Nieuw Nederlands 6e ed
- Hoofdstuk 5 - Toekomst
oefentoetsen & antwoorden
6e editie
Klas 2|Havo/vwo
Deze toets behandelt de volgende onderwerpen: kritisch lezen, uitdrukkingen uit handel en scheepvaart, samengestelde zinnen, voegwoord, hoofdletters en aanhalingstekens, pv in samengestelde zinnen.
Toets Nederlands
Nieuw Nederlands 6e ed
Online maken
Toets afdrukken
Onjuist, want dan is het een samengestelde zin.
Zin
Enkelvoudig
Samengesteld
{hoofdzin}
{hoofdzin} + {hoofdzin}
{(bijzin) + hoofdzin}
{hoofdzin + (bijzin)}
1
x
x
2
x
x
3
x
x
4
x
x
5
x
x
Tips: Als het gaat om een enkelvoudige zin, dan is deze zin altijd een hoofdzin en heb je geen bijzin. In een hoofdzin staat de persoonsvorm helemaal vooraan of direct na het eerste zinsdeel. In een bijzin staat de persoonsvorm niet vooraan, maar juist achteraan (helemaal achteraan of als een van de laatste woorden).
a) Nevenschikking (twee hoofdzinnen en te herkennen aan het nevenschikkend voegwoord ‘en’.
b) Nevenschikking (twee hoofdzinnen en te herkennen aan het nevenschikkend voegwoord ‘en’.
c) Onderschikking (hoofdzin + bijzin en te herkennen aan het onderschikkend voegwoord ‘omdat’)
Eigen antwoord. Een goed voorbeeld kan zijn: Ik heb gehoord dat Eefje een nieuw appartement heeft gekocht.
Ik heb gehoord = hoofdzin
Dat Eefje een nieuw appartement heeft gekocht = bijzin
‘dat’ is een onderschikkend voegwoord, dus het gaat om een onderschikking.
Tip: Wanneer je één hoofdzin en één bijzin hebt, dan is er altijd sprake van een onderschikking. Daarnaast kun je ook de voegwoorden leren om een onderschikking of nevenschikking nog sneller te herkennen. a) ‘s Morgens.
De 's komt van des morgens. Nu het volledige woord niet meer als zodanig herkend wordt, schrijf je het eerste volledige woord met een hoofdletter. De M van morgens.
b) Hilde de Beer - de Koning.
Je schrijft een hoofdletter bij voornamen, voorletters en familienamen van personen. Hilde heeft twee achternamen. Haar voornaam is al genoemd, dus de tussenvoegsels worden met een kleine letter geschreven. Beide achternamen schrijf je met een hoofdletter.
c) Het Rode Kruis.
Je schrijft een hoofdletter bij eigennamen van bedrijven, merken en instellingen.
d) Franse kaas.
Je schrijft een hoofdletter bij aardrijkskundige eigennamen. Daarom schrijf je Franse met een hoofdletter en kaas met een kleine letter.
e) Platbrabants.
Bij namen van talen in een samenstelling (1 woord) met de voorvoegsels Standaard-, Middel-, Hoog-, Nieuw-, Oud-, en Plat vervalt de hoofdletter van de aardrijkskundige naam. Je schrijft dan de eerste letter van de samenstelling met een hoofdletter.
f) Oud-Noord-Hollands.
Als de aardrijkskundige naam al een koppelteken of een spatie heeft, dan bestaat de samenstelling uit twee woorden en schrijf je ze beide met een hoofdletter.
g) Noord-Brabant.
Wanneer een windrichting onderdeel is van een aardrijkskundige naam, krijgt deze een hoofdletter anders niet.
h) NO.
Windstreken schrijf je met een kleine letter, maar de afkorting van windstreken schrijf je met een hoofdletter.
i) december.
Namen van seizoenen, dagen, maanden en historische periodes schrijf je met een kleine letter.
j) Kerstmis.
Je schrijft een hoofdletter bij namen van feestdagen en historische gebeurtenissen. Je schrijft een hoofdletter bij een heilig persoon of een heilig begrip. Wanneer je een exemplaar bedoelt van een heilig boek, schrijf je dit niet met een hoofdletter. Je schrijft een kleine letter bij het woord waarmee je (leden van) een culturele, godsdienstige of maatschappelijke stroming benoemt. Ook samenstellingen of afleidingen hiervan schrijf je met een kleine letter.
k) Victor en Rolf.
