkels en merken, zoals Zalando, Vans of Adidas, hebben hun eigen weblogs. SpelfoutVerbeteringIn het zeeaquarium zaten meerdere zeeegels.In het zeeaquarium zaten meerdere zeeëgels.Moet je mij weer zonodig naapen?Moet je mij weer zonodig na-apen? De feestgangers lieten een echte cha-os achter na het feestje.De feestgangers lieten een echte chaos achter na het feestje.Ga jij naar de gala avond op school?Ga jij naar de gala-avond op school? Inges tas is weggehaald.Inge’s tas is weggehaald. Ik krijg van mijn moeder steeds smsjes.Ik krijg van mijn moeder steeds sms’jes.Heb jij je telefoon oplader bij je?Heb jij je telefoonoplader bij je?Sommige hebben het examen gehaald, anderen krijgen een herkansing. Sommigen hebben het examen gehaald, anderen krijgen een herkansing.Al dagen ben ik opzoek naar een goed kado voor het babytje van mijn zus.Al dagen ben ik op zoek naar een goed cadeau voor het baby’tje van mijn zus. Van mevrouw de Swart krijgen we altijd veel huiswerk op.Van mevrouw De Swart krijgen we altijd veel huiswerk op.Pascal Van den Broek gaat altijd op vakantie naar griekenland.Pascal van den Broek gaat altijd op vakantie naar Griekenland.Jij houd van ijsjes.Jij houdt van ijsjes.Het antwoord weet ik niet, dat moet ik op zoeken.Het antwoord weet ik niet, dat moet ik opzoeken.Is dit u portemonnee?Is dit uw portemonnee?Jou oma is echt de leukste oma van alle omas ter wereld.Jouw oma is echt de leukste oma van alle oma's ter wereld.Gisteren beantwoorde ik snel het bericht voor de reservering. We gaan zaterdag kanoeën met de familie. Gisteren beantwoordde ik snel het bericht voor de reservering. We gaan zaterdag kanoën met de familie.Ik houdt van pizza.Ik hou/houd van pizza.Heb jij al gegooglet waar die jas het goedkoopst is?Heb jij al gegoogeld waar die jas het goedkoopst is?Hun hebben de hele tijd zitten kletsen. Nu hebben hun de opdracht niet af. Zij hebben de hele tijd zitten kletsen. Nu hebben zij de opdracht niet af.Ze doet altijd de boodschapen op Zaterdag bij de jumbo.Ze doet altijd de boodschappen op zaterdag bij de Jumbo. ‘s Morgens. De 's komt van des morgens. Nu het volledige woord niet meer als zodanig herkend wordt, schrijf je het eerste volledige woord met een hoofdletter. De M van morgens. Hilde de Beer - de Koning. Je schrijft een hoofdletter bij voornamen, voorletters en familienamen van personen. Hilde heeft twee achternamen. Haar voornaam is al genoemd, dus de tussenvoegsels worden met een kleine letter geschreven. Beide achternamen schrijf je met een hoofdletter.Het Rode Kruis. Je schrijft een hoofdletter bij eigennamen van bedrijven, merken en instellingen.Franse kaas. Je schrijft een hoofdletter bij aardrijkskundige eigennamen. Daarom schrijf je Franse met een hoofdletter en kaas met een kleine letter.Oud-Noord-Hollands. Als de aardrijkskundige naam al een koppelteken of een spatie heeft (Noord-Holland), dan bestaat de samenstelling uit twee woorden en schrijf je ze beide met een hoofdletter.Noord-Brabant. Wanneer een windrichting onderdeel is van een aardrijkskundige naam, krijgt deze een hoofdletter anders niet.NO. Windstreken schrijf je met een kleine letter, maar de afkorting van windstreken schrijf je met een hoofdletter.december. Namen van seizoenen, dagen, maanden en historische periodes (middeleeuwen) schrijf je met een kleine letter.Kerstmis. Je schrijft een hoofdletter bij namen van feestdagen en historische gebeurtenissen. Je schrijft een hoofdletter bij een heilig persoon of een heilig begrip. Wanneer je een exemplaar bedoelt van een heilig boek, schrijf je dit niet met een hoofdletter. Je schrijft een kleine letter bij het woord waarmee je (leden van) een culturele, godsdienstige of maatschappelijke stroming benoemt. Ook samenstellingen of afleidingen hiervan schrijf je met een kleine letter.Victor en Rolf. Wanneer je verwijst naar bijvoorbeeld een boek, schilderij, auto, enz. met de naam van die (beroemde) persoon, blijft de hoofdletter bestaan. Woorden die zijn afgeleid van een naam of verwijzen naar een uitvinder of ontdekker, worden met een kleine letter geschreven (Shakespeare). Ook woorden waarvan het verband met de persoon vervaagd is, worden met een kleine letter geschreven (zeppelin).  cowboys (als de uitspraak niet in gevaar komt, schrijven we een vaste -s).feeën (Je plakt -ën achter woorden die eindigen op -ee.)filosofen (langere woorden op -aaf en -oof houden de ‘f’ in het meervoud. )academici (Woorden die eindigen op -us en -um komen uit het Latijn en krijgen een andere vorm in het meervoud. Ze eindigen vaak op -a of -ci.)hobby’s (Je plakt –’s achter het woord als deze eindigt op: -a, -o, -u, -i of -y)cd’s (na een afkorting die letter voor letter wordt uitgesproken volgt ‘s)haviken (Bij woorden eindigend op -ik, -es, -et, -el plak je -en achter het woord zonder dubbele medeklinker als de klemtoon valt op de eerste of middelste lettergreep)display’s (Je plakt –’s achter het woord als deze eindigt op: -a, -o, -u, -i of -y als de uitspraak in gevaar komt. In andere gevallen noteer je een -s. Dus ook bij -e.) geboortedag (geen tussen ‘n’, want geboorte heeft twee meervoudsvormen, geboorten/geboortes)groentesoep (geen tussen ‘n’, want groente heeft twee meervoudsvormen, groenten en groentes)beresterk (als een van beide woorden geen zelfstandig naamwoord is, dan schrijf je geen tussen ‘n’. Sterk is een bijvoeglijk naamwoord.)gebedshuis (als je een ‘s’ hoort, dan schrijf je deze ook)verkeerssignaaltarwebrood (goed geschreven, tarwe heeft geen meervoud)abrikozenjam (abrikoos is abrikozen in het meervoud, dan schrijf je ook de -n in de samenstelling)ziekteverlof (geen tussen ‘n’, want ziekte heeft twee meervoudsvormen, ziekten/ziektes)ladekast (goed geschreven, geen tussen ‘n’ of ‘s’, want lade heeft twee meervoudsvormen, laden en lades)aanbiedingsprijs (als je een ‘s’ hoort, dan schrijf je deze ook)scheidsrechter (goed geschreven, als je een ‘s’ hoort, dan schrijf je deze ook)tevredenheidsonderzoek (als je een ‘s’ hoort, dan schrijf je deze ook)publieksjury (als je een ‘s’ hoort, dan schrijf je deze ook)Toelichting: De hoofdregel is: kijk naar het linkerwoord. Als dit een meervoud heeft op (e)n, dan schrijf je de -n ook in de samenstelling.Als het linkerwoord geen meervoud heeft, of een meervoud op -s, dan schrijf je geen tussen-n. Let op: sommige woorden hebben twee meervoudsvormen en dan ook geen -n. Soms hoor je deze tussen-s niet goed, maar moet je hem wel schrijven. Dit kun je ontdekken door een andere samenstelling met hetzelfde beginwoord te maken: verkeersbord, dus ook verkeerssignaal.