Economie Integraal 2e ed deel 1+2+3
- Hoofdstuk 18 - Economie internationaal
oefentoetsen & antwoorden
2e editie
Klas 4-5-6|Vwo
Deze oefentoets behandelt o.m. de volgende onderwerpen:
Betalingsbalans
Conjuncturele effect van overschot op de lopende rekening
(S-I) + (B-O) = (E-M)
Protectionistische maatregelen
Appreciatie en depreciatie
Invloed wisselkoers op import en export
Verband tussen rente en wisselkoers
Vaste en flexibele wisselkoersen
Trilemma
Vorming van de EMU
Voor- en nadelen één wisselkoers (euro)
Examendomein H + I
Toets Economie
Economie Integraal 2e ed deel 1+2+3
Online maken
Toets afdrukken
De betalingsbalans is een overzicht van alle inkomende en uitgaande geldstromen voortkomend uit internationale transacties in een bepaalde periode. De betalingsbalans bestaat uit:Lopende rekening 🡪 import en export van goederen en diensten. Deze lopende rekening wordt onderverdeeld in:GoederenrekeningDienstenrekeningInkomensrekening 🡪 primaire inkomens (loon, rente, huur, pacht, dividend, winst) en overdrachtsinkomens. Financiële rekening 🡪 import en export van kapitaal (investeringen, leningen, aflossingen, vermogen, effecten, mutaties officiële reserves). Protectionistische maatregelen zijn maatregelen die de overheid neemt met als doel de productie en werkgelegenheid in het eigen land te beschermen tegen concurrentie vanuit het buitenland. Deze maatregelen richten zich meestal op het verhogen van prijzen van buitenlandse producten of het verlagen van prijzen van binnenlandse producten (die bedoeld zijn voor de export). Naast prijsbeïnvloeding kunnen overheden ook middels wet- en regelgeving direct invloed uitoefenen op de internationale handel, waarmee export wordt gestimuleerd en/of import wordt belemmerd. Voorbeelden van protectionistische maatregelen zijn:Invoerrechten heffen op buitenlandse producten, zodat buitenlandse producten duurder worden in eigen land. Exportsubsidies bieden op binnenlandse producten, zodat binnenlandse producten goedkoper worden voor buitenland. Belastingvoordelen geven aan (exporterende) bedrijven, zodat kosten dalen en internationale concurrentiepositie daalt. Leningen verstrekken aan (exporterende) bedrijven, zodat deze kunnen investeren in productie en exportmogelijkheden groeien. Garant staat voor exportkredieten, zodat wanbetaling vanuit het buitenland gedekt wordt door de Nederlandse overheid. Instellen van invoerquotum/contingent = maximum stellen aan aantal in te voeren goederen. Import van bepaalde goederen verbieden.Intensiviteit van administratieve regels verhogen of versoepelen, waardoor import of export makkelijker dan wel moeilijker wordt voor bedrijven. Appreciatie is een waardestijging van de eigen valuta (Euro) ten opzichte van buitenlandse valuta. Deze waardestijging wordt veroorzaakt doordat vraag > aanbod naar de eigen valuta (Euro). Hierdoor wordt het voor consumenten goedkoper om buitenlandse producten te kopen en wordt het voor buitenland duurder om binnenlandse producten te kopen. Let op dat wij onderdeel uitmaken van de EMU en daarom eigenlijk moeten redeneren van gebied binnen de Eurozone en gebied buiten de Eurozone. Depreciatie is een waardedaling van de eigen valuta (Euro) ten opzichte van buitenlandse valuta. Deze waardedaling wordt veroorzaakt doordat vraag < aanbod naar de eigen valuta (Euro). Hierdoor wordt het voor consumenten duurder om buitenlandse producten te kopen en wordt het voor buitenland goedkoper om binnenlandse