Toets Geschiedenis

Geschiedenis Werkplaats 3e ed - Hoofdstuk 4 - Pruiken en revoluties oefentoetsen & antwoorden

3e editie
Geschiedenis Werkplaats 3e ed
Toets Geschiedenis
Geschiedenis Werkplaats 3e ed
Online maken
Toets afdrukken
a. atheïst: iemand die niet in een god gelooft. b. rechtsstaat: waar iedereen zich aan de wet moet houden. c. grondrechten: de belangrijkste rechten van burgers; vastgelegd in de grondwet. d. kiesrecht: stemrecht. e. burgerlijk recht: wetten die gaan over de verhouding tussen burgers en overheid en burgers onderling f. constitutionele monarchie: land waarin de koning zich moet houden aan de grondwet. g. dienstplicht: als burgers de staat moeten dienen h. tsaar: keizer van Rusland i. eenheidsstaat: waar gemeenten en provincies het landsbestuur moeten gehoorzamen. j. rijksoverheid: landsbestuur. k. vazalstaat: onderworpen staat. l. vrijkorps: groep bewapende burgers. m.  abolitionisme: beweging voor afschaffing van slavernij en slavenhandel De juiste combinaties: 1III, 2IV, 3II, 4V, 5I, 6 VI a. Een goed antwoord bevat de volgende elementen: Lodewijk XVI was koning van Frankrijk, riep de Staten-Generaal bij elkaar en werd na de Franse Revolutie onthoofd. b. Een goed antwoord bevat de volgende elementen: John Locke was een verlichtingsfilosoof uit Engeland en vond dat vorsten hun macht niet van god maar van de bevolking krijgen. c. Een goed antwoord bevat de volgende elementen: Thomas Jefferson was een Amerikaanse revolutionair en ontwierp de onafhankelijkheidsverklaring. d. Een goed antwoord bevat de volgende elementen: Maximilien Robbespiere was een Franse politicus en hij was leider van Frankrijk net na de Franse Revolutie. e. Een goed antwoord bevat de volgende elementen: Napoleon Bonaparte was een Franse politicus, maakte een einde aan de Franse Revolutie door een staatsgreep en voerde vele oorlogen om de verlichtingsideeën te verspreiden. f. Een goed antwoord bevat de volgende elementen: Joan Derk van den Capellen tot den Pol was een Nederlandse patriot en schreef het invloedrijke pamflet ‘Aan het volk van Nederland’. De juiste volgorde is: 2. een menigte bestormt de Bastille 1. de Franse Nationale Vergadering neemt een grondwet aan  6. Oostenrijk valt Frankrijk aan om de revolutie neer te slaan 4. Lodewijk XVI wordt gedood door de guillotine 5. Napoleon Bonaparte pleegt een staatsgreep 3. het Franse leger wordt in Rusland verslagen Een juist antwoord bestaat uit de volgende elementen: 1. Een opmerking over de inhoud van de driemachtenleer: Enkele voorbeelden Montesquieu wilde dat:  de macht verdeeld werd over meerdere mensen  niet in handen was van een persoon 2. Een opmerking waarom absolute vorsten niet willen dat deze ideeën zich niet verspreiden: Enkele voorbeelden: Absolute vorsten zouden: daardoor niet meer alleenheerser kunnen zijn daardoor de macht met andere mensen moeten delen. Een juist antwoord bestaat uit de volgende elementen: 1. Een opmerking over wat verlichtingsdenken inhoudt. Enkele voorbeelden: Het verlichte denken: wil dat de bevolking de macht in handen heeft wil dat koningen hun macht delen / afstaan met / aan het volk 2. Hoe dit idee terugkomt in de wil van de opstandelingen. Enkele voorbeelden: De opstandelingen: willen bepalen wat er met hun geld gebeurt willen