Kern Engels 2e ed - Hoofdstuk 13 t/m 15 - oefentoetsen & antwoorden

Iemand verdenken vanHerkennenGezichtspuntTeleurgesteldGeloofwaardigNaar VertragenAvondetenMaatschappijTekeningBrugTijdelijk  To resolve a disagreementIndignantWhatsoeverTo dare someone to do somethingTo gain weightBenefitVividNutrition ConspicuousCrocheted Rather thanInappropriate  Artistic (les 40)believable (les 37)scientific (les 37)irritating (les 34)critical (les 37)  Wow, he is such a strong man!It is incredible how he can lift such a big box.My dog has black fur.Do you like my new shoes?That Ferrari is a fast car! WhoseWhose betekent wiens. Je weet niet wiens auto dat is.WhereJe vraagt iemand waar iets is, dus gebruik je where.WhenJe vraagt iemand wanneer zijn verjaardag is, dus gebruik je when.WhichJe geeft extra informatie over een dier, dus gebruik je which.WhyJe geeft een reden waarom iets zo is, dus gebruik je why. Could you pass the salt, please?Je hebt hier een vraagzin, dus komt het modale werkwoord vooraan in de zin. Je stelt een beleefde vraag, dus gebruik je could.Na het vraagwoord komt altijd het onderwerp van de zin, dan het hoofdwerkwoord (pass), het leidend/meewerkend voorwerp en dan pas please. May I go out with friends to the club tonight? Je hebt hier een vraagzin, dus komt het modale werkwoord vooraan in de zin. Je vraagt toestemming of iets zou mogen, dus gebruik je may.Na het vraagwoord komt altijd het onderwerp van de zin, dan het hoofdwerkwoord (go out), het leidend/meewerkend voorwerp (with friends), dan de plaats (to the club) en als laatste komt altijd de tijd (tonight).They would pass their test, if they studied.Je spreekt over iets dat niet echt is (een als-situatie), dus gebruik je would. Bij een bevestigende zin heb je altijd standaard zinsvolgorde: onderwerp (they), werkwoorden (would pass), leidend + meewerkend voorwerp (their test), plaats, tijd. In dit geval heb je geen plaats en tijd, maar nog een zinsdeel; de if-zin. Shall we go to the cinema tomorrow?Je hebt hier een vraagzin, dus komt het modale werkwoord vooraan in de zin. Na het vraagwoord komt altijd het onderwerp van de zin (we), dan het hoofdwerkwoord (go), het leidend/meewerkend voorwerp (in dit geval niet van toepassing), dan de plaats (to the cinema) en als laatste komt altijd de tijd (tomorrow). We didn’t work in a supermarket every Friday.Het werkwoord in de zin is ‘don’t work’. Om de zin in de past simple te zetten, moet je don’t in de verleden tijd zetten: didn’t.The policeman investigated a burglary regularly.Het werkwoord in de zin is ‘investigates’. Om de zin in de past simple te zetten, moet je de -s vervangen door een -d. I went to the cinema.Het werkwoord in de zin is ‘go’. Om de zin in de past simple te zetten, moet je het werkwoord vervoegen. Dit werkwoord is onregelmatig, dus gebruik je het 2e rijtje van de onregelmatige werkwoorden.I slept through my alarm.Het werkwoord in de zin is ‘sleep’. Om de zin in de past simple te zetten, moet je het werkwoord vervoegen. Dit werkwoord is onregelmatig, dus gebruik je het 2e rijtje van de onregelmatige werkwoorden.The candle burned all night.Het werkwoord in de zin is ‘burns’. Om de zin in de past simple te zetten, moet je de -s vervangen door -ed. : were watchingDit speelde af in het verleden, tegelijkertijd met een andere gebeurtenis (die veel korter duurde), dus gebruik je de past continuous. Stap 1: Eerst moet je kiezen tussen was / were. Het onderwerp is ‘we’, dus gebruik je were.Stap 2: Vervoeg het hoofdwerkwoord door er -ing achter te plakken.was writingDit speelde af in het verleden, tegelijkertijd met een andere gebeurtenis (die veel korter duurde), dus gebruik je de past continuous. Stap 1: Eerst moet je kiezen tussen was / were. Het onderwerp is ‘I’, dus gebruik je was.Stap 2: Vervoeg het hoofdwerkwoord door er -ing achter te plakken.was always leavingJe hebt het over een irritatie uit het verleden, dus gebruik je de past continuous.Stap 1: Eerst moet je kiezen tussen was / were. Het onderwerp is ‘she’, dus gebruik je was.Stap 2: Vervoeg het hoofdwerkwoord door er -ing achter te plakken.were walkingDit speelde af in het verleden, tegelijkertijd met