Blink Engels - Period 1 - Once Upon a Time oefentoetsen & antwoorden

Een eed afleggenfeeerkennenZuigeling, babydreigingburgemeestervergiftigenverwendbeledigendoodskist witchvictorycursepromisesufferrobeconvenientprotectHave faithinsult Castle (kasteel)At last (eindelijk)Was repulsed by (walgde)Broken (verbroken)Transform intoSelfish (egoistisch)  Offer (aanbieden)Punishment (straf)Hideous beast (afzichtelijk beest)Enchanted forest (betoverd bos)Be trapped (vastzitten) B is correct.Toelichting:Bij een bezittelijk voornaamwoord komt er een ‘s achter. Het wordt dan dus ‘king’s son’. B is correct.Toelichting:‘Will’ gebruik je bij beloftes. Het zou dan dus worden: ‘I will be back soon, I promise.’ A is correct. Toelichting: Bij zin b zou ‘will’ vervangen moeten worden door ‘shall’. Als je will zou gebruiken zou je het niet zeker weten, wat onwaarschijnlijk is bij een zin als deze (je hebt deze actie zelf in de hand). ‘Shall’ is een voorstel, wat past bij deze zin.  B is correct. Toelichting: Did she knew → did she know → ‘did’ heb je al in de verleden tijd gezet, daarom hoeft ‘know’ niet meer in de verleden tijd. Look at those dark clouds! It is going to rain soon. Het is zeker dat het gaat regenen, daarom gebruik je hier ‘going to’. I think I will have a sandwich for lunch.Je bent er nog niet helemaal zeker van, dus je gebruikt hier ‘will’. We are going to visit our grandparents next weekend. het plan staat vast, dus je gebruikt hier ‘going to’. What shall we do this evening? Watch a movie? ‘shall’ gebruik je bij een voorstel. She is going to start her new job next Monday. het staat vast, dus je gebruikt hier ‘going to’. They will probably help you with your project tomorrow. het is nog niet helemaal zeker en het lijkt op een belofte, daarom gebruik je hier ‘will’. I am going to go to the dentist this afternoon. I have an appointment. het staat hier vast, daarom gebruik je hier ‘going to’. I will make you a cup of tea tomorrow after you come home from work, promised.het is hier een belofte, daarom gebruik je hier ‘will’.  We are going to go shopping on Saturday. Do you want to come?het is hier een plan, daarom gebruik je hier ‘going to’. Shall we dance at the party tonight? het is hier een voorstel, daarom gebruik je hier ‘shall’. princess'switch'sdoor of the house → met objecten of onderdelen van een object, gebruik je ‘of’wolf'sfairy'sThe roof of the house → met objecten of onderdelen van een object, gebruik je ‘of’giant'sking'sdragon'sdwarfs' is going to visit (geplande actie)is going to rain (voorspelling gebaseerd op bewijs, de donkere wolk)will go (belofte)will take (belofte)am going to make (geplande actie)shall ask (suggestie)is going to eat (voorspelling gebaseerd op bewijs, namelijk dat de draak honger heeft.)will not (won't) hurt (belofte)Will snow (voorspelling, maar het is niet zeker, want de lucht is nog blauw). Toelichting:Het lijkt misschien nu lastig om te onthouden wanneer je welke werkwoordsvorm moet gebruiken, maar op een gegeven moment zal dat natuurlijker gaan. Probeer voor jezelf een lijstje te maken met will, going to en shall met daaronder wanneer je welke gebruikt (voorbeeld: will → belofte, voorspelling die niet zeker is). Shall we go to the movie tonight?My boss’s car is parked in front of the door. We will go to the park tomorrow, okay? I promise. My cat’s toys are scattered all over the living room, it’s very frustrating.The evil queen will probably curse you for stepping into her castle without asking permission. She is going to live in the enchanted forest forever. → The queens dress was made of blue and purple silk. → ‘s er achter. The walls of the house were all covered in dust and webs → bij onderdelen van objecten (walls and house) gebruik je ‘of’.  daughter’s → ‘s er achterwill send → beslissing op het moment zelfwill not return → belofteknight’s armor → ‘s er achterdragon’s roar → ‘s er achteris going to be → voorspelling gebaseerd op bewijswill distract → beslissing op het moment zelf (grenst ook aan belofte)princess’s → ‘s er achter wasdid not know / didn’t knowdecidedaskedwassaidwere walkingsawfeltwonderedhad madeappearedtolddid not understand / didn’t understandpromisedcontinuedfound returned False → there are no real diamonds, but the water sparkles like diamonds.  c) is het correcte antwoord. → “ A dark mark appeared on my skin, and the once-clear water turned black. I had been cursed.” False → de verteller ging niet vechten met het monster.  Een muntje in het water gooien en een eigen vloek uitspreken.  Example curse“I, wizard Merlin, will curse whoever touches my magic spell book! You will turn into a stone statue when the sun sets, and it will last forever, unless you return all the stolen items and promise to never steal again!”Bron: geschreven door auteur