Toets Geschiedenis

Memo Examenkatern MAX - Historische context 2 - Verlichting 1650-1900 oefentoetsen & antwoorden

MAX

Deze oefentoets behandelt o.m. de volgende kenmerkende aspecten:

  • 23. Het streven van vorsten naar absolute macht.

  • 26. De wetenschappelijke revolutie

  • 27. Rationeel optimisme en ‘’verlicht denken’’ dat werd toegepast op alle terreinen van de samenleving: godsdienst, politiek, economie en sociale verhoudingen.

  • 28. Voortbestaan van het ancien régime met pogingen om het vorstelijk bestuur op eigentijdse, verlichte wijze vorm te geven. 

  • 29. Uitbouw van de Europese overheersing, met name in de vorm van plantagekoloniën en de daarmee verbonden trans-Atlantische slavenhandel, en de opkomst van het abolitionisme. 

  • 30. De democratische revoluties in westerse landen met als gevolg discussies over grondwetten, grondrechten en staatsburgerschap.

  • 31. De industriële revolutie die in de westerse wereld de basis legde voor een industriële samenleving.

  • 32. Discussies over de ‘sociale kwestie’

  • 34. De opkomst van emancipatiebewegingen. 

  • 35. Voortschrijdende democratisering, met deelname van steeds meer mannen en vrouwen aan het politieke proces. 

  • 36. De opkomst van politiek-maatschappelijke stromingen: liberalisme, nationalisme, socialisme, confessionalisme en feminisme.

