Paso Adelante 4 - Capítulo 5 - Soy artista oefentoetsen & antwoorden

beschouwd worden alsbewustwennen aanbereikenterugeisen, verzoekende wolkenkrabberbeschermenemotioneelde oplossing(h)erkend wordenzich vergissenaangezienoverbrengenoverwinnenmisschien atraertrasladarse acompartirrealistagraciosoresolver (ue)defender (ie)influir encontemporáneoapetecerel prejuiciola catedralla sociedadimposibleelegir (i) Ik ga jullie iets vertellen over het leven en werk van …Binnen zijn/haar oeuvre valt op …Een paar jaar later schilderde hij/zijn zijn/haar eerste …Het verhaal speelt zich af in …Ik vind het een goede film omdat …De film is gebaseerd op een waargebeurd verhaal.Wie is de hoofdpersoon van het verhaal?Naarmate het verhaal zich ontwikkelt …Ik wil wel meer lezen van deze auteur. En … recibió el premio por …Su obra es reconocida internacionalmente como …Se hizo famoso/-a cuando …La película ha sido nominada para …Cuenta la historia de …El director de la película es …Por un lado creo que …Comparto tu opinión porque …¿Qué te pareció este libro? Je gebruikt de presente perfecto als je een gebeurtenis beschrijft in een periode die nog bezig is, of in een onbekende periode (die niet beschreven wordt).Bijvoorbeeld: Esta semana he ido al colegio en bici todos los días. (= Deze week ben ik elke dag naar school gegaan op de fiets.)Je gebruikt de pretérito indefinido als je een gebeurtenis beschrijft die is afgelopen of als je opeenvolgende gebeurtenissen benoemt.Bijvoorbeeld: En 2000 nació mi hermano. (= In 2000 is mijn broer geboren).Je gebruikt de pretérito imperfecto als je gebeurtenissen en situaties uit het verleden beschrijft. Dit kunnen ook routines en gewoontes zijn, waarbij het begin en het einde van de gebeurtenis niet belangrijk is.Bijvoorbeeld: Cada lunes iba al colegio con mi madre. (= Elke maandag ging ik naar school met mijn moeder).Je gebruikt de pretérito pluscuamperfecto als je wilt zeggen dat iets voorafging aan een andere gebeurtenis in het verleden.Bijvoorbeeld: Cuando llegó a casa, su familia ya había comido. (= Toen hij thuis kwam, had zijn familie al gegeten). Je gebruikt het voorzetsel para bij een bestemming, een doel en een mening (para + persoonlijk voornaamwoord). Bijvoorbeeld: Tengo un regalo para ti. (= Ik heb een cadeau voor jou).Je gebruikt het voorzetsel por bij een oorzaak of reden, dagdelen en bij prijsaanduidingen of ruilen.Bijvoorbeeld: Por la mañana, como un bocadillo. (= ‘s Ochtends eet ik een broodje).  Je maakt de subjuntivo door de ik-vorm van de tegenwoordige tijd te nemen, de uitgang -o eraf te halen en de juiste uitgang toe te voegen:Werkwoorden op -ar: -e, -es, -e, -emos, -éis, -enWerkwoorden op -er en -ir: -a, -as, -a, -amos, -áis, -anJe gebruikt de subjuntivo: Om een wil of advies uit te drukken (Quiero que cantes tu nueva canción = Ik wil dat je jouw nieuwe liedje zingt).Om een wens of advies uit te drukken (Espero que te guste mi nueva canción = Ik hoop dat je mijn nieuwe liedje leuk vindt).Om een onpersoonlijke uitdrukking van mening te geven (ser + bijvoeglijk naamwoord + que) (Es necesario que comas más fruta = Het is nodig dat je meer fruit eet).Om een twijfel of ontkenning te geven (Puede ser que no esté feliz = Het kan zijn dat hij niet gelukkig is).De subjuntivo kent een aantal onregelmatige werkwoorden:Ser: sea, seas, sea, seamos, seáis, seanIr: vaya, vayas, vaya, vayamos, vayáis, vayanSaber: sepa, sepas, sepa, sepamos, sepáis, sepanHaber: haya, hayas, haya, hayamos, hayáis, hayan naciómostrabadecidióha conocidotuvomarcócreabahabían deslumbradoconociócambióse convirtióviajaronexperimentóvivefueToelichting:Hoe pak je dit aan? Lees de biografie globaal om een idee te krijgen waar deze tekst over gaat. Vertaal eventueel onbekende worden om het verhaal te kunnen begrijpen. Raadpleeg je antwoorden van opdracht 5 om te bepalen wanneer je welke tijd gebruikt.  Vervolgens vul je het verhaal aan met de juiste vervoegingen. ParaParaParaParaPorParaParaParaPorParaParaToelichting:Hoe pak je dit aan? Lees de zin en bedenk de functie van para of por. Raadpleeg ook je antwoord van opdracht 6.Gebruik para om een doel, bestemming of resultaat aan te geven. Bijvoorbeeld zin a: Estudio español para la universidad. (Ik studeer Spaans voor de universiteit).Gebruik por om een reden of oorzaak te geven. Bijvoorbeeld zin c: Trabajo muy duro por mejorar mis habilidades. (Ik werk hard om mijn vaardigheden te verbeteren).Gebruik por om te verwijzen naar een periode, tijd of locatie. Bijvoorbeeld zin f: Viajamos por Europa el próximo verano. (Wij reizen door Europa volgende zomer). vengasestudietengamosme digaspuedansepáisvengasentiendashagáisvengallevesToelichting:Hoe pak je dit aan? Lees de zin en bepaal in welke persoonsvorm het werkwoord vervoegd moet worden. Raadpleeg vraag 7 over de vervoegingen van de subjuntivo om te bepalen welke uitgang het werkwoord krijgt. Tip: probeer ook te bedenken waarom je de subjuntivo hier toepast. Je gebruikt de subjuntivo bijvoorbeeld:Om een wens, verlangen, suggestie of aanbeveling te doen. Bijvoorbeeld zin a: Espero que tú vengas a la fiesta mañana (Ik hoop dat jij naar het feest komt morgen).Om een noodzaak of eis uit te drukken. Bijvoorbeeld zin b: Es necesario que ella estudie más para el examen (Het is nodig dat zij meer studeert voor het examen).Om twijfel of onzekerheid uit te drukken. Bijvoorbeeld zin e: No creo que ellos puedan llegar a tiempo (Ik denk niet dat zij op tijd zullen komen). C. “de geplande gemeentelijke verordening inzake straatmuziek wordt verworpen”A. “specificeren wat er in de eerste paragraaf gezegd wordt”C. “Niet … verzekert hij.”Toelichting:Hoe pak je dit aan? Scan de tekst. Lees eerst de titel, bekijk de afbeelding en lees de introductie. Vervolgens lees je de vragen, per vraag lees je een deel van de tekst. Zoek de belangrijkste Spaanse onbekende woorden op.Tip: als je twijfelt kun je ook antwoorden wegstrepen die helemaal niet passen. Kies daarna de meest juiste optie.