Toets Duits

Na klar! MAX - Kapitel 5 - Eine abenteuerliche Reise oefentoetsen & antwoorden

MAX

Deze oefentoets behandelt o.m. de volgende onderwerpen:

  • Woorden en zinnen Kapitel 5

    • Lektion 1 t/m 7

  • Grammatica Kapitel 5

    • Starke Verben im Präsens und im Perfekt (sterke werkwoorden in o.t.t. en in voltooide tijd)

    • Das Ersetzen von Substantiven durch das Demonstrativpronomen und das Personalpronomen (het vervangen van zelfstandige naamwoorden door het aanwijzend voornaamwoord en het persoonlijk voornaamwoord)

    • Relativpronomen (betrekkelijk voornaamwoord)

    • Anwendung verschiedener Präpositionen (gebruik van verschillende voorzetsels)

    • Verschmelzung Präpositionen + Artikel (samensmelting voorzetsels + lidwoorden)

  • Schrijven Kapitel 5

    • Lektion 6

Na klar! MAX
Toets Duits
Na klar! MAX
Online maken
Toets afdrukken
gekde all-in-reishet smoesjeoverigvoldoende zijnde tegenstanderkenmerkende afstandbevolkenhet touwde enquêteluierende gordelontspannen sich verlaufender Ohrenstöpselsich auskennendas WLANabreisenBock habendas Doppelzimmererlebenkamperengeräumigdie Klimaanlageder Hügelsich fürchten vorim Preis enthalten Ich schlage vor, dass wir heute eine Radtour durch die Berge machen und da übernachten.Das würde ich gerne machen. Es erweitert meinen Horizont.Was haltet ihr von der folgenden Idee? Wir gehen in die Stadt und sehen uns die schönen Gebäude an.Mir würde es Spaß machen, die Sommerferien in den USA zu verbringen.Mit dir komme ich gut aus, weil wir auf einer Wellenlänge liegen. Sterke werkwoorden met een lange e, korte e of een a in de stam, veranderen in de du- en er/sie/es-vorm van klank.De lange e wordt een ieDe korte e wordt een iDe a wordt een äVoorbeeldenlange e: lesen ich lese / du liest / er liestkorte e: essen ich esse / du isst / er issta: fahren ich fahre / du fährst / er fährtUitzonderingLet op! De werkwoorden “geben”, “nehmen” en “treten” hebben alle drie een lange e in de stam, maar veranderen in de du-, er/sie/es-vorm naar een i:ich gebe / du gibst / er gibtich nehme / du nimmst / er nimmtich trete / du trittst / er tritt zelfstandig naamwoord: diesen Hundaanwijzend voornaamwoord: derpersoonlijk voornaamwoord: ihnzelfstandig naamwoord: diese Musikaanwijzend voornaamwoord: diepersoonlijk voornaamwoord: sieAanvullende uitlegWanneer je zelf het aanwijzend voornaamwoord of het persoonlijk voornaamwoord moet invullen en in de juiste naamval moet zetten, gebruik dan het zelfstandig naamwoord om het geslacht te bepalen.VoorbeeldDieser Hamburger schmeckt mir wirklich nicht. Wo hast du (...) gekauft?Je kunt zien dat Hamburger mannelijk is, omdat dies- eindigt op -er. In de volgende zin ga je kijken welke naamval je moet gebruiken. Deze zin moet worden ontleed, omdat er geen voorzetsels in staan: wie of wat heb jij gekocht? Het antwoord is het aanwijzend of persoonlijk voornaamwoord dat betrekking heeft op de hamburger. Daarom gebruik je de 4e naamval.De juiste antwoorden zijn: den / ihn Net als bij het betrekkelijk voornaamwoord (Grammatik B), moet je hierbij ook naar het zelfstandig naamwoord, dat in de hoofdzin staat, kijken naar het geslacht. De naamval staat hier geheel los van. Je gebruikt dus de hoofdzin alleen om het geslacht te bepalen voor het betrekkelijk voornaamwoord in de bijzin.VoorbeeldDie Frau, (...) ich eine E-Mail geschickt habe, ist heute nicht da.Je ziet in bovenstaand voorbeeld in de hoofdzin dat het om een vrouwelijk woord gaat. Op de manier weet