Het verwijswoord hen gebruik je als lijdend voorwerp en na een voorzetsel. Het verwijswoord hun gebruik je als meewerkend voorwerp en er geen voorzetsel voor staat. Toelichting:Gebruik hen wanneer het verwijswoord lijdend voorwerp (lv) is: Nadat de ministers beëdigd zijn, kan het publiek hen (lv) op het bordes bewonderen.Gebruik hen na een voorzetsel (vz): De schaatsers vlogen naar Pyeongchang en veel fans reisden met (vz) hen mee.Gebruik hun als het meewerkend voorwerp (mv) is en er geen voorzetsel voor staat: De OranjeLeeuwinnen werden kampioen en de koning gaf hun (mv) een onderscheiding.Gebruik hun nooit als onderwerp: Waarom moeten wij de tekst schrijven, terwijl zij (niet: hun!) hem mogen typen?
Onjuiste herhaling: Als een vast voorzetsel ten onrechte twee keer wordt gebruikt, is dat een onjuiste herhaling. Tautologie: Als hetzelfde twee keer wordt gezegd, meestal met verschillende woorden van dezelfde woordsoort (synoniemen), heet dat tautologie. Pleonasme: Bij een pleonasme wordt een deel van de betekenis van een woord of een woordgroep nog eens door een ander woord uitgedrukt. Dat andere woord is meestal van een andere woordsoort. Contaminatie: Als twee woorden of uitdrukkingen worden verward en ten onrechte worden vermengd, heet dat een contaminatie. Dubbele ontkenning: In zinnen met een werkwoord dat al een ontkennend karakter heeft (voorkómen, misbruiken, verbieden, weerhouden, nalaten) wordt soms ten onrechte een tweede ontkenning toegevoegd.
Hieronder staan de volgende twee manieren:Verander de beknopte bijzin in een ‘gewone’ bijzin met een persoonsvorm en een onderwerp. Verander de hoofdzin en vul daarbij het verzwegen onderwerp van de beknopte bijzin in
Het lijdend voorwerp wordt het onderwerp;Het onderwerp wordt een door-bepaling, een bijwoordelijke bepaling die met door begint;Bij het werkwoordelijk gezegde wordt het hulpwerkwoord worden of zijn gebruikt. Het getal (enkelvoud / meervoud) van de persoonsvorm moet gelijk zijn (congrueren) aan het getal van het onderwerp. Inversie komt voor wanneer het onderwerp achter de persoonsvorm staat. Soms wordt in nevengeschikte hoofdzinnen ten onrechte inversie toegepast: het onderwerp en de persoonsvorm worden dan van plaats verwisseld, terwijl dit niet zou moeten. Bijvoorbeeld: ik heb haar geschreven, maar heeft ze nog niet gereageerd. Een tekst is voor een lezer of luisteraar beter te volgen als de schrijver/spreker de verbanden duidelijk aanbrengt. Komma: Gebruik de nevenschikkende voegwoorden en, of, maar, want en dus om hoofdzinnen te verbinden. Plaats in het algemeen een komma voor de voegwoorden maar, want en dus.Puntkomma: Gebruik een puntkomma als twee hoofdzinnen inhoudelijk nauw met elkaar samenhangen. De puntkomma heeft bijna dezelfde functie als de punt; hij sluit de zin af. De mededeling na de puntkomma is vaak niet belangrijk genoeg om in een aparte zin op te nemen.Dubbele punt: Gebruik de dubbele punt (:) om twee zinnen te verbinden, als de tweede zin een verklaring bevat bij de eerste zin. Je kunt in plaats van de dubbele punt dan namelijk of want denken.Het woord of de woordgroep waarnaar een verwijswoord verwijst, heet het antecedent. Het woordgeslacht (mannelijk, vrouwelijk of onzijdig) van het antecedent bepaalt welk verwijswoord je gebruikt.Hieronder staan 3 situaties:Het antecedent ontbreekt.Er is meer dan één antecedent mogelijk.Het antecedent staat te ver weg.Hieronder staan 5 aandachtspunten:Gebruik geen extreem lange woorden.Schrijf geen ‘moeilijke’ woorden over uit je bronnen.Gebruik geen afkortingen.Formuleer niet te formeel en niet te populair.Varieer in woordkeuze.Sommige schrijvers maken veel gebruik van zelfstandige naamwoorden die zijn afgeleid van een werkwoord, zoals het vinden van een huis, het sturen van een mail, het analyseren van duizenden gegevens. Dit heet de naamwoordstijl. Naamwoordstijl maakt je tekst saaier en afstandelijker, doordat die stijl de actie uit je tekst haalt. Tautologie is het gebruik van twee synoniemen: hoe je het ook wendt of keert Antithese is een tegenstelling: die twee broers zijn als water en vuur.Alliteratie is beginrijm van medeklinkers: dat schip is met man en muis vergaan. ‘Gelukkig komen de ouders tegemoet aan’ betekent hier dat ze toegeven aan de eisen van de rechtbank. ‘De overheid komt de studenten tegemoet in de studiekosten’ betekent dat de overheid de studiekosten gaat vergoeden, dus (deels) gaan betalen. Metafoor: het beeld een angstige haas wordt vergeleken met een object (een persoon) die niet in de zin genoemd wordt; bij een metafoor wordt enkel het beeld genoemd en moet je uit de context opmaken wie of wat het object is. Bij een asyndetische vergelijking