LWEO Bedrijf Starten 3e ed
- Hoofdstuk 1 t/m 4 -
oefentoetsen & antwoorden
3e editie
Klas 4-5|Havo
Deze oefentoets behandelt o.m. de volgende onderwerpen: De oprichting van een onderneming, de openingsbalans, Het begrip van de liquiditeitsbegroting, de toepassing van de resultatenrekening, verbanden tussen financiële overzichten en de administratie van financiële feiten.
Toets Bedrijfseconomie
LWEO Bedrijf Starten 3e ed
Online maken
Toets afdrukken
a. Aflossen is het terugbetalen van een lening. b. Continuïteit is het voortbestaan van een onderneming. c. Rente is de vergoeding die de lener aan de uitlener van vermogen moet betalen. Het is ook wel de prijs van een lening.d. Hoofdelijk aansprakelijk betekent dat een eigenaar van een eenmanszaak of formant binnen een VOF volledig aansprakelijk is met het gehele privé- en zakelijk vermogen voor schulden van de onderneming. a. Met de technische levensduur wordt bedoeld hoe lang het productiemiddel prestaties levert. b. Met de economische levensduur wordt bedoeld hoe lang het productiemiddel winstgevende prestaties levert voor de onderneming. 1. D 2. E en G 3. B 4. C 5. A 6. F en H Afschrijvingskosten = € 12.000 + € 2.500 - € 11.750 = € 2.750. Werkwijze: een handige tip om een beginwaarde, afschrijvingskosten, investeringen of eindwaarde berekenen; is het hanteren van de volgende formule: Eindwaarde = beginwaarde + investeringen – afschrijvingskosten. Wanneer je alle bekende gegevens invult, blijft er maar één over die je niet weet. Deze kan je uitrekenen zoals hierboven. Werkwijze: Het tweede kwartaal bestaat uit april, mei en juni. Vanwege de twee maanden krediettermijn moeten we ook kijken naar het eerste kwartaal. Alle verkopen zijn gelijkmatig over het jaar verspreid, dus we kunnen de bedragen delen door drie. Maak eerst een overzicht van de belangrijke maanden: feb – juniVervolgens weten we dat de helft direct betaald wordt en de andere helft twee maanden later. Met andere woorden: In april ontvangen we de helft van de verkopen van april en de helft van twee maanden eerder: Februari. Tot slot tel je alles bij elkaar op en tel je de BTW erbij. Februari€ 36.000 / 3 = € 12.000Maart € 36.000 / 3 = € 12.000April€ 72.000 / 3 = € 24.000(0,5 * € 12.000) + (0,5 * € 24.000) = € 18.000Mei€ 72.000 / 3 = € 24.000(0,5 * € 12.000) + (0,5 * € 24.000) = € 18.000Juni€ 72.000 / 3 = € 24.000(0,5 * € 24.000) + (0,5 * € 24.000) = € 24.000Totaal kwartaal 2€ 18.000 + € 18.000 + € 24.000 = € 60.000Totaal inclusief btw€ 60.000 * 1,21 = € 72.600 a. Verkoopprijs inclusief btw: € 23,00 / 100 * 121 = € 27,83 Inkoopprijs inclusief btw: € 15,00 / 100 * 121 = € 18,15
Ontvangsten uit verkopen: 85 * € 27,83 = € 2.365,55 Uitgaven voor Inkopen: 100 * € 18,15 = € 1.815,00 Ontvangsten – uitgaven: € 550,55Toelichting: Kai heeft daadwerkelijk 85 doosjes verkocht en ontvangt per doosje € 27,83. Hij heeft 100 doosjes ingekocht en heeft er € 18,15 voor betaald. b. Omzet: 85 * € 23,00 = € 1.955,00 Inkoopwaarde van de omzet: 85 * € 15,00 = € 1.275,00 Brutowinst: € 680,00Toelichting: Kai heeft 85 doosjes verkocht. De btw is echter niet voor hem, maar voor de belastingdienst. Hierdoor gebruiken we de verkoopprijs exclusief btw. Kai heeft misschien wel 100 stuks ingekocht, maar hij heeft er maar 85 