Toets Aardrijkskunde

BuiteNLand 4e ed - Hoofdstuk 2 - Wereld - Globalisering oefentoetsen & antwoorden

4e editie

Onderwerpen: absolute ligging, relatieve ligging, globalisering, blokvorming, interactietheorie, productieketen, mno’s, tijd-ruimtecompressie, draagkracht, kolonialisme, hegemoniale staat, homogenisering.

BuiteNLand 4e ed
Toets Aardrijkskunde
BuiteNLand 4e ed
Online maken
Toets afdrukken
De absolute ligging verandert nooit. De relatieve ligging verandert wel. Dit is de ligging van een plaats of gebied ten opzichte van andere gebieden. Toelichting:Denk bij absolute ligging bijvoorbeeld aan de coördinaten van een plaats. Deze blijven altijd hetzelfde.Bij relatieve ligging kun je denken aan bijvoorbeeld een nieuwe weg die wordt aangelegd waardoor een plek beter bereikbaar wordt, we spreken dan van een betere relatieve ligging. Complementariteit Transporteerbaarheid Geen tussenliggende mogelijkhedenToelichting:Met complementariteit wordt bedoeld dat het ene gebied iets moet kunnen leveren waar in het andere gebied vraag naar is.Met transporteerbaarheid wordt bedoeld dat de goederen tegen een redelijke prijs en binnen een redelijke tijd van het ene gebied naar het andere vervoerd kunnen worden. Met geen tussenliggende mogelijkheden wordt bedoeld dat wanneer er tussen twee gebieden een nieuwe mogelijkheid ontstaat, dan verlegt de vervoersstroom zich. Vervoersstromen ontstaan altijd tussen twee gebieden die de kortste (relatieve) afstand tot elkaar hebben. Op dit moment zijn de Verenigde Staten de leidende hegemoniale staat. Toelichting:De Verenigde Staten vormen op dit moment de leidende hegemoniale staat. Dit is vooral te zien aan de hoeveelheid militaire bases in veel verschillende landen waarmee de hele wereld ‘gecontroleerd’ wordt door de VS. Maar denk bijvoorbeeld ook aan handelsstromen, de belangrijkste beurs van de wereld staat in de VS, enz. Bij kwantitatieve honger krijg je te weinig voedsel (calorieën) binnen, bij kwalitatieve honger krijgen mensen te eenzijdig voedsel binnen (te weinig vitaminen en mineralen). Toelichting:Kwalitatieve honger komt ook voor in centrumlanden. Denk aan mensen die lijden aan obesitas. Zij krijgen ruim voldoende voedsel binnen, maar het voedsel is kwalitatief niet erg hoogwaardig. Zij hebben een tekort aan de juiste voedingsstoffen. Kwantitatieve honger is iets wat meer voorkomt in de perifere/arme gebieden op de aarde. Hier is een tekort aan voedsel, vaak is er tegelijkertijd ook sprake van kwalitatieve honger, maar vooral een gebrek aan kwantiteit is het grootste probleem. De draagkracht van een gebied geeft het aantal mensen aan dat in een gebied kan leven zonder schade te veroorzaken aan de omgeving. Toelichting:Bij draagkracht ben je altijd op zoek naar evenwicht tussen de belangen van de mens en van de natuur. Het is een begrip om aan te geven dat mens en natuur in harmonie, op een duurzame manier, samen kunnen leven. Het verschil in loon is de belangrijkste reden om het productieproces uit te schuiven naar de (semi)periferie. Hierdoor kunnen producten goedkoper worden geproduceerd.Toelichting:Op de afbeelding zie je een duidelijk voorbeeld van een arbeidsintensief productieproces. Voor dergelijke productieprocessen is goedkope arbeid / laag loonniveau de belangrijkste reden voor bedrijven om voor een zo goedkoop mogelijke productielocatie te kiezen. Mno’s laten hun producten produceren op de plek waar dat het goedkoopst kan. Bij het maken van een spijkerbroek kan het bijvoorbeeld voorkomen dat het katoen uit Turkije komt, de knoopjes uit Thailand en de broek in elkaar wordt gezet in Bangladesh. Omdat elk land op een andere manier bijdraagt aan de productieketen wordt deze steeds langer. Toelichting:Doordat elk land een bepaalde vorm van specialisatie toepast, wordt de productieketen steeds langgerekter. Elk land doet waar het goed in is en wat het bovendien goedkoop kan produceren. Daarmee maakt een land zichzelf aantrekkelijk voor een bedrijf om de productie van dat specifieke onderdeel van een product