Toets Nederlands

KERN Nederlands Taal & Cultuur - Hoofdstuk C: 24 t/m 32 - Communicatie: Tekstvormen oefentoetsen & antwoorden

1e editie

Deze oefentoets behandelt o.m. de volgende onderwerpen: brief, e-mail, ingezonden brief, recensie, verslag, gesprek, interview, discussie, debat, essay. 

KERN Nederlands Taal & Cultuur
Toets Nederlands
KERN Nederlands Taal & Cultuur
Online maken
Toets afdrukken
Briefconventies zijn strikte regels waaraan een zakelijke brief of e-mail moet voldoen.Toelichting:Het moet aan strikte regels voldoen zodat het herkenbaar is en iedereen snel weet wat te doen: aan wie het gericht is, waar het over gaat en wat de volgende mogelijke stappen zijn. De meest gebruikelijke briefconventies is chronologische volgorde zijn:afzendergeadresseerdedatumbetreftregelaanhefinleidingkernslotslotgroetnaamhandtekeningToelichting:afzenderEen afzender is jouw volledige adres. Op de eerste regel je voorletters en je achternaam. Op de tweede regel je straatnaam en huisnummer en op de derde regel de postcode en de woonplaats. Dit zijn dus drie regels vlak onder elkaar.Tip: Soms lukt het niet om de drie regels dicht onder elkaar te laten staan. Gebruik dan de shifttoets en de entertoets tegelijkertijd, dan staan de regels dicht onder elkaar zonder witregel ertussen. geadresseerdeDe geadresseerde is het adres van degene naar wie je mailt, of een brief stuurt. Het verschil met je eigen adres is dat eerst de bedrijfsnaam wordt getypt en daaronder de naam van degene die jouw mail moet lezen. Dat kan een contactpersoon zijn, of degene die over de zaken gaat waarover je schrijft.  De rest van de volgorde is hetzelfde als bij jouw adres. Je hebt nu alleen vier regels. datumBij de datum schrijf je de getallen van de datum op, maar de maand schrijf je voluit. Ook het jaartal schrijf je met vier cijfers. Voor de datum zet je de plaatsnaam van waaruit jij schrijft. Voorbeeld: Amsterdam, 30 juni 2023betreftregelIn de betreftregel schrijf je het woord betreft op en daarachter kort het onderwerp. In een e-mail is dit de onderwerpregel die bovenaan staat onder de plek waar je het e-mailadres hebt getypt voor verzending. Voorbeeld: Betreft: inzage in dossiers 12, 13 en 24aanhefDe aanhef is de begroeting in een brief aan degene aan wie je de brief richt. Je kunt hier verschillende opties gebruiken. Het meest formele is ‘geachte’. Daarnaast mag ‘beste’ ook. Als je de naam weet, kan die erbij. Weet je de naam niet dan kun je het beste ’mijnheer, mevrouw’ toevoegen als je helemaal niets weet en ‘mijn heer’, of ‘mevrouw’ als je dat wel zeker weet. Het begint met een hoofdletter en eindigt met een komma. voorbeeld: Geachte mijnheer, mevrouw,Geachte mijnheer Zwijnzager,Geachte mevrouw H. J. Kerkraeder,inleidingHier komt de inleiding van je brief. Je anekdote, je binnenkomer, of een goede aanleiding, gevolgd door een korte situatieschets, of een vraag. kernIn de kern van je brief komen de belangrijkste zaken: je argumenten, je klachten, je vragen, je deelonderwerpen. slotIn je slot vat je samen, kom je tot de kern van je vraag, of stel je een eis, of geef je advies. slotgroetDe slotgroet kan heel formeel, zoals ‘hoogachtend’, maar tegenwoordig is ‘met vriendelijke groet’ ook goed. naamOnder de slotgroet komt je naam te staan.Voorbeeld slotgroet en naam:Met vriendelijke groet,G.J.M. van GisterenhandtekeningOnder een brief hoort altijd een handtekening. Dat is als je de brief alleen in Word maakt een beetje lastig. Normaal print je de brief uit en zet er dan met de hand een handtekening onder. Je kan, om het echter te laten lijken, ‘invoegen vormen’ gebruiken. Daar staat een kringelend lijntje bij dat je in staat stelt digitaal een handtekening te schrijven. voorbeeld: U moet beseffen dat ik hier heel lang aan heb gewerkt. Dit is een contaminatie van zich realiseren en beseffen. Beseffen is niet wederkerend, dus niet zich ervoor plaatsen.Het is belangrijk dat u mijn mail serieus neemt.  