Toets Natuurkunde

Systematische Natuurkunde LRN-line 2022 - Hoofdstuk 3 - Krachten oefentoetsen & antwoorden

LRN-line

Deze oefentoets behandelt o.m. de volgende onderwerpen: kracht, krachtenschaal, vector, aangrijpingspunt, werklijn, zwaartekracht, valversnelling, normaalkracht, spankracht, veerkracht, uitrekking, veerconstante, schuifwrijvingskracht, rolweerstandskracht, luchtweerstandskracht, resulterende kracht, samenstellen van krachten, parallellogrammethode, ontbinden van een kracht, componenten, omgekeerde parallellogrammethode, evenwicht van krachten.


Wanneer er gevraagd wordt om iets uit te rekenen, doe dat dan altijd op de volgende stapsgewijze manier:

  • Gegeven (wat zijn de gegevens? Noteer deze)

  • Gevraagd

  • Formule(s)

  • Berekening (noteer ook je tussenstappen!)

  • Conclusie (en controleer of je echt het antwoord op de vraag hebt gegeven, inclusief eenheid)

Het is belangrijk om op deze manier te werken om de vraag volledig te beantwoorden en op je toets alle punten te scoren.

Systematische Natuurkunde LRN-line 2022
Toets Natuurkunde
Systematische Natuurkunde LRN-line 2022
Online maken
Toets afdrukken
Een grootheid die behalve grootte ook een richting heeft, wordt een vector genoemd.Wanneer twee of meer krachten elkaar opheffen, spreken we van evenwicht van krachten.Stap 1: Teken de werklijnen van de krachten waarin je de kracht wilt ontbinden als stippellijnen. Stap 2: Teken vanuit de pijlpunt van de gegeven kracht twee stippellijnen evenwijdig aan de eerder getekende werklijnen. Stap 3: Teken vanuit het aangrijpingspunt twee pijlen over de eerder getekende werklijnen tot aan de snijpunten met de stippellijnen.Dit wordt de resulterende kracht genoemd.Mogelijke antwoorden: zwaartekracht, normaalkracht, spankracht, veerkracht, schuifwrijvingskracht, rolweerstandskracht, luchtweerstandskracht.Stap 1: teken de krachten op schaal. Stap 2: Teken door de pijlpunten een gestippelde lijn evenwijdig aan de andere kracht. Stap 3: Teken de pijl van de resulterende kracht vanuit het aangrijpingspunt naar het snijpunt van de twee gestippelde lijnen.De zwaartekracht van de skiër kan ontbonden worden in een component loodrecht op de helling en een component langs de helling. Juist. Krachten in dezelfde richting tel je op en krachten in tegengestelde richting haal je van elkaar af.Onjuist. De richting van de normaalkracht is altijd loodrecht op het ondersteunend vlak. Als een massa op een hellend vlak ligt is de normaalkracht dus niet evenwijdig maar tegengesteld gericht aan de zwaartekracht.Juist. De veerkracht is evenredig met de uitrekking, want er geldt $F_{veer} = C \times u$ waarbij de veerconstante $C$ de evenredigheidsconstante is.Onjuist. De componenten van de zwaartekracht staan altijd loodrecht op elkaar, omdat bij het ontbinden één component langs de helling en de andere component loodrecht op de helling gevonden wordt.Juist. Het verschuiven van krachten langs of evenwijdig aan de werklijn zodat de aangrijpingspunten samenvallen is toegestaan.Juist. De resulterende kracht is dan $0$ N en dus heffen de krachten elkaar op.Onjuist. Een stugge veer heeft juist een grote veerconstante omdat het veel kracht kost om de veer uit te rekken terwijl een slappe veer een kleine veerconstante heeft omdat het weinig kracht kost om de veer uit te rekken. De krachtenschaal 1 cm $\hat{=}$ 100 N houdt in dat als je een pijl van 1 cm tekent je een kracht hebt van 100 N. Voor