Nectar 5e ed/ FLEX - Hoofdstuk 13 - Dieren en planten oefentoetsen & antwoorden
Deze oefentoets behandelt o.m. de volgende onderwerpen: Planteneters, vleeseters, alleseters, verteringsstelsel dieren, energiebalans, fotosynthese, planten, eencellige organisme, diffusie, osmose, actief/passief transport, prooidieren, ademhaling insecten, ademhaling vissen, gaswisseling, gisten, open bloedsomloop, enkelvoudige bloedsomloop, dubbele bloedsomloop, transport plant, warmbloedig, opwarmen, afkoelen, lichaamsoppervlak, koudbloedig, planten in droogte of kou, bioluminescentie, aanpassingen walvissen.

Let op: Beide kruisjes moeten goed staan om de vraag goed te hebben beantwoord.
1= koolstofdioxide, 2 = water (met mineralen), 3 = (zon)licht, 4 = glucose, 5 = zuurstof.
Toelichting: Belangrijk is dat koolstofdioxide, water en zonlicht aan de linkerkant
van het = teken staan, en glucose en zuurstof aan de rechterkant van de =. De volgorde waarin je het opschrijft maakt verder niet uit.
a = stigma (of stigmata)
b = tracheeën
Kieuwen
Alcoholische gisting
Glucose → alcohol + koolstofdioxide + energie
Mensen gebruiken dit proces om bijvoorbeeld wijn en bier te maken.
Antwoord Q, want bastvaten liggen altijd aan de buitenkant van de vaatbundel in een stengel.
Zuigkracht: Door het verdampen van water via de huidmondjes in de bladeren, ontstaat er zuigkracht.
Worteldruk: Door het opnemen van water en mineralen komt er zoveel vocht in de wortels, dat het omhoog gedrukt wordt.
Capillaire werking: Het water kruipt via nauwe buisjes omhoog, doordat water aan de buisjes kleeft.
Let op: Alleen de begrippen noteren is niet genoeg, je moet ook uitleggen wat er gebeurt.
Isoleren.
Tussen de veren of haren zit een laagje lucht. Stilstaande lucht houdt (lichaams)warmte goed vast. Als het koud is gaan daarom ook de haren overeind staan, om meer stilstaande lucht te creëren.
Mogelijke antwoorden zijn;
Dunne vacht of verenkleed
Hijgen
Minder actief zijn
Alleen ‘s nachts actief
Koele plekken opzoeken
Bioluminescentie
Mogelijke antwoorden zijn;
Prooi lokken: Een prooi komt op af op een bewegend lichtje en wordt opgegeten.
Communiceren: Door lichtflitsen uit te zenden communiceren dieren met elkaar.
Predatoren afschrikken: Predatoren worden in verwarring gebracht door het gebruik van lichtgevende stoffen.
Planteneters verliezen meer energie via hun poep dan vleeseters, doordat er meer onverteerbare stoffen in hun voedsel zitten. Hierdoor moeten planteneters meer eten.
Het verschil tussen mimicry en camouflage is dat bij mimicry een prooidier erg lijkt op een ander “gevaarlijk” dier, waardoor roofdieren het prooidier met rust laat en bij camouflage lijkt het dier op iets in de omgeving waardoor de roofdieren de prooi niet kunnen zien.
De overeenkomst is dat het beide een manier is om te voorkomen dat de prooidieren opgegeten worden door de roofdieren.
Om voedingsstoffen op te nemen (om te eten) vouwen eencellige organisme een deel van het membraan om een eencellig plantje en nemen het in de cel op.
Om afvalstoffen af te geven verpakken ze de onverteerde resten of andere grote stoffen in een blaasje. Het blaasje vloeit samen met het celmembraan en de inhoud gaat naar buiten.
Door de bewegingen wordt de lucht in de tracheeën ververst en wordt de ventilatie bevorderd.
Op plaats Q. Het water met zuurstof stroomt via P de bek in. Hierna gaat het langs de kieuwen waar gaswisseling plaatsvindt. Dit betekent dat zuurstof wordt opgenomen in het bloed en koolstofdioxide af wordt gegeven (vanuit het bloed) aan het water. Daarom bevat het water bij Q meer koolstofdioxide.
Bij insecten stroomt het bloed vrij door het lichaam, terwijl het bloed in de vis steeds in bloedvaten zit.