producten te kopen. Let op dat wij onderdeel uitmaken van de EMU en daarom eigenlijk moeten redeneren van gebied binnen de Eurozone en gebied buiten de Eurozone. Het trilemma binnen de context van internationale handel (en vooral internationale macro-economie) verwijst naar de "onmogelijke drie-eenheid" of het monetair beleids-trilemma. Dit concept stelt dat een land niet tegelijkertijd de volgende drie beleidsdoelen volledig kan realiseren:Vrij kapitaalverkeer Investeerders kunnen vrij geld verplaatsen tussen landen zonder kapitaalcontroles.Een vaste wisselkoersDe waarde van de nationale munt is gekoppeld aan een andere munt (zoals de dollar of euro).Onafhankelijk monetair beleid De centrale bank kan zelf beslissen over rentevoeten en geldhoeveelheid om inflatie, werkloosheid of economische groei te beïnvloeden.Het trilemma in de praktijk: 🡪 Een land kan slechts twee van de drie doelen tegelijk nastreven. Hier zijn drie mogelijke combinaties:Vrij kapitaalverkeer + vaste wisselkoers→ Geen onafhankelijk monetair beleidVoorbeeld: landen in een muntunie zoals de eurozone.Vrij kapitaalverkeer + onafhankelijk monetair beleid→ Geen vaste wisselkoersVoorbeeld: de VS, met een zwevende dollar en vrije kapitaalstromen.Vaste wisselkoers + onafhankelijk monetair beleid→ Geen vrij kapitaalverkeerVoorbeeld: China in het verleden, met kapitaalcontroles. Voordelen:Meer financiële stabiliteit door minder koersschommelingen.Politieke integratie om toekomstige conflicten te voorkomen. Geen transactiekosten meer voor het omwisselen van valuta. Geen valutarisico voor bedrijven t.a.v. handel binnen de zone.Verhoogde transparantie (makkelijker prijzen vergelijken) wat leidt tot toenemende concurrentie (en lagere consumentenprijzen). Verhoogde internationale concurrentiekracht. (t.o.v. VS, China, Japan, India, etc.) Nadelen:Striktere regelgeving c.q. internationale afspraken waar landen zich aan dienen te conformeren.Bijvoorbeeld Stabiliteits- en Groeipact binnen de EMUGeen intern wisselkoersbeleid meer mogelijk waarmee landen de individuele omvang van handel, productie en werkgelegenheid kunnen beïnvloeden. Verschil in intern beleid van landen (belastingstelsel, sociale zekerheidsstelsel kan internationale samenwerking alsnog belemmeren en leiden tot conflicten. Een economische crisis in het ene land heeft meer impact op de nationale economieën van de andere landen binnen de zone. DNB geeft aan dat er in 2022 sprake was van een overschot op de lopende rekening. Het saldo van de lopende rekening (E – M) was dus positief. Dit betekent dat de export (E) groter is geweest dan de import (M). (S – I) + (B – O) = (E – M) (72,1 – I) + (334,1 – 335,0) = 41,0(72,1 – I) = 41,9I = 30,2 De investeringen in 2022 bedroegen € 30,2 miljard€ 30.200.000.000 / 101,8 * 100 = € 29.666.011.790Conjuncturele effect korte termijn:De hogere export dan import impliceert een hogere effectieve vraag (EV) naar Nederlandse producten. Op korte termijn stijgt de vraag naar Nederlandse producten. Conjuncturele effect lange termijn:Export > Import 🡪 EV stijgt 🡪 productie stijgt 🡪 werkgelegenheid stijgt 🡪 inkomen stijgt 🡪 bestedingen stijgen 🡪 EV stijgt verderDit is een positief effect, behalve in de situatie waarbij bestedingen groter worden dan de potentiële productie (Y > Y*). Dan zal dit overschot op de lopende rekening bijdragen aan een positieve outputgap en leiden tot inflatie. Wanneer een land een vaste wisselkoers nastreeft dan zorgt de centrale bank