Toets Economie

Praktische Economie MAX 2021 M5 Speltheorie - Hoofdstuk 3 - Volgtijdelijk spelen oefentoetsen & antwoorden

MAX

Deze oefentoets behandelt o.m. de volgende onderwerpen: asymmetrische informatie, volgtijdelijk kiezen, opbrengstenboom, actie, strategie, Nash-evenwicht, keuzevolgorde, toe- en uittreding.

Praktische Economie MAX 2021 M5 Speltheorie
Toets Economie
Praktische Economie MAX 2021 M5 Speltheorie
Online maken
Toets afdrukken
Bij volgtijdelijk spelen is sprake van asymmetrische informatie, omdat de speler die als eerste zijn keuze maakt een informatievoorsprong heeft: op het moment dat deze speler kiest, weet hij wat de andere speler gekozen heeft.Evenzo heeft de speler die als eerste zijn actie kiest een informatieachterstand: op het moment dat deze speler kiest, weet hij niet wat de andere speler zal kiezen.Als spelers hun acties tegelijkertijd kiezen, kan hun keuze niet afhankelijk worden gemaakt van de keuze van de andere speler. Want de keuze van de andere speler is niet bekend op het moment dat er een actie gekozen wordt.Bij volgtijdelijk spelen kan de speler die als tweede kiest wel zijn keuze baseren op de keuze van de eerste speler. We spreken dan van een strategie: een voorschrift dat voor iedere mogelijke situatie aangeeft welke actie een speler kiest.Er is geen onderscheid tussen actie en strategie, als spelers tegelijkertijd hun keuze bepalen en geen van beide spelers weet in welke situatie hij zich bevindt op het moment dat hij zijn actie kiest; een speler kent op het moment van kiezen de actie van de andere speler niet. Een strategie dan maar uit één actie, want de keuze voor een bepaalde actie kan niet afhankelijk worden gemaakt van de keuze van de andere speler. Met andere woorden: bij een gelijktijdig economiespel is er geen onderscheid tussen actie en strategie; de strategie is de actie. Als onderneming A de prijs wel verlaagt, zal onderneming B een keuze moeten maken tussen de prijs wel verlagen of de prijs niet verlagen. Onderneming B vergelijkt de opbrengst van € 2.100 als hij de prijs wel verlaagt met € 1.900 als hij de prijs niet verlaagt. De hoogste opbrengst is bij wel prijsverlaging.Als onderneming A de prijs niet verlaagt, staat onderneming B voor dezelfde keuze. Alleen zijn de opbrengsten nu anders. Onderneming B vergelijkt de opbrengst van € 2.200 als hij de prijs wel verlaagt met € 2.500 als hij de prijs niet verlaagt. De hoogste opbrengst is bij geen prijsverlaging.Onderneming A weet nu dat als hij de prijs verlaagt, onderneming B dat ook gaat doen en als hij de prijs niet verlaagt, gaat onderneming B de prijs ook niet verlagen.Bij het maken van een keuze tussen prijsverlaging en geen prijsverlaging, vergelijkt onderneming A zijn opbrengst die wordt behaald als onderneming B de prijs verlaagt (€ 2.250) met de opbrengst die wordt behaald als onderneming B de prijs niet verlaagt (€ 2.000). Onderneming A behaalt de hoogste opbrengst bij wel prijsverlaging.Het Nash-evenwicht is {wel prijsverlaging; wel prijsverlaging}. Zie ook de onderstreepte getallen in de opbrengstenboom.Als onderneming B de prijs wel verlaagt, zal onderneming A een keuze moeten maken tussen de prijs wel verlagen of de prijs niet verlagen. Onderneming A vergelijkt de opbrengst van € 2.250 als hij