Tijd Voor Geschiedenis (2024 e.v.) - Hoofdstuk 7 - Stoom en fabrieken oefentoetsen & antwoorden

ArbeidsomstandighedenSchaalvergrotingIndustriële RevolutieModern ImperialismeSociale kwestieLeertip!Achterin het hoofdstuk staan alle begrippen. Maak van de begrippen bijvoorbeeld flitskaarten om ze te oefenen. Werkwijze:Als je het lastig vindt om een chronologische vraag te maken. Probeer dan de eerste en laatste gebeurtenis alvast te noteren. Zo heb je dan maar een drietal gebeurtenissen te verdelen tussen de eerste en laatste. Dit geeft wat meer overzicht.De juiste volgorde is:D - E - C - B - AToelichting:D. Uitvinding van de schietspoel door John Kay. (1733)E.  Uitvinding van de Spinning Jenny. (1760)C.  Verbetering van de stoommachine. (1765)B.  Eerste stoomtrein in Nederland (1839) A. Kinderwetje Van Houten (1874)Leertip! Achterin het hoofdstuk staan veel belangrijke gebeurtenissen op volgorde van tijd. Neem dit goed door! A hoort bij 2B hoort bij 4C hoort bij 1D hoort bij 3 In de eerste industriële revolutie lag de nadruk op het gebruik van ijzer, stoommachines en textielproductie. In de tweede industriële revolutie (vanaf 1860) was gericht op staal, (spoor-)wegen en elektriciteit. Doordat de fossiele brandstoffen opraken, zijn we op zoek naar nieuwe brandstoffen, zoals groene energie (uit wind, water en zon) wat nooit opraakt. De belangrijkste uitvinding in deze revolutie is het internet. Antwoord D. Mankracht - waterkracht - stoomkracht Juist: D - E - FOnjuist: A - B - C  Socialisme: a - b - dLiberalisme: c - e - f Europese landen gingen op zoek naar nieuwe grondstoffen voor hun groeiende bevolking en de fabrikanten wilden meer spullen verkopen aan mensen met geld. Hierdoor ontstond een race naar kolonies (om andere Europese landen voor te zijn). Deze nieuwe vorm van kolonialisme wordt modern imperialisme genoemd.  Naast de behoefte aan grondstoffen en nieuwe afzetmarkten (economische motieven) was er ook een behoefte om de rest van de wereld beschaving bij te brengen en het christelijke geloof te verspreiden. Ook gaven koloniën de Europese landen macht en aanzien (politieke roem). Bron 1 past goed bij het begrip mechanisering omdat het begrip mechanisering inhoudt dat bij het bewerken van het land of de productie van goederen machines worden gebruikt. In de bron is de zaaimachine afgebeeld die gebruikt werd bij het zaaien van zaadjes. De fabriek maakte gebruik van waterkracht. In de bron zie je namelijk dat de fabriek aan het water ligt. De maker van deze bron is een socialist, want hij levert kritiek op de samenleving door het af te beelden als een piramide waarin de werkende klasse (arbeidersklasse) de lasten draagt terwijl de hogere klassen profiteren.In de bron zie je bijvoorbeeld: Uitbuiting van de arbeidersklasse:  De onderste laag van de piramide bestaat uit werkende mensen die het fundament van de samenleving vormen, maar tegelijkertijd worden onderdrukt en uitgebuit.De rijke klasse geniet van een luxueus leven zonder zelf arbeid te verrichten. De arbeidersklasse "werkt voor hen", terwijl zij aan het eten zijn.De zak met geld aan de top van de piramide symboliseert hoe alles in het systeem draait om winst, zonder zorgen voor het welzijn van de werkende bevolking (arbeidersklasse). Deze bron is subjectief, want de ik-persoon vertelt over zijn (angstige) gevoel in de fabriek op dat moment. Dit is dus een mening en geen feiten. Toch beschrijft het goed hoe kinderen werden behandeld in de fabrieken in voordat kinderarbeid werd afgeschaft aan het eind van de 19e eeuw. Modern imperialisme in het proces waarbij landen hun macht in andere delen van de wereld uitbreiden voor hun eigen economische en politieke gewin. Door de Europese machtsuitbreiding in Azië en Afrika ontstonden na 1860 grote koloniale rijken. Tijdens de conferentie van Berlijn van Berlijn werden afspraken gemaakt over de verdeling van Afrika. Europese landen spraken af wie ging heersen over de verschillende delen van Afrika. Deze gebeurtenis is dus een voorbeeld van het modern imperialisme omdat tijdens deze conferentie Europese landen afspraken maakte over de bezetting van afrika en deze Europese landen zo hun macht uitbreidde in andere delen van de wereld. Toelichting:De conferentie van Berlijn staat niet in de lesstof genoemd, maar onder de bron staat waar de vergadering over ging. Ook zie je een jaartal boven de bron staan. Kijk dus altijd goed naar wat er boven en onder de bron staat, want dit geeft altijd informatie om de vraag goed te kunnen beantwoorden.