Praktische Economie MAX 2019
- Hoofdstuk 3 - Van burger tot ondernemer
oefentoetsen & antwoorden
MAX
Klas 3|Havo
Deze oefentoets behandelt o.m. de volgende onderwerpen: enkelvoudige rente, samengestelde rente, premie, Wet Beperkte gemeenschap van goederen, schenking, schenking onder bewind, aandeel, ondernemingsvorm, rechtspersoon, hoofdelijke aansprakelijkheid, zzp’er, kamer van Koophandel, ondernemer, ondernemingsplan, organisatie niet-commerciële organisatie, organigram, managementtaken en staf.
Toets Economie
Praktische Economie MAX 2019
Online maken
Toets afdrukken
Spaarmotieven zijn:Sparen voor de aanschaf van dure producten. Sparen voor de rente. Sparen om financiële tegenvallers op te vangen. Een overlijdensrisicoverzekering keert een bepaald bedrag uit aan je nabestaanden, als je binnen de looptijd van de verzekering overlijdt. Bij een renteverzekering ontvang je later elke keer, bijvoorbeeld per maand, een bedrag.De drie samenlevingsvormen zijn:HuwelijkGeregistreerd partnerschapOngehuwd samenwonen Een schenking onder bewind is een schenking waarbij de ontvanger niet zelfstandig over de schenking mag beslissen.Een zzp’er is een zelfstandige zonder personeel.Als startende ondernemer, kun je bij de Kamer van Koophandel terecht voor informatie over vergunningen, wetgeving en btw.Een ondernemingsplan is een plan waarin de startende ondernemer uitlegt hoe het bedrijf gaat werken en wat er nodig is. Wat meespeelt bij de afweging tussen het beperken van het risico en de te betalen premie is of je wel of niet tegen risico’s kunt, of je voorzichtig bent of juist niet en of je over voldoende geld beschikt om een verzekering af te sluiten.Bij verplichte verzekeringen is iedereen verzekerd en iedereen betaalt premie. Dat levert bij elkaar veel geld op. Bij vrijwillige verzekeringen zullen de mensen die voorzichtiger zijn, zich vaak niet laten verzekeren. Dan komt er minder geld binnen en moeten mensen die minder voorzichtig zijn een hogere premie betalen om alle kosten van de verzekeringsmaatschappijen te kunnen betalen. In de Wet Beperkte Gemeenschap van goederen is bepaald dat eigendommen die tijdens het huwelijk zijn verkregen bij een scheiding 50% - 50% worden verdeeld, uitgezonderd erfenissen en schenkingen. De studieschuld is voor het huwelijk aangegaan door Kevin. Dus de studieschuld en het appartement gaan naar Kevin. De schenking gaat naar Harper.De opbrengst van de spullen die ze samen hebben gekocht worden, na aftrek van de schenking, verdeeld onder Harper en Kevin. Een vennootschap onder firma hoort er niet bij. Een vennootschap onder firma is geen rechtspersoon. Een naamloze vennootschap en een besloten vennootschap zijn wel rechtspersonenStichting hoort er niet bij. Een stichting streeft niet naar winst, want een stichting is een niet-commerciële organisatie. Een eenmanszaak, een vennootschap onder firma en een naamloze vennootschap zijn commerciële organisaties en streven wel naar winst.Aansprakelijkheid met bedrag van deelname hoort er niet bij. Dit komt voor bij rechtspersonen. Als een bedrijf geen rechtspersoon is, is er sprake van hoofdelijke aansprakelijkheid en er is geen scheiding tussen leiding en eigendom, zoals bij een vennootschap onder firma.Directie hoort er niet bij. Directie is de dagelijkse leiding van een naamloze of besloten vennootschap. Een vereniging heeft geen directie, maar een bestuur. Een vereniging heeft leden die contributie betalen.Gezin hoort er niet bij. Bij een gezin werken geen mensen samen om een bepaald doel te bereiken. Bij een stichting werken