Feniks Katern Cultureel-Mentale ontwikkelingen in Nederland na 1945 LRN-line - Hoofdstuk 1 t/m 4 - oefentoetsen & antwoorden

Samenwerking tussen de overheid, de werkgevers en de werknemers om de lonen laag te houden.Staat waarin de overheid een uitkering geeft aan de mensen die door ouderdom, ziekte of werkloosheid niet in staat zijn hun eigen geld te verdienen. Maatschappij waarin mensen een groot deel van hun inkomen kunnen besteden aan producten die ze niet nodig hebben om te kunnen leven.Proces waarbij de kerk steeds minder invloed heeft op het leven van de mensen.Levensstijl van jongeren waarmee ze zich onderscheiden van andere groepen, bijvoorbeeld door hun kleding, kapsel en muziekkeuze. Grote veranderingen in de jaren zestig op het gebied van seksualiteit.Iemand die streeft naar gelijke rechten voor mannen en vrouwen.Het streven naar gelijke rechten en kansen voor een groep die achtergesteld is. Werkwijze:Dit is een andere chronologie-vraag dan die je misschien gewend bent, maar laat je daardoor niet afleiden!Lees eerst de vier gebeurtenissen goed door. Zijn er in de zinnen al hints over of iets vroeg of laat moet hebben plaatsgevonden?Bedenk vervolgens waar in het boek je iets over die zinnen hebt gelezen. Vaak is het boek ook chronologisch opgebouwd.Begin met de antwoorden die je zeker weet. Vaak krijg je alsnog punten, ook al heb je een antwoord op de verkeerde plek staan. Antwoord:D-A-C-BToelichting: D: In de jaren vijftig herstelde de economie en stegen de lonen, soms wel met 10%. A: De vrije zaterdag werd op 1 januari 1961 wettelijk ingevoerd.C: De eerste Turkse arbeiders kwamen in 1964. B: Vrouwen ging vanaf de jaren '60 steeds meer buitenshuis werken, omdat ze later en minder kinderen kregen. Ook werd de kinderopvang beter geregeld.  Werkwijze:Begin met het geven van jouw standpunt. Dat zorgt meteen voor structuur in het antwoord. Ga vervolgens verder met het uitleggen wat de verzorgingsstaat is. Aan de hand van deze definitie, en wellicht een aantal voorbeelden, kun je uitleggen of het de emancipatie (gelijkheid) tussen man en vrouw heeft bevorderd.Antwoord:De verzorgingsstaat heeft zeker de emancipatie heeft bevorderd. Doordat de staat actiever ging zorgen voor haar burgers, zorgde ervoor dat de vrouw niet geheel afhankelijk was van de man voor het inkomen. Mocht de vrouw bijvoorbeeld scheiden, dan krijgt ze geld van de overheid om goed voor zichzelf en kinderen te zorgen. De afhankelijkheid van de vrouw tegenover haar man werd dus kleiner, waardoor geconcludeerd kan worden dat de verzorgingsstaat de emancipatie heeft bevorderd. Werkwijze:De opdracht bestaat duidelijk uit twee delen. Bij het eerste deel moet je een begrip invullen dat je, naar alle waarschijnlijkheid, hebt geleerd.De informatie die na de vraag wordt gegeven is bedoeld om je richting te geven, lees deze dus zorgvuldig door.Waar heeft inspraak van een groep op bestuur mee te maken?Het tweede deel van de vraag is een eenvoudige invuloefening, de gegeven mogelijkheden staan er namelijk al achter. Lees ook hier de zin zorgvuldig.Antwoord:1. Deze jongeren wilden democratisering. 2 De eisen van de jongeren hadden wel invloed op de rest van de samenleving.Toelichting:Bij democratisering draait het om inspraak van de personen/het volk op het bestuur. In dit geval zie je heel duidelijk dat de studenten meer inspraak willen, ofwel democratisering. Het tweede antwoord is dat deze eis wel veel invloed had op de rest van de samenleving, want ook daar wilde ze meer democratiseren. Werkwijze:Lees eerst de vraag. Je moet in de bron namelijk voorbeelden vinden van de toenemende welvaart die leidt tot ingrijpende sociaal-culturele veranderingsprocessen. Door eerst goed de vraag te lezen kun je veel gerichter de bron bekijken. Dat kun je veel tijd schelen, en je hebt meteen een idee hoe je jouw antwoord kan opbouwen. Begin eerst met een stukje van de vraag te herhalen en geef vervolgens voorbeelden uit de bron. Antwoord:Jongeren hadden vaak veel vrije tijd en ze hadden meer geld te besteden door de hoge werkgelegenheid. Door de toegenomen welvaart hoefden jongeren niet direct na hun schooltijd te gaan werken, dus volgden ze steeds langer onderwijs. Vaak waren deze jongeren uiteindelijk hoger opgeleid dan hun ouders, waardoor er een onderlinge kloof tussen de twee groepen ontstond. Deze ontwikkelingen bij elkaar bleken een voedingsbodem