de prijs wel verlaagt met € 1.800 als hij de prijs niet verlaagt. De hoogste opbrengst is bij wel prijsverlaging.Als onderneming B de prijs niet verlaagt, staat onderneming A voor dezelfde keuze. Alleen zijn de opbrengsten nu anders. Onderneming A vergelijkt de opbrengst van € 1.850 als hij de prijs wel verlaagt met € 2.000 als hij de prijs niet verlaagt. De hoogste opbrengst is bij geen prijsverlaging.Onderneming B weet nu dat als hij de prijs verlaagt, onderneming A dat ook gaat doen en als hij de prijs niet verlaagt, gaat onderneming A de prijs ook niet verlagen.Bij het maken van een keuze tussen prijsverlaging en geen prijsverlaging, vergelijkt onderneming B zijn opbrengst die wordt behaald als onderneming A de prijs verlaagt (€ 2.100) met de opbrengst die wordt behaald als onderneming A de prijs niet verlaagt (€ 2.500). Onderneming B behaalt de hoogste opbrengst bij geen prijsverlaging.Het Nash-evenwicht is {geen prijsverlaging; geen prijsverlaging}. Zie ook de onderstreepte getallen in de opbrengstenboom.De inschatting van onderneming A, dat degene die als eerste de keuze maakt tussen wel of niet de prijs te verlagen beter af is, is juist geweest. Door als eerste een keuze te maken is de opbrengst van onderneming A € 2.250. Als onderneming B de eerste keuze maakt is de omzet van onderneming A € 2.000.Zie onderstaande opbrengstenmatrix:Opbrengst per dagOnderneming BWel prijsverlagingGeen prijsverlagingOnderneming AWel prijsverlaging€ 2.250; € 2.100€ 1.850; € 1.900Geen prijsverlaging€ 1.800; € 2.200€ 2.000; € 2.500Er zijn twee (Nash-)evenwichten. Beide spelers hebben geen dominante actie.Als de een zijn prijs verlaagt, zal de ander ook zijn prijs verlagen en als de een zijn prijs niet verlaagt, zal de ander zijn prijs ook niet verlagen. Beide spelers weten bij voorbaat niet wat de ander zal doen en daarom hebben zij geen van beiden een eenduidige strategie. Het valt niet te voorspellen wat de uiteindelijke uitkomst zal zijn. Het spel wordt niet opgelost. Nee, de dreiging van Hanse is niet geloofwaardig. Als Lako aanbiedt, is de winstdaling voor Hanse het kleinst als dit bedrijf de prijs niet verlaagt. De winst daalt in dit geval namelijk met slechts € 330.000, tegenover een daling van € 600.000 als Hanse de prijs zou verlagen.Ja, de kostenverlaging is voldoende om de dreiging van prijsverlaging door Hanse geloofwaardig te maken. De kostenbesparing voor Hanse bedraagt 30.000 × € 10 = € 300.000. De winstdaling bij prijsverlaging wordt (600.000 − 300.000) = € 300.000  en is daarmee voor Hanse geringer dan bij het gelijk houden van de prijs. Als bedrijf Y de tot de markt wil toetreden, zal bedrijf X een keuze moeten maken tussen de prijs wel verlagen of de prijs niet verlagen. Bedrijf X heeft een opbrengst van € 7 miljoen bij wel prijsverlaging en een opbrengst van € 8 miljoen bij geen prijsverlaging. De hoogste opbrengst is bij geen prijsverlaging.Als bedrijf Y niet tot de markt toetreedt, zal bedrijf X de prijs ook niet verlagen. De hoogste opbrengst is bij geen prijsverlaging.Bedrijf Y weet nu dat bedrijf X de prijs niet zal verlagen als hij toetreedt tot de markt. Aangezien de opbrengst van bedrijf Y in dat geval € 16 miljoen is, zal het bedrijf toetreden tot de markt.Het Nash-evenwicht is {wel toetreden; geen