een andere gebeurtenis (die veel korter duurde), dus gebruik je de past continuous. Stap 1: Eerst moet je kiezen tussen was / were. Het onderwerp is ‘they’, dus gebruik je were.Stap 2: Vervoeg het hoofdwerkwoord door er -ing achter te plekken.was cookingDit speelde af in het verleden, tegelijkertijd met een andere gebeurtenis (die veel korter duurde), dus gebruik je de past continuous. Stap 1: Eerst moet je kiezen tussen was / were. Het onderwerp is ‘we’, dus gebruik je were.Stap 2: Vervoeg het hoofdwerkwoord door er -ing achter te plekken. WalkIn de zin zien we het signaalwoord ‘always’ staan. Dat betekent meestal dat je de present simple moet gebruiken. Het onderwerp van deze zin is ‘you’, dus vul je het hele werkwoord (zonder to) in.GoIn de zin zien we het signaalwoord ‘often’ staan. Dat betekent dat je de present simple moet gebruiken. Het onderwerp van deze zin is ‘we’, dus vul je het hele werkwoord (zonder to) in.BrushesIn de zin zien we het signaalwoord ‘never’ staan. Dat betekent dat je de present simple moet gebruiken. Het onderwerp van deze zin is ‘she’, dan moeten we de he/she/it-regel gebruiken, oftewel, we plakken er een -(e)s achter. Let op: dit werkwoord eindigt op een s-klank, dus voeg je -es toe.CuddlesIn de zin zien we het signaalwoord ‘every morning’ staan. Dat meestal dat je de present simple moet gebruiken. Het onderwerp van deze zin is ‘David’ (he), dan moeten we de he/she/it-regel gebruiken, oftewel, we plakken er een -(e)s achter. Dit werkwoord eindigt al op een e, dus hoeven we alleen maar de -s erachter te plakken.FightIn de zin zien we het signaalwoord ‘regularly’ staan. Dat betekent dat je de present simple moet gebruiken. Het onderwerp van deze zin is ‘My sister and I’ (we), dus vul je het hele werkwoord (zonder to) in. were havingDit is een actie in het verleden die wat langer duurde, dus gebruik je de past continuous.Stap 1: Eerst moet je kiezen tussen was / were. Het onderwerp is ‘My brother and I’ (we), dus gebruik je were.Stap 2: Vervoeg het hoofdwerkwoord door er -ing achter te plakken.CameDit is een kortere actie die de voorgaande actie onderbreekt, dus gebruik je de past simple.To come is een onregelmatig werkwoord. Je gebruikt het 2e rijtje.ToldDit is een kortere actie die de voorgaande actie onderbreekt, dus gebruik je de past simple.To tell is een onregelmatig werkwoord. Je gebruikt het 2e rijtje.were makingDit is een actie in het verleden die wat langer duurde, dus gebruik je de past continuous.Stap 1: Eerst moet je kiezen tussen was / were. Het onderwerp is ‘we’, dus gebruik je were.Stap 2: Vervoeg het hoofdwerkwoord door er -ing achter te plakken.didn’t listenDit is een kortere actie in het verleden en is afgelopen, dus gebruik je de past simple.Deze zin is ontkennend, er is geen hulpwerkwoord, dus gebruik je didn’t + hele werkwoord. StartedDit is een kortere actie in het verleden en is afgelopen, dus gebruik je de past simple.‘To start’ is een regelmatig werkwoord, dus plak je er -ed achter. was cookingDit is een actie in het verleden die wat langer duurde, dus gebruik je de past continuous.Stap 1: Eerst moet je kiezen tussen was / were. Het onderwerp is ‘my mum’ (she), dus gebruik je was.Stap 2: Vervoeg het hoofdwerkwoord door er -ing achter te plakken.HeardDit is een kortere actie die de voorgaande actie onderbreekt, dus gebruik je de past simple.‘To hear’ is een onregelmatig werkwoord. Je gebruikt het 2e rijtje.TookDit is een kortere actie in het verleden en is afgelopen, dus gebruik je de past simple.‘To take’ is een onregelmatig werkwoord. Je gebruikt het 2e rijtje. This show isn’t amazing.Om een zin ontkennend te maken, moet je het woordje ‘not’ toevoegen. In de zin staat het werkwoord ‘is’. Bij een vorm van ‘to be’ moet je ‘not’ erachter plakken. ‘is not’ zou ook goed zijn.We didn’t argue last night.Om een zin ontkennend te maken, moet je het woordje ‘not’ toevoegen. In de zin staat het werkwoord ‘argued’. Dit werkwoord staat in de past simple (dit zien we aan dat het werkwoord eindigt op een -d en dat de signaalwoorden ‘last night’ in de zin staan).Argued is geen hulpwerkwoord, je moet er dus didn’t voor zetten (verleden tijdsvorm