een kracht van 500 N moet de pijl dan $\frac{500}{100} = 5$ cm lang zijn. Het maakt niet uit in welke richting je de pijl tekent, als de pijl maar 5 cm lang is. Zie als voorbeeld onderstaande afbeelding (let op, deze is niet op schaal).Het aangrijpingspunt van de pijl geeft aan waar de kracht op het voorwerp werkt.De richting van de pijl geeft aan in welke richting de kracht werkt.De lengte van de pijl geeft aan hoe groot de kracht is.Omdat de krachten in evenwicht zijn (resulterende kracht is $0$ N), heft de normaalkracht dus de zwaartekracht op. Hierdoor is de normaalkracht ook gelijk aan $4,9$ N.Gebruik de parallellogrammethode. In alle drie de gevallen moeten eerst de groene stippellijnen vanaf de pijlpunten evenwijdig aan de andere kracht getekend worden. Vervolgens kan vanuit het aangrijpingspunt van de krachten een pijl getrokken worden naar het snijpunt van de stippellijnen, zie de blauwe pijl in elke tekening. De markering in het midden van het touw blijft boven dezelfde plek hangen en beweegt dus niet. Beide teams trekken dus even hard en de krachten heffen elkaar dus op, dus is de resulterende kracht gelijk aan $0$ N. De trekkracht van het gele team is dus gelijk aan $5500$ N. Gegeven: $F_{geel} = 5743$ N, $F_{res} = 120$ N in de richting van het rode team.Gevraagd: de kracht waarmee het rode team aan het touw trekt. Deze noemen we $F_{rood}$.Formule: voor de resulterende kracht geldt dat deze gelijk is aan het verschil in krachten van het rode en gele team. Er geldt dus $F_{res} = F_{rood} - F_{geel}$. De kracht waarmee het rode team trekt kan dan berekend worden met behulp van $F_{rood} = F_{res} + F_{geel}$.Berekening: $F_{rood} = 120 + 5743 = 5863$ N.Conclusie: de kracht waarmee het rode team aan het touw trekt is gelijk aan $5863$ N.Zij vergroten hierdoor de schuifwrijvingskracht. Hierdoor hebben ze meer grip en glijden ze minder snel weg. Op de skiër werken de volgende krachten:Zwaartekracht recht naar beneden als gevolg van de massa van de skiër.Spankracht langs de kabel omhoog omdat de skiër als het ware aan de kabel hangt.Normaalkracht loodrecht op de helling doordat de ondergrond een kracht uitoefent op de skiër.Schuifwrijvingskracht tussen de ski’s en de sneeuw omdat de skiër over de sneeuw schuift/glijdt.Luchtweerstandskracht die de lucht uitoefent op de skiër doordat de skiër beweegt. Gegeven: $m_{skiër} = 78,0$ kg, $m_{ski’s + skischoenen} = 8,3$ kg en $g = 9,81 \rm m s^{-2}$.Gevraagd: de zwaartekracht op de skiër inclusief ski’s en skischoenen in het juiste aantal significante cijfers.Formule: $m_{totaal} = m_{ski’s + skischoenen} + m_{skiër}$ en $F_z = m \times g$.Berekening: $m_{totaal} = 8,3 + 78,0 = 86,3$ kg. $F_z = 9,81 \times 86,3 = 847$ N.Conclusie: de zwaartekracht op de skiër inclusief ski’s en skischoenen is $847$ N. Toelichting: Het antwoord moet in 3 significante cijfers omdat bij optellen en aftrekken gekeken wordt naar het minste aantal decimalen en bij vermenigvuldigen en delen door naar het minste aantal significante cijfers. Bij het bepalen van de massa vinden we een getal in 3 significante cijfers doordat we kijken naar het aantal decimalen. Vervolgens rekenen we met dit getal verder. Zowel dit getal als de valversnelling hebben 3 significante cijfers en dus moet het antwoord in 3 significante cijfers.Zie de afbeelding hieronder:De componenten kunnen gevonden worden door eerst de blauwe stippellijnen te tekenen die de richting aangeven