Memo 4e ed - Hoofdstuk 3 - Het interbellum 1918-1939 oefentoetsen & antwoorden

a) aanpassingspolitiek - Politiek die was gebaseerd om problemen op te lossen door de uitgaven van de overheid aan te passen aan de teruglopende inkomsten = bezuinigen. (3)b) antisemitisme - Haat tegen Joden. (2)c) beurskrach - Een grote plotselinge daling van de koersen van de aandelen. (1)d) Dawesplan  - Plan om Duitsland te helpen door goedkope leningen te geven (door de Verenigde Staten)  om zijn economie weer op te bouwen en de herstelbetalingen weer te kunnen voldoen. (1)e) gelijkschakeling - Dit betekent dat de regering probeert de gedachten en het gedrag van de bevolking te controleren en aan te passen aan de ideeën van de nazi’s/communisten. (2)Toelichting: Hierbij werd o.a. gebruik gemaakt van censuur, propgaganda en indoctrinatie.f) Gestapo - Geheime staatspolitie van de nazi’s. (2)Toelichting: mensen met afwijkende ideeën werden bedreigd en opgesloten in kampen.g) Lebensraum - Letterlijk: ‘leefruimte ’die Hitler wilde krijgen door het Duitse grondgebied uit te breiden ten koste van andere volken. (3)h) planeconomie - Een economie waarin de regering bepaald wat en hoeveel er geproduceerd mag worden. (4) i) stalinisme - Naam van het communisme onder leiding van Stalin. (4)j) showproces - Een rechtszaak waarbij de (negatieve) uitkomst van te voren als vaststaat. (4)Toelichting: Doel van een showproces is om de eigen bevolking of het buitenland het idee te geven van een eerlijk proces. C Eerst 1, daarna 3, vervolgens 2 en ten slotte 4. KristallnachtToelichting: De naam verwijst naar de vele scherven van ramen die gesneuveld zijn tijdens deze gebeurtenis. 1+2Toelichting: Deze manier van economie is de ‘planeconomie’ de regering bepaalt wat en hoeveel er geproduceerd moet worden. Aanpassingspolitiek A Voorbeelden van juiste antwoorden zijn: Overeenkomst tussen het fascisme en het nationaal-socialisme (één van de volgende):(extreem) nationalistisch − (extreem) rechts − anti-democratisch / anti-parlementair − autoritair / dictatoriaal / één leider − persoonsverheerlijking − militaristisch / verheerlijken van geweld − totalitair − anticommunistisch/anti-socialistisch / anti-liberaal Verschil: het fascisme is (in beginsel/aanvankelijk) niet/minder racistisch/antisemitisch, maar het nationaal-socialisme wél / het fascisme gaat uit van corporatisme, maar het nationaal-socialisme gaat minder/niet uit van corporatismeToelichting: Met corporatisme wordt bedoeld dat grote belangenorganisaties, zoals werkgevers- en werknemersorganisaties, met elkaar samenwerken en met de overheid samenwerken en samen medeverantwoordelijkheid dragen voor bepaalde delen van het beleid. In het nationaalsocialisme is dat niet zo  de staat bepaald alles en werkt niet samen.   Voorbeeld van een juist antwoord:Het Führerprincipe is (onvoorwaardelijke) gehoorzaamheid aan de leider / dat de beslissingen worden genomen door slechts één persoon (zonder gecontroleerd te worden) .In een parlementaire democratie heeft een afvaardiging van het volk het laatste woord (en niet een leider/Führer) / worden de leiders gecontroleerd. Uit het antwoord moet blijken dat: Hitler wilde niet bij de huldiging zijn, omdat Owens zwart was / geen Duitser/een Amerikaan was. Dat paste niet bij de politieke ideeën van de nazi's, omdat de nazi's een rassenleer kenden / vonden dat Duitsland het beste land was / nationalistisch waren.  