Toets Economie

Praktische Economie MAX 2019 (nieuwste editie) - Hoofdstuk 7 - Ruilen over de tijd oefentoetsen & antwoorden

MAX

Deze oefentoets behandelt o.m indexcijfers, inflatie, nominale rente, reële rente, procesinnovatie, productinnovatie, rendement, investeren, AOW, omslagstelsel, kapitaaldekkingsstelsel, begrotingstekort, staatsschuld en structuur van de economie.

Praktische Economie MAX 2019 (nieuwste editie)
Toets Economie
Praktische Economie MAX 2019 (nieuwste editie)
Online maken
Toets afdrukken
Ruilen over de tijd is het verplaatsen van geld in de tijd. Door nu te sparen, kun je nu minder uitgeven, maar in de toekomst kun je juist meer besteden.Door inflatie wordt de reële rente lager dan de nominale rente. Als de nominale rente 1,5% is en de inflatie 2%, daalt de koopkracht van het spaargeld omdat goederen en diensten gemiddeld 2% duurder zijn geworden. In dit voorbeeld is de reële rente negatief. De reële rente geeft aan met hoeveel procent de koopkracht van het spaargeld verandert.Het rendement van een investering is de extra winst als gevolg van een investering.Onder het kapitaaldekkingsstelsel wordt verstaan dat de uitkeringen worden betaald van een kapitaal dat in de loop van de tijd is opgebouwd.De structuur van de economie is de hoeveelheid productiefactoren en de kwaliteit van de productiefactoren. Met € 100 kun je € 100 / € 5 = 20 producten kopen met een gemiddelde prijs van € 5 per product.Bij een inflatie van 20% is de gemiddelde prijs van een product van € 5 gestegen naar € 5 + 20% van € 5 = € 6.Met € 150 kun je € 150 / € 6 = 25 producten kopen met een gemiddelde prijs van € 6 per product.Andere berekening: Het zakgeld is gestegen met 50% (€ 150 - € 100) / € 100 x 100%).Het indexcijfer van het nominale zakgeldbedrag is 150.De inflatie is 20%. Het prijsindexcijfer is 120.Indexcijfer nominale zakgeldbedrag / prijsindexcijfer x 100% = indexcijfer reële zakgeldbedrag. Dus 150 / 120 x 100% = 125. Dit is een reële verbetering van 25%.Je kunt dus 25% meer producten kopen dan voor de zakgeldverhoging en inflatie.Eerst kon je 20 producten kopen. Nu kun je 20 + 25% van € 20 = 25 producten kopen. Bij een productinnovatie wordt er een nieuw product ontwikkeld. Meestal is een nieuw product een andere versie van een bestaand product (productdifferentiatie). Bij een procesinnovatie wordt een nieuwe productietechniek ontwikkeld. Met de nieuwe productietechniek kan met de inzet van minder productiefactoren dezelfde productie worden voortgebracht.Als een investering met geleend geld wordt betaald, moet het bedrijf rente betalen. Het bedrijf wil met de investering een rendement behalen dat boven de te betalen rente ligt. Zo houdt het bedrijf, na het betalen van de rentekosten, nog rendement over dat aan de winst kan worden toegevoegd.Ook bij een investering met eigen goed moet het rendement boven de ontvangen rente over het eigen geld liggen. Als de rente over het eigen geld hoger is dan het rendement van de investering, kan het bedrijf het eigen geld beter op de bank laten staan. De Algemene ouderdomswet wordt gefinancierd volgens het omslagstelsel. HHet omslagstelsel houdt in dat de betaalde AOW-premies door werkenden van nu direct