van don’t). Let op: je moet dan van argued - argue maken, want achter een vorm van to do komt altijd het hele werkwoord.My parents don’t eat dinner together.Om een zin ontkennend te maken, moet je het woordje ‘not’ toevoegen. In de zin staat het werkwoord ‘eat’, de zin staat dus in de tegenwoordige tijd (present simple).Eat is geen hulpwerkwoord, je moet er dus don’t (want het onderwerp is ‘my parents’ = they) voor zetten. My dog doesn’t love to play with her toys.Om een zin ontkennend te maken, moet je het woordje ‘not’ toevoegen. In de zin staat het werkwoord ‘loves’, de zin staat dus in de tegenwoordige tijd (present simple).‘Loves’ is geen hulpwerkwoord. Het onderwerp is ‘my dog’ = it, dus gebruik je doesn’t. Let op: na doesn’t komt altijd het hele werkwoord, je moet dus de -s van ‘loves’ weghalen!I haven’t drunk a lot of water today!Om een zin ontkennend te maken, moet je het woordje ‘not’ toevoegen. In de zin staat het werkwoord ‘have drunk’, deze zin staat dus in de present perfect.We zien dus 2 werkwoorden naast elkaar staan, dat betekent dat het 1e werkwoord een hulpwerkwoord is. Je plakt not achter het hulpwerkwoord. C. dat zij anders was dan andere mensen. Zie rode tekst.Toelichting: Niet A, hier lezen we niks over.Niet B, want dit is iets waar ze op latere leeftijd achter kwamSmall Teen, Big World 1 “I think I’ve always realised that I was different. Mum noticed that she was not like other children when she was about five, but I’ve always known. However, it wasn’t until I was much older that I understood the nasty things people were saying about me. That’s when I knew that they were being mean to me.  B. Haar situatie zal daar niet door veranderen. Zie gele tekst. Ze geeft aan dat er niks zal veranderen als je er een lange naam aan geeft.Toelichting:Niet A, want er staat alleen dat er veel types dwerggroei zijn, niet dat ze het niet precies kunnen aantonenNiet C, hier lezen we niks over.2 There are over 200 types of dwarfism*, but I don’t fit into any of them because I am so in proportion. I’ve been offered a DNA test but it doesn’t matter to me to give my condition a long name. It’s not going to change my life, is it?  A de boodschappen niet te zwaar mogen zijn. nietB ze voldoende contant geld bij zich heeft. Wel (zie groene tekst)C ze niet alles kan kopen wat ze graag wil. NietD ze leuke kleren aandoet. niet3 You can’t just pop out to go and buy something. You have to think, have I got enough money? If not, will I be able to reach the cash machine? Can I reach the counter to pay? It doesn’t matter if you wear something really nice, people can still be horrible for no reason. Some people like us never go out!  B. Ze heeft er veel vrienden door gekregen die haar blijven steunen. Zie lichtblauwe tekst. We lezen dat ze veel vriendschapsverzoeken kreeg die zeggen dat ze een inspiratie is en dat ze zich niks van vervelende opmerkingen moet aantrekken.Toelichting: Niet A, hier lezen we niks over.Niet C, hier lezen we niks over.4 Ever since I appeared in a TV documentary about my life, Small Teen, Big World, I have had a really good response. I get loads of friend requests on Facebook and people are still contacting me and saying that I’m an inspiration and telling me not to listen to the horrible comments.  C. Ze eindelijk leuke kleding kan kopen die haar past. Zie oranje tekst. We lezen dat ze het fantastisch vindt dat ze nu kleding kan kopen dat ze goed past bij de H&M.Toelichting: Niet A, hier lezen we niks over.Niet B, we lezen dat ze een shopdag had met vriendinnen, niet dat ze kleding voor haar willen uitzoeken.5 I never used to be able to find clothes that fitted but it’s fantastic: I can even fit into size 6** tops in H&M now! When I got into a regular size 6, I went on a proper girlie shopping day with two of my best friends, which I had never done before! People don’t understand how huge that is, to be able to buy nice clothes and feel confident.  C. Ze voelde zich daar op haar gemak. Zie roze tekst. Je leest dat ze zich niet anders voor hoeft te doen en zichzelf kan zijn, dus ze voelt zich op haar gemak, niemand veroordeelt anderen.Toelichting: Niet A, hier lezen we niks over.Niet B, Ze heeft daar nieuwe vrienden gemaakt. 