verkocht. Bij de inkoopwaarde van de omzet nemen we de hoeveelheid van de afzet, dus 85 stuks. c. Bij de liquiditeitsbegroting kijk je naar de bedragen die daadwerkelijk bij jouw liquide middelen komen of eraf gaan. Dus inclusief btw en alles wat je ontvangt of uitgeeft. Bij de resultatenrekening kijk je naar de bedragen zonder btw, deze zijn namelijk voor de belastingdienst. Daarnaast ga je kijken wat het resultaat is van de verkoop van de doosjes Lego, hij heeft er 85 verkocht en daar hou je dus rekening mee. a. Door te investeren kan je winst maken. Als het geld stil blijft liggen, levert het in elk geval niks tot weinig op. b. Het kort vreemd vermogen moet binnen een jaar terugbetaald worden, anders is het geen kort vreemd vermogen. Aan het einde van het jaar moet je dus genoeg geld hebben om dit volledig af te lossen. Totale afschrijving in hele levensduur: € 24.000 - € 3.000 = € 21.000Afschrijving in bekende periode: € 24.000 - € 10.875 = € 13.125. Afschrijving per jaar: € 13.125 / 5 = € 2.625. Economische levensduur: € 21.000 / € 2.625 = 8 jaar a. Een VOF. Toelichting: Er zijn namelijk twee eigenaresses en het eigen vermogen bestaat onder andere uit privévermogen. b. Het pand staat niet op de balans omdat het pand gehuurd wordt. Toelichting: Op de balans staan bezittingen en schulden. Als je het pand huurt is het geen bezit, hierdoor staat die niet op de balans. c. Werkwijze: Vraag je bij elk financieel feit af wat er allemaal verandert. Zorg ervoor dat je na elke balansmutatie even checkt of beide kanten in balans zijn, dit kan je doen door de totalen uit te rekenen. dBalansmutatie 01-03cVoorraad sieraden- € 650Eigen vermogen+ € 350kas+ € 1.210Te betalen btw+ € 210Totaal+ € 560Totaal+ € 560Toelichting:Voorraad sieradenDe inkoopwaarde gaat van de voorraad af. KasElle ontvangt het volledige bedrag inclusief btw.Eigen vermogenDe brutowinst is de omzet (exclusief btw, die is niet voor onderneming) – de inkoopwaarde. € 1.000 - € 650 = € 350Te betalen btwElle heeft waarde toegevoegd, hierdoor moeten zij de btw betalen. 21% * € 1.000 = € 210dBalansmutatie 03-03cSNS-Bank- € 900Eigen vermogen- € 900Totaal- € 900Totaal- € 900ToelichtingSNS-BankDe huurkosten worden per SNS-bank betaald. Eigen vermogenHet zijn kosten die ten laste van het resultaat gebracht worden, dus het resultaat (onderdeel van het eigen vermogen) daalt. dBalansmutatie 05-03cTe vorderen btw+ € 105Crediteuren+ € 605Voorraad sieraden+ € 500TotaalTotaalToelichtingTe vorderen btwElle heeft geen waarde toegevoegd, hierdoor mag zij vorderen. € 605 / 121 * 21 = € 105Voorraad sieradenDe voorraad stijgt met het bedrag exclusief btw. € 605 / 121 * 100 = € 500CrediteurenElle moet het hele bedrag betalen aan de leverancier. dBalansmutatie 08-03cMachines- € 1.750Eigen vermogen- € 1.750Totaal- € 1.750Totaal- € 1.750MachinesDoor de afschrijving worden de machines minder waard. 