worden overgedragen naar de AOW-uitkeringsgerechtigden van nu.Redenen om de sociale verzekeringen te verplichten zijn:Zonder verplichte verzekering zijn de kosten vrijwel door niemand op te brengen.Zonder verplichte verzekering gebruiken mensen de premiebetalingen liever voor bestedingen.De overheid vindt het rechtvaardig dat iedereen bereid is minimale steun te verlenen aan werklozen, zieken, arbeidsongeschikten, nabestaanden, ouders (kinderbijslag) en ouderen.Opmerking: je hoeft maar een reden te noemen.Wanneer een AOW-gerechtigde een aantal jaren doorwerkt, draagt hij een aantal jaren langer AOW-premie af (waardoor overheidsinkomsten kunnen stijgen).Wanneer een AOW-gerechtigde een aantal jaren doorwerkt, ontvangt hij een aantal jaren korter de AOW-uitkering (waardoor overheidsuitgaven kunnen dalen).De overheid geeft gehuwde AOW-gerechtigden per persoon minder AOW, omdat sommige kosten (bijvoorbeeld huur, verwarming van het huis) gedeeld kunnen worden. Gehuwde 65-plussers hebben per persoon dus minder geld nodig. De hypothecaire lening die Bert heeft afgesloten is een lineaire hypotheek. Het kenmerk van een lineaire hypotheek is dat je ieder jaar hetzelfde bedrag aflost.Met geleend geld een huis kopen is een voorbeeld van ruilen over de tijd. Je koopt nu en je betaalt later. Door de lening af te lossen, wordt in de loop van de tijd een bedrag bij elkaar gespaard. Dit bedrag is de waarde van het huis als de schuld afbetaald is.De rente in het eerste jaar is 4% van € 250.000 = € 10.000.Bert heeft een belastbaar inkomen van € 60.000 waardoor hij in de eerste twee belastingschijven valt. In schijf 1 helemaal en in schijf 2 voor een deel. Schijf 1 heeft een tarief van 37,48%. Hij betaalt dus 37,48% minder belasting over € 10.000. Dat is € 3.748 minder belasting. De formule van de grijze druk is: aantal 65-plussers / aantal 20 - 64-jarigen x 100%. Dus 2 miljoen / 8 miljoen x 100% = 25%.Het bedrag aan uitkeringen die moeten worden betaald is 2 miljoen x € 10.000 = € 20 miljard.Het inkomen van de AOW-premiebetalers van 20 – 64 jaar is 8 miljoen x 60% x € 40.000 = € 192 miljard. Het AOW-premiepercentage is 20 miljard / 192 miljard x 100% = 10,4%.Het bedrag aan uitkeringen die moeten worden betaald is 2,1 miljoen x € 10.000 = € 21 miljard. Het inkomen van de AOW-premiebetalers van 20 – 64 jaar is 8,2 miljoen x 60% x € 40.000 = € 196,8 miljard. Het AOW-premiepercentage is € 21 miljard / € 196,8 miljard x 100% = 10,7%. De ontvangsten van de overheid – de uitgaven van de overheid is het begrotingstekort of begrotingsoverschot.De overheid heeft een tekort van € 4 miljard. Dit betekent dat de ontvangsten van de overheid lager zijn dan de uitgaven. De overheid geeft € 180 miljard uit. De ontvangsten van de overheid zijn € 4 miljard lager. De ontvangsten van de overheid zijn dus € 180 miljard - € 4 miljard is € 176 miljard.Als de overheid een begrotingstekort heeft, moet dit tekort worden geleend.De staatsschuld stijgt dus met € 4 miljard. De staatsschuld zou moeten stijgen van € 200 miljard naar € 204 miljard. In de gegevens staat dat de staatsschuld is gestegen van € 200 miljard naar € 203 miljard, dus € 1 miljard minder. Dit betekent dat de overheid