Je zegt wel belangerijk, maar je schrijft belangrijk. Het is afgeleid van het woord ‘belang’.  U moet echt een beslissing nemen voor u mij zomaar kunt wegsturen. Dit is een Anglicisme. In het Engels zeg je ‘making a decision’. In het Nederlands zeggen wij: een beslissing nemen. Het lijkt alsof u en de directeur geen interesse tonen voor mijn probleem. In de spreektaal zeg je intresse, maar je schrijft interesse. Het komt van het Franse woord interesser. De media hebben er helemaal niks mee te maken. Goed. De media is meervoud, dus komt er ook een persoonsvorm in het meervoud achter.U heeft allerlei beledigingen op WhatsApp over mij gezet. Goed, want WhatApp, Facebook, YouTube, TikTok zijn allemaal eigennamen van sociale media en die worden geschreven zoals ze zijn bedacht en zoals hun logo eruit ziet. Wat wil de directeur nu eigenlijk van mij. Willen is een sterk werkwoord en de derde persoon: de hij, zij, het, heeft geen -t! Ook de tweede persoon, de jij, of je, mag je zonder -t schrijver. Alleen de u wordt vaak wel nog met een -t geschreven. De directeur is een derde persoon in het enkelvoud: een hij. De social media staan er bol van. De media is meervoud, dus komt er ook een persoonsvorm in het meervoud achter. ‘Social media’ is niet fout, maar ‘sociale media’ mag ook!Tip: Als je in een tekst een moeilijk woord tegenkomt, arceer dat woord, dan weet je later precies hoe je het moet schrijven.  De tekstvorm van een ingezonden brief is vaak een beschouwing of een betoog.  Je wil je mening geven (betoog), of de meningen van anderen (beschouwing) naar voren brengen.Drie stijlkenmerken zijn:kort en krachtig;veel beeldspraak en stijlfiguren;positiefToelichting:  Je wil duidelijk overkomen, zonder veel onduidelijkheid. Je wil gepubliceerd worden, dus je taal moet beelden, aansprekend en kort en krachtig zijn. Lange, saaie teksten worden niet gepubliceerd.  Je wil mensen overtuigen. Dat doe je met een positieve boodschap beter dan met een negatieve.Het hoofddoel van een ingezonden brief is gehoord worden en daarnaast gepubliceerd worden (nevendoel). De korte, krachtige, positieve boodschap draagt bij aan de kans om gepubliceerd en dus gehoord te worden.  Een feitelijke beschrijving van wat het is, of waar het over gaat en daarnaast jouw reactie daarop. Ook heb je een beoordeling in de vorm van sterretjes, bolletjes, of cijfers.  Toelichting:Je omschrijft de situatie, de belevenis en jouw respons op die belevenis. Denk daarbij aan de sterren die je geeft als je een bestelling doet online. Dan wil de verkoper dat je sterren geeft. Ook dat is een vorm van een recensie. Het maakt je oordeel overzichtelijk en toegankelijk. In één oogopslag ziet iemand jouw oordeel.  Expliciet taalgebruik is het meest gebruikelijke.Toelichting:Je taalgebruik is expliciet: duidelijk en zichtbaar omdat je de lezer wil prikkelen. Je wil commentaar (positief of negatief) geven op het product, de film, of het boek.  Een aantal vormen zijn: profielwerkstuk, rapport, analyse, scriptie, paper en werkstuk. In deze vormen kun je verslagen maken en onderzoeken doen.Het leerproces. Denk aan je profielwerkstuk. Een vast onderdeel ervan is wat je ervan geleerd hebt en hoe je verder zou gaan met je onderzoek en wat je de volgende keer anders zou doen. Dit is meestal een uiteenzetting.  Een uiteenzetting is namelijk feitelijk en objectief en dat is wat jij hier moet zijn. Het enige subjectieve is het leerproces, want dat is persoonlijk. De zeven elementen zijn: voorwoordinhoudsopgavesamenvattinginleidinghoofdstukkenconclusiesbijlagen (bronnen)Toelichting:Het voorwoord is de aanleiding voor het verslag;De inhoudsopgave maak je als laatste en hier is alles terug te vinden. De hoofdstukken zijn per pagina terug te vinden. Dit maak je automatisch met Word.De samenvatting schrijf je achteraf. Hier is je onderzoek samengevat in vragen, antwoorden en conclusies. De inleiding zorgt ervoor dat je de lezer wint. Je introduceert het onderwerp, of probleem, de vragen en de opbouw.De hoofdstukken zijn de verschillende deelonderwerpen, antwoorden op vragen en oplossingen van problemen. De conclusie bevat het antwoord op jouw vraag, de oplossing van het gestelde probleem. In de bijlagen heb je je bronnen vermeld en je interviews en enquêtes neergezet.  