Nectar 5e ed/ FLEX - Hoofdstuk 3 - Waarnemen oefentoetsen & antwoorden

2. Je raakt de verwarming aan 1. De prikkel komt aan in de huid 4. Het warmte-zintuig zet de prikkel om in een impuls 5. Het impuls komt aan in de hersenen 3. Je bent je bewust van de warme verwarming   a) Waar: ieder zintuig ontvangt een soort prikkel. Bijvoorbeeld: het oog ontvangt lichtprikkels en geen geurprikkels. b) Niet waar: in je huid liggen vier soorten zintuigen c) Waar: geurstoffen worden ontvangen door het reukzintuig in je neus d) Waar: Het tastzintuig ligt erg oppervlakkig in de huid, zodat je snel de lichtste aanrakingen kunt voelen.   a) De traanbuis: Vangt traanvocht op b) De traanklier: Maakt traanvocht aan c) Het ooglid: beschermt het oog tegen vuil en ziekteverwekkers, verspreid traanvocht over het oog d) Traanvocht: werkt ontsmettend voor het oog en zorgt ervoor dat het oog niet uitdroogt   Type 1: kegeltjes voor rood licht Type 2: kegeltjes voor groen licht Type 3: kegeltjes voor blauw licht Onderdeel 4: lensbandjes Onderdeel 11: de pupil Onderdeel 17: bloedvaatjes Onderdeel 30: het netvlies a) De oorschelp vangt geluid van buitenaf op b) Het slakkenhuis is gevuld met zintuighaartjes die vloeistofbewegingen opvangen c) Impulsen worden vanuit het oor door de oorzenuw naar de hersenen gestuurd d) De hoorbeentjes liggen in de trommelholte   1 – 4 – 6 – 5 – 2 – 3 – 7De gele vlek is onderdeel van het netvlies, dus deze nummers kunnen ook worden omgedraaid.   Eetgewoontes bepalen ook wat jij lekker vindt. Eten wat je niet gewend bent om te eten of wat je raar vindt, vind je vaak niet lekker. Je smaak verandert ook tijdens je leven. Misschien vond je vroeger pindakaas niet lekker en nu wel. Je smaakpapillen veranderen dus ook als je ouder wordt.   Bij onderdeel 1 de grote hersenen a) Gevoelszenuw: de informatie komt van het zintuig in de hersenen terecht b) Bewegingszenuw: als reactie op een prikkel. Bewegingszenuw stuurt spieren aan c) Gevoelszenuw: de informatie komt vanaf het reukzintuig bij de hersenen terecht d) Gevoelszenuw: de informatie komt vanaf het smaakzintuig bij de hersenen terecht Biedt bescherming voor het oog: Het harde oogvlies Vangt de prikkel licht op: Het netvlies Voorziet het oog van voedingsstoffen: Het vaatvlies   Als je naar het voorwerp van ver weg kijkt wordt de lens plat. Dit betekent dat de lens strak wordt getrokken. Het straallichaam ontspant zich. Daardoor valt het licht weer op de gele vlek en kun je dus van veraf scherp zien. De oogbol is te lang Verziend  Bijziend Beeld valt achter netvlies Beeld valt voor netvlies Holle lens Bolle lens Plus bril Min bril   Een hond heeft zintuighaartjes die veel gevoeliger zijn. In het oor vind je in het slakkenhuis zintuighaartjes. Deze bewegen in reactie op geluid. Als het geluid te weinig trillingen veroorzaakt, kun je niks horen.   De buis van Eustachius is nog niet goed ontwikkelt, daardoor staat deze bijna niet open. Normaal kunnen bacterien en vocht het oor verlaten door deze buis. Bij jonge kinderen kan dat dus niet. Daardoor hebben kinderen vaker een oorontsteking.    Het korte termijngeheugen onthoudt informatie maar voor 15 minuten. Het lange termijngeheugen onthoudt informatie langer. Door informatie te herhalen ontstaat er een geheugenspoor in de hersenen. Daardoor kun je sneller bij de informatie als je het nodig hebt. Bij het korte termijngeheugen wordt er geen geheugenspoor gevormd.   Omdat het een plusbril is, moet je de lens op dezelfde manier tekenen als hierboven. Door de lens verandert het beeld en hierdoor komt het beeld beter op het netvlies terecht. Je evenwichtsorgaan bevat cirkelvormige kanalen. Daarin vindt zintuighaartjes en vloeistof. Als je beweegt, beweegt de vloeistof mee en die bewegen de zintuighaartjes. Daardoor weet je altijd of je in evenwicht bent. Als je op je telefoon kijkt en niet op de weg let, dan registreren je hersenen twee verschillende signalen. Enerzijds het bewegen van de auto en anderzijds een andere beweging op je telefoon. Daardoor word je misselijk. Het reukzintuig is onderdeel van je neusslijmvlies. Het neusslijmvlies houdt de neusholte vochtig, en als je verkouden bent is dit heel dik en ontstoken. Als je iets ruikt worden de geurstoffen hierdoorheen vervoerd naar het reukzintuig, maar als je verkouden bent gaat dit dan minder goed.  In je hersenen vind je verschillende hersencentrums. Een hersencentrum ontvangt een bepaald type informatie. Deze hersencentrums vind je in de grote hersenen. Het schrijfcentrum stuurt informatie naar je dominante hand, links of rechts. Daardoor zijn mensen links of rechtshandig.