KERN Nederlands Taal & Cultuur
- Hoofdstuk L: 23 t/m 27 - Literatuur: Geschiedenis deel 2
oefentoetsen & antwoorden
1e editie
Klas 4-5-6|Vwo
Deze oefentoets behandelt o.m. de volgende onderwerpen: literatuurgeschiedenis van het jaar 1914 tot heden (Hoofdstuk 23 t/m 27)
Dat zijn de volgende onderdelen: het interbellum, naoorlogse literatuur, de vijftgers, jaren 60 tot 80, jaren 80 tot 2000 en vanaf 2000.
Toets Nederlands
KERN Nederlands Taal & Cultuur
Online maken
Toets afdrukken
Vorm is de manier waarop iets wordt gemaakt. Denk bijvoorbeeld aan een sonnet dat uit allerlei regels is opgebouwd, of een ideaal toneelstuk volgens de regels van Aristoteles. Vent is de boodschap die het literaire werk meekrijgt. Een voorbeeld is een dada gedicht. Er zijn geen regels meer toegepast zo’n gedicht, want het gaat om de boodschap die erachter zit. Toelichting: Vorm geeft houvast en kan daarom een goede leidraad zijn. Een verhaal heeft regels die je volgt en die de lezer kent zodat hij weet waar hij aan toe is. De vent is de boodschap erachter. Vaak is die verborgen en tussen de regels te lezen. Als je alleen puur de boodschap wil overbrengen en de vorm wil loslaten, krijg je conceptuele kunst. Hier zie je vaak geen mooie kunst, maar wel een duidelijke boodschap. Het dadaïsme is puur vent, omdat de vorm helemaal is losgelaten en niet aan regels hoeft te voldoen. Het gaat alleen om de boodschap. Toelichting: Dada is bedoeld om tegen die vorm aan te schoppen om het op de schop te nemen. Weg met al die regeltjes, zegt dada. Het moet absurd zijn om de kijker en de lezer te verwarren. het existentialisme Toelichting: Het existentialisme ontstaat als reactie op de twee wereldoorlogen. Iedereen is een illusie armer. Gedesillusioneerd komt men uit deze oorlogen. Alle zekerheden zijn weggeslagen. De enige zekerheid die je hebt is doodgaan. Je existens (je bestaan) is onder je weggeslagen.Door de twee wereldoorlogen was het mensbeeld somber geworden. De mens is verleerd dat hij autonoom en vrij is, maar met die vrijheid komt ook verantwoordelijkheid. Je moet betrokken zijn bij wat er in de wereld aan de hand is. De mens is sterfelijk, maar dat wil hij niet weten. Toelichting: Doordat men alles kwijt was geraakt en er veel wreedheden hadden plaatsgevonden, raakten men gedesillusioneerd. Je kon zomaar sterven, zonder goede reden. Het wierp de mens terug op zichzelf en zijn eigen bestaan. Je moest als je met je rug tegen de muur stond en aan de afgrond opnieuw jezelf uitvinden en wat van het leven maken. Zelf het heft in handen nemen. Gerard van het Reve met De Avonden, Harry Mulisch met Het Stenen Bruidsbed en Willem Frederik Hermans met De donkere kamer van Damocles. Toelichting: Deze Nederlandse schrijvers zijn voorgegaan door Sartre en De Beauvoir uit Frankrijk. Deze Nederlandse schrijvers worden de grote drie van Nederland genoemd. Zij beschrijven de mens in al zijn naaktheid, ontdaan van alle poespas en ze zijn erg strijdbaar. Intertekstualiteit is de werkelijkheid van een ander boek of een film aanhalen in een literair werk. Een citaat of een verwijzing ernaar. Toelichting: Dit werd al gedaan in de renaissance. Verwijzingen naar de klassieke oudheid. Alles is immers al eens gezegd, gedaan en geschreven. Kader Abdolah, Moustafa Stitou, Naima El Bezaz, Abdelkader Benali, Hafid Bouazza, Hans Sahar, Rodaan Al Galidi, Nilgün Yerli, Khalid Boudou, mano Bouzamour, Murat Isik, Özcan Akyol. Toelichting: zie blz. 252 en 253 van het theorieboek.De thema’s zijn vaak identiteit en botsende culturen. Toelichting: Daarnaast verschillen de schrijvers onderling wel. Ze worden vaak als