Een gesprek is meestal een dialoog tussen twee mensen. Het is vaak een gesprek tussen twee mensen, dus tweerichtingsverkeer. smalltalk, verkoopgesprek, beoordelingsgesprek, kennismakingsgesprek, slechtnieuwsgesprek en hospiteren. Belangrijke zaken in een gesprek zijn: luisteren, vragen stellen en inleven. Je bent in een gesprek zender, ontvanger, spreker en luisteraar. Anders is het geen dialoog, maar een monoloog als alleen jij aan het woord bent en je niet luistert.  Een open interview heeft geen vaststaande vragen en de geïnterviewde kan het onderwerp wijzigen waarover gesproken wordt. In een gestructureerd interview liggen de vragen al vast. Toelichting:De enquêtes bestaan vaak uit gesloten vragen. Denk bijvoorbeeld aan een enquête waarbij er met  ja, of nee moet worden beantwoord, of waar een meerkeuze wordt gegeven. Zelf een antwoord formuleren komt niet vaak voor bij enquêtes. Soms heeft een geïnterviewde liever een gestructureerd interview omdat de vragen dan al van tevoren kunnen worden opgestuurd en voorbereid. Soms is een geïnterviewde bereid er onvoorbereid in te stappen en heeft hij geen behoefte eraan het interview toegestuurd te krijgen. Het doel van een discussie is vaak het oplossen van een probleem door met argumenten te komen door middel van een uitwisseling van meningen.Toelichting:Je hebt meerdere sprekers en meerdere luisteraars in een discussie. Je probeert samen tot een oplossing te komen. Juist verschillende meningen en ideeën en gedachtes kunnen bijdragen aan een goede oplossing.De twee belangrijkste uitgangspunten zijn: Alles wat de deelnemers inbrengen is gericht op het vinden van een oplossing die aanvaardbaar is. Alles wat mensen beweren kan ter discussie worden gesteld.Toelichting: Het is belangrijk dat alle opties open blijven en dat er naar iedereen even democratisch en objectief geluisterd wordt. De voors en tegens worden dan afgewogen of er wordt gestemd om tot een oplossing te komen.  Een ander woord voor debat is redetwist. Je hebt een twistgesprek. Je bent het niet met elkaar eens. Het doel van een debat is gelijk krijgen en niet zoals in een discussie een compromis sluiten.  Je gaat niet in het midden zitten, maar probeert de ander met argumenten naar jouw kant te krijgen. In een debat is het verboden om:geweld te gebruikenfysiek overtuiging in te zettente scheldenToelichting: Je mag de ander wel verbaal onderuit halen met argumenten en drogredenen, inspelen op sentimenten, het publiek (de jury).De kern van een debat is het verdedigen of aanvallen van een stelling. Het gaat om je standpunt hierin. Je bent voor, of je bent tegen. Je twijfelt niet. De uitslag wordt bepaald door een van tevoren aangewezen jury.Toelichting: De jury is onpartijdig en kiest geen kant. Ze geven een oordeel op basis van de feitelijkheid en geloofwaardigheid van je argumenten. Op basis van je ethos, pathos en logos: Je ethiek, je overtuigingskracht en de bewijsbaarheid van je argumenten.    Je kunt een essay tegenkomen in de vorm van een column, podcast, preek, kersttoespraak van de koning of een beschouwing van de Tweede Kamer. Toelichting: Het zijn vaak overdenkingen die gedeeld worden. De overdenkingen van een bijbelfragment door de priester of dominee, of de overdenkingen over de gebeurtenissen van het afgelopen jaar door de koning, of de filosofische gedachten van iemand in een podcast. Het zijn vaak culturele, wetenschappelijke of filosofische onderwerpen. Toelichting: Het heeft vaak met de maatschappij te maken, met onderwerpen die ons allen aangaan en die prikkelend zijn om over na te denken. Een essay ontstaat uit verwondering. Toelichting: De verwondering draagt bij aan de prikkeling. Je vraagt je als schrijver iets af en dit kan leiden tot een discussie, of een overdenking.  