invloed hebben op wat de koning doet in ruil voor hun belasting Uit een goed antwoord blijkt dat Napoleon de invloed van het volk op de regering verkleint. Een voorbeeld: Napoleon voert een nieuwe grondwet in en wordt zelf dictator. Een goed antwoord bestaat uit deze elementen: 1. Een opmerking over het christendom / verlichting. Enkele voorbeelden: Het christendom en de Verlichting gaan uit van gelijkheid tussen mensen. Beide stromingen zijn tegen ongelijkheid 2. Een opmerking over waarom dit leidt tot het afschaffen van slavernij. Enkele voorbeelden: door slavernij af te schaffen wordt de gelijkheid tussen mensen vergroot. slavernij moet verdwijnen omdat het uitgaat van ongelijkheid. a. de derde stand / burgerij b. Uit een goed antwoord blijkt dat deze prent laat zien dat de derde stand niet langer accepteert dat zij wordt achtergesteld omdat de man op de grond zichzelf bevrijdt (van de ketenen).   Een goed antwoord bestaat uit de volgende elementen: 1. Een opmerking over de bondstaat. Enkele voorbeelden: Bij een bondstaat mogen delen van het land sommige dingen zelf bepalen. In een bondstaat is er op slechts een paar gebieden landelijke wetgeving. Op de andere gebieden bepalen staten zelf wat ze doen. 2. Een opmerking hoe dat de verschillen een wetgeving verklaart. Bijvoorbeeld:  Staten in de VS maken zelf weten wat strafbaar is en hoe hoog de straffen zijn.   Een juist antwoord bestaat uit de volgende elementen: 1. Noem de groep. Patriotten 2. Geef een toelichting met een verwijzing naar de bron  Enkele voorbeelden: Volgens de bron krijgen de burgers hun rechten terug moet er een einde komen aan de regering. 3. uitleg hoe dit citaat past bij de patriotten. Enkele voorbeelden: Dit past bij de patriotten omdat de patriotten wilden dat de burgers meer (verlichte) rechten kregen de patriotten de regering van de stadhouder omver wilde werpen. b. Een goed antwoord bestaat uit de volgende elementen: 1. Een uitleg van het begrip democratische revoluties: Enkele voorbeelden: Bij democratische revoluties: krijgt de gewone bevolking meer invloed worden de rechten van de koning beperkt. 2. uitleg wat er democratisch is aan de bron. Enkele voorbeelden: Volgens de bron: moet de bevolking haar rechten terugkrijgen. moet de (ondemocratische) regering van de stadhouder verdwijnen.   Een goed antwoord bestaat uit de volgende elementen: 1. Een uitleg van het verschil tussen de noordelijke en zuidelijke staten: Enkele voorbeelden: Het noorden wilde slavernij afschaffen; het zuiden niet In de zuidelijke staten speelden de slaven een belangrijkere rol dan in de noordelijke staten. 2. Een voorbeeld uit de bron: Bijvoorbeeld:  Slavernij wordt verdedigd omdat slaven geen armoede kennen. 3. Een conclusie bij welke staten deze opvatting past. Bijvoorbeeld:  Dit past bij de opvatting van de zuidelijke staten. b. Uit een goed antwoord blijkt dat de slaven niet in armoede leven.  c. Een goed antwoord bestaat uit de volgende elementen: 1. Een uitleg van het begrip mensenrechten: Bijvoorbeeld: Bij mensenrechten krijgen alle mensen bepaalde rechten die niemand hen kan afnemen. 2. Of Downs’ opvattingen passen bij deze uitleggen. Bijvoorbeeld:  Nee, omdat Downs vindt dat slaven deze rechten niet (hoeven te) bezitten en in slavernij mogen leven.

