Talent MAX deel A
- Onderdeel Spelling - deel A
oefentoetsen & antwoorden
MAX (2021)
Klas 2|Vmbo-KGT
Deze oefentoets behandelt o.m. de volgende onderwerpen:
aanhalingstekens en hoofdletters,
dicteewoorden -ch en -sj en -th en -t,
verleden tijd en voltooid deelwoord van een werkwoord,
meervouden van woorden op -ie en -ee
verkleinwoorden
herhaling werkwoord en leestekens leerjaar 1.
Toets Nederlands
Talent MAX deel A
Online maken
Toets afdrukken
OmschrijvingdicteewoordKleine la in de keuken of in een bureaulaatjeEen slagroomsoes met chocolade eroverchocoladebolEen klein glaasje PepsicolaatjeEen chique plaats waar je kunt eten. Van der Valk is het wel, MacDonalds niet.restaurantBij een kruiswoord heb je horizontale woorden en ..verticaleEen kleine afbeelding gemaakt met een fototoestelfotootjeEetbare paddenstoelenchampignonsAls je vertelt dat het buiten 24 graden is, dan zeg je iets over de …temperatuurDe uitdaging van een hardloper: 42 kmmarathonHet buurmeisje heeft een Fiat 500 gekocht. Dat is echt een klein …..autootje ‘s Morgens. De 's komt van des morgens. Nu het volledige woord niet meer als zodanig herkend wordt, schrijf je het eerste volledige woord met een hoofdletter. De M van morgens. Hilde de Beer - de Koning. Je schrijft een hoofdletter bij voornamen, voorletters en familienamen van personen. Hilde heeft twee achternamen. Haar voornaam is al genoemd, dus de tussenvoegsels worden met een kleine letter geschreven. Beide achternamen schrijf je met een hoofdletter.Het Rode Kruis. Je schrijft een hoofdletter bij eigennamen van bedrijven, merken en instellingen.Franse kaas. Je schrijft een hoofdletter bij aardrijkskundige eigennamen. Daarom schrijf je Franse met een hoofdletter en kaas met een kleine letter.Oud-Noord-Hollands. Als de aardrijkskundige naam al een koppelteken of een spatie heeft (Noord-Holland), dan bestaat de samenstelling uit twee woorden en schrijf je ze beide met een hoofdletter.Noord-Brabant. Wanneer een windrichting onderdeel is van een aardrijkskundige naam, krijgt deze een hoofdletter anders niet.NO. Windstreken schrijf je met een kleine letter, maar de afkorting van windstreken schrijf je met een hoofdletter.december. Namen van seizoenen, dagen, maanden en historische periodes (middeleeuwen) schrijf je met een kleine letter.Kerstmis. Je schrijft een hoofdletter bij namen van feestdagen en historische gebeurtenissen. Je schrijft een hoofdletter bij een heilig persoon of een heilig begrip. Wanneer je een exemplaar bedoelt van een heilig boek, schrijf je dit niet met een hoofdletter. Je schrijft een kleine letter bij het woord waarmee je (leden van) een culturele, godsdienstige of maatschappelijke stroming benoemt. Ook samenstellingen of afleidingen hiervan schrijf je met een kleine letter.Victor en Rolf. Wanneer je verwijst naar bijvoorbeeld een boek, schilderij, auto, enz. met de naam van die (beroemde) persoon, blijft de hoofdletter bestaan.Woorden die zijn afgeleid van een naam of verwijzen naar een uitvinder of ontdekker, worden met een kleine letter geschreven (Shakespeare). Ook woorden waarvan het verband met de persoon vervaagd is, worden met een kleine letter geschreven (zeppelin). Goed. Er wordt letterlijk verteld wat er op de deur hangt. Het gaat dus om een citaat. Om een citaat plaats je aanhalingstekens.Goed. 