van het land ervoor dat de wisselkoers van de eigen munt niet te veel fluctueert t.o.v. buitenlandse valuta. Loslaten van een vaste wisselkoers zorgt er dus voor dat de wisselkoers van de eigen munt wel flink kan fluctueren en daarmee kan stijgen/appreciëren of dalen/depreciëren t.o.v. buitenlandse valuta. Dit noemen we flexibele wisselkoersenDoor het loslaten van de vaste wisselkoers kan de Egyptische pond depreciëren.Hierdoor worden Egyptische producten goedkoper voor het buitenland en worden buitenlandse producten duurder voor Egyptische bedrijven en consumenten. Hierdoor zal de vraag naar Egyptische producten stijgen en de vraag naar buitenlandse producten vanuit Egypte dalen. Hierdoor stijgt de productie van Egyptische producten. Dit leidt tot meer werkgelegenheid in Egypte. Dit leidt tot een hoger inkomen in Egypte. BBP / Y zal dus stijgen. Redenatie via de vraagkant Egyptische pond. Wanneer de centrale bank van Egypte de rente verhoogt, wordt het voor buitenlandse investeerders interessant om te beleggen in Egypte, denk aan geld op een spaarrekening zetten of beleggen in Egyptische obligaties. Hierdoor stijgt de vraag naar Egyptische pond.Hierdoor stijgt de koers van Egyptische pond. Redenatie via de aanbodkant Egyptische pond. Wanneer de centrale bank van Egypte de rente verhoogt, wordt het voor Egyptische investeerders minder interessant om te beleggen in het buitenland.Hierdoor daalt het aanbod van Egyptische pond.Hierdoor stijgt de koers van Egyptische pond. De ECB spreekt van een overschot aan goederen en diensten. De vraag naar Europese goederen is dus groter dan het aanbod van Europese goederen, oftewel export > import. De vraag naar de Euro zal hierdoor hoger zijn dan het aanbod van de Euro. Hierdoor zal de Euro appreciëren, de wisselkoers zal stijgen t.o.v. andere valuta. Het saldo wordt met name veroorzaakt door de stijging in vraag naar goederen en diensten geeft de ECB aan. Deze vallen onder de goederen- en dienstenrekening op de betalingsbalans, welke onderdeel zijn van de lopende rekening. Dividend = primair inkomen = afname lopende rekeningToerisme = dienstenexport = toename lopende rekeningDefensiemateriaal = goederenimport = afname lopende rekeningOntwikkelingshulp = kapitaalexport = afname financiële rekeningAflossingen = kapitaalexport = afname financiële rekeningRente = primaire inkomen = afname lopende rekeningBonussen = loon = primair inkomen = afname lopende rekeningStaatsobligaties verkopen = kapitaalimport = toename financiële rekening Als de centrale bank de rente verhoogt bij een vaste wisselkoers, ontstaat er een kapitaalstroom vanuit het buitenland naar dit land omdat de rente er hoger is. Dat betekent dat de koers zal appreciëren. Om dat te voorkomen moet de centrale bank de kapitaalstroom tegenhouden en daardoor wordt het kapitaalverkeer beperkt.Westland zit in een laagconjunctuur en heeft behoefte aan een lage rente. De (te) hoge rente voor Westland zorgt ervoor dat bestedingen verder dalen en dat de werkloosheid relatief hoog blijft.In Oostland zorgt de (te) lage rente voor meer bestedingen. De (bestedings)inflatie in de hoogconjunctuur wordt dan niet bestreden en daardoor blijft de inflatie op een relatief hoog peil / blijft de arbeidsmarkt krap.Voorwaarde arbeidsmobiliteitAls arbeidsmobiliteit onbeperkt mogelijk is, kunnen werklozen uit Westland makkelijker gaan werken in Oostland. Hierdoor zal de ruime arbeidsmarkt in het ene land krapper worden en de