prijsverlaging}. Zie ook de onderstreepte getallen in de opbrengstenboom.De dreiging van bedrijf X is niet geloofwaardig. Na toetreding van bedrijf Y, zal bedrijf X de prijs niet verlagen.Tip: bij het oplossen van vraagstukken over geloofwaardige dreiging moet alleen worden gekeken naar, in dit geval, de rechterkant van de opbrengstenboom waar de dreiging relevant is. Toetreding lokt een dreiging uit, namelijk prijsverlaging. De keuze tussen wel prijsverlaging/geen prijsverlaging aan de andere kant van de opbrengstenboom heeft niets te maken met toetreding van een eventuele concurrent.  Zie onderstaande opbrengstenmatrix:Opbrengst per dag          Onderneming ZGeen prijsverlagingWel prijsverlagingOnderneming YGeen prijsverlaging€ 2.000; € 2.250€ 2.100; € 2.600Wel prijsverlaging€ 2.200; € 2.500€ 1.800; € 2.300Zie onderstaande opbrengstenboom:Als onderneming Y de prijs wel verlaagt, zal onderneming Z een keuze moeten maken tussen de prijs wel verlagen of de prijs niet verlagen. Onderneming Z vergelijkt de opbrengst van € 2.300 als hij de prijs wel verlaagt met € 2.600 als hij de prijs niet verlaagt. De hoogste opbrengst is bij geen prijsverlaging.Als onderneming Y de prijs niet verlaagt, staat onderneming Z voor dezelfde keuze. Alleen zijn de opbrengsten nu anders. Onderneming Z vergelijkt de opbrengst van € 2.400 als hij de prijs wel verlaagt met € 2.250 als hij de prijs niet verlaagt. De hoogste opbrengst is bij wel prijsverlaging.Onderneming Y weet nu dat als hij de prijs verlaagt, onderneming Z de prijs niet gaat verlagen en als hij de prijs niet verlaagt, gaat onderneming Z de prijs wel verlagen.Bij het maken van een keuze tussen prijsverlaging en geen prijsverlaging, vergelijkt onderneming Y zijn opbrengst die wordt behaald als onderneming Z de prijs niet verlaagt (€ 2.600) met de opbrengst die wordt behaald als onderneming Z de prijs wel verlaagt (€ 2.400). Onderneming Y behaalt de hoogste opbrengst bij wel prijsverlaging.Het Nash-evenwicht is {wel prijsverlaging; geen prijsverlaging}. Zie ook de onderstreepte getallen in de opbrengstenboom.Als onderneming Z de prijs wel verlaagt, zal onderneming Y een keuze moeten maken tussen de prijs wel verlagen of de prijs niet verlagen. Onderneming Y vergelijkt de opbrengst van € 1.800 als hij de prijs wel verlaagt met € 2.200 als hij de prijs niet verlaagt. De hoogste opbrengst is bij geen prijsverlaging.Als onderneming Z de prijs niet verlaagt, staat onderneming Y voor dezelfde keuze. Alleen zijn de opbrengsten nu anders. Onderneming Y vergelijkt de opbrengst van € 2.100 als hij de prijs wel verlaagt met € 2.000 als hij de prijs niet verlaagt. De hoogste opbrengst is bij wel prijsverlaging.Onderneming Z weet nu dat als hij de prijs verlaagt, onderneming Y dat niet gaat doen en als hij de prijs niet verlaagt, gaat onderneming A de prijs wel verlagen.Bij het maken van een keuze tussen prijsverlaging en geen prijsverlaging, vergelijkt onderneming Z de opbrengst die wordt behaald als onderneming Y de prijs niet verlaagt (€ 2.600) met de opbrengst die wordt behaald als ondernemingY de prijs wel verlaagt (€ 2.400). Onderneming Z behaalt de hoogste opbrengst bij geen prijsverlaging.Het Nash-evenwicht is {wel prijsverlaging; geen prijsverlaging}. Zie ook de onderstreepte getallen