Memo Examenkatern MAX
Toets Geschiedenis
Memo Examenkatern MAX
Online maken
Toets afdrukken
Een wetenschappelijke stroming waar men tot de conclusie kwam dat ware kennis kon worden vergaard door zintuiglijke waarnemingen. Het idee dat alle mensen van nature bepaalde rechten bezitten. De gedachte dat God koningen had aangesteld om te heersen. Een reeks wetten die voor alle inwoners van een staat geldtEen systeem waarbij de samenleving is opgedeeld in, vaak, drie standen. Geestelijkheid, adel en burgers/boeren. Een periode na de Napoleontische oorlogen waarbij veel landen de monarchie herstelden. Een stroming die niet gelooft dat mensen puur verstandelijke wezens waren. Zij hadden belangstelling voor geschiedenis, lokale tradities en de cultuur van de gewone bevolking.  RationalismeRousseau1776 Wees je ervan bewust dat de vraag hier eigenlijk uit twee delen bestaat. Ga eerst in op de quote om de ideeën van Kant te beschrijven. Als je dat hebt gedaan kan je gaan uitleggen hoe die ideeën, die je dus net hebt benoemd, een breuk met de ideeën van voor de verlichting betekent. Kant vond dat de mens zelf zijn verstand moet gebruiken om tot vooruitgang/ een betere wereld te komen. Dit past bij de verlichting want er is een nadruk op het nadenken van het individu. Dit betekende dat men niet meer op gezag iets aan moest nemen, zoals dat lang wel het geval was geweest, van geestelijken, politici, generaals en andere gezagsdragers.  Ga eerst in op de twee gevolgen van de industrialisatie. Houd hierbij rekening dat het eigenlijk al over Nederland moet gaan. Aangezien de vervolgvraag ingaat op de sociale kwestie in Nederland. De twee problemen die geschetst worden moeten dus aansluiten bij de situatie in Nederland, anders kan je de twee delen van de vraag niet verbinden.  Door de industrialisatie trokken veel mensen naar de stad. Er was een enorm huizentekort wat ertoe leidde dat er slechte woonomstandigheden waren. Het werken in de fabrieken was schadelijk voor de gezondheid en vaak gevaarlijk. Deze twee gevolgen hebben bijgedragen aan het debat over de sociale kwestie. Het debat dat op gang kwam ging over hoe de kwestie moest worden opgelost. Aan de ene kant kwam er meer weerstand tegen de slechte woon-en-werkomstandigheden vanuit een gevoel van compassie, maar er was ook angst voor een grootschalige revolutie. Vandaar dat het op de agenda kwam te staan van de politiek.  Er staat in de vraag al aangegeven wat er is veranderd. Je moet alleen uitleggen waarom revolutionairen het er deels mee eens waren en deel mee oneens. Doe ook dit weer systematisch.De koning was nu gebonden aan een grondwet, oftewel het absolutisme werd ingedamd. Daar waren veel revolutionairen erg blij van. Ook waren zij tevreden dat het aantal stemgerechtigden voor het parlement werd uitgebreid. De stemgerechtigden werden bepaald op basis van census. Dit zorgde ervoor dat de welvarende revolutionairen, de burgerij, tevreden waren met de veranderingen. De armere revolutionairen wilden meer veranderingen. Zij wilden namelijk de koning volledig weg en een republiek uitroepen.  Bij deze vraag moet je systematisch te werk gaan. Leg telkens eerst uit wat de eerste stroming inhoudt, om vervolgens de tweede stroming toe te lichten. Daarna kan je in een conclusie de tegenstrijdigheid van de stromingen aankaarten. Het kost je teveel tijd om de stromingen telkens in volledigheid te beschrijven. Dus richt je op de punten waarbij de verschillen tussen de twee gevraagde stromingen het duidelijkst naar voren komen! Het Liberalisme pleit juist voor vrijheid. In de 18e eeuw gaat dit vooral over vrijheid voor de welgestelden. Deze vrijheid zorgt voor een groeiende kloof tussen arm en rijk. De overheid moet een terughoudende rol hebben in de samenleving. Het socialisme staat voor gelijkheid tussen de burgers van een samenleving. Zij willen de kloof tussen arm en rijk juist dichten. Het socialisme doet dit het liefst via overheidsingrijpen. De twee stromingen botsen niet alleen met elkaar over de rol van de overheid, maar ook over het vraagstuk of er verschil in welvaart kan/mag zijn tussen mensen in eenzelfde samenleving. Deel a is een kennisvraag. Je moet het begrip conservatisme uitleggen en vertellen hoe zij denken over het aanbrengen van veranderingen in de samenleving. Bij vraag B heb je de kennis van vraag A nodig. Als je weet dat conservatisten niet graag veranderingen aanbrengen in de samenleving dan kan je beter uitleggen waarom de hoogste lagen zich hiertoe voelen aangetrokken (zij willen geen verandering, want met hen gaat het fantastisch). Zorg ervoor dat je een deel uit de bron gebruikt om jouw antwoord te sterken.Conservatieven willen geen abrupte veranderingen in de samenleving, want daar komt chaos van. Als er al verandering komt dan moet dat aansluiten bij de tradities. De conservatieve partij stelde geen haast bij het maken van wetgeving, aangezien zij weinig wilden veranderen. Ze zijn voorzichtig met wetgeving en dat ziet de hogere laag wel zitten want die hebben vooral wat te verliezen. Dat zie je bijvoorbeeld uit de zin: ‘’Omdat zij (de hoge standen) elke vorm van wetgeving nogal onwelkom vinden, omdat ze deze de neiging heeft een toestand te verstoren waarmee zij tevreden zijn’’ De eerste stap in het gedachtenproces moet zijn welke revolutionaire ideeën er eind 18e en begin 19e eeuw waren. Je moet dan tot de conclusie komen dat het te maken heeft met de verregaande democratische veranderingen en de kleinere rol die vorsten spelen binnen de staat. Als je dat weet dan kun je veel gerichter naar de bron kijken en twee argumenten zoeken die hij tegen het democratiserende proces heeft. Zorg er ook voor dat je overzichtelijk antwoord geeft. Ofwel gebruik een opsomming om de twee argumenten weer te geven. Lees de vraag ook goed. Je hoeft hier geen citaat uit de bron te halen, doe dat dan ook niet!Een eerste argument dat Da Costa aanhaalt is dat de vorst door God is aangesteld en dat de bevolking aan hen, aan de door de vorst geschreven grondwet trouw moet zijn. Terwijl verlichters juist aangeven dat er geen vorm van absolutisme aanwezig zou moeten zijn. Een tweede argument is dat Da Costa niks moet hebben van de contracttheorieën, zoals verlichte denkers deze hadden opgesteld, want dat druist in tegen de macht van God. Bij deze bron vraag is het oog voor detail erg belangrijk. Het kan handig zijn om eerst de meest opvallende dingen op te schrijven. Dit leidt vaak tot beter begrip van de bron en een vollediger antwoord. De dingen die in ieder geval moeten opvallen is het verschil in uiterlijk tussen moeder en kind in de achtergrond en de welgeklede man op de voorgrond. Het belangrijkste detail is hoe de man aan het tekenen is. Hij kleed moeder en kind namelijk veel beter af dan zij er in werkelijkheid uitzien.  De tekenaar wil hier duidelijk maken dat de, naar alle waarschijnlijkheid liberale man (gezien de kleding), het probleem van de sociale kwestie niet serieus neemt. Hij beeld moeder en kind een stuk rooskleuriger af. In werkelijkheid zijn zij uitgemergeld, maar op de tekening lijken ze redelijk gezond. De tekenaar is waarschijnlijk een socialist. De socialisten komen op voor de armste bevolkingsgroepen, die in dit geval gerepresenteerd worden door moeder en kind. Hij strijdt tegen het liberalisme, ofwel de man die aan het tekenen is. 

