Geschiedeniswerkplaats Historisch overzicht 2e ed - Tijdvak 10 - Tijd van televisie en computer oefentoetsen & antwoorden

a) Fout: He ‘war on terror’. Het moet zijn: Het Marshallplan. b)  Fout: kregen veel Europese landen een gezamenlijke munt. Het moet zijn: schaften een aantal Europese landen de paspoortcontrole af. c)  Fout: verminderd. Het moet zijn: vergroot. d)  Fout: Dankzij, zich vreedzaam dekoloniseren. Het moet zijn: Ondanks, verliep het dekolonisatieproces niet vreedzaam. e)  Fout: vlak. Het moet zijn: ongeveer 15 jaar na. f)  Fout: Tunesië Het moet zijn: Italië en / of Griekenland.   1-6-2-5-4-3   Een juist antwoord bestaat uit de volgende elementen: 1. Het noemen van een voorbeeld. Bijvoorbeeld: In de loop van de tijd gingen steeds meer landen mee doen. 2. Een uitleg waarom dit voorbeeld laat zien dat de samenwerking succesvol was. Bijvoorbeeld: Omdat de economieën van de deelnemers groeide, wilden meer landen meedoen. Het was dus een succes.   Een juist antwoord bestaat uit de volgende elementen: 1. Een uitleg van de impact van de Tweede Wereldoorlog. Bijvoorbeeld: Door de oorlog ontdekten Aziatische onafhankelijkheidsbewegingen dat westerse mogendheden ook konden verliezen. 2. Een uitleg waarom dit leidt tot dekolonisatie. Bijvoorbeeld: Dit gaf Aziatische onafhankelijkheidsbewegingen het idee dat een opstand succesvol kon zijn.   Een juist antwoord bestaat uit de volgende elementen: 1. Het benoemen van een historische ontwikkeling. Bijvoorbeeld: Na de onafhankelijkheid van Suriname trokken veel Surinamers naar Nederland. 2. Een uitleg waarom dit het debat over racisme stimuleert. Bijvoorbeeld: Door de ontmoeting tussen ‘oude’ en ‘nieuwe’ Nederlanders kregen veel mensen het idee dat racisme voorkomt en ontstonden er protesten tegen dit vermeende racisme.   1. Individualisering: Mensen wilden niet langer bij een groep (zuil) horen, maar eigen keuze maken. 2. Ontkerkelijking: Omdat levensbeschouwing minder belangrijk werd, gingen de zuilen meer op elkaar lijken en losten zij langzaam op.   Juiste antwoorden gaan in op het beeld dat zo wordt neergezet (van zowel de VS als de Sovjet-Unie). Bijvoorbeeld: De VS lieten zien het beste voor te hebben met Europa. De Sovjet-Unie komt, door de politieke druk om de hulp niet aan te nemen, naar voren als een land dat uit is op eigen macht.   Een juist antwoord bestaat uit de volgende elementen: 1. Een keuze. Ja/nee 2. Een toelichting. Bijvoorbeeld: Kolonialisme is onrechtvaardig. De VS deden er goed aan om Nederland te dwingen Indonesië onafhankelijkheid te verlenen. De dekolonisatie was een Nederlandse kwestie. De VS mogen zich daar niet mee bemoeien.   a) De verdeling van de wereld in twee ideologische blokken in de greep van een wapenwedloop en de daaruit voortvloeiende dreiging van een atoomoorlog. b) Juiste antwoorden gaan in op spionage. Bijvoorbeeld: Als de Sovjets door spionage alle militaire geheimen van de VS konden ontdekken, zouden de VS de Koude Oorlog verliezen.   a) Juiste antwoorden gaan in op het einde van de Koude Oorlog. Bijvoorbeeld: Door het einde van de Koude Oorlog konden landen uit het voormalige Oostblok zich aansluiten bij de EU. b) Juiste antwoorden gaan in op de enorme omvang van de EU. Bijvoorbeeld: De EU was zo groot geworden dat deze onbestuurbaar dreigde te worden.   1. De toenemende westerse welvaart die vanaf de jaren zestig van de 20e eeuw aanleiding gaf tot ingrijpende sociaal-culturele veranderingsprocessen omdat de jongeren in de bron protesteren tegen de oudere generatie. 2. De ontwikkeling van pluriforme en multiculturele samenlevingen omdat jongeren zichzelf wilde uiten en gedroegen hoe zij zelf wilde, werd de samenleving diverser.   a) Juiste antwoorden gaan in op de onzekere economische situatie na de oorlog. Bijvoorbeeld: Nederland was verarmd en veel mensen verwachtten dat het communisme de economische problemen kon oplossen. b) Juiste antwoorden gaan in op de groeiende welvaart in Nederland. Bijvoorbeeld: Door de groeiende welvaart hadden de mensen geen reden meer om lid te zijn van de communistische partij.