Pincode 7e ed/FLEX - Hoofdstuk 5 - Een eigen bedrijf oefentoetsen & antwoorden

Instelling van de overheid die alle bedrijven in Nederland registreert. Een ondernemer die geen werknemers in dienst heeft Klanten die nog moeten betalen. Leveranciers die je nog moet betalen. Het product wordt niet rechtstreeks vanuit de producent, maar via een winkel aan de consument verkocht. Bedrag dat de consument bereid is om voor een product te betalen.  Sterktes, Zwaktes, Kansen en Bedreigingen ofwel Strengths, Weaknesses, Opportunities en Threats. Mogelijke antwoorden zijn: Vaste activa gaan langer dan een jaar mee, zoals een gebouw, transportmiddelen, inventaris (meubilair, computer, etc.). Vlottende activa worden binnen een jaar omgezet in geld, zoals voorraden en debiteuren. Liquide activa zijn betaalmiddelen, zoals geld in de kassa (kas) of op de bankrekening (bank). Product, Prijs, Plaats en Promotie.  Mogelijke antwoorden zijn: Robin zelf: als leidraad voor de opstart en ontwikkeling van de onderneming. Bank/financiers: om te beoordelen of geld lenen aan of investeren in dit bedrijf verstandig / risicovol is. Potentiële partners: om te bepalen of ze willen samenwerken met Robin. Leveranciers: om vertrouwen te hebben dat Robin kan betalen voor bestellingen die hij doet. Klanten: om vertrouwen te hebben dat Robin zijn afspraken na kan komen. ToelichtingExterne partijen zoals de bank, partners, leveranciers en klanten willen allemaal een bepaalde zekerheid als ze met Robin’s bedrijf gaan (samen)werken. Een ondernemingsplan kan ze helpen om in te schatten of Robin en zijn bedrijf betrouwbaar zijn. Bedrijfsidee: duurzame catering gericht op bedrijven in de regio Eindhoven. Persoonlijke kwaliteiten: ik ben een zeer sociaal type, ik ben niet goed in boekhouden. Financieel plan: crowdfundingsactie opzetten, bestelbus aanschaffen Marketingplan: marktonderzoek doen naar de wensen van potentiële klanten, Instagram-account aanmaken. Organisatie van het bedrijf: brandverzekering afsluiten.  Kerkstraat 1: op de balans van Oschje BV. Kerkstraat 3: op de balans van Oschje BV. Happé BV huurt het gebouw op Kerkstraat 3 van Oschje BV, dus Oschje BV is de eigenaar van het gebouw. Het gebouw is dus een bezitting van Oschje BV en niet van Happé BV. ToelichtingOp de balans worden aan de activakant de bezittingen van het bedrijf genoteerd: bedrijfsmiddelen die jouw eigendom zijn. Als je iets koopt, word je er eigenaar van (ook als dat met geleend geld is). Als je iets huurt, word je er geen eigenaar van. Bij Oschje BV zijn de bureaus en bureaustoelen onderdeel van (de inventaris en daarmee van) de vaste activa, omdat ze langere tijd mee zullen gaan in het bedrijf. Bij Happé BV zijn de bureaus en bureaustoelen onderdeel van (de voorraad en daarmee van) de vlottende activa, omdat het de bedoeling is dat ze snel verkocht worden.  Product.Promotie. Plaats. Prijs. Promotie. Prijs en/of promotie. Toelichting: Product betreft de materiële en immateriële kenmerken van het product zelf. Hieronder vallen de kleur en het logo zoals bij nummer 1. Prijs gaat over de daadwerkelijke verkoopprijs van het product (nummer 4) en kortingen daarop (nummer 6). Plaats gaat over waar het product verkocht wordt. Het gaat dan onder andere om het type winkels waarin de kleding wordt verkocht (nummer 3). Promotie draait om het bevorderen van de bekendheid van het product. Dit kan door reclame (nummer 2), maar ook door lokale activiteiten (nummer 5) of door het uitdelen van waardebonnen (nummer 6).  Materiële productkenmerken zijn tastbaar/zichtbaar, terwijl immateriële productkenmerken onzichtbaar/ontastbaar zijn. Materiële productkenmerken iPhone 16: kleur, opslagcapaciteit, camera, processorsnelheid, batterijduur. Immateriële productkenmerken iPhone 16: levertijd, klantenservice, garantie. Apple verkoopt de iPhones voor prijzen van € 999 en € 1.999 in plaats van € 1.000 en € 2.000, omdat dit (veel) goedkoper lijkt. Toelichting: Geef bij een “leg uit”-vraag ook altijd een uitleg waaruit blijkt dat je het begrip uit de vraag kent. Noteer dus niet alleen “ze verkopen de iPhones voor € 999 en € 1.999”, maar leg uit waarom dat psychologisch is/werkt: het lijkt goedkoper dan € 1.000 en € 2.000.  