BuiteNLand 5e ed/FLEX - Hoofdstuk 3 - Klimaat oefentoetsen & antwoorden

Breedtegraden die dicht bij de polen liggen.De luchtlaag die zich om de aarde bevindt, ook wel atmosfeer genoemd.Regen die ontstaat doordat de lucht een berg opgeduwd wordt en dan afkoelt, waarna waterdamp condenseert. Wind die van de aarde naar de zee gaat.De kans dat een gebied overstroomt.   B. Tropisch regenwoudklimaatToelichting:Het tropisch regenwoudklimaat komt vooral voor in landen dicht bij de evenaar. In dit klimaat is het altijd warm en regent het bijna elke dag. Door de warmte en de vele regen groeien er heel veel planten en bomen. Daarom zie je hier dichte, groene regenwouden met veel dieren. C. Omdat Nederland dicht bij de zee ligt, die de temperatuur afremt.Toelichting: De zee warmt in de zomer langzaam op en blijft koel, waardoor het op het land ook minder heet wordt. In de winter koelt de zee langzaam af en blijft juist warmer dan het land, waardoor het minder koud wordt. Daardoor zijn de temperatuurverschillen kleiner dan in landen die verder van de zee liggen. Het is warmer op lage breedte dan op hoge breedte, omdat:bij de evenaar vallen de zonnestralen recht op de aarde, waardoor de warmte zich concentreert op een klein oppervlak.bij de polen vallen de zonnestralen schuin op het aardoppervlak, waardoor de warmte zich verspreidt over een groter gebied. Bovendien leggen de zonnestralen op hoge breedte een langere weg door de dampkring af, waardoor er meer energie verloren gaat. De dampkring (ook goed: atmosfeer)Toelichting: Wanneer er geen atmosfeer zou zijn, dan zou het ‘s nachts steenkoud en overdag bloedheet worden.  Neerslag ontstaat als warme lucht opstijgt en afkoelt. In warme lucht zit waterdamp. Als de lucht opstijgt, wordt het kouder. Koude lucht kan minder waterdamp vasthouden, waardoor de waterdamp verandert in kleine waterdruppels. Die druppels vormen samen een wolk. Als de druppels in de wolk groter en zwaarder worden, vallen ze naar beneden. Dat noemen we neerslag. Stuwingsregen. Wanneer de lucht tegen bergen waait, wordt die lucht gedwongen om te stijgen, koelt af en condenseert. Dit is de loefzijde van de berg. Aan deze zijde gaat het regenen: dit noemen we stuwingsregen.  In Amsterdam is sprake van aanlandige wind.Toelichting:In Nederland hebben we vaak te maken met westenwind. Deze wind komt van zee en noemen we aanlandige wind.  Op de foto is te zien dat de planten verdord zijn en het gras geel of bruin is geworden. Dat laat zien dat de grond erg droog is. Dit betekent dat er langere tijd weinig regen is gevallen of dat er meer water is verdampt dan aangevuld, waardoor de bodem uitdroogt. Daarom is hier sprake van verdroging. Het laaggelegen deel van Nederland heeft vaker te maken met een hoog overstromingsrisico.Toelichting:                  Laaggelegen gebieden, zoals grote delen van West- en Noord-Nederland (bijvoorbeeld de Randstad en Friesland), liggen vaak onder zeeniveau of vlak erboven. Deze gebieden worden beschermd door dijken, duinen en gemalen. Zonder deze bescherming zouden ze kunnen overstromen door hoogwater uit rivieren of de zee.In hooggelegen gebieden, zoals delen van Limburg, Gelderland en de Veluwe, is het risico op overstromingen kleiner, omdat deze hoger liggen en het water daar makkelijker weg kan stromen. B. Omdat Vancouver aan zee ligt en Winnipeg nietToelichting:   Vancouver ligt aan de westkust van Canada en heeft een zeeklimaat. De zee zorgt ervoor dat de temperatuur minder snel stijgt of daalt. Hierdoor zijn de winters milder. Winnipeg ligt landinwaarts en heeft een landklimaat, met koude winters en warme zomers. De zee heeft daar geen invloed op het klimaat. Foto A: PoolklimaatFoto B: Gematigd ZeeklimaatFoto C: LandklimaatToelichting:Foto A: Er is vrijwel alleen sneeuw en ijs zichtbaar.Vegetatie ontbreekt vrijwel volledig.Het landschap oogt kaal.Dit duidt op een extreem koud klimaat met temperaturen die vrijwel het hele jaar onder nul blijven.Foto B:Er is sprake van een groene omgeving, met gematigde temperaturen.De aanwezigheid van loofbomen en een verzorgd stedelijk landschap wijst op voldoende neerslag gedurende het jaar.Gematigd zeeklimaat kent milde winters, koele zomers en regelmatige neerslagFoto C: In de foto zie je een uitgestrekt naaldbos met bergen op de achtergrond.Naaldbossen zijn typisch voor gebieden met koude winters en korte zomers.Dit klimaat komt voor in het binnenland van Canada, waar de invloed van de zee klein is. Daardoor zijn de temperatuurverschillen tussen zomer en winter groot: warme zomers en koude winters. Van warm naar koud:ChennaiCherrapunjiIrkutsk