staan zowel beeld als object in de zin. Metonymia: Beeld en object worden met elkaar in verband gebracht, omdat de betekenis van het een aan het ander grenst, niet omdat ze op elkaar lijken, zoals bij een metafoor. In dit geval wordt er de inhoud van het glas bedoeld en niet letterlijk het glas zelf: er is dus een verband tussen beeld en object, maar beeld en object zijn niet hetzelfde. Synesthesie: koude kleuren: bij een synesthesie gaat het om waarnemingen uit verschillende zintuiglijke gebieden die met elkaar worden gecombineerd. Bij een personificatie krijgt een levenloos object een menselijke eigenschap; in deze zin staat geen personificatie, omdat het gaat over een persoon (en dus geen levenloos object) dat rillingen krijgt. Roos komt nooit uit met haar salaris en dus telkens bij mij geld lenen. Foutieve samentrekking: in het eerste gedeelte is de persoonsvorm onderdeel van het werkwoord uitkomen. In het tweede gedeelte heeft de persoonsvorm een andere betekenis. Roos komt nooit uit met haar salaris en ze komt dus telkens bij mij geld lenen.Het is misschien een klein detail, maar ik wil dat je er rekening mee houdt. Pleonasme: een eigenschap van een detail is dat het altijd om een klein punt gaat.Het is misschien een detail, maar ik wil dat je er rekening mee houdt. Voor de burgemeester, die momenteel in een moeilijke positie verkeert, was de ruzie tussen zijn tegenstanders een geschenk bij helder hemel. Contaminatie: een geschenk bij heldere hemel is een combinatie van de uitdrukkingen: een geschenk uit de hemel (positief gevolg) en een donderslag bij heldere hemel (negatief gevolg en past qua betekenis dus niet in deze zin)… was de ruzie tussen zijn tegenstanders een geschenk uit de hemel. Dromend van zijn vriendinnetje bereikte de trein Utrecht veel sneller dan gewoonlijk. Foutief beknopte bijzin: het onderwerp van de hoofdzin is de trein. Als we dit onderwerp in de bijzin plaatsen, staat er dat de trein droomde.Terwijl hij droomde van zijn vriendinnetje, bereikte de trein Utrecht veel sneller dan gewoonlijk.De man waarover ik net vertelde, werkte vroeger bij ons op kantoor.Onjuiste verwijzing: bij verwijzingen naar personen gebruiken we voorzetsel +wie. De man over wie ik net vertelde, werkte vroeger bij ons op kantoor. Een goed rijpaard kost vaak erg veel geld, omdat het eerst getraind moet worden en dat trainen is een tijdrovende zaak (hij moet het zijn: het woord verwijst naar rijpaard, een onzijdig woord).De roman ‘Honderd jaar eenzaamheid’ van Gabriel Garcia Marquez is het mooiste wat ik ooit gelezen heb (dat moet wat zijn: na een overtreffende trap het mooiste komt altijd het verwijswoord wat).Eline vertelde aan Kirsten dat Eline’s moeder op school was geweest voor een gesprek met de rector (haar verwijst onduidelijk: wordt hier de moeder van Eline of Kirsten bedoeld?‘Honderd jaar eenzaamheid’ is een prachtig boek, dat helaas tegenwoordig nauwelijks nog gelezen wordt (wat moet dat zijn: er wordt hier verwezen naar het woord boek). Verbeterpunten: Woordkeus: herhaling van de jongen. Zinsbouw: geen variatie in zinsbouw, weinig afwisseling tussen enkelvoudige en samengestelde zinnen, geen verbanden tussen zinnen aangegeven. De jongen was verliefd op het populairste meisje van de klas, maar hij was ook erg verlegen. Als deze jongeman naar school fietste, nam hij altijd een omweg, zodat hij geen klasgenoten tegen zou komen. Verbeterpunt: woordvolgorde: begrippen die bij elkaar horen, moeten naast elkaar geplaatst worden: niet iedereen durfde van die hoge rots af te springen. Verbeterpunt: woordkeuze: kies voor de Nederlandse variant van woorden: frontpagina = voorpagina, shoppingmall = winkelcentrum, in the picture = in de aandacht. Een betere Nederlandse zin zou zijn Op de voorpagina kreeg het nieuwe winkelcentrum veel aandacht. Understatement: als je een 2 voor een proefwerk haalt, heb je waarschijnlijk veel fouten gemaakt. De schrijver verzacht de situatie op een spottende manier. Litotes: bij een litotes wordt iets ontkend of verkleind met het doel datgene wat je bedoelt meer uit te laten komen. Geen verkeerd plan is een ontkennende vorm van een goed plan. Paradox: er worden hier twee tegenstellingen weggaan en blijven met elkaar vergeleken. Repetitio: dezelfde woorden/woordgroepen worden herhaald. Antithese: dik en dun is een echte tegenstelling, dus geen paradox (schijnbare tegenstelling of oxymoron (tegengestelde begrippen met elkaar combineren). Oxymoron: georganiseerde chaos zijn twee tegengestelde begrippen die met elkaar worden gecombineerd.
Deze toets bestellen?
Voordeligst
Lidmaatschap ToetsMij
€ 12,99/mnd
Snel nog even wat toetsen oefenen? Kies dan onze meest flexibele optie.