in de opbrengstenboom.Ja, het is een voordeel om als eerste een actie te kiezen. Degene die als eerste kiest, kiest altijd voor de actie, wel prijsverlaging. De ander zal dan altijd de actie geen prijsverlaging kiezen. Hierdoor blijft er maar een Nash-evenwicht over, precies het Nash-evenwicht bij vraag a, waar de speler die als eerste een actie kiest een voorkeur voor heeft. Er zijn twee Nash-evenwichten: beide partijen houden de prijs gelijk (de prijs van IC = € 11,00; de prijs van Farbo = € 12,00) of beide partijen verlagen de prijs (de prijs van IC = € 9,90; de prijs van Farbo = € 10,80).Zie onderstaande opbrengstenmatrix:Totale winst (x € 100.000)                                           Farbo       € 13,20        € 12    € 10,80IC   € 12,10      15,4; 25,6    5,6; 27,0   -4,3; 22,6   € 11      15,2: 11,3    8,0; 16,0     0,8; 14,9   € 9,90      10,1: -2,9    5,6; 5,0     1,0; 7,2Opmerking: Een gezamenlijke prijsverhoging (pic = € 12,10; pfb = € 13,20) zal voor beide partijen een hogere uitkomst bieden dan bij de beide Nash-evenwichten, maar deze uitkomst zal (zonder onderlinge afspraak) niet tot stand komen.Zie onderstaande opbrengstenboom:Als IC kiest voor € 12,10, kiest Farbo voor € 12,00; de totale winst voor IC is dan € 560.000.Als IC kiest voor € 11,00, kiest Farbo voor € 12,00; de totale winst voor IC is dan € 800.000.Als IC kiest voor € 9,90, kiest Farbo voor € 10,80; de totale winst voor IC € 100.000.IC zal kiezen voor € 11,00 omdat dit de hoogste totale winst oplevert. IC zal de prijs dus niet aanpassen. Zie onderstaande opbrengstenboom:Als Brouwer badkleding in zijn winkel wil gaan verkopen, zal Westbroek een keuze moeten maken tussen de prijs wel verlagen of de prijs niet verlagen. Westbroek heeft een opbrengst van € 2.100 bij wel prijsverlaging en een opbrengst van € 2.000 bij geen prijsverlaging. De hoogste opbrengst is bij wel prijsverlaging.Als Brouwer geen badkleding in zijn winkel wil gaan verkopen, zal Westbroek de prijs niet verlagen. De hoogste opbrengst is bij geen prijsverlaging.Bij het maken van een keuze tussen wel badkleding verkopen en geen badkleding verkopen, vergelijkt Brouwer zijn opbrengst die wordt behaald als Westbroek de prijs niet verlaagt (€ 2.000) met de opbrengst die wordt behaald als Westbroek de prijs wel verlaagt (€ 1.900). Brouwer behaalt de hoogste opbrengst bij geen badkleding verkopen.Het Nash-evenwicht is {geen badkleding; geen prijsverlaging}. Zie ook de onderstreepte getallen in de opbrengstenboom.De dreiging van Westbroek is geloofwaardig. Als Brouwer badkleding zou gaan verkopen, zal Westbroek de prijs verlagen, omdat Westbroek bij wel prijsverlaging een hogere omzet heeft dan bij geen prijsverlaging (€ 2.100 > € 2.000).Tip: bij het oplossen van vraagstukken over geloofwaardige dreiging moet alleen worden gekeken naar, in dit geval, de linkerkant van de opbrengstenboom waar de dreiging relevant is. Het verkopen van badkleding door Brouwer lokt een dreiging uit, namelijk prijsverlaging. De keuze tussen wel prijsverlaging/geen prijsverlaging aan de andere kant van de opbrengstenboom heeft niets te maken met het verkopen van badkleding door Brouwer. Het Nash-evenwicht hoeft dus niets te maken te hebben bij het bepalen van de geloofwaardigheid van de dreiging!