10% * € 17.500 = € 1.750Eigen vermogenDoor de boeking worden de afschrijvingskosten ten laste gebracht van het resultaat. dBalansmutatie 10-03cVoorraad sieraden- € 840Eigen vermogen+ € 560SNS-bank+ € 1.694Te betalen btw+ € 294TotaalTotaalToelichtingVoorraad sieradenOm de inkoopwaarde te berekenen moet je een rijtje paraat hebben: Brutowinst = omzet – inkoopwaarde. Zoals bekend is de brutowinst 40% van de omzet. De omzet is dus 100%. De inkoopwaarde is: 100% - 40% = 60% De omzet is ook: € 1.694 / 121 * 100 = € 1.400De inkoopwaarde is dus: € 1.400 / 100 * 60 = € 840. SNS-bankElle ontvangt het gehele bedrag. Eigen vermogenHet eigen vermogen stijgt met de brutowinst. € 1.400 - € 840 = € 560Te betalen btw€ 1.694 / 121 * 21 = € 294dBalansmutatie 11-03cSNS-bank- € 1.000Onderhandse lening- € 1.000Totaal- € 1.000Totaal- € 1.000ToelichtingSNS-bankEr wordt betaald met de SNS-bank.Onderhandse leningDoor de aflossing neemt de onderhandse lening af. dBalansmutatie 14-03cDebiteuren- € 1.700SNS-Bank+ € 1.700Totaal€ 0Totaal€ 0ToelichtingDebiteurenDebiteuren betalen een bedrag, hierdoor neemt de vordering op deze post af. SNS-bankDebiteuren betalen met de SNS-bank.dBalansmutatie 15-03cSNS- bank- € 1.500Crediteuren- € 1.500Totaal- € 1.500Totaal- € 1.500ToelichtingSNS-BankEr wordt betaald met de SNS-bank.CrediteurenDe schuld aan crediteuren neemt af. dBalansmutatie 17-03cSNS-bank- € 52,50Eigen vermogen- € 52,50Totaal- € 52,50Totaal- € 52,50ToelichtingSNS-bankEr wordt met de SNS-bank betaald. De jaarlijkse rente bedraagt 4,2% van € 18.000. € 18.000 / 100 * 4,2 = € 630. Dus per maand: € 630 / 12 = € 52,50.Eigen vermogen.De kosten worden direct ten laste gebracht van het resultaat. dBalansmutatie 21-03cVoorraad sieraden- € 800Eigen vermogen+ € 700SNS-bank+ € 1.815Te betalen btw+ € 315Totaal+ € 1.015Totaal+ € 1.015ToelichtingVoorraad sieradenDe inkoopwaarde gaat van de voorraad af. SNS-bankDe bank neemt toe met de volledige omzet inclusief btw. Het eerder genoemde rijtje kan helpen: Brutowinst = omzet – inkoopwaarde. De omzet is dus: € 800 + € 700 = € 1.500. Omzet plus btw: € 1.500 / 100 * 121 = € 1.815Eigen vermogenHet eigen vermogen neemt toe met de brutowinst. Te betalen btwElle heeft waarde toegevoegd. € 1.500 / 100 * 21 = € 315dBalansmutatie 25-03cTe vorderen btw+ € 157,50Voorraad sieraden+ € 750SNS-bank- € 907,50Totaal€ 0Totaal€ 0Te vorderen btwElle heeft geen waarde toegevoegd. € 750 / 100 * 21 = € 157,50Voorraad sieradenDe voorraad stijgt met het bedrag exclusief btw. SNS-bankElle moet het hele bedrag betalen. d. Werkwijze: De resultatenrekening gaat over de opbrengsten en kosten. Zoals je geleerd hebt, bestaat het eigen vermogen van een VOF uit privévermogen en winst (resultaat). Wanneer er in jouw balansmutaties iets verandert binnen het eigen vermogen en het is geen privévermogen, dan moet de verandering door de winst komen. Al deze mutaties verwerk je op de resultatenrekening. Bij de opbrengsten begin je met de verkopen en bij de kosten begin je met de inkoopwaarde. De inkopen zijn wat anders dan de inkoopwaarde van de omzet. Voor de inkoopwaarde van de omzet kijk je naar de inkoopwaarde van de verkochte goederen. Goederen die je niet verkocht hebt, komen niet op de resultatenrekening. Uitwerking: Resultatenrekening Elle sieraden maart 2024 Opbrengsten Omzet: € 1.000 + € 1.400 + € 1.500 = € 3.900,00 Kosten Inkoopwaarde van de omzet € 650 + € 840 + € 800 = € 2.290 Huurkosten € 900 Afschrijvingskosten € 1.750 Rentekosten € 52,50 € 4.992,50 Resultaat -/- € 1.092,50
Deze toets bestellen?
Voordeligst
Lidmaatschap ToetsMij
€ 12,99/mnd
Snel nog even wat toetsen oefenen? Kies dan onze meest flexibele optie.