Bastvaten en houtvaten.
Houtvaten vervoeren water met mineralen vanuit de wortels omhoog naar de bladeren. Ze liggen aan de binnenkant van de vaatbundel.
Bastvaten vervoeren water met glucose en andere voedingsstoffen van de bladeren terug naar de rest van de plant. Ze liggen aan de buitenkant van de vaatbundel.
Let op: Beide vaten moeten bij a) benoemd zijn om de vraag goed te
beantwoorden. Bij b) kun je een ezelsbruggetje gebruiken:
omHoog = Houtvaten Beneden = Bastvaten
Warmbloedige dieren regelen zelf hun lichaamstemperatuur wat rond een bepaalde waarde schommelt en dus altijd min of meer constant is.
Koudbloedige dieren nemen de temperatuur van de omgeving aan. Als het koud is, zijn zij koud, als het warm is, zijn zij warm.
Mogelijke antwoorden zijn;
Kleine blaadjes, waardoor er weinig fotosynthese is.
Behaarde bladeren, tegen verdamping
Bladeren dicht bij de stengel, wat rozet wordt genoemd.
- Volgens de bron eet Australopithecus afarensis vooral plantaardig voedsel, terwijl Homo sapiens ook veel vlees eet.
- Daarom heeft de De Australopithecus afarensis een langer darmkanaal nodig: want met een langer darmkanaal wordt voedsel beter verteerd.
In de schedel ligt het gebit. Aan het gebit is te zien wat voor soort “eter” het soort is. De Homo sapiens heeft knobbelkiezen. Knobbelkiezen zorgen ervoor dat zowel dierlijk als plantaardig voedsel wordt gemaald.
Toelichting: De dikgedrukte woorden in de uitwerking zijn de geleerde begrippen uit het hoofdstuk. Deze moeten minimaal terugkomen in je uitleg.
Let op: Bij b) moet je de uitleg van knobbelkiezen gebruiken, omdat de snijtanden/hoektanden van vleeseters en alleseters dezelfde functie hebben.
Zuurstof
Controleer je staafdiagram met het voorbeeld hieronder.
Let op: De volgende onderdelen moeten goed zijn om de vraag goed te hebben beantwoord.
bij de X-as staan de weersomstandigheden, op de Y-as: aantal belletjes per minuut
gegevens uit de tabel juist uitgezet in het diagram. Alle vier de staven moeten de juiste hoogte zijn. Dit mag er maximaal 1 hokje vanaf wijken.
Voorbeelden van een juiste conclusie:
hoe meer licht, des te meer belletjes/fotosynthese
hoe meer bewolking, des te minder belletjes/fotosynthese.
Leertip: Je moet, om deze vraag te kunnen beantwoorden, weten dat planten met behulp van zonlicht fotosynthese hebben en hierbij zuurstof vrij komt. Daarnaast moet je weten dat zuurstof een gas is en dus de belletjes vormt in water. (Net zoals koolzuur in cola).
In het lichaam van insecten worden zuurstof en koolstofdioxide door de lucht in de tracheeën vervoerd en niet door het bloed. De tracheeën vertakken zich door het hele lichaam en vervoeren de lucht naar alle cellen en weer terug naar buiten. Het bloed vervoert voedingsstoffen en afvalstoffen door het bloedvat en ook vrij door het lichaam via de open bloedsomloop.
Planten hebben een waslaag om niet uit te drogen, dus om vocht vast te houden. Omdat de plant onder water zit, is er voldoende vocht aanwezig. Hierdoor heeft de plant geen waslaag nodig. Als hij dit wel zou hebben, zou dit eerder de plant tegenwerken, omdat het dan juist water buiten zal houden.
spermaceti-orgaan
Duiken: De spermatie wordt op twee manieren afgekoeld, door het wondernet in zijn kop alleen maar bloed vanuit de koele huid langs het spermaceti-orgaan te laten lopen en door koud water via het rechterneusgat langs het spermaceti-orgaan te laten lopen. Hierdoor wordt de spermaceti koud en stolt, waardoor de dichtheid van de potvis groter wordt dan water en hij naar beneden zakt.
Stijgen: De spermacetie wordt opgewarmd door warm bloed vanuit het wondernet langs het spermaceti-orgaan te laten lopen. Hierdoor wordt de spermaceti warmer en smelt, waardoor de dichtheid van de potvis kleiner wordt dan water en hij naar boven stijgt.
