MEMO MAX 2021 deel A+B
- Hoofdstuk 2 - De Sovjet-Unie en de Verenigde Staten
oefentoetsen & antwoorden
MAX
Klas 3|Havo
Deze oefentoets behandelt o.m. de volgende onderwerpen: communisme, vrijemarkteconomie, Sovjet Unie, VS, totalitaire staat.
Toets Geschiedenis
MEMO MAX 2021 deel A+B
Online maken
Toets afdrukken
a) Het streven naar een samenleving zonder klassen, waarin het kapitaal in gemeenschappelijk bezit is. - communisme (1) -b) Een economie waarin concurrentie bestaat en vraag en aanbod bepalen wat fabrikanten produceren, wat consumenten kopen en wat de prijs van producten is. - vrijemarkteconomie (3) -c) Het samenvoegen van zelfstandige bedrijven tot grote, gezamenlijke (collectieve) bedrijven. - collectiviseren (2) -d) Hoogtepunt van Stalis schrikbewind: de Grote Terreur duurde van 1936 tot 1938. - Grote Terreur (2) -e) Een grote en plotselinge daling van de aandelenkoersen. - beurskrach (4) -f) De Russische opstand tegen de tsaar in februari 1917, waarbij de tsaar werd afgezet en vervangen door een voorlopige regering. - Februarirevolutie (1) -g) Een periode waarin het slecht gaat met de economie en waarin sprake is van grote werkloosheid. - economische crisis (4) -h) Economisch stelsel waarbij de regering bepaalt wat en hoeveel bedrijven moeten produceren. - planeconomie (2) -i) Samenwerkingsverband van communistische Sovjet Republieken dat in 1922 ontstond. - Sovjet-Unie (1) -j) Een staat die het leven van zijn inwoners volledig beheerst. - totalitaire staat (2) - a) geheime politie. Politiemacht die politieke tegenstanders opspoort. (1)b) New deal. Reeks van maatregelen waarmee de Amerikaanse president Franklin Roosevelt de economische crisis in zijn land wilde oplossen. (4)c) nationaliseren. Het tot staatseigendom maken van een particuliere onderneming. (2)d) strafkamp. Kamp waarin gevangenen dwangarbeid moeten verrichten. (2)e) eenpartijstaat. Een staat waarin maar één politieke partij is toegestaan, die alle macht heeft. (1) 1 - d2 - a3 - c4 - b5 - e In zijn boek ‘Het Kapitaal’, was Karl Marx heel kritisch over het kapitalisme. Hij voorspelde dat de ongelijkheid tussen ondernemers en arbeiders nog zou toenemen. Uiteindelijk zouden de arbeiders massaal in opstand komen. Zij zouden deze klassenstrijd winnen en het privébezit afschaffen. Zodra het kapitaal (geld, grond machines, gebouwen enzovoort) van iedereen was, zou ook de klassenmaatschappij verdwijnen, aldus Marx. Extra info: https://schooltv.nl De Februarirevolutie. In februari 1917 kozen soldaten en het parlement de kant van de demonstranten. Tsaar Nicolaas II trad af en er kwam een voorlopige regering, die verkiezingen moest voorbereiden.De Oktoberrevolutie. Het regeringsbesluit om door te blijven vechten (WOI) vergrootte de invloed van de bolsjewieken. Hun leider Lenin, stelde radicale eisen: alle grond aan de boeren, alle fabrieken aan de arbeiders en vrede met Duitsland. Bovendien wilde Lenin dat het land bestuurd zou worden door zogenaamde ‘arbeidersraden’ (sovjets). De bolsjewieken zetten de regering af. De nieuwe regering werd geleid door Lenin.Vanaf maart 1918 brak er in Rusland een burgeroorlog uit. Het rode leger van de bolsjewieken vocht tegen’ de Witten’, een naam voor alle tegenstanders van de bolsjewieken. In 1922 werden de Witten definitief verslagen.Extra info: https://schooltv.nl & https://schooltv.nl 1) In 1928 voerde Stalin een planeconomie in. De regering zou voortaan in een vijfjarenplan precies bepalen wat de bedrijven de komende vijf jaar moesten maken. De nadruk lag op de zware industrie.2) Om de