Memo MAX 2021 deel A+B - Hoofdstuk 6 - Nederland na 1945 oefentoetsen & antwoorden

amerikanisering (3) = het (deels) overnemen van de Amerikaanse cultuur of leefwijze. asiel (2) = een veilige leefplek waar je wordt beschermd tegen vervolging. ontzuiling (1) = het afnemen van het belang van de zuilen in de Nederlandse samenleving. seksuele revolutie (2) = snelle overgang in de jaren zestig van een samenleving waarin seksualiteit verborgen bleef, naar een samenleving waarin seksualiteit openlijk bespreekbaar was. verzorgingsstaat (1) = samenleving waarin de overheid zorgt voor iedereen die dat zelf niet kan, zoals ouderen, werklozen en zieken. wederopbouw (1) = het herstellen van de oorlogsschade en de economie na de Tweede Wereldoorlog. Tip: Om begrippen te leren bestaan er verschillende online tools die je kunt gebruiken, bijvoorbeeld om flipkaartjes te maken. Alleen helpt het je bij geschiedenis niet zoveel verder als je begrippen uit je hoofd op kunt zeggen. Als je bijvoorbeeld de betekenis van ontzuiling weet, maar niet kan uitleggen waarom de toegenomen welvaart in de jaren zestig daaraan bijdroeg, heb je weinig aan die kennis. Daarom is een woordweb bij geschiedenis vaak beter. Dan leer je de samenhang tussen begrippen zien. Alleen de woordjes die je maar niet in je hoofd krijgt, kun je met een flipkaartje oefenen.  De juiste combinaties zijn: a-4 / b-5 / c-1 / d-2. Je houdt 3 over. Dit zijn de volgende personen:Marga Klompé (1) = werd in 1956 de eerste vrouwelijke minister in Nederland en stond mede aan de basis van de verzorgingsstaat door de invoering van de Algemene Bijstandswet. / Annie M.G. Schmidt (3) = Nederlandse schrijfster die boeken schreef waarin de hoofdpersonen niet zo braafjes waren. In de jaren zestig en zeventig schreef zij ook musicals waarin thema’s als relaties en seksualiteit een rol speelden. / Xi Jinping (4) = sinds 2012 leider van China. Hij regeert als een dictator en is sinds Mao Zedong de eerste Chinese leider die aan persoonsverheerlijking doet. Tip: Ga bij jezelf na of je kunt aangeven waarom het belangrijk is om bij dit onderwerp deze personen te kennen. Als je dat kunt, is dat een aanwijzing dat je de stof al wat beter begrijpt. Net als bij losse begrippen heb je er bij geschiedenis weinig aan als je het uit je hoofd op kan zeggen, maar niet echt weet waar het mee te maken heeft. De juiste volgorde is: 5-4-2-6-3-1 Tip: 1) zet op een kladblaadje de cijfers 1 t/m 6 en vul daarachter de jaartallen in die je kent Tip: 2) probeer oorzaak-gevolg-relaties te ontdekken De doelstelling is gezamenlijk aan de opbouw van de arbeidsmarkt te werken, nadat de economie door de Tweede Wereldoorlog volledig ingestort was. In alle sectoren (landbouw, industrie, infrastructuur, woningbouw, enz.) begon men vanaf nul. Om de arbeidsmarkt op te bouwen, was het gunstig om de lonen laag te houden / arbeid goedkoop te houden. (De zekerheid van een loon / geregeld inkomen zorgde ervoor dat de vraag naar producten stabiel bleef.) Na het afschaffen van de geleide loonpolitiek stegen de lonen explosief en kregen mensen meer geld om luxegoederen aan te schaffen. Nederland werd een consumptiemaatschappij / veranderde van een industriële samenleving in een dienstensamenleving. PS: het onderdeel tussen haakjes is niet verplicht in je antwoord Tip: Je ziet dat er twee begrippen dikgedrukt zijn (doelstelling en lonen laag). Dit zijn de twee onderdelen die in de vraag centraal staan. Door ze in de vraag en daarna in je antwoord te markeren (markeerstift, of onderstrepen) vergeet je ze niet en is je antwoord compleet. Bij gebeurtenis 2 en 3 zie je de karige opvang die de Nederlandse overheid de Molukkers biedt in de barakken van voormalige concentratiekampen. Dit is in de jaren vijftig en zestig. Bij gebeurtenis 4 en 5 zie je dat de Molukse gemeenschap meer opkomt voor de eigen positie. Er komt een vereniging die de onafhankelijke republiek steunt en zelfs geweld wordt niet geschuwd / er vinden kapingen plaats. Bij gebeurtenis 6 zie je dat de