Let op; de onderstreepte woorden moeten in je uitleg gebruikt worden. Deze begrippen moet je dus kennen, voor je ze kunt toepassen in de uitleg. Verder moet je inzien dat als van een voorwerp de dichtheid groter is dan water (denk maar aan een steen) dit altijd zinkt. Tegenovergesteld zal een voorwerp met een kleinere dichtheid van water natuurlijk drijven (denk maar aan piepschuim).
Deze toets bestellen?
- Snel nog even wat toetsen oefenen? Kies dan onze meest flexibele optie.
- Je kunt maandelijks opzeggen.
- Toegang tot alle vakken bij ToetsMij.
Wat krijg je bij een abonnement?
- Toegang tot alle vakken
- 20 kwalitatieve oefentoetsen per maand
- Antwoorden, uitwerkingen en toelichtingen
- Geen stress voor het maken van toetsen
- Voordelig en flexibel. Ideaal als je maar een paar maanden toetsen hoeft te gebruiken.
- Betaal per kwartaal en bespaar hiermee 2 euro per maand.
- Toegang tot alle vakken bij ToetsMij.
Wat krijg je bij een abonnement?
- Toegang tot alle vakken
- 20 kwalitatieve oefentoetsen per maand
- Antwoorden, uitwerkingen en toelichtingen
- Geen stress voor het maken van toetsen
- Favoriete keuze van meer dan 70% van de gebruikers.
- Betaal slechts 90 euro per jaar en bespaar hiermee 65 euro.
- Geniet van een volledig jaar toegang tot alle vakken bij ToetsMij.
Wat krijg je bij een abonnement?
- Toegang tot alle vakken
- 20 kwalitatieve oefentoetsen per maand
- Antwoorden, uitwerkingen en toelichtingen
- Geen stress voor het maken van toetsen
Dit zeggen leerlingen en ouders
Cijfers omhoog
Onze zoon had in februari zeker 12 minpunten. Hij is gestart met oefenen via Toets mij en heeft een geweldige eindsprint getrokken en afgelopen week bijna het onmogelijke waargemaakt. Er zijn nog maar 2 minpunten over en nog niet alle toetsen zijn terug. Het heeft onze zoon enorm geholpen, omdat er breed getoetst wordt en de vraagstelling, zoals van hem begrepen, overeenkomt met de toets. Als je de oefentoetsen goed kunt maken, beheers je de stof echt goed!
Fijn dat leerlingen alvast een keer een toets kunnen oefenen die eruit ziet zoals op school.
Wij hebben sinds kort Toetsmij, omdat onze dochter het erg lastig heeft met Wiskunde. Op deze manier kan ze het hoofdstuk oefenen met een toets die qua vraagstelling overeenkomt met de toetsen op school. Nu kan ze dit dus eerst oefenen voordat ze de echte toets moet doen. Als docent Engels die werkt met Of Course en All Right kan ik bevestigen dat de toetsen grotendeels overeenkomen met de vraagwijze van de methode zelf. Dat is dus heel fijn voor leerlingen om te oefenen. We hadden heel even een dingetje met het nakijken, want de uitwerkingen werden niet goed weergegeven. Even een mailtje en binnen een dag reactie en ICT ging meteen aan de slag met het herstellen van de uitwerkingen. Super contact, goede dienstverlening! Aanrader!
Zéér tevreden!!
Lid geworden voor mijn zoon in leerjaar 1 van (toen 13) inmiddels 15. Hij zit nu in leerjaar 3 HAVO. Elk boek is makkelijk te vinden en alsmede mailt met een probleem omdat hij Duits krijgt uit een boek van leerjaar 2 word dit zelfs op zondag binnen een half uur opgelost en toegevoegd aan ons account! Zo’n toffe service zie je niet vaak meer! Dus wij zijn zéér tevreden. Sinds we het nu weer gebruiken (tijdje niet gebruikt) scoort hij weer voldoendes en zelf voor wiskunde een 8.8!
Zoek in meer dan 10.000 toetsen
Echte toetsvragen, precies aansluitend op jouw lesmethode en leerjaar. Voor klas 1 t/m 6 van vmbo-t t/m gymnasium.
