Feniks 3e ed/LRN-line - Toets Tijdvak 3 - Tijd van monniken en ridders oefentoetsen & antwoorden

a) Domein: landgoed dat wordt beheerd via het hofstelsel.b) Geestelijke: iemand die als priester of monnik verbonden is aan de kerk.c) Feodaal: band die ontstaat wanneer iemand een persoonlijke eed van trouw aflegt aan een ander in ruil voor een leen. (band tussen leenman en leenheer).d) Hofmeier: beheerder van de domeinen van de koning.e) Hofstelsel: systeem waarbij grond wordt verpacht aan boeren of wordt bewerkt voor de heer.f) Horige: iemand die gebonden is aan de grond die hij bewerkt.g) Jihad: inspanning om de islam te verspreiden.h) Krijgsheer: legeraanvoerder die zijn militaire gezag gebruikt om ook politieke macht uit te oefenen.i) Leen: gebied dat door een leenman wordt beheerd, wat hij in gebruik heeft gekregen door de leenheer.j) Leenheer: vorst of edelman die grond uitleent in ruil voor bepaalde diensten.k) Missionaris: iemand die het christelijk geloof verspreid.l) Pachtboer: boer die niet de eigenaar is van de grond die hij bewerkt, maar pacht (huur) betaald aan de eigenaar.m) Vazal: iemand die een eed van trouw heeft afgelegd aan de leenheer. Synoniem voor leenman.n) Vroonland: deel van een domein dat direct door de heer wordt gebruikt. 5-6-4-1-3-2Toelichting:5) Koning Clovis bekeert zich tot het christendom (§2).6) Romeinse pachtboeren verlaten hun land (§1).4) Karel Martel beloont vazallen met landgoederen (§1).1) Europese legers verslaan moslimlegers bij Poitiers (§3).3) Karel de Grote wordt gekroond tot keizer (§1).2) Heel Europa is (in naam) christelijk (§2). Bij deze vraag is het van belang dat je je afvraagt wat is in het belang van de landheer? Waar profiteert hij van (en niet)? Enkele voorbeelden: Voordeel: Doordat leenmannen trouw beloofden was de kans op opstand kleiner. Doordat leenmannen grond besturen, wordt het regeren makkelijker. Nadeel: Leenmannen streven naar erfelijkheid, waardoor de koning zijn macht kwijtraakt. Het land verbrokkeld. Daardoor kan de koning zijn macht kwijtraken. Bij deze vraag is het belangrijk dat je let op de doelen die mensen hebben. Enkele voorbeelden: 1. De koning wil … dat zijn rijk goed bestuurd wordt. dat hij de macht houdt. 2. Leenmannen willen ... hun leen erfelijk maken hun macht uitbreiden (ten koste van andere leenmannen / de koning). Een juist antwoord bestaat uit de volgende elementen: 1. Een uitleg van de verhouding tussen kerk en staat. Bijvoorbeeld: Koningen bepaalden de godsdienst van hun gewoontes. 2. Wat Clovis’ bekering dan betekent voor de kerk. Bijvoorbeeld: Door Clovis’ bekering konden missionarissen mensen makkelijker dopen. Bij deze vraag kun je een voorbeeld geven waaruit blijkt dat kloosters hoogstaande beschavingen waren. Enkele voorbeelden: Kloosterlingen verzorgden onderwijs. In kloosters was veel medische kennis. Monniken konden vaak schrijven. Een juist antwoord bestaat uit de volgende elementen: 1. Een uitleg hoe de islam de eenheid bevordert. Bijvoorbeeld: De islam loste onderlinge conflicten op waardoor er eenheid ontstond. 2. Hoe dit leidt tot expansie. Bijvoorbeeld: Door deze eenheid kon er worden samengewerkt en andere koningen worden verslagen. Enkele juiste voorbeelden: Arabieren bezaten goede kopieën van Griekse filosofen. Er was kennis over de grootte van de aarde. Er waren door de wetenschap praktische apparaten gemaakt. Een juist antwoord bestaat uit de volgende elementen: 1. Een keuze. In dit geval: D 2. Een uitleg. Bijvoorbeeld: Noormannen teisterden Europa na de dood van Karel de Grote (814) / de verdeling van het rijk (843) . Het enige jaartal na deze jaartallen is optie D. a) Het is belangrijk dat je ingaat op de mogelijkheden die er waren om het christendom te verspreiding. Enkele voorbeelden:  Mensen konden niet in de bijbel lezen. Het aantal mensen dat onderwijs kon geven over het geloof was klein. b) Belangrijk: Deze vraag gaat over hoe wij deze kennis hebben. Tegenwoordig zijn historici afhankelijk van schriftelijke bronnen. Ga daar dus op in. Bijvoorbeeld: Er zijn weinig schriftelijke bronnen over deze periode. Een juist antwoord bestaat uit de volgende elementen: 1. Een uitleg van de situatie op dat moment. Bijvoorbeeld: Arabische legers trokken op in de richting van Frankrijk. 2. Een uitleg waarom het tegenhouden van belang was voor christenen. Bijvoorbeeld: Als de slag niet was gewonnen door de Frankische legers, waren de Noordelijke delen van Europa ook geïslamiseerd.  Bron 1: Het ontstaan van feodale verhoudingen in het bestuur. Bron 2: Ontstaan en verspreiding van de islam. Bron 3: De verspreiding van het christendom in geheel Europa.    Let op: volgens het examenprogramma mag je kenmerkende aspecten in je eigen woorden omschrijven. Een letterlijke omschrijving is natuurlijk altijd goed.