Getal en Ruimte 13e ed/FLEX deel 1 - Hoofdstuk 4 - Rekenen in de praktijk oefentoetsen & antwoorden

0,00809 0,0081     0,03009     0,0301      0,609     0,611     1,58     1,586 7 540 000 (want 10 000 heeft 4 nullen)7 539 400 (want 100 heeft 2 nullen)7 539 351 (helen hebben geen cijfers achter de komma)7 539 350,53 (want hondertsten met 2 cijfers achter de komma) $-8$ x $(305\ -\ 277) –\ 21$ x $6\ =-350$$15\ - \frac{17,88\ -\ 19,31}{5,23\ -\ 2,63}\ =\ 16,25$Tip: Gebruik de breukentoets, als je niet meer weet hoe dat gaat, kijk dan in de A-versie voor uitleg. Aanpak: we rekenen eerst het gewicht van 1 rijstkorrel uit, en doen dat keer 200.Het antwoord moet in grammen.18 kilo = 18 x 1000 = 18 000 gram18 000 : 1 000 000 = 0,018200 x 0,018 = 3,6200 rijstkorrels wegen dus 3,6 gram20 : 5,44 = 3,676…Ze kan dus 3 hele zakken kopen en dat kost 3 x 5,44 = 16,32Ze houdt dan 20 – 16,32 = 3,68 over115 cent is € 1,153,68 : 1,15 = 3,2Ze kan dus ook nog 3 losse koeken kopen.Met 20 euro kan ze dus 3 x 6 + 3 = 21 koeken kopen.Van de € 3,68 heeft ze nog 3 koeken kunnen kopen voor 3 x 1,15 = 3,45.Ze houdt dus 3,68 – 3,45 = € 0,23 over. 7 128 : 47 = 151,659…De laatste keer zit het treintje dan niet helemaal vol, maar het moet dus 152 keer rijden.7 128 : 61 = 116,852…het treintje rijdt nu dus 117 keer152 – 117 = 35Het treintje hoeft dan 35 keer minder vaak te rijden. Tip: Er zijn veel manieren om met procenten te rekenen.Maar hier willen we de manier zien die je in dit hoofdstuk hebt geleerd.Doe je het toch op een andere manier en krijg je dan ook een goed antwoord, dan is dat niet fout, maar kan het minder punten opleveren.Van 31,3% maken we het kommagetal 0,313. (Deel door 100.)0,313 x 124,20 = 38,874… Afgerond op 2 decimalen (want het is geld) wordt dat dan 38,87 euro. Maar dat is de korting.124,20 – 38,87 = 85,33Ze moet dus nog € 85,33 betalen.37,2% wordt 0,3728,3% wordt 0,083Je kunt nu in een keer uitrekenen hoeveel leden trompet spelen:258 x 0,372 x 0,083 = 7,966…Dus 8 leden spelen trompet.Tip: je kunt de berekening ook in 2 stappen doen, maar dan mag je tussentijds niet afronden, dus dan moet je het tussenantwoord in je rekenmachine laten staan en dat weer opnieuw gebruiken. 5 + 2 + 1 = 8. Er zijn dus 8 delen, en elk deel is 104 : 8 = 13Dus er zijn 1 x 13 blauwe knikkers, 2 x 13 rode knikkers en 5 x 13 groene knikkers.Dus er zijn 65 groene knikkers.Kijk maar: 1 x 13 + 2 x 13 + 5 x 13 = 13 + 26 + 65 = 104 en dat klopt!$\frac{65}{104}$ x $100% = 62,5%$62,5% van alle knikkers is dus groen. Eerst moeten we weten of de tabel evenredig of omgekeerd evenredig is.Als je van 18 naar 3 gaat bovenin, dan moet je delen door 6.Als je van 12 naar 72 gaat onderin, dan moet je vermenigvuldigen met 6.Het is dus omgekeerd evenredig.Er zijn nu 2 manieren, kies zelf maar wat je het handigst vindt.Manier 1:van 18 naar 2 is delen door 9.Dus doe je onderin 12 x 9 , dat is dus 108 onder de 2.Van 2 naar 8 is keer 4, dus onderin delen door 4, dus 108 : 4 = 27.En zo ga je door.De lastigste is het getal onder de 14. Dat krijg je door het getal onder de 2 te delen door 7. Dus 108 : 7 = 15,428… en afgerond is dat dan 15, 43Manier 2:In een omgekeerd evenredige tabel is het product van het getal boven en onder steeds hetzelfde.12 x 18 = 216, maar 3 x 72 ook.Je kunt de tabel dus eenvoudig vullen door 216 steeds te delen door het getal  boven in de tabel.Bij de 8 krijg je dan 216 : 8 = 27.Bij 14 krijg je dan 216 : 14 = 15,428… en afgerond dus 15,43.En zo ga je door.De gevulde tabel zie er dan zo uit:1881232141227187210815,43 Hier is sprake van een evenredig verband.Het aantal medewerkers per team is voor deze opgave niet van belang, we hebben alleen het aantal teams nodig.Ze maken: : 5 x 3 x 7 = 105 fietsenOok hier is sprake van een evenredig verband.Eén team maakt 5 fietsen per uur, 4 teams maken dus 4 x 5 = 20 fietsen per uur,170 : 20 = 8,5.Ze doen er dus 8,5 uur over.Hier bestaat een omgekeerd evenredig verband tussen de teams en de benodigde tijd.Dus 7 x 6 = 3 x ???De benodigde tijd is dus 42 : 3 = 14 uur.