je om welk geslacht het gaat.De naamval moet uit de bijzin worden bepaald: [die ik een mail heb gestuurd]Het onderwerp en de bijhorende persoonsvorm en gezegde zijn: ik heb gestuurdWie of wat heb ik gestuurd? Het antwoord op deze vraag is het lijdend voorwerp: een mailAan of voor wie heb ik een mail gestuurd? Het antwoord op deze vraag is het meewerkend voorwerp: haarHet meewerkend voorwerp staat gelijk aan de 3e naamval. Nu weet je dat je in het voorbeeld de 3e naamval vrouwelijk moet invullen.Het antwoord is: der zu: dit voorzetsel wordt gebruikt bij personen en alle plekken waar je niet (per se) naar binnen moet.VoorbeeldenIch gehe zu meiner Mutter. (persoon)Ich fahre zur Ampel [stoplicht]. (plaats waar je niet naar binnen gaat)nach: dit voorzetsel wordt gebruikt bij aardrijkskunde namen zonder lidwoord en bij richtingen.VoorbeeldenIch fahre nach Amsterdam. (aardrijkskunde naam zonder lidwoord)Ich gucke nach oben. (richting)in: dit voorzetsel wordt gebruikt bij plekken waar je naar binnen gaat en bij aardrijkskundige namen met lidwoord.VoorbeeldenIch gehe in die Schule. (plek waar je naar binnen gaat)Wir fahren in die Schweiz. (aardrijkskundige naam met lidwoord)AanvullingDe meest gebruikte aardrijkskunde namen met lidwoord zijn:die Niederlandedie Schweizdie Türkeidie USAan: dit voorzetsel wordt gebruikt bij vaste uitdrukkingen die met water of strand te maken hebbenVoorbeeldenWir fahren an die Küste. (de kust)Wir liegen am Strand. (het strand) De lidwoorden das, der en dem kunnen met een voorzetsel versmolten worden. Alle andere lidwoorden niet.an + dem = ambei + dem = beimin + dem = imvon + dem = vomzu + dem = zumzu + der = zuran + das = ansauf + das = aufsdurch + das = durchsfür + das = fürsin + das = insum + das = ums Tip: Om zulke schrijfopdrachten goed voor te bereiden, is het handig om de zinnen goed te leren. Omdat de woordvolgorde van Duitse zinnen grotendeels overeenkomen met de woordvolgorde van Nederlandse zinnen, kun je het beste woorden uit de zinnen leren die je nog niet goed kent. Overhoor jezelf door de Nederlandse zin te lezen en deze zelf naar het Duits te vertalen. Kijk daarna welke woorden je nog niet wist. Maak van deze onbekende woorden een eigen woordenlijst, zodat je genoeg woorden hebt om deze zinnen te kunnen maken.Voorbeelden van een goed antwoord zijn: Die Lage ist idyllisch. Vom Zimmer aus gibt es einen prachtvollen Blick auf die Elbe und die sie umgebenden Hügel.Das Mittagessen war von der Qualität und dem Geschmack her ausgezeichnet. Ich würde allen Gästen einen Restaurantbesuch sehr empfehlen.Der Service war ausgezeichnet und das Personal nett und hilfsbereit.Die Toilette und der Boden wurden fünfmal in der Woche gründlich geputzt.Das Badezimmer wurde fünfmal in der Woche gründlich geputzt.Das Badezimmer war (sehr) sauber.In der Nähe gibt es viele Geschäfte, Restaurants und gemütliche Kneipen.Man kann Vieles unternehmen, wie Ski fahren, Snowboard fahren, Mountainbiking und klettern.Ich würde dieses Hotel empfehlen.Dieses Hotel ist empfehlenswert.Ich empfehle dieses Hotel. schläftToelichting: Lena is enkelvoud, daarom gebruik je hier de sie enkelvoud-vorm. Er staat een a in de stam, waardoor er een klankverandering plaatsvindt. De a wordt een ä.lesenToelichting: mein Freund und ich is meervoud, daarom gebruik je hier de wir vorm. In deze vorm vindt geen klankverandering plaats.gegessenToelichting: het voltooid deelwoord van sterke werkwoorden eindigt (net als in het Nederlands) op -en.LasstToelichting: er vindt geen klankverandering plaats in de ihr-vorm, daarom staat er geen Umlaut.GibstToelichting: het sterke werkwoord geben is een uitzondering, omdat er een lange e in de stam staat die in de du/er/sie/es vormen in een i verandert. gewaschenToelichting: het voltooid deelwoord van sterke werkwoorden eindigt (net als in het Nederlands) op -en. 1: die2: sieToelichting: het werkwoord gibt es staat in de zin, waardoor je automatisch de 4e naamval krijgt. In de eerste zin kun je zien dat eine Jacke vrouwelijk is, dus gebruik je hier de 4e naamval vrouwelijk.1: denen2: ihnenToelichting: het voorzetsel bei staat vóór het te vervoegen woord, waardoor je meteen de 3e naamval krijgt. In de eerste zin kun je zien dat meine Freunde meervoud is, dus gebruik je hier 3e naamval meervoud.1: dem2: ihmToelichting: het voorzetsel mit staat vóór het te vervoegen woord, waardoor je meteen de 3e naamval krijgt. In de eerste zin kun je zien dat dein Freund mannelijk is, dus gebruik je hier 3e naamval mannelijk.1. das2. esToelichting: er staat alleen het werkwoord ist in de zin, waardoor dit de persoonsvorm is. Wat is? Het antwoord op deze vraag is het onderwerp: het. Je gebruikt dus hier de 1e naamval. In de eerste zin kun je zien dat dieses Parfum onzijdig is, dus gebruik je hier 1e naamval onzijdig.  derenToelichting: in de eerste zin kun je zien dat den Kindern meervoud is. Het betrekkelijk voornaamwoord dat je hier moet invullen geeft een bezit aan. Hierdoor kun je zien dat het om de 2e naamval gaat.demToelichting: in de eerste zin kun je zien dat der Junge mannelijk is. Doordat het voorzetsel mit direct vóór het te vervoegen woord staat, gebruik je de 3e naamval.derToelichting: in de eerste zin kun je zien dat meine Hose vrouwelijk is. Doordat het voorzetsel mit direct vóór het te vervoegen woord staat, gebruik je de 3e naamval.demToelichting: in de eerste zin kun je zien dat das Haus onzijdig is. Doordat het keuzevoorzetsel in direct vóór het te vervoegen woord staat, gebruik je de 3e of 4e naamval. Je gaat nu kijken of het om een plaats/tijd (3e naamval) of om een beweging (4e naamval) gaat. In bovenstaande zin gaat het om een plaats, je kunt namelijk vragen waar de grootouders wonen. Hierdoor gebruik je nu de 3e naamval onzijdig.dieToelichting: in de eerste zin kun je zien dat die Hausaufgaben meervoud is. De tweede zin moet je ontleden om de juiste naamval te kunnen bepalen. Het onderwerp, de bijhorende persoonsvorm en het gezegde zijn: ich hatte vergessen. Het antwoord op de vraag “wie of wat ben ik vergeten?” is het lijdend voorwerp. Het antwoord is die Hausaufgaben, dus gebruik je hier de 4e naamval meervoud. fürToelichting: het is bestemd voor haar, daarom gebruik je hier fürnachToelichting: dit is een aardrijkskundige naam zonder lidwoord, daarom gebruik je hier nachinToelichting: dit is een aardrijkskundige naam met lidwoord, daarom gebruik je hier invorToelichting: dit is een tijdsbepaling, daarom gebruik je hier voranToelichting: dit is een vaste uitdrukking met een bestemming aan het water, daarom gebruik je hier anzuToelichting: de bakker is een persoon, daarom gebruik je hier zu Gestern Abend stand ich vor dem = vorm Kino und habe ich von dem = vom neuen Jungen in dem = im Kunstkurs geträumt. Glaubst du, er sieht mich bei dem = beim Training heute Abend? Ich gehe erst noch mal zu der = zur Frisörin, damit ich an dem = am Abend nicht blöd aussehe. Also in dem = im Moment kann ich an nichts anderes mehr denken.