waarin de componenten van de zwaartekracht werken (loodrecht op en langs de helling). Vervolgens kunnen de groene stippellijnen getekend worden vanaf de punt van de pijl van de zwaartekracht evenwijdig aan de richtingen waarin de componenten ontbonden worden. Tot slot kunnen de rode pijlen getekend worden vanaf het aangrijpingspunt tot aan het snijpunt van de stippellijnen.De spankracht heeft een grootte die even groot is als de component van de zwaartekracht langs de helling. De richting van de spankracht is langs de helling naar boven, dus in tegengestelde richting van de zwaartekracht langs de helling. De spankracht wordt weergegeven door de zwarte pijl in de afbeelding hieronder. De resulterende kracht kan bepaald worden door de zwaartekracht van de veerkracht af te trekken. De resulterende kracht is immers gelijk aan het verschil tussen de maximale veerkracht en de zwaartekracht. De veerkracht is omhoog gericht langs het elastiek terwijl de zwaartekracht omlaag gericht is langs het elastiek. De resulterende kracht is dus ook omhoog gericht langs het elastiek. Gegeven: $m = 85$ kg, $g = 9,81 \rm m s^{-2}$, $C = 100 \rm N m^{-1}$ en de beginlengte van het koord is gelijk aan $30$ m.Gevraagd: de lengte van het bungeekoord wanneer de persoon stil aan het koord hangt.Formule: $F_z = m \times g$ en $F_{veer} = C \times u$. Voor de lengte van het koord geldt dat deze gelijk is aan de beginlengte + de uitrekking.Berekening: wanneer de persoon stil hangt is de zwaartekracht gelijk aan de veerkracht, de resulterende kracht is $0$ N. Er geldt dus: $F_z = F_{veer}$. Hieruit volgt: $m \times g = C \times u$. Herschrijven geeft $u = \frac{m \times g}{C}$. Invullen geeft $u = \frac{85 \times 9,81}{100} = 8,3$ m. De lengte van het bungeekoord is dan gelijk aan $30 + 8,3 = 38,3$ m.Conclusie: de lengte van het bungeekoord wanneer de persoon er stil aanhangt is gelijk aan $38,3$ m.Omdat de uitrekking van de veer alleen afhangt van de massa, de valversnelling en de veerconstante zal een verandering in de massa ook een verandering in de uitwijking veroorzaken wanneer de valversnelling en de veerconstante niet veranderen. Omdat geldt $F_z = F_{veer}$ en daardoor $m \times g = C \times u$ kan er een uitdrukking voor $u$ gevonden worden. Herschrijven geeft $u = \frac{m \times g}{C}$. Hierin is te zien dat als de massa kleiner wordt de uitrekking $u$ ook kleiner wordt. De uitrekking van de veer voor een persoon met een kleinere massa is dus kleiner in vergelijking met de uitrekking van de veer voor een persoon met een grotere massa. Gegeven: $m_1 = 85$ kg, $m_2 = 63$ kg, $g = 9,81 \rm m s^{-2}$ en $C = 100 \rm N m^{-1}$.Gevraagd: hoeveel keer zo klein de uitrekking van de veer is wanneer de lichtere persoon stil hangt ten opzichte van wanneer de zwaardere persoon stil hangt.Formule: $F_z = m \times g$ en $F_{veer} = C \times u$.Berekening: wanneer de persoon stil hangt is de zwaartekracht gelijk aan de veerkracht, de resulterende kracht is $0$ N. Er geldt dus: $F_z = F_{veer}$. Hieruit volgt: $m \times g = C \times u$. Herschrijven geeft $u = \frac{m \times g}{C}$. Invullen geeft voor de zwaardere persoon $u = \frac{85 \times 9,81}{100} = 8,3$ m. Voor de lichtere persoon geldt $u = \frac{63 \times 9,81}{100} = 6,2$ m.De uitrekking is dan $\frac{8,3}{6,2} = 1,4$ keer zo klein.Conclusie: de uitrekking is $1,4$ keer zo klein als de lichtere persoon stil hangt ten opzichte van de zwaardere persoon.

