Nectar 4.1 FLEX - Hoofdstuk 11 - Transport oefentoetsen & antwoorden

De aorta De longslagader De rechterboezem De onderste holle ader  Antwoord D - de armslagader & de armslagader Bloedplasma Witte bloedcellen en bloedplaatjes Rode bloedcellen  Tijdens het meten van de onderdruk wordt de druk van het bloed op de slagaders gemeten in periodes van rust. Tijdens inspanning zal er meer bloed rond worden gepompt om de spieren te voorzien van voldoende zuurstof. Hierdoor zal er meer druk komen op de slagaders en dus zal de bovendruk stijgen.  Weefselvloeistof ontstaat doordat de bloeddruk in de haarvaten hoger is dan buiten de haarvaten. Hierdoor vindt filtratie plaats en wordt bloedplasma met opgeloste stoffen naar buiten geperst.Het vocht vult buiten de haarvaten de ruimte tussen het weefsel in.Cellen halen voedingsstoffen uit het weefselvloeistof en geven afvalstoffen af. Om ervoor te zorgen dat cellen dit kunnen blijven doen vindt voortdurend ook resorptie van weefselvloeistof plaats. Hierdoor blijven de voedingsstoffen aanwezig voor de omliggende cellen en kunnen afvalstoffen worden afgegeven. Door atherosclerose wordt de kransslagader vernauwd en wordt het oppervlakte ruwer.Door de trombose kan een bloedstolsel ontstaan die in de ader kan blijven steken.Daardoor is er onvoldoende toevoer van zuurstofrijk bloed naar de hartspier en kan er dus een hartinfarct ontstaan.Een slagader is elastischer en gespierder.Een slagader is geschikter voor het verwerken van slagaderlijke druk.Antwoord C1 is de borstwandslagader. Dit kan je zien omdat het de enige slagader is die van de aorta afstamt en het lichaam in gaat.4 is de rechter kransslagader, want het hart is gespiegeld weergegeven. 2 is een longslagader, en 3 is de linker kransslagader.Antwoord E1 en 3 geven de aders weer die het hart weer ingaan - de bovenste holle ader en de onderste holle ader. 2 is de aorta.Omdat de hart-longmachine de functie van het hart overneemt, weet je dat er zuurstofarm bloed de machine in stroomt. Dit is het bloed dat uit de bovenste en onderste holle aders komt. Het linker hartoortje. Dit is namelijk het hartoortje wat verbonden is met de linker harthelft, van waaruit de aorta vertakt.Antwoord A – het hart. De linkerkamer van je hart pompt het bloed de rest van het lichaam in. Als hier dus een propje zit schiet het door naar de hersenen via de halsslagader Het hart loopt ook beschadiging op omdat het extra kracht moet leveren om ervoor te zorgen dat het bloed door wordt gestuwd. Het propje zit namelijk in de weg. Hierdoor raakt het hart overbelast.  De hoeveelheid bloed die door de vaten stroomt blijft hetzelfde, maar het vaatvolume is kleiner. De weerstand die vanuit de vaten op het bloed werkt is hoger, waardoor er meer druk nodig is om het bloed te verplaatsen. Dit zorgt ervoor dat de druk op de vaten hoger is. EPO verhelpt anemie omdat het de aanmaak van rode bloedcellen stimuleert. Bij een transfusie wordt het aantal rode bloedcellen sneller verhoogt dan door toediening van EPO. Antwoord D.1. De spieren worden gestimuleerd, en door het spiergebruik wordt er meer bloed naar de arm gestuurd om zuurstof aan te voeren en afvalstoffen af te voeren.2. het aan- en ontspannen van de spieren helpt met het rondpompen van het bloed.Bij een plasmadonor wordt alleen bloedplasma afgenomen. Dit is in een paar dagen weer aangevuld. Bij volbloeddonaties worden ook de andere cellen afgenomen. Het duurt veel langer om deze aan te maken. Er is dus een langere wachttijd zodat deze cellen weer op peil kunnen komen.Antwoord B.Bij brandwonden of hoog bloedverlies is er veel vocht verloren uit de bloedvaten.Om vocht de haarvaten in te laten stromen moet de colloid-osmotische waarde gehandhaafd worden, hier speelt HSA een rol in.