6 Mum and I also went to the Little People of the World Convention this year and that was great. You can just be yourself and know that no one is judging you. You don’t have to act the same as you would around the general public, you can just switch off because nobody cares. I’m still in contact with a lot of the people I met there and I think we’re planning on going again.  B. Aan jongeren die er anders uitzien. Zie paarse tekst. Het advies is voor jongeren die er anders uit zien.Toelichting: Niet A, hier lezen we niks over.Niet C, we lezen niets over pesters, alleen jongeren die gepest worden voor het er anders uitzien. 7 My advice for any other teens that have been picked on for looking different is to ask for help. You don’t have to sit in silence and pretend that everything is OK. Just live life for yourself, dress how you want and act how you want and just love who you are!” Let op: Dit is een voorbeelduitwerking. Jouw geschreven stukje kan er dus heel anders uitzien dan onderstaand voorbeeld. Je kunt dit op verschillende manieren schrijven.Dear Ruby,I want to apologise for forgetting to give you your lucky pen back. Unfortunately, I forgot it at home and it is still on my desk. When we were talking, I shouldn’t have yelled at you, so I sincerely apologise for that.I promise that I will give you your lucky pen back tomorrow, before your maths test. Will you be at school in the morning? Maybe we can talk and make up, so we can be friends again?Yours sincerely,Mable84 wordsTips:Kijk goed na of je voldoende woorden hebt gebruikt. Je mag vaak 10% afwijken van het aantal gegeven woorden, daarna volgt puntenaftrekHet is lastig om je eigen tekst na te kijken. Vraag daarom aan je (bijles-)docent of die je brief voor je wil nakijken. Feedback is goud waard!Let op: schrijf I (ik) altijd met een hoofdletter; hetzelfde geldt voor maanden van het jaar en dagen van de week, maar niet voor seizoenenLet goed op het volgende in de voorbeeldbrief:Het omvat alle punten van de opdracht (hou je strikt aan de opdracht, dit kan niet vaak genoeg benadrukt worden!)De stijl van de brief is informeel en lijkt op spreektaalDe toon is licht en vriendelijkWanneer je verschillende onderwerpen in een mail hebt, dan gebruik je heldere alinea’s (heel belangrijk!)Er is veel afwisseling: bijna alle zinnen beginnen andersLet op: Je mag uitroeptekens gebruiken, maar gebruik ze niet te veel. Let op: Dit is een voorbeelduitwerking. Jouw geschreven stukje kan er dus heel anders uit zien dan onderstaand voorbeeld. Je kunt dit op verschillende manieren schrijven.Today I was at Grillia. This restaurant is famous for its spareribs, so I had to try those. I won’t lie to you, the spareribs were the best I have ever eaten! They were so tender and juicy, it was incredible. On the side, I had sweet potato fries and a salad, which were great next to the spareribs. Unfortunately, the desert was quite disappointing. I had ordered some ice cream, but when it arrived at our table, it was completely melted! It was more of a cold ice cream soup, than actual ice cream. So, I really recommend eating here, especially the spareribs. Just don’t order the ice cream, go for the cheese cake!115 wordsTips:Kijk goed na of je voldoende woorden hebt gebruikt. Je mag vaak 10% afwijken van het aantal gegeven woorden, daarna volgt puntenaftrekHet is lastig om je eigen tekst na te kijken. Vraag daarom aan je (bijles-)docent of die je brief voor je wil nakijken. Feedback is goud waard!Let op: schrijf I (ik) altijd met een hoofdletter; hetzelfde geldt voor maanden van het jaar en dagen van de week, maar niet voor seizoenenLet goed op het volgende in de voorbeeldbrief:Het omvat alle punten van de opdracht (hou je strikt aan de opdracht, dit kan niet vaak genoeg benadrukt worden!)De stijl van de brief is informeel en lijkt op spreektaalDe toon is licht en vriendelijkWanneer je verschillende onderwerpen in een mail hebt, dan gebruik je heldere alinea’s (heel belangrijk!)Er is veel afwisseling: bijna alle zinnen beginnen andersLet op: Je mag uitroeptekens gebruiken, maar gebruik ze niet te veel.