Deze toets bestellen?

Voordeligst
Lidmaatschap ToetsMij
€ 12,99/mnd
  • Snel nog even wat toetsen oefenen? Kies dan onze meest flexibele optie.
  • Je kunt maandelijks opzeggen.
  • Toegang tot alle vakken bij ToetsMij.
Kies dit abonnement

Wat krijg je bij een abonnement?

  • Toegang tot alle vakken
  • 20 kwalitatieve oefentoetsen per maand
  • Antwoorden, uitwerkingen en toelichtingen
  • Geen stress voor het maken van toetsen
Eenvoudig en veilig betalen met iDEAL of creditcard
3 maanden ToetsMij
€ 12,99
€ 10,99/mnd
  • Voordelig en flexibel. Ideaal als je maar een paar maanden toetsen hoeft te gebruiken.
  • Betaal per kwartaal en bespaar hiermee 2 euro per maand.
  • Toegang tot alle vakken bij ToetsMij.
Kies dit abonnement

Wat krijg je bij een abonnement?

  • Toegang tot alle vakken
  • 20 kwalitatieve oefentoetsen per maand
  • Antwoorden, uitwerkingen en toelichtingen
  • Geen stress voor het maken van toetsen
Eenvoudig en veilig betalen met iDEAL of creditcard
1 jaar ToetsMij
€ 12,99
€ 7,50/mnd
  • Favoriete keuze van meer dan 70% van de gebruikers.
  • Betaal slechts 90 euro per jaar en bespaar hiermee 65 euro.
  • Geniet van een volledig jaar toegang tot alle vakken bij ToetsMij.
Kies dit abonnement

Wat krijg je bij een abonnement?

  • Toegang tot alle vakken
  • 20 kwalitatieve oefentoetsen per maand
  • Antwoorden, uitwerkingen en toelichtingen
  • Geen stress voor het maken van toetsen
Eenvoudig en veilig betalen met iDEAL of creditcard

Dit zeggen leerlingen en ouders

10

Cijfers omhoog

Onze zoon had in februari zeker 12 minpunten. Hij is gestart met oefenen via Toets mij en heeft een geweldige eindsprint getrokken en afgelopen week bijna het onmogelijke waargemaakt. Er zijn nog maar 2 minpunten over en nog niet alle toetsen zijn terug. Het heeft onze zoon enorm geholpen, omdat er breed getoetst wordt en de vraagstelling, zoals van hem begrepen, overeenkomt met de toets. Als je de oefentoetsen goed kunt maken, beheers je de stof echt goed!

AP
9.0

Fijn dat leerlingen alvast een keer een toets kunnen oefenen die eruit ziet zoals op school.

Wij hebben sinds kort Toetsmij, omdat onze dochter het erg lastig heeft met Wiskunde. Op deze manier kan ze het hoofdstuk oefenen met een toets die qua vraagstelling overeenkomt met de toetsen op school. Nu kan ze dit dus eerst oefenen voordat ze de echte toets moet doen. Als docent Engels die werkt met Of Course en All Right kan ik bevestigen dat de toetsen grotendeels overeenkomen met de vraagwijze van de methode zelf. Dat is dus heel fijn voor leerlingen om te oefenen. We hadden heel even een dingetje met het nakijken, want de uitwerkingen werden niet goed weergegeven. Even een mailtje en binnen een dag reactie en ICT ging meteen aan de slag met het herstellen van de uitwerkingen. Super contact, goede dienstverlening! Aanrader!

Lelani van den Berg
10

Zéér tevreden!!

Lid geworden voor mijn zoon in leerjaar 1 van (toen 13) inmiddels 15. Hij zit nu in leerjaar 3 HAVO. Elk boek is makkelijk te vinden en alsmede mailt met een probleem omdat hij Duits krijgt uit een boek van leerjaar 2 word dit zelfs op zondag binnen een half uur opgelost en toegevoegd aan ons account! Zo’n toffe service zie je niet vaak meer! Dus wij zijn zéér tevreden. Sinds we het nu weer gebruiken (tijdje niet gebruikt) scoort hij weer voldoendes en zelf voor wiskunde een 8.8!

Linda Ockers

Zoek in meer dan 10.000 toetsen

Echte toetsvragen, precies aansluitend op jouw lesmethode en leerjaar. Voor klas 1 t/m 6 van vmbo-t t/m gymnasium.

Ik zit in het
en doe
ik wil beter worden in