Deze toets bestellen?

Voordeligst
Lidmaatschap ToetsMij
€ 12,99/mnd
  • Snel nog even wat toetsen oefenen? Kies dan onze meest flexibele optie.
  • Je kunt maandelijks opzeggen.
  • Toegang tot alle vakken bij ToetsMij.
Kies dit abonnement

Wat krijg je bij een abonnement?

  • Toegang tot alle vakken
  • 20 kwalitatieve oefentoetsen per maand
  • Antwoorden, uitwerkingen en toelichtingen
  • Geen stress voor het maken van toetsen
Eenvoudig en veilig betalen met iDEAL of creditcard
3 maanden ToetsMij
€ 12,99
€ 10,99/mnd
  • Voordelig en flexibel. Ideaal als je maar een paar maanden toetsen hoeft te gebruiken.
  • Betaal per kwartaal en bespaar hiermee 2 euro per maand.
  • Toegang tot alle vakken bij ToetsMij.
Kies dit abonnement

Wat krijg je bij een abonnement?

  • Toegang tot alle vakken
  • 20 kwalitatieve oefentoetsen per maand
  • Antwoorden, uitwerkingen en toelichtingen
  • Geen stress voor het maken van toetsen
Eenvoudig en veilig betalen met iDEAL of creditcard
1 jaar ToetsMij
€ 12,99
€ 7,50/mnd
  • Favoriete keuze van meer dan 70% van de gebruikers.
  • Betaal slechts 90 euro per jaar en bespaar hiermee 65 euro.
  • Geniet van een volledig jaar toegang tot alle vakken bij ToetsMij.
Kies dit abonnement

Wat krijg je bij een abonnement?

  • Toegang tot alle vakken
  • 20 kwalitatieve oefentoetsen per maand
  • Antwoorden, uitwerkingen en toelichtingen
  • Geen stress voor het maken van toetsen
Eenvoudig en veilig betalen met iDEAL of creditcard

Dit zeggen leerlingen en ouders

10

Cijfers omhoog

Onze zoon had in februari zeker 12 minpunten. Hij is gestart met oefenen via Toets mij en heeft een geweldige eindsprint getrokken en afgelopen week bijna het onmogelijke waargemaakt. Er zijn nog maar 2 minpunten over en nog niet alle toetsen zijn terug. Het heeft onze zoon enorm geholpen, omdat er breed getoetst wordt en de vraagstelling, zoals van hem begrepen, overeenkomt met de toets. Als je de oefentoetsen goed kunt maken, beheers je de stof echt goed!

AP
9.0

Fijn dat leerlingen alvast een keer een toets kunnen oefenen die eruit ziet zoals op school.

Wij hebben sinds kort Toetsmij, omdat onze dochter het erg lastig heeft met Wiskunde. Op deze manier kan ze het hoofdstuk oefenen met een toets die qua vraagstelling overeenkomt met de toetsen op school. Nu kan ze dit dus eerst oefenen voordat ze de echte toets moet doen. Als docent Engels die werkt met Of Course en All Right kan ik bevestigen dat de toetsen grotendeels overeenkomen met de vraagwijze van de methode zelf. Dat is dus heel fijn voor leerlingen om te oefenen. We hadden heel even een dingetje met het nakijken, want de uitwerkingen werden niet goed weergegeven. Even een mailtje en binnen een dag reactie en ICT ging meteen aan de slag met het herstellen van de uitwerkingen. Super contact, goede dienstverlening! Aanrader!

Lelani van den Berg
10

Zéér tevreden!!

Lid geworden voor mijn zoon in leerjaar 1 van (toen 13) inmiddels 15. Hij zit nu in leerjaar 3 HAVO. Elk boek is makkelijk te vinden en alsmede mailt met een probleem omdat hij Duits krijgt uit een boek van leerjaar 2 word dit zelfs op zondag binnen een half uur opgelost en toegevoegd aan ons account! Zo’n toffe service zie je niet vaak meer! Dus wij zijn zéér tevreden. Sinds we het nu weer gebruiken (tijdje niet gebruikt) scoort hij weer voldoendes en zelf voor wiskunde een 8.8!

Linda Ockers

Zoek in meer dan 10.000 toetsen

Echte toetsvragen, precies aansluitend op jouw lesmethode en leerjaar. Voor klas 1 t/m 6 van vmbo-t t/m gymnasium.

Ik zit in het
en doe
ik wil beter worden in