daar te vestigen. Oxfam is een voorbeeld van een transnationale organisatie. Toelichting:Transnationale organisaties zijn vaak organisaties die buiten (inter)nationale overheden werken. We noemen dit ook wel NGO's (non-gouvernementele organisaties). Hieronder vallen ook internationale actiegroepen zoals Greenpeace en Artsen Zonder Grenzen. Op onderstaande afbeelding is te zien dat een grote Amerikaanse mno (McDonald's) zich heeft gevestigd ver buiten de landsgrenzen en de Amerikaanse cultuur daardoor aanwezig is buiten Amerika. De wereld lijkt zo steeds meer op elkaar (elk land heeft wel een McDonald’s); een typisch voorbeeld van homogenisering. Toelichting:Je kunt zien dat het een buitenlandse vestiging (buiten de VS) van McDonald's betreft aan de taal naast het logo (en op de parasols) van McDonald's, dit is duidelijk niet Engelstalig. De opkomst van grote bedrijven gaat ten koste van lokale ondernemers / kleine bedrijven. Zij kunnen de concurrentie met grote bedrijven niet aan. Globalisering in de huidige vorm zorgt vooral voor milieuverontreiniging, met name in arme landen, waar de meest vervuilende fabrieken worden neergezet.Ze zijn het ook niet eens met het beleid van het Internationaal Monetair Fonds (IMF). Arme landen dienen eerst te bezuinigen en hun economie te herstructureren voordat ze in aanmerking komen voor een lening.Toelichting:Bij andersglobalisten gaat het vooral om de argumentatie dat de huidige (semi)perifere gebieden op de wereld niet voldoende profiteren van de globaliseringstrend. Ze ondervinden, zeker op het gebied van uitbuiting en milieu, juist de nadelen ervan. Denk ook aan ruimtelijke afwenteling, dit vindt ook vaak plaats in de semiperifere gebieden. Dit is ook een argument wat de andersglobalisten vaak gebruiken om hun boodschap kracht bij te zetten. Op de afbeelding zijn twee hogesnelheidstreinen te zien. Deze treinen rijden op hogere snelheden dan de normale treinen. Hierdoor neemt de relatieve afstand tussen twee plaatsen af en worden tijd en ruimte steeds minder belangrijk.Toelichting:Ga in je antwoord eerst in op het begrip tijd-ruimtecompressie. Neem de betekenis van het begrip eventueel mee in je antwoord. Ook al krijg je daar geen punten voor, het kan je wel helpen om het vervolg van de vraag juist te beantwoorden. Probeer vervolgens de beeldbron te analyseren en te omschrijven wat je ziet. Uiteindelijk breng je dan een verband aan tussen hetgeen je ziet in de beeldbron en het begrip tijd-ruimtecompressie. Het beeld is een duidelijk cultureel kenmerk van het christendom. De religie die de Portugezen in de koloniale tijd overbrachten op de inheemse Brazilianen die het christendom als religie kregen opgelegd. Een typisch kenmerk van een vestigingskolonie.Toelichting:Beschrijf in je antwoord eventueel eerst de kenmerken van een vestigingskolonie. Eventueel kun je dit nog aanvullen met de verschillen tussen een vestigingskolonie en een exploitatiekolonie. Vervolgens zie je in de beeldbron een duidelijk voorbeeld van religie, in dit geval het christendom. Een religie die van oorsprong niet voorkwam in het ongekoloniseerde Zuid-Amerika. Deze religie is meegebracht door de kolonisatoren. Een kenmerk van een vestigingskolonie is dat culturele kenmerken worden opgelegd aan de lokale bevolking. Dat is hier overduidelijk gebeurd, getuige het standbeeld en ook de overheersende godsdienst in Brazilië. De tekstbron gaat over het begrip blokvorming. Toelichting:Landen zoeken aansluiting en steun bij elkaar om hun positie in de wereld te versterken. In deze bron zie je een duidelijk voorbeeld van Zweden en Finland. Landen die relatief gezien dichtbij Rusland liggen. Mede door de inval van Rusland in Oekraïne zijn deze twee landen bereid om een stuk van hun eigen soevereiniteit op te geven door aan te sluiten bij een groot machtsblok als de NAVO. Kwalitatieve honger gaat over een te eenzijdig dieet. In welvarende landen (zoals Nederland) zie je dat mensen ook een eentonig dieet volgen met obesitas tot gevolg. Ook dit is een vorm van