Deze toets bestellen?

Voordeligst
Lidmaatschap ToetsMij
€ 12,99/mnd
  • Snel nog even wat toetsen oefenen? Kies dan onze meest flexibele optie.
  • Je kunt maandelijks opzeggen.
  • Toegang tot alle vakken bij ToetsMij.
Kies dit abonnement

Wat krijg je bij een abonnement?

  • Toegang tot alle vakken
  • 20 kwalitatieve oefentoetsen per maand
  • Antwoorden, uitwerkingen en toelichtingen
  • Geen stress voor het maken van toetsen
Eenvoudig en veilig betalen met iDEAL of creditcard
3 maanden ToetsMij
€ 12,99
€ 10,99/mnd
  • Voordelig en flexibel. Ideaal als je maar een paar maanden toetsen hoeft te gebruiken.
  • Betaal per kwartaal en bespaar hiermee 2 euro per maand.
  • Toegang tot alle vakken bij ToetsMij.
Kies dit abonnement

Wat krijg je bij een abonnement?

  • Toegang tot alle vakken
  • 20 kwalitatieve oefentoetsen per maand
  • Antwoorden, uitwerkingen en toelichtingen
  • Geen stress voor het maken van toetsen
Eenvoudig en veilig betalen met iDEAL of creditcard
1 jaar ToetsMij
€ 12,99
€ 7,50/mnd
  • Favoriete keuze van meer dan 70% van de gebruikers.
  • Betaal slechts 90 euro per jaar en bespaar hiermee 65 euro.
  • Geniet van een volledig jaar toegang tot alle vakken bij ToetsMij.
Kies dit abonnement

Wat krijg je bij een abonnement?

  • Toegang tot alle vakken
  • 20 kwalitatieve oefentoetsen per maand
  • Antwoorden, uitwerkingen en toelichtingen
  • Geen stress voor het maken van toetsen
Eenvoudig en veilig betalen met iDEAL of creditcard

Dit zeggen leerlingen en ouders

10

Cijfers omhoog

Onze zoon had in februari zeker 12 minpunten. Hij is gestart met oefenen via Toets mij en heeft een geweldige eindsprint getrokken en afgelopen week bijna het onmogelijke waargemaakt. Er zijn nog maar 2 minpunten over en nog niet alle toetsen zijn terug. Het heeft onze zoon enorm geholpen, omdat er breed getoetst wordt en de vraagstelling, zoals van hem begrepen, overeenkomt met de toets. Als je de oefentoetsen goed kunt maken, beheers je de stof echt goed!

AP
9.0

Fijn dat leerlingen alvast een keer een toets kunnen oefenen die eruit ziet zoals op school.

Wij hebben sinds kort Toetsmij, omdat onze dochter het erg lastig heeft met Wiskunde. Op deze manier kan ze het hoofdstuk oefenen met een toets die qua vraagstelling overeenkomt met de toetsen op school. Nu kan ze dit dus eerst oefenen voordat ze de echte toets moet doen. Als docent Engels die werkt met Of Course en All Right kan ik bevestigen dat de toetsen grotendeels overeenkomen met de vraagwijze van de methode zelf. Dat is dus heel fijn voor leerlingen om te oefenen. We hadden heel even een dingetje met het nakijken, want de uitwerkingen werden niet goed weergegeven. Even een mailtje en binnen een dag reactie en ICT ging meteen aan de slag met het herstellen van de uitwerkingen. Super contact, goede dienstverlening! Aanrader!

Lelani van den Berg
10

Zéér tevreden!!

Lid geworden voor mijn zoon in leerjaar 1 van (toen 13) inmiddels 15. Hij zit nu in leerjaar 3 HAVO. Elk boek is makkelijk te vinden en alsmede mailt met een probleem omdat hij Duits krijgt uit een boek van leerjaar 2 word dit zelfs op zondag binnen een half uur opgelost en toegevoegd aan ons account! Zo’n toffe service zie je niet vaak meer! Dus wij zijn zéér tevreden. Sinds we het nu weer gebruiken (tijdje niet gebruikt) scoort hij weer voldoendes en zelf voor wiskunde een 8.8!

Linda Ockers

Zoek in meer dan 10.000 toetsen

Echte toetsvragen, precies aansluitend op jouw lesmethode en leerjaar. Voor klas 1 t/m 6 van vmbo-t t/m gymnasium.

Ik zit in het
en doe
ik wil beter worden in