wel mensen samen om een bepaald doel te bereiken, zoals Artsen zonder Grenzen. De vier taken van een manager zijn:Doelen bepalen. Managers beslissen over de doelstellingen van hun zaak.Plannen. Het plannen is de gedetailleerde uitwerking van de doelstellingen. Je bepaalt dan wanneer welke doelstellingen gerealiseerd moeten zijn. Organiseren. Organiseren is het bepalen van de meest geschikte manier om een doel te bereiken. Het gaat over de inzet van mensen, goederen en de activiteiten die nodig zijn om een bepaald doel te bereiken. Het gaat niet alleen over de tijd maar ook over kosten.Leiding geven. Managers geven leiding. Ze begeleiden de activiteiten van werknemers en afdelingen. Ze geven opdrachten en helpen (coachen) bij de uitvoering van deze opdrachten.Controleren. Controle is nodig als er meerdere mensen werken in een organisatie. Omdat de manager meestal niet al het werk zelf kan doen, is personeel nodig. Medewerkers krijgen de beschikking over middelen om hun taak uit te voeren. Controle is nodig om te zien of medewerkers hun taken op de beste manier uitvoeren. Controle geeft de manager de kans om tijdig bij te sturen en eventueel weer nieuwe doelstellingen te bepalen.De voornaamste taak van de staffunctionaris is, als specialist, het steunen en adviseren van de algemeen directeur. Voorbeelden van staffunctionarissen zijn administratief personeel, een personeelsadviseur is, een interne accountant of een staf die gespecialiseerd is in systeembeheer, onderzoek of ontwikkeling. Als je het aantal maanden per jaar vermenigvuldigt met 0,25% kom je uit op 3%. Bij samengestelde rente krijg je “rente op rente”, hierdoor kom je hoger uit dan 3% en zal de keuze ten gunste van samengestelde rente uitvallen.Ieder jaar is de rente 4% van € 5.000 = 0,04 x € 5.000 = € 200. Het bedrag van € 5.000 staat negen jaar op een spaarrekening. De rente na negen jaar is 9 x € 200 = € 1.800.De snelste manier van berekenen is € 8.000 x 1,039= € 10.438,19 want 1,039 komt op hetzelfde neer als € 8.000 negen keer met 1,03 te vermenigvuldigen.Er wordt geen eindbedrag gevraagd, maar een beginbedrag. In dat geval wordt er niet vermenigvuldigd, maar gedeeld. De uitkomst is: € 20.000 / (1,035)7 = € 15.719,82. Afgerond 15.720. De schenking van de ouders in 2025 is € 5.000 + € 4.000 = € 9.000. De jaarlijkse vrijstelling is € 6.731. Het bedrag waarover schenkbelasting moet worden betaald is € 9.000 – 6.731 = € 2.269. Over dit bedrag betaalt zij 10% belasting: 10% van € 2.269 = € 226,90.Het bedrag waarover schenkbelasting moet worden betaald is € 160.000 – € 2.690 = € 157.310.Te betalen schenkbelasting over schenking opa:(€ 154.197 - € 0) x 18% = € 27.755,46(€ 157.310 - € 154.197) x 36% = € 1.120,68 + € 28.876,14 Een omgevingsfactor is algemener en niet of nauwelijks te beïnvloeden. Een partij is meestal concreter (bijvoorbeeld een klant of een leverancier) en is wel door het bedrijf te beïnvloeden.De pijlen in bovenstaande figuur wijzen twee kanten op. Dat wil zeggen dat een bedrijf niet alleen wordt beïnvloed door de partijen, maar zelf ook weer invloed heeft op de partijen. BronBedrijfOmgevingsfactorPartijenGevolg voor het bedrijf1Meta AIPolitiekOverheidsinstellingen: De Autoriteit Persoonsgegevens (AP)Meta AI mag geen gegevens gebruiken van mensen die bezwaar maken2SupermarktenEconomischConcurrentie: andere supermarktenLeveranciers: onderhandelingen over prijzen.Supermarkten voeren een prijzenoorlog met als gevolg lager prijzen en lege schappen3RabobankPolitiekAfnemers: betaalinstellingen zijn beperkingen