kwalitatieve honger. Toelichting:Kwalitatief eten betekent voldoende juiste voedingsstoffen. Een voorbeeld van de gevolgen van kwalitatieve honger is bijvoorbeeld obesitas. Een kenmerkende welvaartsziekte die zich vooral manifesteert in centrumlanden. In Nederland is een relatief gunstig klimaat met voldoende neerslag en niet te hoge temperaturen. In landen rond de evenaar is het te heet en vaak ook te nat. Hierdoor verliest een bodem veel sneller vruchtbaarheid dan in Nederland. Daarom is de draagkracht rond de evenaar een stuk sneller overschreden dan in Nederland. Toelichting:Probeer je antwoord te beperken tot de fysisch-geografische dimensie en er geen andere argumentatie aan toe te voegen, omdat dat bij deze vraag geen scorepunten oplevert. Merk ook op dat het een vraag is waar een vergelijking tussen twee regio’s wordt gemaakt. Deze vergelijking moet dus ook terug zijn te vinden in jouw antwoord. Zowel de regio rondom Nederland als de regio rond de evenaar / de tropen moeten benoemd zijn in je antwoord. Er zou een handelsstroom moeten ontstaan vanuit de overschotlanden in Amerika en Azië richting Afrika. Toelichting:Als je hierbij voorbeelden van landen in Amerika, Azië en Afrika noemt is dit ook goed. Als je maar ingaat op de handelsstroom van een overschotland naar een tekortland (complementariteit). Bangladesh. Uit staafgrafiek 271F (55e editie) of 253F (56e editie) blijkt dat meer dan 80 procent van de exportwaarde uit kleding en textiel bestaat. Deze eenzijdigheid maakt het land kwetsbaar.Toelichting:Voor deze vraag is het handig als je begrijpt dat de textiel-en kledingindustrie een van de belangrijkste arbeidsintensieve industrieën is. Dit maakt een land dat behoorlijk afhankelijk is van deze industrie behoorlijk kwetsbaar. Kan het namelijk ergens (nog) goedkoper, dan zal deze industrie uit het land verdwijnen en naar de goedkopere plek gaan. Het land blijft dan achter met een hoop werklozen. Grote landen hebben een grote binnenlandse markt en oriënteren zich daardoor vooral op de eigen consumenten; kleinere landen (zoals Nederland) handelen veel meer met het buitenland omdat de eigen binnenlandse markt maar klein is. Toelichting:Duitsland en Frankrijk zijn relatief grote landen met een grote binnenlandse markt. Veel producten die door de landen geproduceerd worden blijven binnen het land zelf omdat er een relatief grote bevolking is die de producten kan consumeren. Voor Nederland geldt dit in veel mindere mate gezien de kleinere bevolkingsomvang van ons land. Oorzaak: China’s economische groei draait vooral op grondstoffen die in fabrieken worden gebruikt voor het productieproces. Afrika kan deze grondstoffen leveren.Gevolg: China investeert veel geld in de Afrikaanse economieën en infrastructuur zodat het eenvoudig de grondstoffen kan importeren vanaf het Afrikaanse continent. Toelichting:Het verschil tussen China en Afrika is hun positie binnen het wereldsysteem. China is een semiperifeer land terwijl Afrika nog vooral in de periferie zit. Perifere landen leveren grondstoffen aan semi-perifere landen om in hun industrialisatie te voorzien. Dit is precies ook het geval bij China en Afrika. China produceert voor centrumlanden, maar kan dit alleen doen als er voldoende toelevering is van essentiële (goedkope) grondstoffen uit Afrika. Voorbeelden van goede antwoorden zijn:Kaart 262H (55e editie) of 249H (56e editie): deze kaart laat een duidelijke verbetering van de HDI (Human Development Index) van een groot aantal voorheen arme / perifere landen zien.Kaart 259E (55e editie) of 247E (56e editie): deze kaart laat een duidelijke verbetering van het BBP van een groot aantal voorheen arme / perifere landen zien.  maar dan betreffende het BBP.Toelichting:Er zijn nog meer kaarten mogelijk. Het gaat erom dat je bij deze vraag laat zien dat er in perifere / arme landen een positieve ontwikkeling te zien is op het gebied van welvaart (zoals BBP) en/of welzijn (zoals HDI). Een kaart met een inhoudelijke juiste omschrijving levert hier altijd een scorepunt op.

