KERN Nederlands 1e ed - Hoofdstuk Schrijven les 34-36 - voegwoorden, signaalwoorden, een zelfgeschreven tekst herschrijven, een zakelijke klachtenbrief schrijven. oefentoetsen & antwoorden

Voegwoorden gebruik je om twee zinnen aan elkaar te plakken. Signaalwoorden gebruik je om het verband tussen alinea’s aan te geven.  Als je een tekst zelf geschreven hebt, dan zit je zo in je eigen tekst, dat bepaalde dingen die je niet meer opvallen en je over die dingen heen leest. Door de tekst aan iemand anders te laten zien en door iemand anders te laten beoordelen, werpt die persoon er een frisse blik op en valt hem of haar weer andere dingen op.  Een samengestelde zin.  Omschrijvingen in een tekst brengen variatie aan en maken de tekst leesbaarder. Als je iedere keer hetzelfde woord gebruikt, dan wordt een tekst saai en onleesbaar. Gebruik je echter synoniemen voor het woord of een omschrijving van het woord dan wordt de tekst aantrekkelijker en makkelijker te lezen. Feedback kan gaan over de volgende punten:Titel en kopjes: vat de titel het belangrijkste van je tekst in één woord of in een paar woorden samen? Vat een kopje samen wat daaronder wordt verteld? Volgorde waarin je vertelt - Is de volgorde van je tekst logisch? Zit er een goede opbouw in en spring je niet van de hak op de tak?Opbouw alinea’s - Is je tekst opgebouwd uit alinea’s? Gaan de zinnen in een alinea over hetzelfde onderwerp? Heb je de juiste signaalwoorden gebruikt? Zijn er witregels of tabs tussen de alinea’s gebruikt? Zinsbouw - Heb je je zinnen op een juiste manier opgebouwd? Heb je voegwoorden gebruikt? Gebruik je omschrijvingen? Woordkeuze -  Passen de woorden die je gebruikt bij de inhoud van de tekst? Kunnen je lezers deze woorden begrijpen? Spelling en leestekens - Zijn je woorden juist gespeld en heb je gebruikgemaakt van punten, komma’s, vraagtekens en leestekens?  Pierre was niet op de les; ik zal hem opbellen om te vragen of hij soms ziek is. Marjan vertelde dat haar broer ging studeren aan de Universiteit van Utrecht. Als je vanavond komt, breng dan dat boek voor me mee! Het scheelde niet veel, of zij was door die auto aangereden. Voordat ik naar mijn werk ga, laat ik eerst de hond uit. Een bezwaarschrift wordt niet in behandeling genomen tenzij het binnen een week ingeleverd is.  je zus/ neef/ oma: je familielid, je naaste, je bloedverwantde docent aardrijkskunde: meneer/ mevrouw  Jansen (de achternaam van de docent), die ene van aardrijkskunde, de aardrijkskunde leraar/ lerares, die in lokaal 207.de schommelstoel in de hoek: het oude ding, het wiebelding.je fiets: je stalen ros, je tweewieler, je rijwiel.je hond: je trouwe viervoeter, je huisdier, je maatje, je beste vriend. Let op: de verbeterpunten zijn in de tekst met cijfers aangegeven en hieronder uitgewerkt:De titel mist. 1: een tab invoegen aan het begin van de tekst, dat staat netter. 2: achtste moet uitgeschreven worden. Alle cijfers onder de twintig dienen uitgeschreven te worden. 3: Fast and Furious is een titel dus moet het hier geaccentueerd worden. Dit kan door het schuingedrukt te maken of door het tussen aanhalingstekens te zetten: “Fast and Furious”. 4: hier begint een nieuwe alinea dus: een tab of een witregel inbouwen.5: ‘dan is er verder’ is spreektaal; dit moet zijn: ‘verder is er een…’6: hier begint een nieuwe alinea dus: een tab of een witregel inbouwen.7: Fast and Furious is een titel dus moet het hier geaccentueerd worden. Dit kan door het schuingedrukt te maken of door het tussen aanhalingstekens te zetten: “Fast and Furious”. 8: spelfout. Het moet zijn: ambitieuze.9: spelfout. Het moet aan elkaar geschreven worden: actiereeks.10: spelfout. Het moet aan elkaar geschreven worden: uitgegroeid. 