dit jaar € 1 miljard op de staatsschuld heeft afgelost.Bij hetzelfde rentepercentage gaat de rente op de staatsschuld in euro’s omhoog. De staatsschuld is gestegen. Hetzelfde rentepercentage over een hogere staatsschuld geeft een hogere rente in euro’s.De goede volgorde is: C. Hoger begrotingstekort – B. Groeiende staatsschuld – A. Belastingen moeten omhoog – E. Hogere arbeidskosten – D. Hogere verkoopprijzenToelichting: De eerste in de volgorde moet een hoger begrotingstekort zijn, want er staat boven de vraag dat een stijgend begrotingstekort een negatieve invloed heeft op de concurrentiepositie van een land. In de vorige vragen hebben we gezien dat een begrotingstekort zorgt voor een groeiende staatsschuld. Een groeiende staatsschuld is de tweede in de volgorde. Om het begrotingstekort en de staatsschuld kleiner te maken moet de overheid bezuinigen en/of de belastingen verhogen. Belastingen moeten omhoog is dan de derde in de volgorde. Belasting wordt geheven op, onder andere, loon/salarissen. Dit zorgt bij bedrijven voor hogere arbeidskosten (de vierde in de volgorde). Tenslotte zorgen hogere arbeidskosten, die worden doorgerekend in de prijs, voor hogere verkoopprijzen van de producten die worden gemaakt door bedrijven. Hogere verkoopprijzen (de vijfde in de volgorde) zorgt voor een slechtere concurrentiepositie. Het indexcijfer reëel inkomen is indexcijfer nominaal inkomen / indexcijfer prijspeil x 100. Volgens de cao zal het salaris van mevrouw Temmink met 1% stijgen. Het indexcijfer nominaal inkomen is dan 100 + 1 = 101In 2023 is de inflatie 7,5%. Het indexcijfer prijspeil is dan 100 + 7,5% = 107,5%.Het indexcijfer reëel inkomen is 101 / 107,5 x 100 = 93,95.De koopkracht van mevrouw Temmink is gedaald met 100 – 93,95 = 6,05%.Let op: Als het nominale inkomen in verhouding of in procenten tot het gemiddelde prijspeil is verslechterd, is de uitkomst van het indexcijfer reëel inkomen lager dan 100 en is de koopkracht gedaald.Als het nominale inkomen in verhouding of in procenten tot het gemiddelde prijspeil is verbeterd, is de uitkomst van het indexcijfer reëel inkomen hoger dan 100 en is de koopkracht gestegen. Bij een koopkrachtverbetering van 1,5% is het indexcijfer reëel inkomen 100 + 1,5 = 101,5. Het gemiddelde prijspeil is gestegen met 3,75%. Het indexcijfer reëel inkomen is dan 100 + 3,75 = 103,75.Om te weten te komen welke looneis de bonden zullen stellen moet het indexcijfer nominaal inkomen worden uitgerekend. We gaan dan terugrekenen: Het indexcijfer nominaal inkomen is het indexcijfer reëel inkomen x het indexcijfer prijspeil / 100. De uitkomst is 101,5 x 103,75 / 100 = 105,31.De looneis die de bonden zullen stellen is 105,31 – 100 = 5,31%.Bij een koopkrachtverbetering van 5% is het indexcijfer reëel inkomen 100 + 5 = 105. Het gemiddelde prijspeil is gestegen met 3,75%. Het indexcijfer reëel inkomen is dan 100 + 3,75 = 103,75.Het nominaal inkomen is het indexcijfer reëel inkomen x het indexcijfer prijspeil / 100.De uitkomst is 105 x 103,75 / 100 = 108,94.De keuze valt op 5% koopkrachtverbetering, want bij 5% koopkrachtverbetering stijgt het nominale loon met 108,94 – 100 = 8,94% en dat is meer dan een nominale stijging van 7%.