migrantenschrijvers neergezet, terwijl ze zelf liever als individu worden gezien. Sommige zijn om politieke redenen naar Nederland gevlucht en anderen zijn juist voor het land hierheen gekomen. De politieke vluchtelingen zijn hun land met tegenzin ontvlucht. Ze kijken dan ook kritisch naar de Nederlandse samenleving. A. De Vijftigers gaan een stapje verder dan de Tachtigers en lappen alle regels aan hun laars.Toelichting: Omdat ze, meer dan de Tachtigers, vinden dat de mensheid verkeerd bezig is en dat willen ze aankaarten door geen regels meer te volgen. De regels hebben namelijk geleid tot de twee vreselijke wereldoorlogen. D. De Vijftigers hebben het vertrouwen in de goede smaak en schoonheid verloren.Toelichting: De regels hebben bewezen dat ze leiden tot oorlog. Ze vertrouwen niemand meer. De maatschappij heeft hen beschaamd. Ze denken dat de beschaving ten einde is. E. De Vijftigers geloven in spontaniteit, directe zintuiglijke en lichamelijke ervaringen en zetten zich af tegen het rationele denken.Toelichting: Ze kunnen alleen vertrouwen op zichzelf en op hun eigen waarnemingen, niet meer op wat de maatschappij hen voorspiegelt. B. Het was de tijd van de postmodernisten. De modernisten zijn van 1900 tot 1945, de postmodernisten zijn van na de Tweede Wereldoorlog. C. Het was de tijd van protesten. Protesteren is een logisch gevolg van het existentialisme. Je moet meer om je heen kijken en verantwoordelijkheid nemen. Als je in protest gaat, doe je precies dat. D. Het was een tijd van emancipatie. Emancipatie is daar weer een gevolg van. Vrouwen gingen nadenken over hun positie. Er werd niet langer geluisterd naar voorgeschreven boeken als de Bijbel waarin de vrouw een minderwaardige en onderdanige positie innam, maar ze kwamen op voor zichzelf en streden voor een gelijkwaardige behandeling. F. Het was een tijd van radicalere voortzetting van het existentialisme. Het existentialisme heeft het zaadje geplant en vanaf hier gaat het verder. Opkomen voor jezelf en niet langer dociel volgen wat de wet, of de regering ons voorschrijft, maar zelf nadenken en nieuwe normen en waarden bedenken. I. Literatuur werd commerciëler en voor iedereen. Door de goedkope pocketuitvoeringen van boeken werden ze toegankelijker voor een groter publiek. Ook werden er boeken geschreven die goed in de markt lagen. Veel meer mensen waren hoger opgeleid en wilden dus boeken lezen. Ronald Giphart, Joost Zwagerman, Esther Gerritsen, Martin Bril, Hermine Landvreugd Herman Brusselmans, Arnon Grunberg (zie info blz. 249 van het theorieboek). Een kenmerk is dat de actie niet gestuurd wordt door een dramatische gebeurtenis, maar is anekdotisch. Het zijn vaak losse verhalen bij elkaar. De personages hebben vaak een oppervlakkige levensstijl. Ze maken vaak een ontwikkeling door en zijn zelf kunstenaars. Toelichting: De jongeren die van de naoorlogse generatie zijn, hebben alleen maar welvaart gekend en vervelen zich snel waardoor ze op zoek gaan naar kicks in drugs en drank. Deze seks, drank, drugs en feesten zijn de voedingsbodem voor de boeken van de generatie Nix. Ze zitten op het randje van de literatuur. Men vroeg zich af of het nog wel literatuur was. Toelichting: Hun verhalen zijn eenvoudig, anekdotisch en daarom niet heel diepgaand, maar het gaat ook over een generatie die oppervlakkig is. Het gevaar is dat daardoor de oppervlakkigheid wordt gezien als teveel lijkend op lektuur. Het heet Oote oote Boe (zie blz. 237 van je theorieboek) Het is van Jan Hanlo (zie blz. 237 van je theorieboek).Het past bij het dadaïsme omdat het alle regels aan zijn laars lapt zoals het dadaïsme ook doet. Het