Deze toets bestellen?

Voordeligst
Lidmaatschap ToetsMij
€ 12,99/mnd
  • Snel nog even wat toetsen oefenen? Kies dan onze meest flexibele optie.
  • Je kunt maandelijks opzeggen.
  • Toegang tot alle vakken bij ToetsMij.
Kies dit abonnement

Wat krijg je bij een abonnement?

  • Toegang tot alle vakken
  • 20 kwalitatieve oefentoetsen per maand
  • Antwoorden, uitwerkingen en toelichtingen
  • Geen stress voor het maken van toetsen
Eenvoudig en veilig betalen met iDEAL of creditcard
3 maanden ToetsMij
€ 12,99
€ 10,99/mnd
  • Voordelig en flexibel. Ideaal als je maar een paar maanden toetsen hoeft te gebruiken.
  • Betaal per kwartaal en bespaar hiermee 2 euro per maand.
  • Toegang tot alle vakken bij ToetsMij.
Kies dit abonnement

Wat krijg je bij een abonnement?

  • Toegang tot alle vakken
  • 20 kwalitatieve oefentoetsen per maand
  • Antwoorden, uitwerkingen en toelichtingen
  • Geen stress voor het maken van toetsen
Eenvoudig en veilig betalen met iDEAL of creditcard
1 jaar ToetsMij
€ 12,99
€ 7,50/mnd
  • Favoriete keuze van meer dan 70% van de gebruikers.
  • Betaal slechts 90 euro per jaar en bespaar hiermee 65 euro.
  • Geniet van een volledig jaar toegang tot alle vakken bij ToetsMij.
Kies dit abonnement

Wat krijg je bij een abonnement?

  • Toegang tot alle vakken
  • 20 kwalitatieve oefentoetsen per maand
  • Antwoorden, uitwerkingen en toelichtingen
  • Geen stress voor het maken van toetsen
Eenvoudig en veilig betalen met iDEAL of creditcard

Dit zeggen leerlingen en ouders

10

Cijfers omhoog

Onze zoon had in februari zeker 12 minpunten. Hij is gestart met oefenen via Toets mij en heeft een geweldige eindsprint getrokken en afgelopen week bijna het onmogelijke waargemaakt. Er zijn nog maar 2 minpunten over en nog niet alle toetsen zijn terug. Het heeft onze zoon enorm geholpen, omdat er breed getoetst wordt en de vraagstelling, zoals van hem begrepen, overeenkomt met de toets. Als je de oefentoetsen goed kunt maken, beheers je de stof echt goed!

AP
9.0

Fijn dat leerlingen alvast een keer een toets kunnen oefenen die eruit ziet zoals op school.

Wij hebben sinds kort Toetsmij, omdat onze dochter het erg lastig heeft met Wiskunde. Op deze manier kan ze het hoofdstuk oefenen met een toets die qua vraagstelling overeenkomt met de toetsen op school. Nu kan ze dit dus eerst oefenen voordat ze de echte toets moet doen. Als docent Engels die werkt met Of Course en All Right kan ik bevestigen dat de toetsen grotendeels overeenkomen met de vraagwijze van de methode zelf. Dat is dus heel fijn voor leerlingen om te oefenen. We hadden heel even een dingetje met het nakijken, want de uitwerkingen werden niet goed weergegeven. Even een mailtje en binnen een dag reactie en ICT ging meteen aan de slag met het herstellen van de uitwerkingen. Super contact, goede dienstverlening! Aanrader!

Lelani van den Berg
10

Zéér tevreden!!

Lid geworden voor mijn zoon in leerjaar 1 van (toen 13) inmiddels 15. Hij zit nu in leerjaar 3 HAVO. Elk boek is makkelijk te vinden en alsmede mailt met een probleem omdat hij Duits krijgt uit een boek van leerjaar 2 word dit zelfs op zondag binnen een half uur opgelost en toegevoegd aan ons account! Zo’n toffe service zie je niet vaak meer! Dus wij zijn zéér tevreden. Sinds we het nu weer gebruiken (tijdje niet gebruikt) scoort hij weer voldoendes en zelf voor wiskunde een 8.8!

Linda Ockers

Zoek in meer dan 10.000 toetsen

Echte toetsvragen, precies aansluitend op jouw lesmethode en leerjaar. Voor klas 1 t/m 6 van vmbo-t t/m gymnasium.

Ik zit in het
en doe
ik wil beter worden in