Mijn argumenten die ik hierbij naar voren breng luiden als volgt.Toelichting: Zinnen met ‘ik’ beginnen mag wel, maar het staat minder mooi. Zeker als je het vaker dan één keer doet. Probeer woorden als ‘moeten’ te vermijden. Dat is wat agressief. Probeer te overtuigen met je argumenten, niet met dwang.Ik heb gemerkt dat de hulp vanuit uw afdeling marketing maar moeizaam op gang komt. Toelichting: Schelden is nooit goed dus vermijd woorden als ‘gekken’. Er zijn betere manieren om je onvrede te uiten. Probeer indirect taalgebruik te vermijden: ‘hebben mij nooit willen helpen’. Dat kan directer: ‘Ik ben nooit fatsoenlijk te woord gestaan, of: Ik ben goed nooit geholpen, of: Mijn vraag naar hulp werd nooit beantwoord.Als leerling ervaar ik dat het erg lastig is om de bijgeleverde instructies goed op te volgen. Toelichting: Versterkende woorden als ‘hartstikke’ zijn eigenlijk spreektaal. Net als de woorden: kei, echt wel, zekers te weten etc. Probeer spreektaal te voorkomen en ook woorden die versterkend werken omdat je al gauw overdreven overkomt en niet meer serieus genomen wordt. De aanleiding tot het schrijven van deze brief aan u is het volgende. Toelichting:  Je begint met ‘ik’ en de rest van de zin is spreektaal. Probeer een formeler en algemene toon aan te slaan. Dreigen is niet nodig, maar laat je tekst spreken. Ten eerste is uw mail, in mijn ogen, onterecht. Daarnaast is de aanmaning ook onterecht. Toelichting: Geen afkortingen gebruiken of opsommingstekens. Gebruik daarvoor signaalwoorden als: ten eerste, vervolgens, daarna, tot slot. tekst 1 is essay, omdat er verwondering plaatsvindt. Een essay kan betogend klinken, maar de schrijver is vooral verwonderd is over de vormen van discriminatie en intolerantie in Nederland. De verwondering is een kenmerk van een essay. Tekst 2 is betoog omdat er duidelijk stelling wordt genomen en argumenten het standpunt steunen. De stelling-argumentenstructuur is duidelijk zichtbaar. Tekst 3 is een dialoog omdat het een gesprek is tussen twee mensen. Je ziet steeds een naam vooraan staan en dan een stuk geschreven weergave van een gesproken tekst.  Een goed antwoord kan zijn dat de schrijfstijl van tekst 4 bombastisch, of subjectief, of persoonlijk is. Misschien zelfs overdreven en beeldend. De tekst kent veel beeldspraak. Tekst 5 zou kunnen omschreven worden als neutraal, zakelijk en objectief  Toelichting:Hyperbolisch taalgebruik in de titel. Woorden als 'belachelijk' en ‘eindeloos’ zijn overdreven. Ook in alinea 1: “de weldadige rust’ is hyperbolisch. Door de hele tekst heen wordt er heel overdreven geschreven. Nog enkele voorbeelden: in alinea 7 staat dat “hij blij mag zijn dat hij minder dan vijf man verliest". Ook dat is overdreven en dus hyperbolisch. Woorden als 'cruciaal', ’dolgraag’ en ‘groots’ zijn ook woorden uit alinea die als superlatieven worden gebruikt. In tekst 5 wordt er heel feitelijk en objectief verhaald. Geen overdreven bijwoorden, of bijvoeglijke naamwoorden en geen overdreven taalgebruik, of stijlfiguren.  Je kunt tekst 4 vooral inzetten als tegenargument. De tekst geeft aan dat het gebrek aan solidariteit vooral de grote/rijke voetbalclubs betreft (en niet het gehele voetbal). Toelichting: Hier worden tegenargumenten op tekst vier aangehaald. Je kunt deze ook gebruiken om bij voorbaat te weerleggen. De volgende zinnen zijn goed voor een samenvatting van tekst 4:2) De verschillen tussen grotere en kleinere voetbalclubs worden steeds groter. 3) Er worden veel te veel voetbalwedstrijden gespeeld. 5) Voetbalclubs uit kleinere landen geven te snel toe aan wensen vanuit de internationale voetbalwereld.  Toelichting: Zin 1 wordt nergens gezegd in tekst vier en hoort daarom niet in een samenvatting van tekst 4 thuis. Ook zin 4 wordt nergens genoemd in de tekst. Zin 6 staat ook niet in tekst 4 en hoort er derhalve niet in thuis. 