Deze toets bestellen?

Voordeligst
Lidmaatschap ToetsMij
€ 12,99/mnd
  • Snel nog even wat toetsen oefenen? Kies dan onze meest flexibele optie.
  • Je kunt maandelijks opzeggen.
  • Toegang tot alle vakken bij ToetsMij.
Kies dit abonnement

Wat krijg je bij een abonnement?

  • Toegang tot alle vakken
  • 20 kwalitatieve oefentoetsen per maand
  • Antwoorden, uitwerkingen en toelichtingen
  • Geen stress voor het maken van toetsen
Eenvoudig en veilig betalen met iDEAL of creditcard
3 maanden ToetsMij
€ 12,99
€ 10,99/mnd
  • Voordelig en flexibel. Ideaal als je maar een paar maanden toetsen hoeft te gebruiken.
  • Betaal per kwartaal en bespaar hiermee 2 euro per maand.
  • Toegang tot alle vakken bij ToetsMij.
Kies dit abonnement

Wat krijg je bij een abonnement?

  • Toegang tot alle vakken
  • 20 kwalitatieve oefentoetsen per maand
  • Antwoorden, uitwerkingen en toelichtingen
  • Geen stress voor het maken van toetsen
Eenvoudig en veilig betalen met iDEAL of creditcard
1 jaar ToetsMij
€ 12,99
€ 7,50/mnd
  • Favoriete keuze van meer dan 70% van de gebruikers.
  • Betaal slechts 90 euro per jaar en bespaar hiermee 65 euro.
  • Geniet van een volledig jaar toegang tot alle vakken bij ToetsMij.
Kies dit abonnement

Wat krijg je bij een abonnement?

  • Toegang tot alle vakken
  • 20 kwalitatieve oefentoetsen per maand
  • Antwoorden, uitwerkingen en toelichtingen
  • Geen stress voor het maken van toetsen
Eenvoudig en veilig betalen met iDEAL of creditcard

Dit zeggen leerlingen en ouders

10

Cijfers omhoog

Onze zoon had in februari zeker 12 minpunten. Hij is gestart met oefenen via Toets mij en heeft een geweldige eindsprint getrokken en afgelopen week bijna het onmogelijke waargemaakt. Er zijn nog maar 2 minpunten over en nog niet alle toetsen zijn terug. Het heeft onze zoon enorm geholpen, omdat er breed getoetst wordt en de vraagstelling, zoals van hem begrepen, overeenkomt met de toets. Als je de oefentoetsen goed kunt maken, beheers je de stof echt goed!

AP
9.0

Fijn dat leerlingen alvast een keer een toets kunnen oefenen die eruit ziet zoals op school.

Wij hebben sinds kort Toetsmij, omdat onze dochter het erg lastig heeft met Wiskunde. Op deze manier kan ze het hoofdstuk oefenen met een toets die qua vraagstelling overeenkomt met de toetsen op school. Nu kan ze dit dus eerst oefenen voordat ze de echte toets moet doen. Als docent Engels die werkt met Of Course en All Right kan ik bevestigen dat de toetsen grotendeels overeenkomen met de vraagwijze van de methode zelf. Dat is dus heel fijn voor leerlingen om te oefenen. We hadden heel even een dingetje met het nakijken, want de uitwerkingen werden niet goed weergegeven. Even een mailtje en binnen een dag reactie en ICT ging meteen aan de slag met het herstellen van de uitwerkingen. Super contact, goede dienstverlening! Aanrader!

Lelani van den Berg
10

Zéér tevreden!!

Lid geworden voor mijn zoon in leerjaar 1 van (toen 13) inmiddels 15. Hij zit nu in leerjaar 3 HAVO. Elk boek is makkelijk te vinden en alsmede mailt met een probleem omdat hij Duits krijgt uit een boek van leerjaar 2 word dit zelfs op zondag binnen een half uur opgelost en toegevoegd aan ons account! Zo’n toffe service zie je niet vaak meer! Dus wij zijn zéér tevreden. Sinds we het nu weer gebruiken (tijdje niet gebruikt) scoort hij weer voldoendes en zelf voor wiskunde een 8.8!

Linda Ockers

Zoek in meer dan 10.000 toetsen

Echte toetsvragen, precies aansluitend op jouw lesmethode en leerjaar. Voor klas 1 t/m 6 van vmbo-t t/m gymnasium.

Ik zit in het
en doe
ik wil beter worden in