De Geo LRN-line (vanaf 22/23) - Hoofdstuk 1 - De Verenigde Staten in beeld oefentoetsen & antwoorden

a) Central Business district  b) De centrale zakenwijk met kantoren, winkels, hotels en uitgaansgebied, de kern van de stad.      0-200 meter = laagland, 200-500 meter = heuvelland  en 1500 meter en hoger = hooggebergte   Van een hogedrukgebied naar een lagedrukgebied. Deze regel is ontzettend belangrijk en geldt altijd, knoop hem dus goed in je oren!    De klimaatfactor ‘breedteligging’. Toelichting: hoe hoger de breedteligging (dus richting de polen), hoe lager de gemiddelde temperatuur. Hoe lager de breedteligging (dus dichtbij de evenaar), hoe hoger de gemiddelde temperatuur).   Een depressie (of een minimum)   Multiculturele samenleving   Footloose bedrijven.  Toelichting: ze zijn niet gebonden aan grondstoffen, dus kunnen ze zich verstigen op elke plek die ze maar willen. Vaak kiezen ze dan voor plekken met lage grondprijzen, veel leefruimte, een mooi landschap en/of een zonnig klimaat.   In fase 1 en 3. In deze fasen trekken mensen naar de stad toe. Het aantal mensen in de stad groeit dus. Daarom zijn er meer voorzieningen nodig in de stad. Bij fase 2 is dit niet het geval. Bij suburbanisatie trekken mensen weg uit de stad en gaan ze aan de rand van de stad wonen. Hierdoor zal het voorzieningenniveau in de stad zelf niet echt stijgen.   a) Maquiladoras b) de sunbelt bevindt zich in het zuiden van de VS rondom de grens van Mexico. In de maquiladoras/assemblagebedrijven worden producten goedkoop in elkaar gezet, en goedkope arbeidskrachten zijn daarvoor nuttig. De Mexicaanse arbeidskrachten zijn goedkoper dan de Amerikaanse arbeidskrachten, vandaar dat je ze in het grensgebied vindt.    Bij nummer 1 hoort stuwingsregen en de loefzijde van de berg. Bij nummer 2 hoort regenschaduw en de lijzijde van de berg. Toelichting: een fijn ezelsbruggetje: ‘loef = droef (want regen)’ en ‘lij = blij (want droog/zonning).     Voordelen: De buurt knapt er van op, waardoor er minder verwaarlozing van huizen en woonomgeving is Het trekt op zijn beurt weer meer mensen met een hoger inkomen aan, die weer meer kunnen investeren in de stad. De stad bloeit economisch Nadelen: De huren/huisprijzen stijgen De oorspronkelijke inwoners met een laag inkomen worden gedwongen hun huis te verlaten (want ze kunnen de stijgende huurprijzen niet meer betalen). De oorspronkelijke bewoners voelen zich niet meer thuis in ‘hun’ wijk waar nu ineens allemaal nieuwe rijke ‘yuppen’ wonen (hoger opgeleiden).   Tornado Orkaan Alley, twister, wervelvind, windhoos, botsing koude en warme lucht, sterk boven land, slurf Hurricane, tyfoon, cycloon, warm zeewater, caribisch gebied, tropische depressie, oog, sterk boven zee     De groep hispanics/latino’s (vooral mexicanen), zijn met name arbeidsmigranten in het zuiden van de VS De groep aziaten, ze zijn meestal hoger opgeleid en dus kennismigranten met hoogopgeleide banen, ze staan bekend als de ‘model minority’ (voorbeeldgroep)  De groep afro-amerikanen, afstammelingen van voormalig slaven uit de 18e en 19e die werkten in het zuidoosten op plantages. Na de afschaffing van de slavernij bleven ze vaak in het zuidoosten wonen (of ze trokken naar industriesteden in het noordoosten).   a) Bij vergrijzing heb je het over de toename van 65+ers, (oftewel de gemiddelde leeftijd van de inwoners neemt toe). Bij ontgroening heb je het over een afname van het aantal jongeren, (waardoor eveneens de gemiddelde leeftijd van inwoners toeneemt). b) Doordat er veel jonge arbeidsmigranten naar de VS trekken, blijft de gemiddelde leeftijd laag. Hierdoor is er minder sprake van vergrijzing in de VS.   a) Veel staten in het noordoosten hebben een negatief migratiesaldo, mensen trekken hier weg. De staten in het zuiden en westen groeien juist snel (positief migratiesaldo). Kortom, men gaat dus met name van het noordoosten naar het zuiden en westen.  b) het demografisch zwaartepunt. (Toelichting: dit is het punt waarvan ten oosten, westen, zuiden en noorden evenveel mensen wonen.)   a) Denver b) Seattle en Los Angeles liggen aan zee en hebben in de winter de matigende invloed van de zee, waardoor het minder koud wordt door de aanlandige wind. Denver ligt verder landinwaarts en heeft daardoor dus minder invloed van de zee. c) De noord-zuidligging van de gebergteketen. Vanwege die bergketen kan de aanlandige wind helemaal niet ver landinwaarts komen.    a) New York heeft een Cf-klimaat. De wintertemperatuur ligt tussen –3 en +18 °C, dus is het een C-klimaat, en er is gedurende het hele jaar wat neerslag: f. b) Oorzaak: Er waait een aflandige wind. Gevolg: Die wind komt uit het noorden en is koud. Daarom is er geen gematigde invloed van de zee.     Je kan kiezen voor suburb of edge city. In een getto woon je liever niet. Argumentatie:  In een suburb woon je aan de rand van de stad, met veel ruimte, meer groen, en minder criminaliteit. Vaak staan er grotere huizen met bijvoorbeeld een zwembad. in een edge city woon je bij verkeersknooppunten aan de rand van de stad, waar grote malls (shoppingcenters) te vinden zijn. Je kan hier alles kopen wat je nodig hebt, en hoeft dus niet meer naar het centrum van de stad, lekker makkelijk! in een getto woon je liever niet. Dit is een vervallen stadsdeel met vaak hoge criminaliteitscijfers en het geeft een onveilig gevoel om hier rond te lopen, zeker in het donker.    a) Twee van de volgende: De ‘Gold Rush’, er was goud te vinden en dus winst. Het prettige Mediteraanse (Middelandse zee) klimaat. Veel ruimte, prachtige natuur met stranden, bergen, woestijnen b) Twee van de volgende: Het is tegenwoordig een erg dure staat geworden (hoge grondprijs, dure huizen, hoge belastingen, levensonderhoud duur) Stedelijke gebieden zijn vol en druk (luchtvervuiling, files) Gevolgen van klimaatverandering duidelijk: lange droogteperiodes, watertekorten, bosbranden.