gaat meer om de vent dan om de vorm. Toelichting: Het dadaïsme is een stroming die tussen beide wereldoorlogen is ontstaan. Dit ontstond met Marcel Duchamp die een urinoir op een voetstuk in een museum zette en de mens ernaar liet kijken alsof het een kunstwerk was. Iemand op het verkeerde been zetten, is een kenmerk van dada. Het beoogt pretentieloos te zijn, maar intussen is er wel goed over nagedacht. Toen waren meerdere meisjes in zwarte voorschoten met ons voorgerechten aan komen zetten, in hun kielzog gevolgd door de gerant en zijn pink, en waren we de draad kwijtgeraakt- tot Babette hem weer had opgepikt met haar vraag of we hem nou wel of niet gezien hadden, die nieuwe Woody Allen. ‘Ik vond het een geweldige film’, zei Claire, terwijl ze een ‘zontomaatje’ door het plasje olijfolie op haar bord heen roerde en naar haar mond bracht. ‘Zelfs Paul vond hem goed. Toch, Paul?’Dit soort dingen doet Claire wel vaker: mij ergens in betrekken op een manier waardoor ik zelf geen kant meer op kan. Nu wisten de anderen al dat ik hem goed vond, en dat ‘zelfs Paul’ betekende zoiets als ‘zelfs Paul, die normaal gesproken geen enkele film goed vindt, laat staan een film van Woody Allen.’Serge keek mij aan, iets van zijn voorgerecht zat nog in zijn mond, hij kauwde erop, maar dat verhinderde hem niet om het woord tot mij te richten. ‘Een Meesterwerk, toch? Nee, echt, fantastisch.’ Hij kauwde verder en slikte iets door. ‘En die Scarlet Johansson mag mij te allen tijde een ontbijtje komen brengen. Goedemorgen, wat een beauty is dat, zeg!’Een film die je zelf behoorlijk goed vindt door je eigen, oudere broer een meesterwerk horen noemen is zoiets als de gebruikte kleren van die broer te moeten dragen: de gebruikte kleren die de oudere broer inmiddels te klein zijn, maar vanuit jouw perspectief vooral gebrúíkt. Mijn opties waren beperkt: beamen dat Woody Allens film een meesterwerk was, was als het aantrekken van die gebruikte kleren, en daarom bij voorbaat al uitgesloten; een overtreffende trap van ‘meesterwerk’ bestond er niet, ik kon hooguit proberen te bewijzen dat Serge hem niet had begrepen, dat hij de film om de verkeerde redenen een meesterwerk vond. , maar dat betekende waarschijnlijk een hoop gedraai en gezwoeg, veel te doorzichtig voor met name Claire, en vast ook wel voor Babette. Toelichting: Het noemen van een film als intertekstualiteit kan meerdere betekenissen hebben. Zo kan de inhoud en de thematiek overeenkomen met het verhaal zelf. In dit geval wordt er verwezen naar Scoop. In deze film speelt Scarett Johanssen en hij is geregisseerd door Woody Allen. Dit gaat over iemand die doodgaat en in de hemel iemand ontmoet die vermoord is. Dit heeft zeker met het verhaal te maken, want in Het diner zit een verwijzing naar een filmpje uit Opsporing Verzocht waarin een vrouw in een pinhokje per ongeluk in brand wordt gestoken. De daders staan op film, maar zijn nooit opgepakt. Tijdens het familiediner zijn er familieleden die weten wat er daar gebeurd is en wie het heeft gedaan. Daar draait het hele verhaal om. Commercie, media, schrijvers en lezers raken steeds meer met elkaar verweven. De literaire cultuur en de popcultuur gaan samen. Toelichting: Om te overleven moet de moderne kunstenaar het publiek aanspreken en kan hij niet alleen maar in zijn eigen bubbel zitten. Hij heeft de moderne media nodig om onder de aandacht te komen om voor zichzelf reclame te maken. Inspelen op actuele populaire media helpt bij je bekendheid.
Deze toets bestellen?
Voordeligst
Lidmaatschap ToetsMij
€ 12,99/mnd
Snel nog even wat toetsen oefenen? Kies dan onze meest flexibele optie.