landbouwopbrengsten te verbeteren, begon de regering met het collectiviseren van boerderijen: zelfstandige boerderijen werden samengevoegd tot grote, gezamenlijke boerderijen, kolchozen genoemd. Ook die moesten zich aan een vijfjarenplan houden. Een schijnproces is een rechtszaak waarbij de rechter de verdachte zonder nader onderzoek schuldig verklaart. Stalin probeerde zijn macht te behouden door angst te zaaien. Tegenstanders, maar ook veel willekeurige mensen beschuldigde hij ervan om de revolutie tegen te werken. Sommigen verschenen voor een rechtbank, waar ze een schijnproces kregen. De rechter veroordeelde hen zonder hun zaak te onderzoeken.Tip: Begin je antwoord eerst met de uitleg van het begrip.Bron: https://commons.wikimedia.org Begin 17e eeuw stichtten de Engelsen aan de oostkust van Noord-Amerika koloniën. Onder de bewoners groeide in de 18e eeuw onvrede over het Britse bestuur. Zij wilden zelfstandig zijn en kwamen in opstand. In 1776 scheidden deze koloniën zich af en vormden samen de Verenigde Staten. Omdat de kolonisten vonden dat ze onderdrukt werden door het Britse bestuur vonden ze vrijheid heel belangrijk: de overheid moest zich zo min mogelijk bemoeien met het leven van mensen. Extra info: Engelstalig filmpje over: The Boston Teaparty, opstand in Amerika tegen de Engelsen: https://youtu.be De overheid moest zich zo min mogelijk met de economie bemoeien. Amerikanen vertrouwden op de wet van vraag en aanbod en op vrije concurrentie tussen ondernemers. Daardoor zouden fabrikanten precies de producten maken waar het meeste vraag naar was, tegen de laagste prijs. De markt voor goederen, diensten en arbeid moest vrij zijn, dat wil zeggen: ze moest zo min mogelijk verstoord worden door belastingen of afspraken over prijzen, lonen en werktijden. We noemen dit een vrijemarkteconomie. 1) Amerikaanse boeren hadden veel geld geleend om hun bedrijf uit te breiden. Daardoor kwam er veel te veel voedsel op de markt en daalden de prijzen. Niet alleen boeren raakten in de problemen, maar ook banken die het geld hadden uitgeleend.2) Veel Amerikanen hadden auto’s en andere dure goederen gekocht met geleend geld. Consumenten bouwden steeds meer schuld op. De grens leek nu bereikt; mensen werden voorzichtiger met geld uitgeven en de verkopen zakten in. Aandeelhouders zagen een eind aan de groei. Mensen wilden verandering. In de hoofdstad Sint-Petersburg gingen ongewapende burgers de straat op om kortere werkdagen en algemeen kiesrecht te eisen. De tsaar liet de demonstratie met geweld neerslaan. Deze afbeelding is een goed voorbeeld van propaganda omdat Stalin afgebeeld is als een krachtdadige man die vol trots kijkt naar het kind dat hij stevig in zijn handen houdt. Het kind staat ook symbool voor Rusland en voor de goede toekomst voor Rusland onder leiding van Stalin. Vanaf 1920 mochten zwarte Amerikanen hun stem uitbrengen, er was algemeen kiesrecht. Maar veel staten stelden eisen aan de kiezers; die moesten bijvoorbeeld kunnen lezen. Zo sloten deze staten met name zwarte (vaak laagopgeleide) Amerikanen uit van deelname aan verkiezingen. Deze afbeelding verwijst naar de zogenaamde New Deal van de Amerikaanse president Franklin Roosevelt. Een pakket maatregelen om de crisis aan te pakken. Tip: Zorg dat je deze maatregelen ook kunt beschrijven. (4) Het kenmerkend aspect bij deze afbeeldingen is: ‘De economische wereldcrisis’. Extra info: https://schooltv.nl
Deze toets bestellen?
Voordeligst
Lidmaatschap ToetsMij
€ 12,99/mnd
Snel nog even wat toetsen oefenen? Kies dan onze meest flexibele optie.