Biologie voor Jou MAX 6e ed. - Thema 1 - Stofwisseling in de cel oefentoetsen & antwoorden

Assimilatie is de opbouw van moleculen uit kleinere moleculen. Dissimilatie is de afbraak van moleculen in kleinere moleculen. Verschil is dus dat assimilatie zorgt voor de opbouw van moleculen en dissimilatie voor de afbraak.  Het actieve centrum De naam van een enzym is samengesteld uit de naam van het substraat wat eraan bindt met daarachter: - ase ATP-ase Een evenwichtsreactie betekent dat de reactie in twee richtingen kan verlopen. In het geval van ATP en ADP kan deze dus van ATP naar ADP verlopen en terug. Dit wordt verwezenlijkt door het enzym ATP-ase. Een evenwichtsreactie herken je aan de dubbele pijl in de reactievergelijking.  Dit gebeurt door de bladgroenkorrels ofwel chloroplasten. Deze liggen voornamelijk in de blaadjes. De invloed van het groene licht op de groei van de plant zal een negatief effect hebben. Groen licht heeft namelijk een golflengte die de plant niet gebruikt. Daarom weerkaatst het groen licht en zien wij de blaadjes met een groene kleur. De kleur paars en rood/oranje hebben daarentegen een juiste golflengte die erg bruikbaar is voor de plant.  De secundaire ofwel de helix structuur Dit komt omdat eiwitten als ze aan elkaar binden, dit telkens doen onder een andere hoek ten opzichte van elkaar. Hierdoor krijg je een soort spiraalvorm die erg stevig is. Antwoord D. Omdat Rien gaat sporten vindt er assimilatie plaats. Dit is de afbraak van moleculen. In dit geval wordt door glucagon uit de alvleesklier glycogeen omgezet in glucose wat een brandstof is voor tijdens het sporten. Wanneer dit te snel gebeurt heeft Rien geen energie meer, omdat haar suikerspiegel te laag is, ofwel dan zit ze in een hypo.  Voorbeelden van antwoorden zijn de volgende combinaties: DNA – nuclease / RNA – RNA-ase / nucleotide – nucleotidase / chitine-chitinase / fosfolipide – fosfolipase /  ureum – ureaseDe onderzoekers zullen dit terugvinden in alle genoemde organismen (fruitvliegjes, luizen, spinnen, planten) Dit komt door de voedselkringloop. De luizen eten de fruitvlieg maar de luis wordt weer gegeten door de spinnen. Zo komt de gelabelde stikstof overal in terecht.  Uit je antwoord moet blijken dat: In de maag het enzym amylase in speeksel wordt verteerd. Het enzym werkt niet bij een lage pH. Je maag heeft een lage pH door het maagzuur. Calcium, ijzer en natrium. Dit zijn voedingsstoffen die de plant niet zelf kan produceren. Deze zijn essentieel en nemen zij dus op.Antwoord C. Het antwoord is te halen uit deze zin: Leg de winterpenen niet bij rijpend fruit dat veel ethyleen produceert, zoals appels en peren. Het gas ethyleen stuurt in de peen allerlei processen aan waardoor deze sneller oud wordt. Hormonen zijn stoffen die allerlei processen beïnvloeden. Ze geven letterlijk opdrachten aan cellen om iets te doen. In de tekst staat dat het cellen aanzet om sneller ouder te worden.  Antwoord A. De bacteriën binden stikstofgas (een anorganische verbinding) uit de lucht. De plant kan dit namelijk niet opnemen. Ze zetten het om in ammonium, wat de plant wel kan opnemen. Antwoord A. Aminozuren bevatten namelijk allemaal een N-groep. Deze is afkomstig van de stikstofverbinding.