'Whizzkid' wordt hier een beetje spottend, niet serieus, bedoeld. Dan plaats je het tussen aanhalingstekens.Fout. Alleen het gedeelte dat letterlijk gezegd wordt, plaats je tussen aanhalingstekens. In dit geval komen ze dus na het vraagteken in plaats van achteraan in de zin, dus: "Hoe laat is het?" vroeg Karin.Fout. Deze zin is niet goed opgeschreven. Het eerste deel wordt ook letterlijk gezegd. Er moeten dus aanhalingstekens geplaatst worden om het zinsgedeelte "Dat is me toch ook wat!"Goed. De aanhalingstekens staan om het citaat. infinitief splitsbaar werkwoordHij belt je morgen op.opbellenHij pakt het probleem meteen aan.aanpakkenZij trekt haar jas aan.aantrekkenDe trein komt om zes uur aan.aankomenZij droogt de borden af na het eten.afdrogenRuim je kamer op!opruimenDoe het raam dicht alsjeblieft.dichtdoenDe kinderen speelden buiten tot het donker werd.buitenspelenHij staat vroeg op elke ochtend.opstaanZij belt haar moeder elke week op.opbellenWe geven het stokje morgen over.overgevenDe docent legt de grammatica duidelijk uit.uitleggenHij schrijft zijn naam op het formulier neer.neerschrijvenZe maakt de groenten voor de soep schoon.schoonmaken Hij heeft zijn aantekeningen doorgenomen.Zij heeft de antwoorden nagekeken.De leerling heeft alle vragen ingevuld.We hebben de oefenexamens uitgeprint.Hij heeft zijn boek dichtgedaan.De docent heeft de resultaten doorgegeven.Ze heeft haar huiswerk ingeleverd.Hij heeft de uitleg herhaald.Ze heeft de belangrijkste punten opgeschreven.De klas heeft het examen goed voorbereid.Toelichting:Splitsbare werkwoorden kunnen worden opgesplitst in twee delen en gebruikt worden in een zin. Ik maak morgen mijn huiswerk af - Ik moet mijn huiswerk afmaken.Hij haalt straks zijn fiets op. - Hij komt straks zijn fiets ophalen.Bij het voltooid deelwoord van splitsbare werkwoorden, schrijf je -ge- tussen beide delen. Zij is vanochtend opgestaan.De kinderen zijn opgegroeid in een gezellige omgeving. Hele wwZinjuiste vervoeginghebbenmelkenDe boer ____ eerst zijn gras gemaaid en daarna ____ hij zijn koeien.De boer had eerst zijn gras gemaaid en daarna molk hij zijn koeien.betalenDe klant _______ de rekening niet, hoewel het werk tot volle tevredenheid was uitgevoerd.De klant betaalde de rekening niet, hoewel het werk tot volle tevredenheid was uitgevoerd.wordenhebben_____je zusje nu niet meer wakker, nu ze een nieuw bed gekregen _____?Wordt je zusje nu niet meer wakker, nu ze een nieuw bed gekregen heeft?uitbrekenvluchtenToen er brand ____, _____ de bewoners naar buiten.Toen er brand uitbrak, vluchtten de bewoners naar buiten.golvenDoor de harde wind ____het bootje gevaarlijk.Door de harde wind golft het bootje gevaarlijk.vriezenAfgelopen winter ____het dat het kraakte.Afgelopen winter vroor het dat het kraakte.zijnIk ____ altijd heel voorzichtig, hoor!Ik ben altijd heel voorzichtig, hoor!zijnVroeger ___ ik altijd heel voorzichtig.Vroeger was ik altijd heel voorzichtig.zijnWij zijn altijd heel voorzichtig ____Wij zijn altijd heel voorzichtig geweest.afleggenHij heeft de hele weg te voet ____Hij heeft de hele weg te voet afgelegd.horenverhuizenIk heb ____ dat je volgende week ____.Ik heb gehoord dat je volgende week verhuist.oplaaienDe ruzie tussen de broers is weer _____De ruzie tussen de broers is weer opgelaaid.foppenschaterlachenToen de meisjes in de gaten hadden dat ze ____ waren, ____ze.Toen de meisjes in de gaten hadden dat ze gefopt waren, schaterlachten ze.ijzelenfietsenHet ____ vorige week, maar toch ____de jongens naar school.Het ijzelde vorige week, maar toch fietsten de jongens naar school.keffenDat hondje ____ vroeger altijd de hele dag.Dat hondje kefte vroeger altijd de hele dag.overredenDe politicus ___ vorige week de minister zijn voorstel in te trekken.De politicus overreedde vorige week de minister zijn voorstel in te trekken.schrobbenHeb jij vandaag de vloer ____?Heb jij vandaag de vloer geschrobd?ontstekenDe wond was lelijk _____De wond was lelijk ontstoken.Toelichting:Persoonsvorm tegenwoordige tijdBij werkwoorden op -d kun je de gewone regels voor ik-vorm en ik-vorm + t toepassen!Tip! Vervang de persoonsvorm door het werkwoord lopen, je hoort dan of je een