Voorbeeld van een juist antwoord is (twee van de volgende):(de bepalingen van) het Verdrag van Versaillesde (parlementaire) democratie/de Republiek van Weimar (extreem) links / de communisten/socialisten/sociaal-democraten − de Jodenhet (groot)kapitaalToelichting: Met het grootkapitaal wordt de groep mensen bedoeld die heel veel geld tot hun beschikking hadden, in de praktijk waren dat veelal Joodse mensen. CToelichting: Door de Beurskrach van 1929 waren de Verenigde Staten genoodzaakt het Dawesplan stop te zetten en de hulp aan Duitsland te staken. Voorbeeld van een juist antwoord is: De politieke stroming is: socialisme / communismeToelichting: In de bron wordt specifiek benoemd ‘ rode kleren’ rood is de kleur van het communisme/socialisme. De stroming die de aanslag pleegt, krijgt de schuld van het verlies van de Eerste Wereldoorlog/de wapenstilstand (die geleid heeft tot de overgave van Duitsland) / van het in de steek laten van de Duitse soldaten/het Duitse leger (omdat deze stroming verantwoordelijk wordt gehouden voor de revolutie/onrust in Duitsland aan het eind van de Eerste Wereldoorlog/het ondertekenen van de Vrede van Versailles) Uit het antwoord moet blijken dat het gaat om de mislukte staatsgreep van Hitler/de NSDAP (in München in 1923). Voorbeeld van een juist antwoord is (één van de volgende): Kenmerk zuiveringen, omdat de afbeeldingen het verdwijnen van verschillende leiders/het alleen overblijven van Stalin laten zien.Kenmerk indoctrinatie, omdat het gebruik van de afbeeldingen (bijvoorbeeld in schoolboeken) een politiek correct beeld wil geven van historische gebeurtenissen / de bevolking wil laten vergeten dat deze personen ooit met Stalin hebben samengewerkt. Inflatie/geldontwaardingToelichting: Dit vond plaats voor het Dawesplan; de herstelbetalingen waren zo enorm hoog dat het voor Duitsland onmogelijk was om de economie op te bouwen. Toen Duitsland in 1923 verdere betalingen stopte, bezette Frankrijk het Duitse Ruhrgebied. Franse troepen namen waardevolle grondstoffen in beslag zodat de opbrengsten daarvan naar Frankrijk zouden gaan. Echter de Duitse arbeiders wilden niet voor de Fransen werken en gingen in staking.De regering steunde de stakers maar kon hun loon niet betalen om dit mogelijk te maken ging de Duitse regering geld bijdrukken, het gevolg was dat het geld minder waard werd (inflatie). CToelichting: In het stempellokaal moesten de werklozen een stempel halen om een uitkering te krijgen. Volgens de NSB zouden veel jongeren werkloos worden als de huidige regering aan de macht bleef. Wanneer men op de NSB zou stemmen zouden zij de werkloosheid oplossen. Voorbeeld van een juist antwoord is: De tekenaar twijfelt aan de duur van het huwelijksgeluk (tussen de dictators Hitler en Stalin), omdat (één van de volgende):het communisme en het nationaal-socialisme twee verschillende/tegengestelde systemen waren / vijandig tegenover elkaar stonden;Hitler altijd had beweerd dat de Sovjet-Unie/het communisme een belangrijke vijand was van Duitsland; . de (Lebensraum)politiek van Duitsland/gericht op gebiedsuitbreiding in OostEuropa vroeg of laat tot een conflict met de Sovjet-Unie zou leiden Voorbeeld van een juist antwoord is: De mening is: door het Verdrag van Versailles gaat Duitsland ten onder/zit Duitsland klem / Duitsland moet bevrijd worden van de verplichtingen van het Verdrag van Versailles De mening is te herkennen aan: Duitsland/de man die vastgeketend zit (aan het Verdrag van Versailles) / die zich los wil maken van de ketting (door de ketting zo te verhitten dat het breekt)Of • De mening is: Duitsland/de man/de NSDAP wil een einde maken aan het Verdrag van Versailles De mening is te herkennen aan: het verbreken/losmaken van de ketting 1 Voorbeeld van een juist antwoord is (twee van de volgende): terreurzuiveringenvervolging van (politieke) tegenstandersstrafkampenshowprocessendictatuur / geen rechtsstaat totalitair