opgelegd.Overheidsinstellingen:Autoriteit Consument en marktRabobank moet de beperkingen opheffen4Boeren EconomischVermogensverschaffers: lenen minder geld aan boeren door onzekerheid over landbouwbeleid bij boerenOverheidsinstellingen: landbouwbeleidBoeren weten niet waar ze aan toe zijn als het gaat om verduurzaming eisen en lenen daardoor minder geld en wachten met investeren Opmerking vooraf:Een samenvatting is een kortere versie van een tekst waarin de belangrijkste zaken uit die tekst worden genoemd. Bij een tekst kun je jezelf de volgende vraag stellen: “Wat staat er eigenlijk?” In je samenvatting geef je, zo kort mogelijk, antwoord op deze vraag. Je noemt alleen de hoofdzaken en laat alle bijzaken weg.Het is belangrijk om te weten wat hoofd- en bijzaken zijn. De hoofdzaken zijn de belangrijkste informatie die in een tekst wordt gegeven over het onderwerp. Minder belangrijke informatie noemen we bijzaken. Bijzaken bevatten voorbeelden of extra uitleg bij de hoofdzaken. Ze maken de tekst duidelijker, leuker of beter te begrijpen. Kijk maar eens naar de eerste alinea van het artikel:Met het faillissement van Game Mania verdwijnt opnieuw een bekende keten uit de winkelstraat. De gamewinkel komt op een groeiend lijstje met bedrijven die recent omvielen. Inflatie, concurrentie en een gebrek aan feeling met hun klanten spelen de ketens parten. Bristol, Esprit, Handyman, Perry Sport, Aktiesport, BCC, Big Bazar, Scotch & Soda: ze verdwenen allemaal in de afgelopen twaalf maanden. Soms wordt een doorstart gemaakt, maar dat levert lang niet altijd succes op, getuige het dubbele faillissement van kledingketen Scotch & Soda.De eerste alinea gaat over het faillissement van winkels. De belangrijkste informatie die wordt gegeven is dat veel winkels failliet gaan en wat de oorzaken zijn. Een doorstart is vaak niet succesvol. Dat is de hoofdzaak. De voorbeelden van winkels die omvielen is een bijzaak. De indeling in alinea’s geeft een aanwijzing in hoeveel delen je de tekst kunt samenvatten. Haal uit iedere alinea de hoofdzaken en laat de bijzaken achterwege.De samenvatting in vier delen:Veel winkels zijn de laatste tijd failliet gegaan. Oorzaken zijn inflatie, concurrentie en een gebrek aan feeling met hun klanten. Een doorstart is vaak niet succesvol.Er zijn nog andere oorzaken. De coronalockdowns en de hoge inflatie na corona. Met hoge kosten voor de winkelier, maar ook voor de consument, waardoor er minder werd uitgegeven bij de winkeliers.Andere problemen zijn slechte bereikbaarheid van binnensteden, hoge parkeerkosten en een duurder openbaar vervoer. Verder zijn webwinkels goedkoper dan fysieke winkels.Klanten moeten een reden hebben om de winkel te bezoeken, zoals beschikbaarheid van producten in de winkel en deskundig personeel.De uitspraak is juist. Volgens de tabel zijn er in het eerste kwartaal van 2024 ongeveer 98 faillissementen geweest. In het tweede kwartaal van 2024 zijn er ongeveer 65 faillissementen geweest.In de eerste helft van 2024 zijn er dus 98 + 65 = 163 faillissementen geweest.In het eerste kwartaal van 2022 zijn er ongeveer 35 faillissementen geweest. In het tweede kwartaal van 2022 zijn er ongeveer 45 faillissementen geweest.In de eerste helft van 2022 zijn er dus 35 + 45 = 80 faillissementen geweest.Het aantal faillissementen in de eerste helft van 2024 is (ongeveer) twee keer zo groot als het aantal faillissementen in de eerste helft van 2022.
Deze toets bestellen?
Voordeligst
Lidmaatschap ToetsMij
€ 12,99/mnd
Snel nog even wat toetsen oefenen? Kies dan onze meest flexibele optie.