Nova Nask MAX 2019 deel A - Hoofdstuk 4 - Elektriciteit oefentoetsen & antwoorden
Deze toets behandelt de volgende onderwerpen: Stroomkring, Spanning, Stroomsterkte, Vermogen, Symbolen,Schakelschema, Spanningsbronnen, Parallel, Serie en Capaciteit.

- Een batterij is een energiebron. De batterij levert elektrische energie.
- De draden vervoeren de elektrische energie.
- Het lampje zet elektrische energie om in licht (en warmte).
- We meten stroom in de eenheid Ampère (A).
- We meten spanning in de eenheid Volt (V).
- We meten de weerstand in Ohm.
- Een geleider is een stof die gemakkelijk elektrische stroom kan vervoeren. Alle metalen zijn geleiders. Sommige metalen geleiden stroom beter dan andere metalen.
- Een isolator is een stof die stroom heel lastig tot niet kan vervoeren. Voorbeelden zijn plastic, lucht, rubber.
- Uit een normale penlight batterij komt 1,5 V. Deze spanning zit ruim onder de grens van 24 V, dus deze spanning is niet gevaarlijk. Deze spanning kun je zelfs niet eens voelen.
- Uit het stopcontact (in Nederland en de rest van Europa) komt 230 V. (In Amerika is dit 110 V en in Japan is dit 100 V.)
- Deze spanning is ruim boven de grens van 24 V, dus deze spanning is gevaarlijk. Je mag daarom een stroomkabel in huis ook niet zomaar aanraken.
- In ieder geval moet je antwoord bevatten: Een dynamo bestaat uit een koperen spoel en een ronddraaiende magneet.
- Een accu en een batterij.
- Een serieschakeling.
- In huis zijn de lampen parallel geschakeld.
- Daardoor kun je elke lamp in principe apart bedienen.
- Een serieschakeling bestaat maar uit 1 stroomkring. Er zijn geen vertakkingen te vinden in een serieschakeling.
- Een transformator werkt spanningen om naar een ander voltage.
Grootheid | Afkorting | Eenheid | Afkorting |
Spanning | U | Volt | V |
Stroomsterkte | I | Ampère | A |
Vermogen | P | Watt | W |
Capaciteit | C | Ampère-uur | Ah |
- 500 mA = 0,5 A
- b) 20 mA = 0,020 A
- c) 7 mA = 0,007 A
- d) 1000 mA = 1 A
- e) 1 A = 0,001 mA
- f) 3,5 A = 3500 mA
- g) 0,5 A = 500 mA
- LET OP: er gaan 1000 mA in 1 A. milli betekent 1/1000, oftewel 0,001. Je moet om van een ampère naar milliampère te gaan, het getal keer 1000 doen. Omgekeerd, om van een milliampère naar een ampère te gaan, moet je dit getal delen door 1000. Onthoud dus dat milli een duizendste betekent!
- a) 4V= 4000 mV
- b) 3 mV= 0,003 V
- c) 0,3 V = 300 mV
- d) 30 mV= 0,030 V
- e) 1 W = 1000 mW
- f) 1000 W= 1 kW
- 1 kW is gelijk aan 1000 W. k=(kilo) betekent 1000. Je hebt ook kilogrammen: een kilogram is gelijk aan 1000 g.
- glas: ISOLATOR
- b) ijzer: GELEIDER
- c) koper: GELEIDER
- d) plastic: ISOLATOR
- e) koolstof: GELEIDER
- f) aluminium: GELEIDER
- g) lucht: ISOLATOR
- Accu, batterij, dynamo.
- Nee, want bij deze parallelschakeling staat elk lampje op een aparte vertakking. Je kunt elk lampje apart bedienen. Als een lampje kapot gaat, blijft de andere branden in dit geval.
Symbool | Naam |
![]() | SCHAKELAAR (OPEN) |
![]() | DRAAD |
![]() | STOPCONTACT |
![]() | SPANNINGSMETER of VOLTMETER |
- Gegeven: U = 3 V; I = 0,1 A
- Gevraagd: P (vermogen)
- Formule: Vermogen = spanning * stroomsterkte (P = U * I)
- Berekening: P = 3 V * 0,1 A = 0,3 W
- Conclusie: Het vermogen is 0,3 W.