Deze toets bestellen?

Voordeligst
Lidmaatschap ToetsMij
€ 12,99/mnd
  • Snel nog even wat toetsen oefenen? Kies dan onze meest flexibele optie.
  • Je kunt maandelijks opzeggen.
  • Toegang tot alle vakken bij ToetsMij.
Kies dit abonnement

Wat krijg je bij een abonnement?

  • Toegang tot alle vakken
  • 20 kwalitatieve oefentoetsen per maand
  • Antwoorden, uitwerkingen en toelichtingen
  • Geen stress voor het maken van toetsen
Eenvoudig en veilig betalen met iDEAL of creditcard
3 maanden ToetsMij
€ 12,99
€ 10,99/mnd
  • Voordelig en flexibel. Ideaal als je maar een paar maanden toetsen hoeft te gebruiken.
  • Betaal per kwartaal en bespaar hiermee 2 euro per maand.
  • Toegang tot alle vakken bij ToetsMij.
Kies dit abonnement

Wat krijg je bij een abonnement?

  • Toegang tot alle vakken
  • 20 kwalitatieve oefentoetsen per maand
  • Antwoorden, uitwerkingen en toelichtingen
  • Geen stress voor het maken van toetsen
Eenvoudig en veilig betalen met iDEAL of creditcard
1 jaar ToetsMij
€ 12,99
€ 7,50/mnd
  • Favoriete keuze van meer dan 70% van de gebruikers.
  • Betaal slechts 90 euro per jaar en bespaar hiermee 65 euro.
  • Geniet van een volledig jaar toegang tot alle vakken bij ToetsMij.
Kies dit abonnement

Wat krijg je bij een abonnement?

  • Toegang tot alle vakken
  • 20 kwalitatieve oefentoetsen per maand
  • Antwoorden, uitwerkingen en toelichtingen
  • Geen stress voor het maken van toetsen
Eenvoudig en veilig betalen met iDEAL of creditcard

Dit zeggen leerlingen en ouders

10

Cijfers omhoog

Onze zoon had in februari zeker 12 minpunten. Hij is gestart met oefenen via Toets mij en heeft een geweldige eindsprint getrokken en afgelopen week bijna het onmogelijke waargemaakt. Er zijn nog maar 2 minpunten over en nog niet alle toetsen zijn terug. Het heeft onze zoon enorm geholpen, omdat er breed getoetst wordt en de vraagstelling, zoals van hem begrepen, overeenkomt met de toets. Als je de oefentoetsen goed kunt maken, beheers je de stof echt goed!

AP
9.0

Fijn dat leerlingen alvast een keer een toets kunnen oefenen die eruit ziet zoals op school.

Wij hebben sinds kort Toetsmij, omdat onze dochter het erg lastig heeft met Wiskunde. Op deze manier kan ze het hoofdstuk oefenen met een toets die qua vraagstelling overeenkomt met de toetsen op school. Nu kan ze dit dus eerst oefenen voordat ze de echte toets moet doen. Als docent Engels die werkt met Of Course en All Right kan ik bevestigen dat de toetsen grotendeels overeenkomen met de vraagwijze van de methode zelf. Dat is dus heel fijn voor leerlingen om te oefenen. We hadden heel even een dingetje met het nakijken, want de uitwerkingen werden niet goed weergegeven. Even een mailtje en binnen een dag reactie en ICT ging meteen aan de slag met het herstellen van de uitwerkingen. Super contact, goede dienstverlening! Aanrader!

Lelani van den Berg
10

Zéér tevreden!!

Lid geworden voor mijn zoon in leerjaar 1 van (toen 13) inmiddels 15. Hij zit nu in leerjaar 3 HAVO. Elk boek is makkelijk te vinden en alsmede mailt met een probleem omdat hij Duits krijgt uit een boek van leerjaar 2 word dit zelfs op zondag binnen een half uur opgelost en toegevoegd aan ons account! Zo’n toffe service zie je niet vaak meer! Dus wij zijn zéér tevreden. Sinds we het nu weer gebruiken (tijdje niet gebruikt) scoort hij weer voldoendes en zelf voor wiskunde een 8.8!

Linda Ockers

Zoek in meer dan 10.000 toetsen

Echte toetsvragen, precies aansluitend op jouw lesmethode en leerjaar. Voor klas 1 t/m 6 van vmbo-t t/m gymnasium.

Ik zit in het
en doe
ik wil beter worden in