t moet schrijven. Let op: dit kan alleen in de tegenwoordige tijd, niet in de verleden tijd. Ik word nooit uitgenodigd. (Ik loop ...)Hij wordt nooit uitgenodigd. (Hij loopt ...)Word jij wel uitgenodigd? (Loop jij ...?)Persoonsvorm verleden tijdBij zwakke werkwoorden op -t of -d kun je gewoon de regel 'ik-vorm + te(n) of ik-vorm + de(n)' toepassen:begeleiden - zij begeleiddepraten - hij praattesporten - wij sporttenBij werkwoorden met stam op -z of -v extra opletten bij de verleden tijd en dus ook bij het voltooid deelwoord. Je kunt dan het 'trucje' van 't kofschip gebruiken.zweven - hij zweefde - hij heeft gezweefdreizen - hij reisde - hij heeft gereisdverhuizen - hij verhuisde - hij is verhuisd't kofschipstam van het werkwoord op t, k, f, s (of x), ch of p → schrijf ik-vorm + te(n)stam van het werkwoord op andere letters → schrijf ik-vorm + de(n)Let op! Kijk bij het trucje van 't kofschip naar de stam van het werkwoord en NIET naar de ik-vorm. De stam = heel werkwoord zonder -en Bij het koken gebruikt mijn vader vaak olie.Weet jij of Nederland een monarchie is?Door deze bacterie ben ik al heel lang ziek.Om me in te schrijven heb ik een kopie van mijn paspoort nodig.Ik vind Noord-Brabant de mooiste provincie van Nederland.In Friesland zie je maar weinig industrie.Wie weet wat een amfibie is?Zij heeft een allergie ontwikkeld.Vorig jaar heerste er een ware griepepidemie. oliënmonarchieënbacteriënkopieënfeeën provinciënindustrieënamfibieënzeeën allergieëngriepepidemieënmoskeeën categorieënToelichting:Woorden die op -ie of -ee eindigen en die in het meervoud de klank "ie" of "ee" moeten behouden, krijgen in het meervoud een trema op de -ën. Een trema zijn de twee puntjes op de ë (of op een andere letter). De puntjes zorgen ervoor dat het originele woord blijft klinken zoals het in het enkelvoud was. Bijvoorbeeld knie, knieën. Er zijn een paar regels.Als het woord eindigt op -IE én de klemtoon valt niet op de laatste lettergreep, dan krijgt het meervoud er een ‘n’ erbij. Je zet dan de trema op de laatste ‘e’. Bijvoorbeeld: bacterie -> bacterie + N -> bacteriën Als het woord eindigt op -IE én de klemtoon valt wel op de laatste lettergreep, dan krijgt het meervoud er een ‘en’ erbij. Je zet dan de trema op de laatste ‘e’. Bijvoorbeeld: kopie -> kopie + EN -> kopieënAls het woord eindigt op -EE, dan krijgt het meervoud er ‘en’ erbij. Je zet dan de trema op de laatste ‘e’. Bijvoorbeeld: idee -> idee + EN -> ideeën De vraag is of het allemaal wel waar is. Damherten vreten tuinen kaal, vernielen bollenvelden, vertrappen golfterreinen en poepen op sportvelden.Bestuurders van de Zuidelijke Bollenstreek zeggen: ‘Ze bedenken overal wat op.’Joop Everste van de provincie Zuid-Holland: ‘Mannetjesherten tillen schrikdraad met hun gewei op om hun soortgenoten door te laten.’‘Ja,’ zegt hij ‘de beesten zijn beschermd dus bejagen mag je ze niet.’‘Onzin, ‘ zegt bioloog Midas Dekkers ‘damherten zijn niet buitengewoon intelligent.’‘Ze steken hun geweien wel eens door, maar om nou te zeggen dat ze hun vriendjes op weg helpen: nee.’ OmschrijvingdicteewoordHier haal je medicijnen.apotheekEen ander woord voor: bedreigen, geld aftroggelenchanterenEen kleine grootvader noem je ook wel een …opaatjeEen ander woord voor: speurder, detective van de politierechercheurDit moet je eerst goed lezen en begrijpen voordat je de opdrachten kunt maken.theorieVeel producten worden niet met de hand gemaakt, maar …machinaalDie puber is een ‘echte blije gup’, ze is erg ….enthousiastHier kun je boeken lenen.bibliotheekAls je uit een vliegtuig springt, heb je dit heel hard nodigparachute
Deze toets bestellen?
Voordeligst
Lidmaatschap ToetsMij
€ 12,99/mnd
Snel nog even wat toetsen oefenen? Kies dan onze meest flexibele optie.