- Gegeven: U = 6 V; I = 0,2 A. (LET OP: REKEN ALTIJD mA om naar A!)
- Gevraagd: P (vermogen)
- Formule: P = U * I
- Berekening: P = 6 V * 0,2 A = 1,2 W
- Conclusie: Het vermogen is 1,2 W.
- Gegeven: P = 3 W; I = 0,5 A
- Gevraagd: U = ?
- Formule: P = U * I, dus I = P/U
- Berekening: I = 3 W / 0,5 A = 6 V
- Conclusie: De spanning uit de batterij is 6 V.
- In een stroomkring vind je een batterij. De batterij is een energiebron. Ook zitten in een stroomkring draden. Om de draden zit plastic. Plastic is een isolator . Het lampje geeft licht . Electrische energie wordt in het lampje omgezet in licht. . In gloeilampen ontstaat er naast licht ook warmte . Daarom worden gloeilampen niet meer gebruikt.
- De spanning in een batterij wordt opgewekt door middel van een chemische reactie.
- Tijdens deze reactie ontstaat er een elektrische stroom, omdat beginstoffen worden omgezet in eindstoffen.
- Zodra de beginstoffen op zijn, houdt de reactie ook op. De batterij is dan leeg.
- Bij een oplaadbatterij kun je deze reactie ook weer omkeren; uit de eindstoffen maak je de beginstoffen weer terug met behulp van stroom. (Daarom moet je batterijen in een adapter opladen. De batterij kan, als deze weer opgeladen is, weer stroom leveren.)
- 1,5 V + 1,5 V + 1,5 V = 4,5 V
- TOELICHTING: Als je batterijen in serie schakelt, mag je de spanning bij elkaar optellen. Je hebt dus een spanning van 1,5 V + 1,5 V + 1,5 V = 4,5 V. Wat je ook mag doen, is het aantal batterijen keer de spanning doen. Dat is dus 3 * 1,5 V = 4,5 V.


- a)
- Lamp 1 brandt het felst: hier gaat de meeste stroom doorheen. Lamp 2 en lamp 3 krijgen elk de helft van de stroom die door lamp 1 gaat.
- b) Dan gaan de lampen 2 en 2 ook uit. Deze lampen staan in serie met lamp 1 geschakeld. Als in een serieschakeling een lamp uit gaat, gaat alles in de schakeling uit.
- Gegeven: U = 230 V; P = 110 W
- Gevraagd: I = ?
- Formule: P = U *I , oftewel: I = P/U
- Berekening: I = 110 W/230 V = 0,48
- Conclusie: De stroomsterkte is 0,48 A.
- TOELICHTING. In een plaatje staat vaak heel veel informatie. Lees goed de vraag en kijk of je in het plaatje de informatie kunt vinden die ze je geven en die ze je vragen. je ziet hier een spanning van 230 V (AC, wisselstroom) en een vermogen van 110 W in het witte vlak staan. Deze informatie heb je nodig. De 250 V fuse is een beveiliging. Deze heb je niet nodig. Op een apparaat staat vaak het woord fuse of supply. Supply betekent dat dat de stroom is die het apparaat gebruikt. Als je een formule krijgt, moet je soms de formule anders opschrijven om iets te kunnen berekenen. Zorg er daarom voor dat je de formules altijd goed leert. Ook moet je er voor zorgen dat je kunt werken met de formule. Doe dit in woorden als symbolen. Vind je het lastig om formules te onthouden of is het moeilijk om de juiste berekening te doen? Schrijf dan de formule op als driehoekje. Je kunt op deze manier makkelijk zien wat je moet doen.
- Gegeven: C = 3200 mAh = 3,3 Ah, I = 0,3 A
- Gevraagd: t = ?
- Formule: C = I * t, dus t = C/I
- Berekening:
- t = 3,3 Ah / 0,3 A= 11 h.
- t = 11 * 60 min = 660 min
- Conclusie: De batterij levert voor 660 minuten stroom.