Deze toets bestellen?

Voordeligst
Lidmaatschap ToetsMij
€ 12,99/mnd
  • Snel nog even wat toetsen oefenen? Kies dan onze meest flexibele optie.
  • Je kunt maandelijks opzeggen.
  • Toegang tot alle vakken bij ToetsMij.
Kies dit abonnement

Wat krijg je bij een abonnement?

  • Toegang tot alle vakken
  • 20 kwalitatieve oefentoetsen per maand
  • Antwoorden, uitwerkingen en toelichtingen
  • Geen stress voor het maken van toetsen
Eenvoudig en veilig betalen met iDEAL of creditcard
3 maanden ToetsMij
€ 12,99
€ 10,99/mnd
  • Voordelig en flexibel. Ideaal als je maar een paar maanden toetsen hoeft te gebruiken.
  • Betaal per kwartaal en bespaar hiermee 2 euro per maand.
  • Toegang tot alle vakken bij ToetsMij.
Kies dit abonnement

Wat krijg je bij een abonnement?

  • Toegang tot alle vakken
  • 20 kwalitatieve oefentoetsen per maand
  • Antwoorden, uitwerkingen en toelichtingen
  • Geen stress voor het maken van toetsen
Eenvoudig en veilig betalen met iDEAL of creditcard
1 jaar ToetsMij
€ 12,99
€ 7,50/mnd
  • Favoriete keuze van meer dan 70% van de gebruikers.
  • Betaal slechts 90 euro per jaar en bespaar hiermee 65 euro.
  • Geniet van een volledig jaar toegang tot alle vakken bij ToetsMij.
Kies dit abonnement

Wat krijg je bij een abonnement?

  • Toegang tot alle vakken
  • 20 kwalitatieve oefentoetsen per maand
  • Antwoorden, uitwerkingen en toelichtingen
  • Geen stress voor het maken van toetsen
Eenvoudig en veilig betalen met iDEAL of creditcard

Dit zeggen leerlingen en ouders

10

Cijfers omhoog

Onze zoon had in februari zeker 12 minpunten. Hij is gestart met oefenen via Toets mij en heeft een geweldige eindsprint getrokken en afgelopen week bijna het onmogelijke waargemaakt. Er zijn nog maar 2 minpunten over en nog niet alle toetsen zijn terug. Het heeft onze zoon enorm geholpen, omdat er breed getoetst wordt en de vraagstelling, zoals van hem begrepen, overeenkomt met de toets. Als je de oefentoetsen goed kunt maken, beheers je de stof echt goed!

AP
9.0

Fijn dat leerlingen alvast een keer een toets kunnen oefenen die eruit ziet zoals op school.

Wij hebben sinds kort Toetsmij, omdat onze dochter het erg lastig heeft met Wiskunde. Op deze manier kan ze het hoofdstuk oefenen met een toets die qua vraagstelling overeenkomt met de toetsen op school. Nu kan ze dit dus eerst oefenen voordat ze de echte toets moet doen. Als docent Engels die werkt met Of Course en All Right kan ik bevestigen dat de toetsen grotendeels overeenkomen met de vraagwijze van de methode zelf. Dat is dus heel fijn voor leerlingen om te oefenen. We hadden heel even een dingetje met het nakijken, want de uitwerkingen werden niet goed weergegeven. Even een mailtje en binnen een dag reactie en ICT ging meteen aan de slag met het herstellen van de uitwerkingen. Super contact, goede dienstverlening! Aanrader!

Lelani van den Berg
10

Zéér tevreden!!

Lid geworden voor mijn zoon in leerjaar 1 van (toen 13) inmiddels 15. Hij zit nu in leerjaar 3 HAVO. Elk boek is makkelijk te vinden en alsmede mailt met een probleem omdat hij Duits krijgt uit een boek van leerjaar 2 word dit zelfs op zondag binnen een half uur opgelost en toegevoegd aan ons account! Zo’n toffe service zie je niet vaak meer! Dus wij zijn zéér tevreden. Sinds we het nu weer gebruiken (tijdje niet gebruikt) scoort hij weer voldoendes en zelf voor wiskunde een 8.8!

Linda Ockers

Zoek in meer dan 10.000 toetsen

Echte toetsvragen, precies aansluitend op jouw lesmethode en leerjaar. Voor klas 1 t/m 6 van vmbo-t t/m gymnasium.

Ik zit in het
en doe
ik wil beter worden in