krappe arbeidsmarkt in het andere land ruimer (waardoor de markten evenwichtiger worden).Voorwaarde loon/prijsrigiditeit In een laagconjunctuur zal een relatief lage loonrigiditeit / hoge flexibiliteit ervoor zorgen dat lonen zich sneller (naar beneden) aanpassen. In een hoogconjunctuur passen de lonen zich sneller aan naar boven, waardoor de arbeidsmarkt in beide landen sneller in evenwicht komt. Bij stelling I: Het saldo handelsbalans van de VU met Cinai loopt op van –160 in 2000 naar –423 in 2020. Dit is een aanwijzing voor de verslechtering van de internationale concurrentiepositie van de producenten van de VU ten opzichte van hun concurrenten uit Cinai. De export naar Cinai als percentage van het bbp was in 2000 gelijk aan 3% (90 / 3.000) en in 2020 is dit 2,1% (96 / 4.550). Er is sprake van een daling van de exportquote en dat is een aanwijzing voor een verslechtering van de internationale concurrentiepositie Bij stelling II: In het tijdvak is de totale handel (import + export) gestegen van 340 in 2000 naar 615 in 2020. Dit is een stijging van 81%. Het bbp is in dezelfde periode gestegen van 3.000 naar 4.550 (52%). De totale handel is relatief veel meer gestegen dan het bbp van de VU. Hierdoor is de economie afhankelijker geworden van goederen uit CinaiLet op dat in je antwoord zowel verwezen moet worden naar import als export. Qv = Qa geeft +4P = 800 dus P = VU€ 200. Door de invoerheffing van VU€ 60 wordt de prijs van batterijen uit Cinai:150 + 60 = VU€ 210. Omdat de importprijs hoger wordt dan de binnenlandse prijs zal er helemaal geen import meer zijn uit Cinai.P = 150 invullen: Qv = – 450 + 675 = 225 miljoen Qa = 150 – 125 = 25 miljoen Het vraagoverschot is 225 – 25 = 200 miljoen stuks Dit wordt voor 90% uit Cinai opgevuld = 180 miljoen. De importwaarde van de batterijen uit Cinai daalt met 180 mln x 150 = VU€ 27 miljard (want de binnenlandse prijs van VU€ 200 ligt onder de importprijs na de importheffing van VU€ 210). Cinai kan door directe investeringen in de VU daar bedrijven opzetten en daar produceren waardoor ze toetreden tot de binnenlandse markt. Hierdoor gelden de importheffingen niet meer De kapitaalinvoer maakt het mogelijk dat de import van batterijen kan worden verminderd / (dat de VU zelf kan gaan exporteren) en dat is gunstig voor de saldo lopende rekening De kapitaalinvoer zorgt ervoor dat, indien deze buitenlandse investeringen in de VU rendabel zijn, later (een deel van) de winst naar Cinai terugvloeit, waardoor de (primaire) inkomensrekening van de VU (als onderdeel van dezelfde lopende rekening) ongunstig wordt beïnvloed.Cinai zal reageren met protectionistische tegenmaatregelen op de importheffing van de VU (waardoor er sprake is van een sequentieel spel)Door de toenemende protectie worden producten op alle goederenmarkten, dus ook op de binnenlandse markt van de VU (schaarser en) duurder. Hierdoor kunnen de (consumptieve) bestedingen en daarmee het bbp van de VU gaan dalen / hierdoor verslechtert de internationale concurrentiepositie ten opzichte van andere landen waardoor de export daalt en daarmee het bbp van de VU.Als gevolg daarvan daalt de inkomstenbelasting / daalt de productie waardoor de werkloosheid toeneemt en stijgen de uitgaven aan sociale uitkeringen / subsidies. Hierdoor zal het financieringstekort juist oplopen.
Deze toets bestellen?
Voordeligst
Lidmaatschap ToetsMij
€ 12,99/mnd
Snel nog even wat toetsen oefenen? Kies dan onze meest flexibele optie.