- TOELICHTING: reken eerst altijd de waarden om in dezelfde eenheden. Hier is er voor gekozen om mAh naar Ah om te rekenen. Vervolgens is de formule zo omgezet dat je de tijd kunt berekenen. Daarna is het antwoord omgerekend naar minuten. Lees daarom altijd goed wat ze willen weten bij een rekenopgave en maak als het kan altijd gebruik van een rekenmachine. Als je formules lastig vindt, kun je er een driehoekje van maken.
Deze toets bestellen?
- Snel nog even wat toetsen oefenen? Kies dan onze meest flexibele optie.
- Je kunt maandelijks opzeggen.
- Toegang tot alle vakken bij ToetsMij.
Wat krijg je bij een abonnement?
- Toegang tot alle vakken
- 20 kwalitatieve oefentoetsen per maand
- Antwoorden, uitwerkingen en toelichtingen
- Geen stress voor het maken van toetsen
- Voordelig en flexibel. Ideaal als je maar een paar maanden toetsen hoeft te gebruiken.
- Betaal per kwartaal en bespaar hiermee 2 euro per maand.
- Toegang tot alle vakken bij ToetsMij.
Wat krijg je bij een abonnement?
- Toegang tot alle vakken
- 20 kwalitatieve oefentoetsen per maand
- Antwoorden, uitwerkingen en toelichtingen
- Geen stress voor het maken van toetsen
- Favoriete keuze van meer dan 70% van de gebruikers.
- Betaal slechts 90 euro per jaar en bespaar hiermee 65 euro.
- Geniet van een volledig jaar toegang tot alle vakken bij ToetsMij.
Wat krijg je bij een abonnement?
- Toegang tot alle vakken
- 20 kwalitatieve oefentoetsen per maand
- Antwoorden, uitwerkingen en toelichtingen
- Geen stress voor het maken van toetsen
Dit zeggen leerlingen en ouders
Cijfers omhoog
Onze zoon had in februari zeker 12 minpunten. Hij is gestart met oefenen via Toets mij en heeft een geweldige eindsprint getrokken en afgelopen week bijna het onmogelijke waargemaakt. Er zijn nog maar 2 minpunten over en nog niet alle toetsen zijn terug. Het heeft onze zoon enorm geholpen, omdat er breed getoetst wordt en de vraagstelling, zoals van hem begrepen, overeenkomt met de toets. Als je de oefentoetsen goed kunt maken, beheers je de stof echt goed!
Fijn dat leerlingen alvast een keer een toets kunnen oefenen die eruit ziet zoals op school.
Wij hebben sinds kort Toetsmij, omdat onze dochter het erg lastig heeft met Wiskunde. Op deze manier kan ze het hoofdstuk oefenen met een toets die qua vraagstelling overeenkomt met de toetsen op school. Nu kan ze dit dus eerst oefenen voordat ze de echte toets moet doen. Als docent Engels die werkt met Of Course en All Right kan ik bevestigen dat de toetsen grotendeels overeenkomen met de vraagwijze van de methode zelf. Dat is dus heel fijn voor leerlingen om te oefenen. We hadden heel even een dingetje met het nakijken, want de uitwerkingen werden niet goed weergegeven. Even een mailtje en binnen een dag reactie en ICT ging meteen aan de slag met het herstellen van de uitwerkingen. Super contact, goede dienstverlening! Aanrader!
Zéér tevreden!!
Lid geworden voor mijn zoon in leerjaar 1 van (toen 13) inmiddels 15. Hij zit nu in leerjaar 3 HAVO. Elk boek is makkelijk te vinden en alsmede mailt met een probleem omdat hij Duits krijgt uit een boek van leerjaar 2 word dit zelfs op zondag binnen een half uur opgelost en toegevoegd aan ons account! Zo’n toffe service zie je niet vaak meer! Dus wij zijn zéér tevreden. Sinds we het nu weer gebruiken (tijdje niet gebruikt) scoort hij weer voldoendes en zelf voor wiskunde een 8.8!
Zoek in meer dan 10.000 toetsen
Echte toetsvragen, precies aansluitend op jouw lesmethode en leerjaar. Voor klas 1 t/m 6 van vmbo-t t/m gymnasium.