Wanneer je verwijst naar bijvoorbeeld een boek, schilderij, auto, enz. met de naam van die (beroemde) persoon, blijft de hoofdletter bestaan.Woorden die zijn afgeleid van een naam of verwijzen naar een uitvinder of ontdekker, worden met een kleine letter geschreven. Ook woorden waarvan het verband met de persoon vervaagd is worden met een kleine letter geschreven.Als het woord een samenstelling is van een persoonsnaam en een ander woord dat er mee verbonden is en ook als zodanig herkend wordt, dan schrijf je een hoofdletter.
l) BTW.
Je schrijft een hoofdletter bij erkende afkortingen.
a) Goed. Er wordt letterlijk verteld wat er op de deur hangt. Het gaat dus om een citaat. Om een citaat plaats je aanhalingstekens.
b) Goed. 'Whizzkid' wordt hier een beetje spottend, niet serieus, bedoeld. Dan plaats je het tussen aanhalingstekens.
c) Fout. Alleen het gedeelte dat letterlijk gezegd wordt plaats je tussen aanhalingstekens. In dit geval komen ze dus na het vraagteken in plaats van achteraan in de zin.
d) Fout. Deze zin is niet goed opgeschreven. Het eerste deel wordt ook letterlijk gezegd.
e) Er moeten dus aanhalingstekens geplaatst worden om het zinsgedeelte "Dat is me toch ook wat!"
f) Goed. De aanhalingstekens staan om het citaat. a) De burgers van Amerika hebben besloten dat Biden de komende vier jaar aan het roer staat.
b) We moeten niet te snel bakzeil halen, dus we gaan door met onze strijd tegen racisme.
c) Hoe zorg jij ervoor dat je weet of je nog goed in de markt ligt bij de jongens?
d) Mijn ouders moesten vroeger altijd een oogje in het zeil houden, omdat mijn zusje steeds de trap op wilde klimmen.
e) Ik zou nooit in zee gaan met een bedrijf dat kinderarbeid verricht.
f) Aangezien mijn ouders het beste voor mij willen en ik zelf geen spaargeld heb, komen zij over de brug en betalen ze mijn studie.
g) Corona heeft ervoor gezorgd dat vele bedrijven op de fles zijn gegaan.
h) Merkkleding is behoorlijk aan de prijs ,maar de kwaliteit is vaak wel beter.
Meerdere antwoorden mogelijk. Hieronder geven we voorbeelden van goede antwoorden.
a) De leerlingen manipuleren de docent, zodat zij voor iedere voldoende een snicker krijgen.
Manipuleren = beïnvloeden
b) De militairen zijn tot nader order teruggeroepen.
Tot nader order = Tot later
c) De supporters renden masssaal het veld op.
Massaal = een groot geheel vormend Drie van onderstaande factoren:
Is de auteur deskundig?
Is de auteur onpartijdig of heeft hij een bepaald belang? Kun je uit de tekst of het onderschrift iets afleiden over de opleiding of het beroep van de auteur?
Waar en wanneer is de tekst gepubliceerd?
Is de informatie in de tekst niet verouderd?
Zijn de mensen die geïnterviewd worden betrouwbaar en deskundig? Komen er voor- én tegenstanders aan het woord?
Klopt het wat de auteur zegt? Laat hij geen belangrijke dingen weg?
Zijn de argumenten van de auteur sterk of kun je er makkelijk iets tegen inbrengen?
Deze tekst is onbetrouwbaar, omdat deze gepubliceerd is in 2008 en Hyves nu niet meer bestaat. De informatie is dus achterhaald.
a) Vredesmars tegen racisme
b) Ja, de tekst komt van een nieuwswebsite, is recent gepubliceerd en de informatie is niet verouderd.
c) Met een bruggenbouwer wordt in dit geval bedoeld: Iemand die partijen nader tot elkaar brengt. In dit geval willen de kerkgemeenschappen ‘wit’ en ‘zwart’ bij elkaar brengen.
Deze toets bestellen?
Voordeligst
Lidmaatschap ToetsMij
€ 12,99/mnd
Snel nog even wat toetsen oefenen? Kies dan onze meest flexibele optie.