Apple verkoopt de iPhones rechtstreeks aan de klant via de Apple Stores (directe distributie), maar ook via andere winkels als MediaMarkt en CoolBlue (indirecte distributie).  Vaste activa: Tweedehands foodtruck: €18.500Keukenapparatuur: €7.250Bestek, borden en andere benodigdheden: €2.300  +Totaal vaste activa = €28.050 Vlottende activa: Voorraad ingrediënten: €1.500Liquide activa: Werkkapitaal: €5.450 Totaal investeringsbegroting: €35.000Toelichting: De vaste activa gaan langer dan een jaar mee. De voorraden worden (als het goed is) binnen een jaar verkocht en zijn daardoor vlottende activa. Het werkkapitaal is het benodigde geld (op de bank of in de kassa) en is daarom liquide activa. Eigen vermogen: Eigen spaargeld: €10.000 Investering ouders: €5.000    +Totaal eigen vermogen: €15.000Lang vreemd vermogen: Lening oom: €5.600Kort vreemd vermogen: Lening oom: €1.400 Totaal financieringsbegroting: €22.000 Toelichting: Amirs ouders investeren in het bedrijf en krijgen daarvoor een deel van de winst. Dit maakt ze mede-eigenaar van het bedrijf, dus deze investering valt onder het eigen vermogen (het geld van de eigenaren). De lening van Amirs oom van €7.000 moet in vijf jaar in gelijke delen worden terugbetaald. In het eerste jaar moet Amir dus €7.000 / 5 = €1.400 terugbetalen. Schulden die binnen een jaar moeten worden terugbetaald, vallen onder het kort vreemd vermogen. Amir komt €35.000 - €22.000 = €13.000 tekort aan financiering. Hij heeft dus minimaal €13.000 / €250 = 52 funders nodig.  45.000 + 50.000 + 12.000 - (30.000 + 45.000 + 10.000 + 15.000) = €7.000Toelichting: Het totaal van de activa (30.000 + 45.000 + 10.000 + 15.000 + ???) moet gelijk zijn aan het totaal van de passiva (45.000 + 50.000 + 12.000), anders is de balans niet in balans. De nieuwe balans ziet er als volgt uit: Opmerking: de datum boven de balans hoeft niet per se 7 januari 2025 te zijn. De precieze datum is niet van belang. Toelichting: Door de inkoop van de voorraad stijgt de Voorraad met €5.000, daalt de Bank met €1.000 (want er wordt betaald met de pinpas) en stijgen de Crediteuren (openstaande rekeningen van leveranciers) met €4.000. Door de verkoop van de schoenen daalt de Voorraad weer met €3.000 (hiervoor waren de schoenen ingekocht), stijgt de Bank met €6.400 (80% van €8.000), stijgt de Kas met €1.600 (20% van €8.000) en stijgt het Eigen Vermogen met €5.000 (de winst op de verkoop: €8.000 - €3.000).  Productbeleid: het assortiment valt onder de P van Product. Prijsbeleid: de prijsverlaging van 300 artikelen valt onder de P van Prijs. Omzet keten A in oktober 2003 = €2 miljard x 0,37 = €0,74 miljard oftewel €740 miljoen. Omzet keten A in november 2003 = €740 miljoen x 1,135 = €839,9 miljoen (€0,84 miljard afgerond) Totale omzet supermarktbranche november 2003 = €2 miljard x 1,05 = €2,1 miljard. Marktaandeel keten A in november 2003 = €0,84 miljard / €2,1 miljard x 100% = 40%. Marktaandeel overige ketens in november 2003 = 100% - 40% - 20% - 15% - 14% = 11%. Toelichting: Het marktaandeel geeft aan hoeveel procent van de totale marktomzet in een periode (hier: een maand) in handen is van een bedrijf (hier: supermarktketen). Marktaandeel = eigen omzet / totale marktomzet x 100%. De marktaandelen van alle bedrijven in een bepaalde branche (hier: supermarkten) zijn samen gelijk aan 100%. Het marktaandeel van de overige supermarktketens is te berekenen als het marktaandeel van de keten A bekend is. Om dit marktaandeel van keten A te berekenen in november, is het nodig om eerst de omzet van keten A in november en de totale marktomzet in november te berekenen.