Kern Engels 2e ed - Hoofdstuk 1 t/m 3 - Les 1 t/m 9 oefentoetsen & antwoorden

VaardigheidOnbekend persoonHoofdstadHerhalenVraagLesboekVingerafdrukEeneiige tweelingNeef (zoon van je broer of zus) SurprisingPlace of residenceAlmostVerbTranslationTo write down To teaseFamily memberNiece  writer subjectto explainmathsto meet different  Your first name is Sue. What is your surname?I live in the capital city of the Netherlands, Amsterdam. Where do you live?I’ve played chess for about ten years. When did you start playing chess?Who is your favourite singer?I really love English lessons. Why is English your favourite subject?I’ve got one brother and two sisters. How many brothers and sisters do you have? Toelichting: vertaling vraagwoorden:What - WatWhere - WaarWhen - WanneerWhy - WaaromWho - WieHow - Hoe She is French but her favourite subject at school is English.That’s not your bike – it’s his!They are sisters. I like to hang out at their house on the weekend. My favourite book is Hunger Games. I  got it for my birthday.  Toelichting:Persoonlijke voornaamwoorden (personal pronouns): I, you, he, she, it, we, you, theyI am a student.You are my best friend.He is my brother.She is my girlfriend.It is a golden retriever.We are all in the same class. (meervoud)You are my brothers and sisters. (meervoud)They are my favourite teachers. (meervoud) Bezittelijke voornaamwoorden (possessive pronouns):Bijvoeglijk Zelfstandig:This is my house. This house is mine.That is your book.  That book is yours.That is his/her/its mobile. That mobile is his/hers.This is our car. This car is ours.This is your book. This book is yours.This is their car. This car is theirs. Does your cat sleep on the bed?I always take an apple to school to eat during the break.Just one apple? I always take a whole bag of apples! If you’re hungry, eating a banana will help. Toelichting: Het lidwoord ‘a’ wordt gebruikt als het volgende woord begint met een medeklinker, bijvoorbeeld: a classmate, a question, a translation.Het lidwoord ‘an’ wordt gebruikt als het volgende woord begint met een klinker, bijvoorbeeld: an apple, an eraser, an elephant. TwelveTwenty-seven (let op: gebruik een verbindingsstreepje vanaf ‘twenty’ – dus twenty-one, twenty-two enz.)Eight Eighteen (let op: gebruik één ‘t’)FourFourteenFortyOne hundredOne thousand One thousand, one hundred and fifty-five OF Eleven hundred and fifty-five  We have got very friendly teachers at school.Can/may I borrow your pencil and eraser, please?We have run out of pencils. Shall I buy some new ones?Could/can you pass me your notebook so  I can copy your answers/Do you like maths?Are you going to enter the maths competition?I’m not sure what the homework is. I will/shall ask a classmate.Should I tell the teacher that I saw Jim cheating on the test or not?I might/may go into town with my mother after school, so don’t bother waiting for me.We always have to write our homework into our diaries.’Toelichting:De verschillende vormen van to be zijn:I amhe/she/it isyou/we/they areDe verschillende vormen van have (got) zijn:I/you/we/they have (got)he/she/it has (got)Can/could/may gebruik je om toestemming te vragen. Might wordt ook weleens gebruikt om toestemming te vragen, maar dit klinkt formeel en een beetje ouderwets.Might/may kun je dus gebruiken om toestemming te vragen, maar ze betekenen ook ‘misschien.’ Let dus goed op de context.Veel leerlingen hebben de neiging vraagzinnen letterlijk te vertalen uit het Nederlands, bijvoorbeeld: ‘Work you at the supermarket?’ Let erop dat je dit niet doet! In het Engels gebruiken we altijd de hulpwerkwoorden do/does:Do I/you/we/they work at the supermarket?Does he/she work at the supermarket?Does it (the cat, the dog) live at the supermarket? Could you explain this task?How do you say ‘oefening’ in English? What does this word mean?I have got very friendly classmates this year. I have learned very carefully for the geography test. We can always ask questions during the lesson. Ze wil de mooie steden zien en het heerlijke Franse eten proeven: ‘Sally dreams of traveling to France one day to explore the beautiful cities and try delicious French cuisine.’Nee. Ze is ondertussen gewend aan de situatie: ‘At first Sally was very sad about this, but now she has adjusted to the new situation.’Moederskant (maternal side).Samen met haar klasgenoten: ‘In French, she likes practising grammar and vocabulary with her classmates.’Happy (gelukkig) en curious (nieuwsgierig). Sally is heel hecht (close) met haar zusje: ‘They often hang out together and share secrets. Sometimes, Sally likes to tease her sister, but they usually end up laughing together.’ Let op: dit is slechts een voorbeeld, je kunt deze e-mail natuurlijk op verschillende manieren schrijven. Dear Tony,I hope this email finds you well. I'm so excited to be your new penfriend! I live in The Hague with my family. I have a younger sister named Marijke and we have a pet rabbit named Flappie. School is going pretty well for me. My favourite subject is maths because I enjoy solving puzzles.I'd love to hear about your family and your school. Do you have any pets? I am also curious about life in New York. It must be a very exciting city!I look forward to your reply.Take care,Suzanne(97 words)Tips:Kijk goed na of je voldoende woorden hebt gebruikt. Je mag vaak 10% afwijken van het aantal gegeven woorden, daarna volgt puntenaftrekHet is lastig om je eigen tekst na te kijken. Vraag daarom aan je (bijles-)docent of die je brief voor je wil nakijken. Feedback is goud waard!Let op: schrijf I (ik) altijd met een hoofdletter; hetzelfde geldt voor maanden van het jaar en dagen van de week, maar niet voor seizoenenLet goed op het volgende in de voorbeeldbrief:Het omvat alle punten van de opdracht (hou je strikt aan de opdracht, dit kan niet vaak genoeg benadrukt worden!)De stijl van de brief is informeel en lijkt op spreektaalDe toon is licht en vriendelijkDe mail is geschreven in heldere alinea’s (heel belangrijk!)Er is veel afwisseling: bijna alle zinnen beginnen andersLet op: Je mag uitroeptekens gebruiken, maar gebruik ze niet te veel.