voor verschillende jongerenculturen die zich elk op hun eigen manier zou gaan verzetten tegen de consumptiemaatschappij. Werkwijze:Je moet hier twee kenmerken van hoofdstuk 2 aan elkaar koppelen. Namelijk de toenemende welvaart (en opkomende consumptiemaatschappij) en secularisatie.Het is verstandig om eerst kort uit te leggen wat deze begrippen zijn. Dan kan je daarna ingaan op het verband tussen beide. Zo creëer je structuur in je antwoord en ben je niet te lang bezig met allerlei vage beschrijvingen. Antwoord:De toenemende welvaart zorgde ervoor dat steeds meer huishoudens in Nederland spulen konden kopen en op vakantie konden gaan. Ook gingen meer mensen in steden wonen. Door de komst van radio en televisie kwamen mensen steeds meer in aanraking met andere meningen. Ook hadden mensen steeds minder tijd en zin om op hun vrije zondag in de kerk te zitten. Waar men voor de consumptiemaatschappij vaak vastzit in hun eigen kleine samenleving, veelal voortbestaan uit het geloof dat zij aanhingen, werden zij nu uit deze bubbel gehaald. Door in aanraking te komen met andersgelovigen of ongelovigen in de stad en op televisie kwam de secularisatie op gang. Werkwijze:In de tekst staan een aantal hints. Kijk bijvoorbeeld eerst naar het jaartal.Lees vervolgens de uitspraak en bedenk welke grote veranderingen daarin beschreven staan.Koppel deze ontwikkelingen aan wat je geleerd hebt over de veranderingen van de jaren 60.Je moet twee veranderingen benoemen, zorg ervoor dat je dit overzichtelijk weergeeft in jouw antwoord!Antwoord:- De eerste ontwikkeling die je tegenkomt is de amerikanisering van de maatschappij. Ze kijken namelijk naar een Amerikaanse popster op de televisie, een Amerikaanse uitvinding.- De tweede ontwikkeling is de consumptiemaatschappij. Je leest duidelijk dat er luxegoederen van de consumptiemaatschappij aanwezig zijn. De TV werd een massamedium. Werkwijze:Neem de tijd om de afbeelding te bekijken. Vaak vertellen de details je de belangrijkste informatie. Belangrijke punten zijn vaak de gezichtsuitdrukking, lichaamshouding en de verschillende attributen die om een persoon heen liggen (dus de boeken, maar ook de fiets bij het raam). Aangezien de vraag om je mening vraagt is het verstandig om deze ook duidelijk te geven. Overigens lijkt het alsof je een keuze hebt over positief of negatief, maar vaak is er maar één antwoord mogelijk. In dit geval is het namelijk positief. Antwoord:Ik denk dat de tekenaar over het algemeen positief is over Willem Drees. Allereerst is de fiets duidelijk afgebeeld bij het raam. Dit geeft Willem Drees een bepaalde nuchterheid. Hij geeft niet om geld of luxe, maar wil zich inzetten om van Nederland weer op te bouwen. Zijn levensstijl paste goed bij de mentaliteit van hard werken en zuinig leven in de jaren ‘50. Zoals je ziet is die druk aan het nadenken over wat hij schrijft. Hij doet niet zomaar iets, maar hij analyseert de situatie en probeert met de beste oplossing te komen. Hij heeft een boekenkast vol met boeken, waarvan er veel open op zijn bureau liggen. Waardoor ik denk dat het een geleerde man was, die wist waar die over sprak.  Werkwijze:Bedenk eerst wat de feministen in de jaren 70 wilden bereikenLees vervolgens de bron zorgvuldig doorWelke doelen van de feministen herken je en kan je duidelijk benoemen?Deze moet je goed verwerken in jouw antwoord, want dan is het mooi onderbouwd.Antwoord:Het meisje zegt in het interview dat ze tegen haar zin vastzit in het rollenpatroon van mannen en vrouwen. Ze wil helemaal geen huisvrouw worden, maar ze wordt het toch omdat dat van haar wordt verwacht. Dat wilden de feministen veranderen.  Werkwijze:Het is verstandig om deze vraag stap voor stap te beantwoorden.Nog voordat je naar de bron kijkt moet je bij jezelf nagaan wat past bij de cultuur in Nederland in de jaren ‘60. Hoofdstuk 3 heet ‘jongeren in opstand’ en hoofdstuk 4 heet ‘protesteren en emanciperen’. Kijk vervolgens pas naar de bron en geef aan of dit terug te vinden is. Volg de stappen zoals die bij de vraag zijn aangegevenVerwijs duidelijk naar de bron!Antwoord:De foto zien dat een groep mensen protesteert tegen maatregelen van de overheid. In de jaren ‘60 zijn de mensen losgekomen van hun zuil en waren het niet meer eens met wat de overheid allemaal voor hen bepaalden. Ze wilde meer inspraak in het bestuur (democratisering) en gingen sneller protesteren.