11: verkeerd voegwoord. Het moet ‘waarin’ zijn. In een slot staat meestal een conclusie. De schrijver heeft hier aangegeven het plot van de film een beetje veel te vinden. Dit slot kan nog het beste benadrukt worden met een laatste concluderende zin, zoals: ‘graag een tandje minder de volgende keer’. Zoals het stuk er na de correcties uit zou komen te zien:   1. Esther Priester Perenweg 6 1256 NB Delft2. Apple Inc.Perenstraat 117290 AA Amsterdam3. Betreft: I-pad kapot4. Delft, 12 augustus 20235. Geachte heer of mevrouw, 7. Helaas is de I-pad modelnummer 1256439.23BN na twee weken al kapot. Hij wil niet meer opstarten en na contact te hebben opgenomen met uw helpdesk, werd ik geadviseerd om u een brief te schijven. 8. Zoals gezegd heb ik op 25 juli jongstleden, de I-pad met modelnummer 1256439.23BN bij uw Apple winkel op de Hoogstraat in Delft aangeschaft. Ik was er enorm blij mee en heb hem meteen in gebruik genomen. Groot was echter mijn ongenoegen toen bleek dat hij na amper anderhalve week al niet opstartte. Ik heb alle stappen van het troubleshooten in de handleiding doorlopen, echter krijg ik hem niet aan de praat. Ik heb toen uw helpdesk gecontacteerd, op telefoonnummer: 070- 235 256 23, maar zij stuurden me van het kastje naar de muur en gaven aan dat ik Apple middels een brief op de hoogte moet stellen van mijn probleem. Ik vind het schandalig dat er in de huidige, moderne tijd van technologie, nog wordt teruggegrepen op een ouderwetse oplossing als een brief schrijven. 9. Toch doe ik hierbij een dringend beroep aan u om de I-pad te vervangen met een nieuw en werkend model, of om het aankoopbedrag zo spoedig mogelijk aan mij terug over te maken. Ik hoop binnen een week een reactie van u terug te hebben ontvangen. Alvast bedankt voor de genomen tijd en moeite. 10. Met vriendelijke groet, 11. Esther Priester  Tel.: 06- 12 45 96 36 E-mail: estherpriester@gmail.comToelichting: jouw brief moet de volgende elementen bevatten:Zorg ervoor dat de gegevens juist vermeld zijn. Linksboven zet je jouw adres. Onder jouw adres met een witregel ertussen, zet je het adres van de ontvanger.Daaronder zet je, met een witregel ertussen, de ‘betreft’ oftewel het onderwerp van de brief.Daaronder zet je, met een witregel ertussen, de plaatsnaam, een komma en de datum. Daaronder komt, weer na een witregel, de aanhef. Bij een zakelijke e-mail hoort een zakelijke aanhef. Aangezien je niet weet aan wie je de brief moet richten, gebruik je: heer of mevrouw.In de eerste alinea leg je de situatie uit en/ of de aanleiding van de brief. Je stelt je ook voor. Begin de brief nooit met ik. In de volgende alinea(’s) staat de kern van je brief: je legt de situatie of het probleem uit dat je in de inleiding al kort hebt benoemd.In de laatste alinea staat wat jij van de ontvanger verwacht en wanneer je graag een antwoord zou willen. Let hierbij op de juiste formulering en dat je beleefd blijft. Boos worden heeft geen zin, dan is het mogelijk dat je helemaal geen antwoord krijgt. Gebruik een formele afsluiting. Noteer jouw volledige gegevens. Maak het voor de ontvanger zo makkelijk mogelijk om jou te bereiken. Geef dus (ook) je telefoonnummer en e-mailadres. Je postadres hoeft niet, aangezien dat al bovenaan de brief staat. Let op dat je witregels tussen de alinea’s gebruikt.Tip: Het is lastig om je eigen tekst na te kijken. Vraag daarom aan je (bijles-)docent of die je brief voor je wil nakijken. Kijk goed welke fouten je hebt gemaakt. Vraag ook aan jouw docent waar hij/zij precies op let tijdens het beoordelen. Uiteraard wordt er gelet op het gebruik van de juiste woorden in de context en de algemene grammatica (werkwoorden vervoegen, zinsvolgorde), maar misschien let jouw docent nog wel op andere zaken.  LesNieuw woordGeef de betekenis en gebruik daarbij je eigen woorden. Gebruik maximaal 15 woorden.Les 34 - voorbeeldDe powerbankDraagbare accu waarmee je bijvoorbeeld je telefoon op kunt laden. Les 34WaterdichtWat geen water doorlaat.KwiekLevendig en vol energie. De capaciteitDe kracht om iets te doen. Het spoedgevalDringend gevalDe overeenstemmingHet met elkaar eens zijn.Les 35BelastenEen last opleggen.BesparenMinder uitgeven of verbruiken.InvesterenErgens tijd, geld, of werk in stoppen, om daar pas later iets voor terug te krijgen. TolkenMondeling vertalen. De juristIemand die rechten gestudeerd heeft.