Memo MAX 5.1 deel A+B - Hoofdstuk 7 - Staatsinrichting oefentoetsen & antwoorden

a) Samenwerking van twee of meer politieke partijen in de Tweede Kamer. De coalitiepartijen wijzen de ministers aan.  - coalitie (2) -b) Middelen waarmee je grote groepen mensen kunt bereiken,zoals kranten, radio, televisie en sociale media. - massamedia (1) -c) Alle ministers samen. - kabinet (2) -d) Staatsvorm waarbij burgers een parlement kiezen, dat namens hen besluiten neemt. - parlementaire democratie (1) -e) De ministers en de koning. - regering (2) -f) Een methode waarbij burgers door te stemmen bepalen wie er in het bestuur moet komen. - verkiezingen (1) -g) Een persoon die wetsvoorstellen maakt, en na goedkeuring uitvoert. - minister (2) -i) Een groep mensen die opkomt voor één onderwerp. - belangenorganisatie (1) -j) Het hoofd van alle ministers. - minister-president (2) - a) Tweede Kamer. Vergadering van 150 gekozen volksvertegenwoordigers. (1)b) wet. Een regel waar iedereen zich aan moet houden. (2)c) volksvertegenwoordiging. Groep mensen die gekozen wordt door burgers met kiesrecht en die namens de burgers het land bestuurt. (1)d) Eerste Kamer. Vergadering van volksvertegenwoordigers die de beslissingen van de Tweede Kamer controleert. (2)e) one- issuepartij. Een partij die zich richt op één bepaalde  groep of één bepaald ideaal. (1) 1 - c2 - d3 - f4 - b5 - e6 - a a) Waar.b) Niet waar, dit is het parlement.c) Niet waar, iedereen van 18 jaar en ouder én de Nederlandse nationaliteit heeft mag stemmen.d) Waar.e) Waar. a) confessionalismeb) liberalismec) socialisme De partijen die samenwerken, willen samen het liefst een meerderheid hebben: meer dan 75 van de 150 zetels.De partijen moeten het eens kunnen worden over wat ze willen veranderen in Nederland.  Antwoord d is goed. a) Europese Commissieb) Europees Parlementc) Europese Raad van Ministers a) “Als lid van de EU kunnen we veel makkelijker handel drijven met andere landen.”“Als we samenwerken in de EU staan we sterker. Grote problemen kunnen we dan makkelijker oplossen.”b) “De EU maakt veel wetten en regels. Daardoor kan onze regering minder zelf bepalen.”“Ons land moet veel geld bijdragen aan de EU.” 1) In een democratie zijn regelmatig verkiezingen.2) In een democratie worden alle rechten van burgers beschermd.3) In een democratie is de rechtspraak onafhankelijk. Nederlandse burgers hebben het recht om een belangenorganisatie op te richten. dat zie je terug in deze afbeelding: ‘Wakker Dier’ is een belangenorganisatie die opkomt voor dierenwelzijn. Alle Nederlandse burgers van 18 jaar en ouder hebben kiesrecht. Ze mogen hun stem uitbrengen tijdens een verkiezing. De Tweede kamer heeft 150 leden; dat heet ook wel 150 zetels. Wanneer een politieke partij 10% van de stemmen krijgt, krijgen ze dus 15 zetels. Kortom er komen 15 personen van de  partij ‘Planten voor het volk’ in de Tweede Kamer.  In een democratie worden de rechten van alle burgers beschermd. Alle burgers hebben dus grondrechten. Gelijke behandeling is daar een goed voorbeeld van. Omdat we dat in Nederland erg belangrijk vinden is het dan ook artikel 1 van de grondwet.Extra info bij dit hoofdstuk: Democratie: https://schooltv.nl - Hoe is NL een democratie geworden & https://schooltv.nl - werking verkiezingen & https://schooltv.nl - de Tweede Kamer & https://schooltv.nl - de Eerste KamerEU: https://schooltv.nl - besluitvorming in de EU