Nederlandse overheid een gebaar maakt door een jaarlijkse toelage te geven en projecten te starten op het gebied van opleiding en werk. Tip: Hoogstwaarschijnlijk heb je nog nooit van Semuel Metiarij gehoord. Hij komt in het lesboek ook niet ter sprake. Je kunt dan ook pas goed een uitspraak doen over het belang van zijn optreden, als je de situatie van de Molukkers in Nederland goed begrijpt. Om dat te onthouden, kun je het tot de kern terugbrengen: de Molukkers hielpen Nederland wel (tijdens de politionele acties), maar Nederland steunde de Molukkers niet (bij het uitroepen van een eigen republiek). (Ik weet dat…) In de jeugdculturen zette men zich af tegen (de normen en waarden van) hun ouders.  (Ik lees dat… ) Als de jeugd ouder werd en zelf kinderen kreeg, deden zij dat ook op een andere manier dan zij zelf thuis waren opgevoed (streng, gehoorzamen aan ouders, grote rol geloof in de opvoeding). (En dus…) Op deze manier ontstonden er anti-autoritaire creches. Tip: Je ziet schuingedrukt tussen haakjes vaste zinnetjes (formuleringen) die je kunt gebruiken bij vragen met een stukje tekst als informatie of bron. Stap 1 is opschrijven wat je al weet / geleerd hebt (over jeugdculturen en opvoeding). Stap 2 is duidelijk verwijzen naar de informatie of bron. Stap 3 is de conclusie. Je laat daarbij een stukje van de vraag in je antwoord terugkomen. (Ik weet…) De samenwerking tussen de westerse landen is in de afgelopen tien jaar minder hecht geworden.  (Ik lees…) Een kleine meerderheid van de Engelsen stemde voor het verlaten van de Europese Unie en de politieke voorstander werd daarna prime minister. (En dus…) Dit is een voorbeeld van de minder hechte samenwerking die ontstaan is. Tip: Je ziet weer de drie stappen in het antwoord. (Het paarse kabinet was een kabinet zonder deelname van de confessionele partijen. Dat was in 1994 voor het eerst sinds 1918.) De tekenaar is voorstander en verwacht dat het deze partijen (uiteindelijk) zal lukken om het land te besturen zonder de confessionelen. Hij beeldt daarom deze politici uit als kinderen die (met losse handen) leren fietsen: dat doen kleine kinderen ook. Die vallen soms, maar kunnen vrij snel zelf doorfietsen en zijn daar trots op (‘Kijk ‘ns moeder…’). NB: Het stuk van het antwoord tussen haakjes is niet verplicht, eerder als uitleg. Tip: Leer je jaartallen en begrippen goed. Je hebt twee aanwijzingen om deze gebeurtenis te herkennen: het jaartal (1994) en het opschrift (zonder confessionelen). (Ik weet …) Integratie betekent dat nieuwkomers volwaardig gaan meedoen aan de samenleving en door de ontvangende samenleving als gelijkwaardig worden geaccepteerd. (Ik zie …) Op de prent schopt de vrouw die symbool staat voor Nederland de gastarbeiders weer weg als het economisch slechter gaat (de hoogconjunctuur is verdwenen).  (en dus …) De kritiek is dat de Nederlanders gastvrij zijn en de gastarbeiders als gelijken zien zolang het economisch goed gaat, maar dat zij van mening veranderen als het economisch slechter gaat. Tip: Je ziet weer de drie stappen in het antwoord. Deze foto hoort bij de actiegroep Dolle Mina’s. Zij streden met grappige (ludieke) acties voor gelijke rechten voor mannen en vrouwen. Op deze foto voeren zij actie om als vrouw ook gebruik te kunnen maken van openbare toiletten. Lammers stelt dat de bestuurders in het westen de Bondsrepubliek als een soort bufferstaat tegen het communisme zagen (een verdedigingsland tegen uitbreiding van het communisme). Op die manier hebben zij West-Duitsland ook gesteund (bijvoorbeeld toegelaten in de Europese samenwerking, toetreding NAVO).  Zou deze generatie bestuurders de DDR erkennen, dan erkennen zij daarmee het communisme als gelijkwaardig en dat is een klap in het gezicht van West-Duitsland. Tip: Het argument om de DDR niet te erkennen stamt uit de begintijd van de Koude Oorlog. De generatie politici die vanaf halverwege de jaren zestig regeren, hebben niet dezelfde gespannen opvatting over Oost- en West-Europa en zoeken liever toenadering.