Praktische Economie MAX 2021 M1 Schaarste, geld en handel
- Hoofdstuk 1 - Voor niks gaat de zon op
oefentoetsen & antwoorden
MAX
Klas 4-5|Havo
Deze toets behandelt o.m. de volgende onderwerpen: schaarste, middelen, aanwendingsrichting, kosten, baten en budgetlijn.
Toets Economie
Praktische Economie MAX 2021 M1 Schaarste, geld en handel
Online maken
Toets afdrukken
Alternatief aanwendbaar betekent dat je met hetzelfde middel in verschillende behoeften kunt voorzien. Bijvoorbeeld: een tas kun je gebruiken om boodschappen in te doen, maar ook om je schoolspullen in mee te nemen.
Let op: het voorbeeld moet gaan om een middel die op meerdere manieren gebruikt kan worden.Bij het voorbeeld als antwoord op de vorige vraag, gaat het erom dat het middel, in dit geval een tas, op verschillende manieren kan worden gebruikt. Omdat je maar één tas hebt moet je een keuze maken waarvoor je die tas wilt gebruiken, voor de boodschappen of voor de schoolspullen. Schaarse middelen zijn niet onbeperkt aanwezig.
Let op: in het antwoord moet duidelijk naar voren komen dat het middel van jouw voorbeeld niet onbeperkt aanwezig is.Eerst bepaal je alle mogelijke aanwendingsrichtingen van een middel. Daarna bereken je voor elke aanwendingsrichting de kosten en de opbrengsten (baten). Ten slotte kies je de aanwendingsrichting waarbij het (positieve) verschil tussen baten en kosten het hoogst is. Dit verschil heet netto baten. Productcombinaties zijn combinaties van middelen waaraan het budget wordt uitgegeven.De budgetlijn kan op de volgende manier rekenkundig worden weergegeven:budget = (prijs product 1 x hoeveelheid product 1) + (prijs product 2 x hoeveelheid product 2)Een verschuiving langs de budgetlijn vindt plaats door een verandering van de combinaties van middelen waaraan het budget wordt uitgegeven. Bioscoopkaartjes20151050Spellen01234Opmerking: de assen mogen ook omgedraaid worden.Een (extra) spel kost 5 bioscoopkaartjes. Berekening: deel het maximale aantal bioscoopkaartjes (20) door het maximale aantal spellen (4).Of:Bepaal het aantal met behulp van de tabel. Bijvoorbeeld; als je niet 2 spellen, maar 3 spellen wilt kopen houd je geen 10 bioscoopkaartjes over, maar 5 bioscoopkaartjes. Een (extra) spel kost 5 bioscoopkaartjes.De budgetlijn gaat nu lopen van 16 bioscoopkaartjes (€ 240 / € 15) naar 4 spellen (de prijs van spellen veranderd niet).De budgetlijn loopt dan van 12 bioscoopkaartjes (€ 180 / € 15) naar 3 spellen (€ 180 / € 60). De prijs van product A is € 12,50 (€ 150 / 12) en de prijs van product B is € 18,75 (€ 150 / 8). Als twee producten B worden verkocht kost dat 2 x € 18,75 = € 37,50. Er blijft van het budget € 150 - € 37,50 = € 112,50 over. Bij een prijs van € 12,50 van product A kan € 112,50 / € 12,50 = 9 producten A worden gekocht.Twee oorzaken van het verschuiven van de budgetlijn naar rechts zijn:een verlaging van de prijzen van product A en Been stijging van het budgetDe prijs van product A moet met hetzelfde percentage gedaald zijn als de procentuele daling van het budget. Als de prijs in verhouding evenveel daalt dan het budget, kun je evenveel blijven kopen. Dit is het geval met product A.Let op: zorg ervoor dat in het antwoord en de verklaring de woorden in verhouding, procentueel of relatief wordt gebruikt. Een antwoord als: “de prijs van product A is gedaald, dus kun je evenveel van product A blijven kopen, ondanks de daling van het budget” is fout. Een kilometer spoor kost € 800 miljoen / 160 kilometer = € 5 miljoen.Een kilometer snelweg kost € 800 miljoen / 100 kilometer = € 8 miljoen.Toelichting: de getallen op beide assen geven het maximaal aantal kilometers spoor (160 kilometer) en het maximaal aantal kilometers snelweg (100 kilometer) dat met het budget van € 800 miljoen kan worden aangelegd. Het maximaal aantal kilometers wil zeggen dat je het hele budget gebruikt voor één van de twee en dat er voor de ander niets overblijft. Om de prijs van een kilometer spoor en een kilometer snelweg uit te rekenen, moet het totale budget (€ 800 miljoen) worden gedeeld door het aantal kilometers spoor of snelweg.De rekenkundige weergave van de budgetlijn:€ 800 miljoen = (€ 5 miljoen x aantal kilometers spoor) + (€ 8 miljoen x aantal kilometers snelweg)Het budget en de prijs zijn bekend en worden vermeld in de rekenkundige weergave. Het aantal kilometers spoor- en snelweg zijn niet bekend. De rekenkundige weergave is een hulpmiddel om de combinaties van het aantal kilometers spoor- en snelweg uit te rekenen.De rode lijn is de nieuwe budgetlijn. Toelichting: Bij de nieuwe prijs van een kilometer spoor wordt het maximaal aantal kilometers spoor € 800 miljoen / 6,25 miljoen = 128 miljoen kilometer spoor. Het aantal kilometers snelweg blijft gelijk.Een verklaring met behulp van de grafiek: Dit is niet realistisch. Het punt bij 100 kilometer spoor en 30 kilometer snelweg zit net boven de nieuwe (rode) budgetlijn en valt dus buiten het budget.Of:Een verklaring met behulp van de rekenkundige weergave: Dit is niet realistisch. Als je beide punten van de nieuwe budgetlijn invult in de rekenkundige weergave krijg je: (€ 6,25 miljoen x 100 kilometers) + (€ 8 miljoen x 30 kilometer) = € 625 miljoen + €240 miljoen = € 865 miljoen. Dat is meer dan het budget van € 800 miljoen.Let op: in het antwoord moet een vergelijking worden gemaakt met het budget van € 800 miljoen. ActiviteitBatenKostenNetto batenStrandNiet bekend€ 50Niet bekendRestaurant€ 48€ 32€ 16Thuis helpen€ 20€ 5€ 15Hockeywedstrijd€ 20€ 2,50€ 17,50Toelichting: de kosten van een dagje strand zijn € 50. De baten zijn onbekend, dus de netto baten (baten – kosten) zijn ook onbekend. De baten bij het werken in het restaurant zijn € 6 x 8 uur = € 48. Ze heeft er € 4 per uur voor over om er niet te hoeven werken. Dus de kosten van het werken in het restaurant zijn € 4 x 8 uur = € 32. De netto baten zijn € 48 - € 32 = € 16. De baten van thuis helpen in de tuin en bij het schoonmaken van de keuken zijn € 4 x 5 uur = € 20 uur. Ze heeft er € 1 x 4 uur = € 5 voor over om niet thuis te helpen. De netto baten van thuis helpen zijn € 20 - € 5 = € 15.De benzinekosten voor om naar de hockeywedstrijd toe te rijden zijn € 2,50. De baten die er tegenover staan zijn € 20. Netto baten hockeywedstrijd is dan € 17,50.Om te besluiten naar het strand te gaan, moet haar dat meer opleveren dan € 50 (kosten strand + € 17,50 (de hoogste netto baten) = € 67,50De netto baten van een dagje strand zouden dan € 80 - € 50 = € 30 zijn. De netto baten van het werken bij het restaurant moet meer dan € 30 zijn. De baten van het restaurant zijn dan meer dan € 30 + € 32 (kosten restaurant) = € 62. Het uurloon van het werken bij het restaurant moet dus meer zijn dan 62 / 8 uur = € 7,75. In het artikel is schaarste: te weinig aanbod van producten voor de grote vraag.In de economie: er zijn te weinig middelen om in alle behoeften van iedereen te voorzien. In het artikel: beperkt aanbod ten opzichte van de grote vraag. I = 0,6 (prijs van één liter water) x 12 liter water = € 7,20II = 7,20 / 16 broodjes = 0,45III = 0,6 (prijs van één liter water) x 15 liter water = € 9IV = € 9 / 20 broodjes = 0,45V = 1,2 (prijs van één liter water) x 6 liter water = € 7,20VI = € 7,20 / 16 = 0,45De prijs van een liter water is € 7,20 / 15 liter water = € 0,48; de prijs van een broodje is € 7,20 / 20 broodjes = € 0,36.
Deze toets bestellen?
Voordeligst
Lidmaatschap ToetsMij
€ 12,99/mnd
Snel nog even wat toetsen oefenen? Kies dan onze meest flexibele optie.