Deze toets bestellen?

Voordeligst
Lidmaatschap ToetsMij
€ 12,99/mnd
  • Snel nog even wat toetsen oefenen? Kies dan onze meest flexibele optie.
  • Je kunt maandelijks opzeggen.
  • Toegang tot alle vakken bij ToetsMij.
Kies dit abonnement

Wat krijg je bij een abonnement?

  • Toegang tot alle vakken
  • 20 kwalitatieve oefentoetsen per maand
  • Antwoorden, uitwerkingen en toelichtingen
  • Geen stress voor het maken van toetsen
Eenvoudig en veilig betalen met iDEAL of creditcard
3 maanden ToetsMij
€ 12,99
€ 10,99/mnd
  • Voordelig en flexibel. Ideaal als je maar een paar maanden toetsen hoeft te gebruiken.
  • Betaal per kwartaal en bespaar hiermee 2 euro per maand.
  • Toegang tot alle vakken bij ToetsMij.
Kies dit abonnement

Wat krijg je bij een abonnement?

  • Toegang tot alle vakken
  • 20 kwalitatieve oefentoetsen per maand
  • Antwoorden, uitwerkingen en toelichtingen
  • Geen stress voor het maken van toetsen
Eenvoudig en veilig betalen met iDEAL of creditcard
1 jaar ToetsMij
€ 12,99
€ 7,50/mnd
  • Favoriete keuze van meer dan 70% van de gebruikers.
  • Betaal slechts 90 euro per jaar en bespaar hiermee 65 euro.
  • Geniet van een volledig jaar toegang tot alle vakken bij ToetsMij.
Kies dit abonnement

Wat krijg je bij een abonnement?

  • Toegang tot alle vakken
  • 20 kwalitatieve oefentoetsen per maand
  • Antwoorden, uitwerkingen en toelichtingen
  • Geen stress voor het maken van toetsen
Eenvoudig en veilig betalen met iDEAL of creditcard

Dit zeggen leerlingen en ouders

10

Cijfers omhoog

Onze zoon had in februari zeker 12 minpunten. Hij is gestart met oefenen via Toets mij en heeft een geweldige eindsprint getrokken en afgelopen week bijna het onmogelijke waargemaakt. Er zijn nog maar 2 minpunten over en nog niet alle toetsen zijn terug. Het heeft onze zoon enorm geholpen, omdat er breed getoetst wordt en de vraagstelling, zoals van hem begrepen, overeenkomt met de toets. Als je de oefentoetsen goed kunt maken, beheers je de stof echt goed!

AP
9.0

Fijn dat leerlingen alvast een keer een toets kunnen oefenen die eruit ziet zoals op school.

Wij hebben sinds kort Toetsmij, omdat onze dochter het erg lastig heeft met Wiskunde. Op deze manier kan ze het hoofdstuk oefenen met een toets die qua vraagstelling overeenkomt met de toetsen op school. Nu kan ze dit dus eerst oefenen voordat ze de echte toets moet doen. Als docent Engels die werkt met Of Course en All Right kan ik bevestigen dat de toetsen grotendeels overeenkomen met de vraagwijze van de methode zelf. Dat is dus heel fijn voor leerlingen om te oefenen. We hadden heel even een dingetje met het nakijken, want de uitwerkingen werden niet goed weergegeven. Even een mailtje en binnen een dag reactie en ICT ging meteen aan de slag met het herstellen van de uitwerkingen. Super contact, goede dienstverlening! Aanrader!

Lelani van den Berg
10

Zéér tevreden!!

Lid geworden voor mijn zoon in leerjaar 1 van (toen 13) inmiddels 15. Hij zit nu in leerjaar 3 HAVO. Elk boek is makkelijk te vinden en alsmede mailt met een probleem omdat hij Duits krijgt uit een boek van leerjaar 2 word dit zelfs op zondag binnen een half uur opgelost en toegevoegd aan ons account! Zo’n toffe service zie je niet vaak meer! Dus wij zijn zéér tevreden. Sinds we het nu weer gebruiken (tijdje niet gebruikt) scoort hij weer voldoendes en zelf voor wiskunde een 8.8!

Linda Ockers

Zoek in meer dan 10.000 toetsen

Echte toetsvragen, precies aansluitend op jouw lesmethode en leerjaar. Voor klas 1 t/m 6 van vmbo-t t/m gymnasium.

Ik zit in het
en doe
ik wil beter worden in